181
ROME
Andreas Pathykos had gedacht dat hij zijn oude vriend nooit meer zou zien. Nu zijn ze hier, van aangezicht tot aangezicht. Maar er is geen reden om feest te vieren.
Nabih Hayek rijdt met de pauselijk adviseur het korte stuk over de Via della Conciliazione voordat hij afslaat in een onverlichte zijstraat. De twee mannen zitten in de gehavende Fiat die de Libanese priester al meer dan tien jaar heeft. Het maanlicht valt op hun gezicht als hij de reden voor de haastige samenkomst uiteenzet. ‘De monnik is dood. Doodgeschoten door een politieman in Los Angeles.’
‘Lieve hemel.’
Hayek besluit om de rest te vertellen voordat de vragen komen. ‘Anderen zijn gewond geraakt. Twee grenswachten van het vliegveld, een tienerjongen en de politieman die Efrem heeft gedood.’ Hij zwijgt even. ‘En ik ben bang dat er ook een gehandicapte man is doodgeschoten.’
Pathykos is grijs van ontzetting. ‘Hoe kan dat?’
Hayek verzwijgt veel van wat hij weet. ‘Dat is onduidelijk. Ik heb te horen gekregen dat de monnik zich net van zijn taak had gekweten toen de politie hem op het vliegveld in een hoek dreef. Naar het schijnt had hij geen keuze dan tot zijn laatste ademtocht te vechten.’
De adviseur buigt het hoofd ter nagedachtenis aan de doden, de gewonden en hun dierbaren. Er is zoveel pijn, zoveel lijden veroorzaakt. ‘Is het nu afgelopen, Nabih?’
De uitdrukking op het gezicht van zijn vriend vertelt hem dat dat niet zo is. ‘Craxi en de wetenschapper, Broussard, zijn dood maar misschien is niet al het DNA dat van de Wade is genomen vernietigd.’
‘Wat? Het hele doel van de missie van de monnik was de resultaten van die heiligschennend gestolen monsters uit te wissen.’
‘Dat weet ik, maar naar het schijnt is de oorspronkelijke bron gesplitst en is er een monster in de laboratoria van de politie van Los Angeles beland.’
‘Dan moeten we zorgen dat die nooit getest wordt of dat de resultaten nooit bekendgemaakt worden. Het is onze plicht om te verzekeren dat er nooit enig verband met de Heilige Wade aangetoond kan worden.’
‘Dat ben ik met je eens – maar dat moet jíj doen, Andreas. Je moet de naam van de Heilige Vader gebruiken en contact opnemen met onze vrienden.’
Pathykos knikt.
‘Maar dat alleen zal niet genoeg zijn. Dat begrijp je toch, hè?’
‘Je hoeft mij geen preek te geven over verantwoordelijkheden, Nabih. Breng me terug naar het Vaticaan. Ik weet wat er gedaan moet worden.’