Serafín

 

 

 

De hoge ijzeren kranen die in de haven van Barcelona de scheepsladingen in- en uitladen weerkaatsen oogverblindend het zonlicht. Serafín moet zijn blik afwenden. Hij struint over de kade van wat al acht eeuwen lang de fundering is onder de rijkdom van de stad, het kloppende hart van de Catalaanse handel. Hiervandaan vertrekken schepen om de stad te verbinden met elke uithoek van de aarde: Liverpool, New York, Havana, Puerto Rico, Buenos Aires… de wereld ligt aan je voeten in Barcelona.

Iets verder, op de vlakte in de schaduw van de Montjuïc, bevinden zich de scheepswerven. Bij een van deze werven was Serafíns vader ploegbaas, en als kind ging Serafín regelmatig kijken hoe de boten werden geschilderd en gerepareerd. Kleine klusjes kreeg hij daar opgedragen, zoals het mengen van de verf, het poetsen van koperen onderdelen en het opbergen van gereedschap. Gelijk elk ander kind vond hij niets mooier dan het werk van zijn vader, en dit uitte zich in een onstilbare leergierigheid en in een eindeloze stroom aan vragen die steeds dieper op het vak ingingen en complexer werden; vragen waarop soms zelfs zijn eigen vader het antwoord schuldig moest blijven. Gezegend met het alles absorberende geheugen dat die leeftijd eigen is, wist hij op zijn negende meer af van het onderhoud van boten dan de meeste werknemers op de werf.

Na verloop van tijd begon de eigenaar, een bejaarde man die zich maar zelden op het bedrijfsterrein vertoonde, de jongen op te merken. Gedeeltelijk omdat hij bewonderde hoeveel kennis Serafín in zo’n korte tijd had opgedaan, gedeeltelijk omdat hij iets van zichzelf in de jongen herkende, bood hij aan de schoolkosten voor hem te betalen, een aanbod waar de familie Maragall dankbaar gebruik van maakte. En toen de man enkele jaren later overleed, bleek hij in zijn testament een fonds te hebben gereserveerd dat de kosten van Serafíns universitaire opleiding moest dekken. Daar waar in eerste instantie een toekomst als dokwerker voor Serafín onontkoombaar had geleken, openden zich nu allerlei andere mogelijkheden. Zijn vader droomde al hardop van een zoon die ingenieur werd, een hoop die alleszins reëel leek, want op de school gaf de jongen blijk van uitzonderlijke talenten op het gebied van de wiskunde en natuurkunde. Serafíns ambities reikten echter verder. Hij streefde een loopbaan na in het bestuur en de politiek, en op zijn achttiende begon hij aan een studie rechten. Hoe snel hij daarna ook bleef stijgen op de maatschappelijke ladder, voor zijn vader is het tot aan diens dood een teleurstelling gebleven dat hij niet koos voor een technische studie.

 

Serafín loopt de haven uit, langs de wijk La Barceloneta (ooit een eiland voor de kust, maar langzaam vastgegroeid aan de stad) en om de citadel heen. Hij vervolgt zijn weg naar het noorden, naar de nieuwe wijken, waar de woonblokken vierkant uit de grond rijzen; een groot deel van de kaart van Barcelona is te gebruiken als ruitjespapier. Al snel komt het doel in zicht. Met lood in de schoenen steekt Serafín de straat over naar Bernardo Flaco’s kantoor. Gistermiddag heeft de vakbondsman zich ervan vergewist bij de bankdirecteur — die hij kent van de vrijmetselarij — dat de tegoeden van Flaco afdoende zijn om zijn schulden te dekken. De waarborg wordt dus ingetrokken, of Flaco het ermee eens is of niet. Om te voorkomen dat de industrieel zich bedrogen voelt, zal Serafín hem de ‘commissie’ over het afgelopen jaar terugbetalen.

Het is de eerste keer dat Serafín Flaco’s kantoor bezoekt — de onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden vonden vorig jaar plaats in de fabriek van Mataró zelf. Hij is onder de indruk van het pand, een nieuw gebouw op de hoek van een huizenblok; eerder stond hier een vervallen leerlooierij. Het heeft vloeiende welvingen in de gevel en veel kleine ornamenten; ongetwijfeld heeft de architect zich laten beïnvloeden door de twee grote Catalaanse modernisten: Lluis Domenèch, die de bouw van het Heilige Kruis Ziekenhuis leidt, en Antoni Gaudí, die zich de laatste tijd bijna uitsluitend bezighoudt met een kathedraal in El Poblet. Serafín is een groot bewonderaar van de modernisten: wat hem betreft is hun stijl representatief voor de vooruitgang van het land, voor de moed om te experimenteren en nieuwe paden in te slaan.

Hij groet de portier, die de wacht houdt in een poort omgeven door een mozaïek van kleurrijke tegeltjes, en loopt door naar het kantoor van Flaco, gelegen op de begane grond rechts, de zijde die zich uitstrekt over de hoek van de straat. De deur wordt opengedaan door een forse man met een wantrouwende blik. Hij draagt een grijze wollen jas met wat donkere vlekken, en een zwarte pantalon. ‘Wat kan ik voor u doen?’

‘Mijn naam is Serafín Maragall en ik kom don Bernardo spreken.’

‘Verwacht hij u?’

‘Nee, maar ik weet zeker dat hij me te woord zal staan.’

‘Nou, als u het zéker weet…’ De man verdwijnt via een smalle zijdeur naast de ingang.

Na een kwartier wachten klinken er eindelijk voetstappen vanaf het einde van de gang. De tussendeur slaat open en Bernardo Flaco treedt Serafín met een uitgestoken hand tegemoet. Een joviale lach siert zijn gezicht. ‘Wat toevallig dat jij vandaag langskomt,’ zegt Flaco. ‘Ik zat gisteren nog te bedenken hoe goed we vorig jaar hebben samengewerkt.’

Serafín schudt hem de hand. ‘Het is je kennelijk niet slecht vergaan sindsdien.’

‘O, laat je niet imponeren door dit kantoor, dat is slechts een façade. Als ik zaken doe is het noodzakelijk zo succesvol mogelijk te lijken.’ Flaco gebaart Serafín een kamer in te komen en te gaan zitten.

‘Nou, dat doe je dan overtuigend,’ zegt Serafín, plaatsnemend op een houten stoel met een paars zitkussen.

‘Weet je, ik geloof dat we binnenkort wéér zullen samenwerken. Ik krijg allerlei signalen dat er in mijn fabrieken weerstand is tegen de overeenkomst die wij hebben gesloten.’

Hij heeft me door, ziet Serafín. Hij leest het in Flaco’s ogen, hij hoort het in zijn stem. Om dit soort rijkdom te vergaren moet je beschikken over een feilloos overlevingsinstinct. Het heeft geen zin het slechte nieuws in te leiden; de vakbondsman brengt het daarom maar direct: ‘Ik moet de borgstelling intrekken. De UGT heeft het nodig… voor huishoudelijke uitgaven.’

‘Nee.’ Flaco schudt zijn hoofd en bijt op zijn lip.

‘Je hebt niet echt een keuze,’ antwoordt Serafín. ‘Vanzelfsprekend zal ik de commissie over het afgelopen jaar laten terugstorten op een van jouw rekeningen.’

De industrieel tikt driemaal met de wijsvinger op zijn bureau, als een soort van bezwering. ‘Blijf even hier,’ zegt hij dan. ‘Ik ben zo terug.’

Terwijl Flaco wegloopt komen twee andere mannen de ruimte binnen. De man die eerder opendeed gaat tegenover Serafín zitten in Flaco’s stoel, de ander gaat voor de deur staan en blokkeert de uitgang. Dit belooft weinig goeds. Hij moet hier weg zien te komen.

Serafín wacht een paar minuten en verontschuldigt zich dan: ‘Het spijt me, maar ik kan niet langer blijven. Ik heb nog een andere afspraak.’ Hij staat op.

‘Jij gaat nergens heen,’ zegt de man bij de deur. Hij maakt zich nog breder dan hij al is.

‘O, en hoe ver zijn jullie bereid te gaan om mij hier te houden?’ Serafín stelt de vraag zo neutraal mogelijk. Hij weet dat dreigingen doorgaans aan kracht inboeten als ze worden geëxpliciteerd.

‘Zover als nodig is.’ De man drukt de vingertoppen van zijn linkerhand zacht maar dwingend op Serafíns borst.

Serafín is geen sterk man en geen dapper man, maar hij moet zijn kalmte bewaren, of in ieder geval kalmte zien voor te wenden. Zijn ervaring is dat angst geweld uitlokt. ‘Wat heeft don Bernardo jullie precies opgedragen?’ vraagt hij.

‘Dat gaat jou niets aan.’

‘Ik zou het toch wel heel graag willen weten.’

De man in Flaco’s stoel kijkt op de staande klok.

Ze moeten hem hier dus een bepaalde tijd vasthouden, bedenkt Serafín, of tot Bernardo Flaco terug is. Dat laatste zou wel eens heel onaangenaam kunnen uitpakken. ‘Hoe lang moet ik hier nog blijven?’ vraagt hij, zich nu richtend tot de man in de stoel.

‘Tien minuten,’ zegt deze. ‘Ga nu maar weer zitten.’

 

Ze zouden eens moeten weten, denkt Serafín, terwijl hij het gebouw uit loopt. De vakbondsman wilde het niet zo lomp brengen bij de industrieel, maar hij heeft natuurlijk — met de nodige hulp van de bankdirecteur, die bereid was de bankregels flink naar zijn hand te zetten — gísteren de waarborg al opgeheven. Op ditzelfde moment staat Bernardo Flaco naar alle waarschijnlijkheid te vloeken en te foeteren tegen de klerk van de Sabadell Bank, die hem niet toestaat zijn tegoeden op te nemen zonder eerst zijn schuld af te lossen.

Serafín heeft er een vijand bij gemaakt — deze keer een gevaarlijke — maar waar het om gaat is dat er kan worden gestaakt in Mataró.

Het Bloed in Onze Aderen
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html
section-0085.html
section-0086.html
section-0087.html
section-0088.html
section-0089.html
section-0090.html
section-0091.html
section-0092.html
section-0093.html
section-0094.html
section-0095.html
section-0096.html
section-0097.html
section-0098.html
section-0099.html
section-0100.html
section-0101.html
section-0102.html
section-0103.html
section-0104.html
section-0105.html
section-0106.html
section-0107.html
section-0108.html
section-0109.html
section-0110.html
section-0111.html
section-0112.html
section-0113.html
section-0114.html
section-0115.html
section-0116.html