Hotel

Een mens moet ergens wonen, en in mijn geval is dat tegenwoordig naast een nogal courant gelegen Amsterdams hotel. Het wordt gefrequenteerd door toeristen die niet vies zijn van een Anne Frankhuis of Stedelijk Museum, maar op gezette tijden toch ook gewoon willen naaien, zuipen en blowen. ’s Ochtends vroeg al, als ik braaf achter mijn bureau schuif, sijpelt de misselijkmakende weezoete hasjlucht mijn kuise werkkamer binnen. Ook ligt mijn balkonnetje altijd vol wietpeukjes, die ik snel moet verwijderen omdat mijn achterlijke kat ze anders opeet, met de stellig onthutsende gevolgen van dien.

Afgezien daarvan hoor ik, terwijl ik net iets snedigs probeer op te schrijven over mieren, jeugdzorg, paardenvlees en wat dies meer zij, door de muren heen allerlei internationale seksgeluiden. Vooral Duitse vrouwen hebben nogal de neiging tot luidruchtig klaarkomen, al doet volgens mijn ruwe schatting zeker een kwart alsóf.

Er staan geregeld grote groepen lawaaiige Italiaanse twentysomethings op mijn stoep te baltsen met breezers; Zuid-Amerikaanse kindvrouwtjes, voor het eerst van hun leven op de fiets, knallen ginnegappend tegen mijn gevel op; en omdat mijn wifi-verbinding meestal wordt weggedrukt door die van het hotel heb ik het internet nog steeds niet uit.

Kortom, ik had in dat huis naast me liever wat anders gehad: zo’n tweeverdienend homostel dat zelden thuis is, maar wel voor de poes zorgt als je weg bent en een bosje koriander te leen heeft als je eens zonder zit; een in stilte levende, stokoude voormalige politicus, van wie iedereen denkt dat hij allang dood is; of desnoods een bakfietsgezinnetje, leuk voor mijn kinderen om mee in het park te voetballen, want tot dusver behelpen ze zich daar met dronken Oostblokzwervers en goedmoedig stonede rasta’s die best een balletje méé willen trappen, maar zich aan de spelregels weinig gelegen laten liggen.

Toch kwam dat hotel onlangs goed van pas. Huisgenoot P. doet iets bij een landelijk dagblad, en zoals dat gaat bij dagbladen; er is altijd wat. Er treedt een koningin of paus af, er sterft een dictator, er wordt een half continent verzwolgen door natuurgeweld; prima, geen probleem, maar waarom kan dat nooit eens tijdens kantooruren?

Hoe dan ook, er was weer eens wat, en P. kwam pas thuis toen zijn hele misjpooche allang lag te slapen. Hij had honger, dorst en slaap, maar géén sleutel. Niemand hoorde de bel. Iedereen had zijn telefoon uit staan. Om één uur ’s nachts kun je niet meer bij vrienden binnenvallen. Toen ik om vier uur even wakker werd, ontbrak het vertrouwde hoofd op het kussen naast me nog stééds. Ik wilde al ‘eikel’ denken en me nog eens omdraaien, toen ik het berichtje op mijn telefoonschermpje zag. P. zat in het hotel naast ons huis. Zonder eten of wijn, zonder toiletbenodigdheden. Precies op de hoogte van onze eigen bovenwoning, aan de andere kant van de muur waar zich niet alleen zijn hele gezin bevond, maar ook een hoop drank en lekker eten, onder andere een pannetje vol jus waarin nog drieënhalve gehaktbal lagen te smeken om opgewarmd te worden.

Intens zielig vond ik het, maar ook wel een beetje romantisch. In dat kleine, raamloze rotkamertje in dat rothotel naast zijn eigen huis moet hij zich opeens gerealiseerd hebben wat zijn gezin en zijn gehakt waard zijn.

Tenminste, dat hoop ik dan maar.

De troost van een warm visje
x97890388983151.xhtml
x97890388983152.xhtml
x97890388983153.xhtml
x97890388983154.xhtml
x97890388983155.xhtml
x97890388983156.xhtml
x97890388983157.xhtml
x97890388983158.xhtml
x97890388983159.xhtml
x978903889831510.xhtml
x978903889831511.xhtml
x978903889831512.xhtml
x978903889831513.xhtml
x978903889831514.xhtml
x978903889831515.xhtml
x978903889831516.xhtml
x978903889831517.xhtml
x978903889831518.xhtml
x978903889831519.xhtml
x978903889831520.xhtml
x978903889831521.xhtml
x978903889831522.xhtml
x978903889831523.xhtml
x978903889831524.xhtml
x978903889831525.xhtml
x978903889831526.xhtml
x978903889831527.xhtml
x978903889831528.xhtml
x978903889831529.xhtml
x978903889831530.xhtml
x978903889831531.xhtml
x978903889831532.xhtml
x978903889831533.xhtml
x978903889831534.xhtml
x978903889831535.xhtml
x978903889831536.xhtml
x978903889831537.xhtml
x978903889831538.xhtml
x978903889831539.xhtml
x978903889831540.xhtml
x978903889831541.xhtml
x978903889831542.xhtml
x978903889831543.xhtml
x978903889831544.xhtml
x978903889831545.xhtml
x978903889831546.xhtml
x978903889831547.xhtml
x978903889831548.xhtml
x978903889831549.xhtml
x978903889831550.xhtml
x978903889831551.xhtml
x978903889831552.xhtml
x978903889831553.xhtml
x978903889831554.xhtml
x978903889831555.xhtml
x978903889831556.xhtml
x978903889831557.xhtml
x978903889831558.xhtml
x978903889831559.xhtml
x978903889831560.xhtml
x978903889831561.xhtml
x978903889831562.xhtml
x978903889831563.xhtml
x978903889831564.xhtml
x978903889831565.xhtml
x978903889831566.xhtml
x978903889831567.xhtml
x978903889831568.xhtml
x978903889831569.xhtml
x978903889831570.xhtml
x978903889831571.xhtml
x978903889831572.xhtml
x978903889831573.xhtml
x978903889831574.xhtml
x978903889831575.xhtml
x978903889831576.xhtml
x978903889831577.xhtml
x978903889831578.xhtml
x978903889831579.xhtml
x978903889831580.xhtml
x978903889831581.xhtml
x978903889831582.xhtml
x978903889831583.xhtml
x978903889831584.xhtml
x978903889831585.xhtml
x978903889831586.xhtml
x978903889831587.xhtml
x978903889831588.xhtml
x978903889831589.xhtml
x978903889831590.xhtml
x978903889831591.xhtml
x978903889831592.xhtml
x978903889831593.xhtml
x978903889831594.xhtml
x978903889831595.xhtml
x978903889831596.xhtml
x978903889831597.xhtml
x978903889831598.xhtml
x978903889831599.xhtml
x9789038898315100.xhtml
x9789038898315101.xhtml
x9789038898315102.xhtml
x9789038898315103.xhtml
x9789038898315104.xhtml
x9789038898315105.xhtml
x9789038898315106.xhtml
x9789038898315107.xhtml
x9789038898315108.xhtml
x9789038898315109.xhtml
x9789038898315110.xhtml
x9789038898315111.xhtml
x9789038898315112.xhtml
x9789038898315113.xhtml
x9789038898315114.xhtml
x9789038898315115.xhtml
x9789038898315116.xhtml
x9789038898315117.xhtml
x9789038898315118.xhtml
x9789038898315119.xhtml