Anemonencyclus
Anemonen kun je bijna het hele jaar door kopen op markten en bij bloemisten en altijd in de bekende bosjes van tien. Misschien heeft die gemakkelijke verkrijgbaarheid wel iets te maken met de vele amateur-schilders die anemonen in hun stillevens willen vatten. Sinds jaar en dag kunnen we kiezen uit vier kleuren: wit, blauw, violet en scharlakenrood. Nieuwe anemonenrassen lijken er niet op de markt te komen. In Engeland is dat anders; daar bezocht ik onlangs een kwekerij waar anemonen in allerlei kleurschakeringen worden gekweekt, van zachtroze en lila, tot kersrood en pauselijk paars. Hun vlaggenschip heet ‘Grecian Sunset’, een anemoontje dat primulageel begint te bloeien en dat eindigt in – jawel – zonsondergangrood. De kwekerij, die zich niet alleen in anemonen specialiseert maar ook in cyclamen en kerstrozen, is te vinden in de buurt van Birmingham. Niet naast de deur, maar gelukkig kunt u de anemonen ook in de herfst als jonge planten laten opsturen (www.ashwood-nurseries.co.uk). Alles is duur in Engeland, dus planten ook, en voor een prijs die de kosten van een overtocht via de Kanaaltunnel of per veerboot nauwelijks ontloopt, krijgt u de planten netjes thuisgestuurd.
Het mooie van dergelijke knolvormende anemonen, of het nu Engelse of Nederlandse rassen zijn, is dat je ze het hele seizoen kunt planten, of dat nu in maart of in juni is. Laat de knollen een nacht lang weken in lauw water, plant ze 10 centimeter diep, en na gemiddeld tien weken zullen de anemonen bloeien. Wie voorzichtig is, rooit de knollen ieder jaar op, nadat het loof is afgestorven; wie niet bang is voor wat risico laat ze ’s winters in de grond. In de grond overwinterde anemonen bloeien van februari tot mei. Tot – 10 °C vorst wordt doorstaan; vriest het harder, dan is het raadzaam om de planten af te dekken.
Niet alle anemonen hebben een knol; je hebt ook soorten met wortelstokken of met gewone wortels. Er zijn zoveel verschillende anemonen dat je ze in de tuin van het prille voorjaar tot de late herfst in bloei kunt hebben. Soorten met knollen en wortelstokken bloeien vroeg, en die met gewone wortels wat later in het seizoen. In de tuin zijn vooral de hele vroege en de hele late bloeiers de moeite waard, om de eenvoudige reden dat ze bloeien terwijl de andere planten nog moeten beginnen, óf allang zijn uitgebloeid. In het voorjaar zou je de scharlakenrode anemoon ‘Hollandia’ kunnen combineren met de vroegbloeiende, geelgroene wolfsmelk Euphorbia polychroma; voor de herfst zou je een bezadigder combinatie kunnen planten van bestoft roze Japanse anemonen en dofblauwe, laatbloeiende monnikskappen, met een bottelroos op de achtergrond.
Japanse anemoon, of herfstanemoon, is een verzamelnaam voor een grote groep laatbloeiende anemonen die voor het grootste deel niet uit Japan, maar uit China komen. Het zijn betrouwbare vaste planten in ons klimaat, hoewel je het lot niet moet tarten door ze in het najaar te planten. Het kleurengamma is beperkt en varieert van wit tot rozerood. Er bestaan verscheidene gevuldbloemige variëteiten, maar de charme van de anemoon ligt juist in de ongekunstelde bloem, met kransen van bloemblaadjes en meeldraden rondom een donker hart. Bij gevulde bloemen is die eenvoud weg. De herfst begint vroeg bij de herfstanemonen, want de 1,5 meter hoge Anemone tomentosa bloeit al in augustus. Daarna volgt de lagere en latere Anemone hupehensis, met als bekendste variëteiten ‘Hadspen Abundance’, ‘September Charm’ en ‘Rosenschale’. De gewone Anemone hupehensis – zonder toevoegsels – bloeit het laatst van allemaal, in oktober en november, en nog voordat deze plant is uitgebloeid komen de eerste blaadjes van de voorjaarsanemoon ‘Hollandia’ alweer boven de grond.