Chauffeurs en bijrijders

Ik heb het wel vaker gezegd: onder planten heb je chauffeurs en bijrijders. Bijrijders zijn bijvoorbeeld de meeste bloembollen, die al vroeg in het seizoen een daverende climax kennen maar die daarna niets meer bijdragen. Zo ook heesters als jasmijn, sering en deutzia: dramatisch in bloei, maar daarna moet je de rest van het jaar zien te leven met hun nietszeggendheid. In een grote tuin is dat geen probleem, want daar kun je de bijrijders zodanig planten dat ze na de bloei in de coulissen verdwijnen, maar in een kleine tuin heb je geen coulissen en daar kun je louter chauffeurs gebruiken. Dat zijn planten die het hele seizoen een sturende rol spelen in perken en borders. Laat ik voorbeelden noemen, dat maakt de zaak duidelijker.

Rodgersia is de naam van een vaste plant met aantrekkelijk bronskleurig jong blad, aardige bloemen in de voorzomer en die de rest van het jaar spectaculaire zaadpluimen geeft die zelfs ’s winters, als de Rodgersia onder de grond verdwijnt, overeind blijven staan. Kortom, een plant waarvan je het hele seizoen plezier kunt hebben. En dat zou dan meteen ook de politiek van de eigenaar van de kleine tuin moeten zijn: neem geen genoegen met een plant die maar eenmaal in het seizoen mooi is, maar zoek naar planten die twee, drie of vier keer per seizoen een hoogtepunt kennen. Dat is makkelijk gezegd, dat weet ik, en het is maar al te verleidelijk om in een tuincentrum alles wat bloeit in de mand of kar te laden. Dat doe ik zelf ook, maar of dat de manier is om een tuin te krijgen die een seizoen lang meegaat, dat waag ik te betwijfelen.

Een ander voorbeeld. Actaea is de Latijnse naam voor christoffelkruid, een vaste plant die in juni bloeit met witte pluimen – een beetje zoals een Astilbe – en die daarna de rest van de zomer getooid is met opvallende rode, zwarte of witte bessen. Christoffelkruid is een schaduwplant en omdat je in de schaduw wit beter ziet dan zwart of rood, denk ik dat de Actaea met witte bessen de beste keuze is. Actaea alba heette deze plant vroeger, maar de nieuwste naam luidt Actaea pachypoda. De bessen van het christoffelkruid zijn giftig, maar mij zijn geen gevallen van vergiftiging bekend. En dit is weer een plant die meerdere malen per seizoen mooi is – tijdens de bloei, en daarna nogmaals in zaad.

Dat principe – dat het raadzaam is om te zoeken naar planten die meer dan eenmaal mooi zijn – geldt niet alleen voor vaste planten, maar ook voor klimplanten, bomen, struiken, bolgewassen en eenjarigen. Het is een algemene richtlijn. Klimplanten die meerdere malen per jaar een hoogtepunt kennen zijn dun gezaaid, hoewel klimmers met mooi blad, zoals de blauweregen of de klimhortensia, het hele seizoen wel decoratief zijn. Maar een uitgebloeide clematis is dikwijls een wrak. Op de uitzonderingen na dan, want er zijn ook clematissen die uitgebloeid minstens zo mooi zijn als tijdens de bloei. Dat zijn bijvoorbeeld Clematis alpina, of Clematis macropetala, met glanzende zilveren zaadpluizen van juni tot november. Of Clematis ‘Duchess of Albany’ met zaadhoofen die in brons gegoten lijken.

Er zijn zelfs bolgewassen die na de bloei nog een rol in de tuin kunnen spelen. Dat zijn de sieruien. De meeste bloembollen verschrompelen na de bloei, zodat je nog een maand lang tegen vergelend loof aan zit te kijken. Het is dan altijd weer een opluchting als ze verdwenen zijn. Maar sieruien maken spectaculaire zaadhoofden – soms wel zo groot als een voetbal – waardoor ze tot diep in de zomer aanwezig blijven. De moraal? Koop planten pas als ze uitgebloeid zijn.

Alles kan wachten
cover.xhtml
halftitle.xhtml
frontmatter.xhtml
title.xhtml
copyright.xhtml
inhoud.xhtml
part01.xhtml
chapter01.xhtml
chapter02.xhtml
chapter03.xhtml
chapter04.xhtml
chapter05.xhtml
chapter06.xhtml
chapter07.xhtml
chapter08.xhtml
chapter09.xhtml
chapter10.xhtml
chapter11.xhtml
chapter12.xhtml
chapter13.xhtml
chapter14.xhtml
chapter15.xhtml
chapter16.xhtml
chapter17.xhtml
chapter18.xhtml
chapter19.xhtml
chapter20.xhtml
chapter21.xhtml
chapter22.xhtml
chapter23.xhtml
chapter24.xhtml
chapter25.xhtml
chapter26.xhtml
chapter27.xhtml
part02.xhtml
chapter28.xhtml
chapter29.xhtml
chapter30.xhtml
chapter31.xhtml
chapter32.xhtml
chapter33.xhtml
chapter34.xhtml
chapter35.xhtml
chapter36.xhtml
chapter37.xhtml
chapter38.xhtml
chapter39.xhtml
chapter40.xhtml
chapter41.xhtml
chapter42.xhtml
chapter43.xhtml
chapter44.xhtml
chapter45.xhtml
chapter46.xhtml
chapter47.xhtml
chapter48.xhtml
chapter49.xhtml
chapter50.xhtml
chapter51.xhtml
chapter52.xhtml
chapter53.xhtml
chapter54.xhtml
chapter55.xhtml
chapter56.xhtml
chapter57.xhtml
chapter58.xhtml
chapter59.xhtml
chapter60.xhtml
chapter61.xhtml
chapter62.xhtml
chapter63.xhtml
chapter64.xhtml
chapter65.xhtml
chapter66.xhtml
chapter67.xhtml
chapter68.xhtml
chapter69.xhtml
chapter70.xhtml
chapter71.xhtml
chapter72.xhtml
chapter73.xhtml
chapter74.xhtml
chapter75.xhtml
chapter76.xhtml
chapter77.xhtml
chapter78.xhtml
chapter79.xhtml
chapter80.xhtml
chapter81.xhtml
chapter82.xhtml
chapter83.xhtml
chapter84.xhtml
chapter85.xhtml
chapter86.xhtml
chapter87.xhtml
chapter88.xhtml
part03.xhtml
chapter89.xhtml
chapter90.xhtml
chapter91.xhtml
chapter92.xhtml
chapter93.xhtml
chapter94.xhtml
chapter95.xhtml
chapter96.xhtml
chapter97.xhtml
chapter98.xhtml
chapter99.xhtml
chapter100.xhtml
chapter101.xhtml
chapter102.xhtml
chapter103.xhtml
chapter104.xhtml
part04.xhtml
chapter105.xhtml
chapter106.xhtml
chapter107.xhtml
chapter108.xhtml
chapter109.xhtml
chapter110.xhtml
chapter111.xhtml
chapter112.xhtml
chapter113.xhtml
chapter114.xhtml
chapter115.xhtml
chapter116.xhtml
chapter117.xhtml
chapter118.xhtml
backmatter.xhtml
register.xhtml