Boomwurger
Ik heb weleens de indruk dat er in sommige tuinen meer gezaagd en getimmerd wordt dan getuinierd. Wie ironie meent te proeven in mijn woorden heeft het mis; als u van timmeren houdt en graag een pergola in uw tuin wilt, dan moet u die vooral plaatsen. Aan mij niet de taak om daar meesmuilend commentaar op te leveren maar om u enige raad te geven en u voor fouten proberen te behoeden. Er kan namelijk nogal wat mis gaan met de pergola.
Om te beginnen wordt hij vaak van goedkoop waaibomenhout gemaakt, zodat de staanders, juist als de tegen de pergola geplante klimplanten hun volwassenheid bereikt hebben, alweer zijn doorgerot. Kies deugdelijk hardhout en zet de palen niet in de grond, maar monteer ze op een stenen sokkel. Want hardhout mag in het regenwoud dan wel aan vocht gewend zijn – rotten kan het toch.
Maak uw pergola hoog genoeg. Wie zijn eigen tuin ontwerpt, zal in negen van de tien gevallen verkeerd inschatten hoe groot de door hem aangeschafte planten uiteindelijk worden. Vijvers die reusachtig lijken als ze pas zijn aangelegd, veranderen in nietige plasjes als het water onder de waterleliebladen verdwijnt. Paden die bij aanleg veel te breed leken, worden al na zes maanden onbegaanbaar door overhangend loof. Terrassen blijken – als de omringende planten zijn opgegroeid – plaats te bieden aan drie personen; bij elk verjaardagspartijtje zit de helft van de gasten met de stoelpoten in de border. En de pergola, die na het oprichten nog zo mooi van verhouding leek, blijkt een lelijke sta-in-de-weg als hij eenmaal behangen is met klimrozen.
Vooral als u er onderdoor moet lopen is het belangrijk om goed na te denken over de planten waarmee u de pergola wilt bekleden. Neem geen clematis; die staat op het tuincentrum wel bij de klimplanten, maar als hij niet eens in zijn eigen bamboestokje kan klimmen, dan kunt u niet verwachten dat hij zich wel aan de paal van een pergola kan vasthouden. Vermijd klimrozen; die worden dikwijls een stuk groter dan u had verwacht, en maken meterslange doornige ranken die steevast aan hoofddeksels en kleding blijven vasthaken. Kies niet te veel planten; als u tegen iedere staander van uw pergola een andere klimplant zet, dan heeft u al na korte tijd een kluwen van klimplanten: zo’n botanische jungle waar nauwelijks meer orde in te scheppen valt.
Wat dan wel? Ik zou kiezen voor planten die zichzelf aan het hout van de staanders hechten, zoals de klimhortensia en de klimop, of voor planten die een paal omstrengelen en die zich zonder uw hulp naar boven kunnen werken: kamperfoelie, bijvoorbeeld, of blauweregen, of – als u iets exotisch zoekt – een boomwurger, Celastrus orbiculatus. Het woord alleen al: boomwurger, de botanische tegenhanger van de wurgslang. Celastrus orbiculatus bloeit in het voorjaar met nauwelijks zichtbare bloemen, maar ontploft in de herfst in een vuurwerk van knaloranje bessen, gevat in een lichtgele kelk. De boomwurger is tweehuizig; dat betekent dat u een mannelijke en een vrouwelijke plant moet aanschaffen om bessen te krijgen. En daarin schuilt een risico. Want je kunt niet verwachten dat het personeel van een bouwmarkt verstand heeft van decoupeerzagen én ook nog eens van klimplanten. Als uw boomwurger na jaren nog geen bessen draagt, dan heeft men u per ongeluk twee mannen of twee vrouwen verkocht.