Giraf

Er vlaagde een hardnekkige, sproeierige motregen door de Amsterdamse Pijp. Alsof je van hogerhand met een reusachtige plantenspuit werd bewerkt. In de Eerste van der Helststraat, onder de luifel van zo’n kneuterig winkeltje waar bakfietsmoeders hun genopte zadeldekjes kopen, stond een kennelijke tweede-legvader, met ijdel, grijs wapperhaar en een dochtertje van een jaar of drie op dikkertjedaplaarsjes. Ze zat op een gele kunststof giraf, zo’n horeca-speeltuingeval, voorzien van een kastje met een gleuf. Als je daarin een munt laat glijden, doet zo’n giraf iets, hobbelen, schudden, draaien. Je weet van te voren nooit wat; meestal schrikt de kleine berijder er zo van dat hij/zij meteen jammerend uit het zadel springt en alleen met een straffe dosis Fristi tot rede valt te brengen.

Maar hier was geen sprake van Fristi. Die giraf stond daar nogal ontheemd voor zich uit te staren in de regen, tussen de hippe vazen en slakommen. ‘Papa, doe hem áán!’ sommeerde het kind. De vader maakte een bezwerend gebaar, want hij stond juist vol overgave te telefoneren.

‘Nee, in de Govert Flinck,’ sprak hij. ‘58 vierkante meter. Tweeënhalve ton. Eén slaapkamer. Hoe wou je dat doen? Moet ze op het balkon slapen?’ Hij luisterde even. ‘Trouwens, de Govert Flinck... nee. Nee. Wacht even.’

‘Papa, áánzetten!’ persisteerde het meisje. De vader hield zijn hand over de hoorn en zei tegen het kind: ‘Weet je het zeker, Eva? Dat vond je een beetje eng de vorige keer, weet je nog?’ En hij ging verder, in zijn telefoon: ‘Ik ga zo kijken in de Gerard Dou. 65 meter, maar er zit een dakterras bij. Drie ton, 310, zoiets. Wacht even, Eva doet moeilijk.’

Het wás zo. Het meisje zat de giraf krijsend van woede in de helgele flanken te schoppen. Er kwam een lange jongen in een bevlekte overall aan, vrolijk neuriënd, met een grote pot verf aan een hengsel. Hij stelde zich op naast de giraf en rolde een sjekkie. ‘Rook met mij een sigaret... blijf maar liggen in je bed...’ zong hij luidop en lachend naar het kind, dat van verbazing ophield met huilen.

De vader, nog steeds in gesprek, frommelde een muntje in de giraf. Het meisje ging hoopvol rechtop zitten, maar zoals te verwachten viel, gebeurde er niets. ‘Ik was jaren vrijgezel... zat dan alléén in een hotel...’ zong de jongen in de overall voort. Hij had een goede stem. Niet zo goed als de maestro Hazes zelf, maar toch. De giraf deed nog steeds niets.

‘Ja, dan kunnen we godverdomme net zo goed naar de Bijlmer verhuizen,’ sprak de vader nu nijdig in de telefoon. ‘Als jij niet eens...’

papaaaaa, hij doet het niet!’ krijste het kind. De overalljongen grabbelde in zijn zak, vond een halflege strip kauwgom en overhandigde die aan het kind. ‘Hier. En nou niet meer janken,’ sprak hij vriendelijk. Het hielp. Met een geoefend gebaar drukte het kind vier kauwgompjes tevoorschijn, stak ze in haar mond en begon vinnig te kauwen.

‘Ja, maar wat wíl je dan? Wat wil jíj dan eigenlijk?’ schreeuwde de vader intussen in de telefoon. De man in de overall slenterde weg, met zijn verfpot. Hij zong: ‘Ik moet je zeggen dat ik van je hou... en dat méén ik... o, wat moet ik zonder jou?’

De troost van een warm visje
x97890388983151.xhtml
x97890388983152.xhtml
x97890388983153.xhtml
x97890388983154.xhtml
x97890388983155.xhtml
x97890388983156.xhtml
x97890388983157.xhtml
x97890388983158.xhtml
x97890388983159.xhtml
x978903889831510.xhtml
x978903889831511.xhtml
x978903889831512.xhtml
x978903889831513.xhtml
x978903889831514.xhtml
x978903889831515.xhtml
x978903889831516.xhtml
x978903889831517.xhtml
x978903889831518.xhtml
x978903889831519.xhtml
x978903889831520.xhtml
x978903889831521.xhtml
x978903889831522.xhtml
x978903889831523.xhtml
x978903889831524.xhtml
x978903889831525.xhtml
x978903889831526.xhtml
x978903889831527.xhtml
x978903889831528.xhtml
x978903889831529.xhtml
x978903889831530.xhtml
x978903889831531.xhtml
x978903889831532.xhtml
x978903889831533.xhtml
x978903889831534.xhtml
x978903889831535.xhtml
x978903889831536.xhtml
x978903889831537.xhtml
x978903889831538.xhtml
x978903889831539.xhtml
x978903889831540.xhtml
x978903889831541.xhtml
x978903889831542.xhtml
x978903889831543.xhtml
x978903889831544.xhtml
x978903889831545.xhtml
x978903889831546.xhtml
x978903889831547.xhtml
x978903889831548.xhtml
x978903889831549.xhtml
x978903889831550.xhtml
x978903889831551.xhtml
x978903889831552.xhtml
x978903889831553.xhtml
x978903889831554.xhtml
x978903889831555.xhtml
x978903889831556.xhtml
x978903889831557.xhtml
x978903889831558.xhtml
x978903889831559.xhtml
x978903889831560.xhtml
x978903889831561.xhtml
x978903889831562.xhtml
x978903889831563.xhtml
x978903889831564.xhtml
x978903889831565.xhtml
x978903889831566.xhtml
x978903889831567.xhtml
x978903889831568.xhtml
x978903889831569.xhtml
x978903889831570.xhtml
x978903889831571.xhtml
x978903889831572.xhtml
x978903889831573.xhtml
x978903889831574.xhtml
x978903889831575.xhtml
x978903889831576.xhtml
x978903889831577.xhtml
x978903889831578.xhtml
x978903889831579.xhtml
x978903889831580.xhtml
x978903889831581.xhtml
x978903889831582.xhtml
x978903889831583.xhtml
x978903889831584.xhtml
x978903889831585.xhtml
x978903889831586.xhtml
x978903889831587.xhtml
x978903889831588.xhtml
x978903889831589.xhtml
x978903889831590.xhtml
x978903889831591.xhtml
x978903889831592.xhtml
x978903889831593.xhtml
x978903889831594.xhtml
x978903889831595.xhtml
x978903889831596.xhtml
x978903889831597.xhtml
x978903889831598.xhtml
x978903889831599.xhtml
x9789038898315100.xhtml
x9789038898315101.xhtml
x9789038898315102.xhtml
x9789038898315103.xhtml
x9789038898315104.xhtml
x9789038898315105.xhtml
x9789038898315106.xhtml
x9789038898315107.xhtml
x9789038898315108.xhtml
x9789038898315109.xhtml
x9789038898315110.xhtml
x9789038898315111.xhtml
x9789038898315112.xhtml
x9789038898315113.xhtml
x9789038898315114.xhtml
x9789038898315115.xhtml
x9789038898315116.xhtml
x9789038898315117.xhtml
x9789038898315118.xhtml
x9789038898315119.xhtml