|

77

‘Kijk, wat mooi,’ zei Oliver.

‘Wat?’ zei Erika. Ze stonden in de afschuwelijke, zompige voortuin van haar moeder; het leek niet waarschijnlijk dat daar iets moois te zien was. Ze volgde zijn blik naar de amberboom, waar aan elk blad glinsterende regendruppels in de zon trilden.

‘Kijk ze schitteren. Net kleine diamantjes!’ zei Oliver.

‘Je bent in een poëtische bui,’ zei Erika. Dat kwam vast doordat ze afgelopen nacht voor het eerst sinds een week seks hadden gehad.

Haar blik keerde terug naar de troep van haar moeder. Nu de zon scheen, zag alles er zelfs nog deprimerender uit dan op de dag dat ze hier in de regen was. Ze schopte tegen een ongeopende, slappe, doorgezakte kartonnen doos met daarop een etiket van Amazon, en het smerige water dat erop lag klotste op haar voet. Een blaadje bleef aan haar schoen hangen, ze probeerde het eraf te trappen.

‘Wat doe je, schat? Een linedance?’

Erika’s moeder verscheen in de tuin, met een rood-wit genopte sjaal over haar hoofd en in een blauwe denim overall, als een huisvrouw uit de jaren vijftig die aan de voorjaarsschoonmaak begon. Ze stak haar duimen in de zakken van haar (gloednieuw uitziende) overall en schopte een been naar achteren en daarna opzij terwijl ze nasaal een liedje neuriede.

‘Dat doe je goed, Sylvia,’ zei Oliver.

‘Dank je,’ zei ze. ‘Ik heb ergens een dvd met linedance liggen als je die wilt lenen.’

‘Die vind je vast en zeker snel,’ zei Erika.

Sylvia haalde even haar schouders op. ‘Het is geen moeite.’ Ze keek rond in de voortuin en slaakte een zucht. ‘Hemeltje. Wat een troep. Die regen was ook wel extreem, hè? We hebben een flinke klus te klaren.’

Vandaag koos Sylvia ervoor dat de voortuin er zo uitzag als gevolg van de regen!

‘Nou, we zijn niet de enigen,’ zei Sylvia, en ze wees met haar kin. ‘Overal zijn vandaag mensen buiten aan het opruimen.’

‘Mam,’ zei Erika. ‘Bij die mensen is er water in hun huis gelopen. Deze troep is niet veroorzaakt door de regen. Het is rotzooi.’

‘Ik heb vanochtend tv-gekeken,’ vervolgde Sylvia zonder erop te reageren, ‘dat was zo inspirerend! Buren hielpen elkaar. Ik kreeg er natte ogen van.’

‘O, in godsnaam,’ zei Erika.

Oliver legde zijn hand op Erika’s schouder. ‘Accepteer wat we niet kunnen veranderen,’ mompelde hij.

Hij citeerde uit het sereniteitsgebed. Oliver ging naar bijeenkomsten van de aa voor familieleden van alcoholisten. Erika wilde geen sereniteit leren.

‘Wat zei je, Oliver?’ vroeg Sylvia. ‘Hoe gaat het trouwens met die lieve ouders van je? Hebben ze veel last gehad van de regen?’ Wat was ze slim, deze vrouw. ‘Ik heb ze heel lang niet gezien. We moeten weer eens samen een glaasje drinken.’

‘Mam,’ zei Erika.

‘Ja, moeten we doen,’ zei Oliver. ‘Al weet je heel goed dat de kans groot is dat mijn ouders dan tien of twintig glazen drinken.’

‘Ach, het zijn zulke leuke mensen,’ zei Sylvia vol genegenheid.

‘Yep,’ zei Oliver. ‘Dat zijn ze. O, kijk, daar komt onze container.’

‘Mooi. Wat kan ik doen?’ vroeg Sylvia toen de wagen de oprit op reed en langzaam de enorme container liet zakken.

‘Ons niet voor de voeten lopen,’ zei Erika.

‘Ja, maar ik moet wel zeker weten dat jullie niet per ongeluk iets belangrijks weggooien,’ zei Sylvia. ‘Weet je wat ik onlangs vond in een doos met oude kranten? Een heel grappig fotootje van jou, mij en Clementine!’

‘Dat lijkt me onwaarschijnlijk,’ zei Erika.

‘Hoe bedoel je, onwaarschijnlijk? Wacht maar tot je het ziet! Ik geef je op een briefje dat je erom zult lachen. Stel je eens voor dat we die dierbare herinnering hadden weggegooid! Jij en Clementine waren denk ik een jaar of twaalf. Clementine ziet er heel jong en knap op uit. Van de week zag ze er eerlijk gezegd afgetobd uit, ze wordt niet mooi oud. Die foto moet je zien, Oliver! Om een idee te krijgen van hoe je toekomstige dochter eruit zal zien!’

Olivers gezicht betrok. ‘Dat gaat niet gebeuren.’

‘Wat? Heeft ze zich teruggetrokken? Nadat jullie het leven van haar kind hebben gered?’

‘Wij hebben ons teruggetrokken,’ zei Erika. ‘Niet zij. Wij. We zijn van gedachten veranderd.’

‘O, maar waarom? Wat een verschrikkelijk nieuws. Ik ben verpletterd!’

Erika zag vol verbazing dat haar moeder voor het gemak alles vergat wat ze donderdagavond had gezegd en zichzelf tot slachtoffer maakte. ‘Jullie hadden me hoop gegeven! Ik dacht dat ik oma zou worden. Toen ik naar die schattige meisjes keek bij Pam, bedacht ik hoe leuk het zou zijn om zelf een kleinkind te hebben. Dat ik haar dan kon leren naaien, net zoals mijn oma mij heeft geleerd.’

‘Haar leren naaien?’ stamelde Erika. ‘Mij heb je nooit leren naaien!’

‘Waarschijnlijk heb je dat nooit aan me gevraagd,’ zei Sylvia.

‘Ik heb je nooit van mijn leven met naald en draad gezien.’

‘Ik ga even de chauffeur betalen voor de container,’ zei Oliver.

‘Ik ga binnen kijken of ik dat leuke fotootje kan vinden,’ zei Sylvia snel, want straks werd er nog van haar verwacht dat ze iets betaalde.

Erika nam de gelegenheid te baat om plastic handschoenen aan te trekken, haar knieën te buigen en een kapotte wasmand op te tillen die vol zat met allerlei rommel: een pop zonder hoofd, een doorweekt badlaken, een pizzadoos. Ze droeg hem naar de container en gooide hem er met een zwaai in, alsof het een granaat was. Hij landde met een klap op het metaal. Spullen weggooien gaf haar altijd een ongeremd, angstig gevoel, alsof ze met een oorlogskreet de strijd in ging.

‘Nou, je hebt nog heel wat te doen,’ zei de chauffeur toen hij het gele formulier dat Oliver hem had gegeven, opvouwde en in zijn achterzak propte. Hij sloeg zijn armen over elkaar op zijn ronde bovenlichaam en bekeek de voortuin met een blik van onverholen afkeer.

‘Wil je een handje helpen?’ vroeg Oliver.

‘Haha! Nee, dat moet je alleen opknappen, maat. Jij liever dan ik!’ Hij bleef hoofdschuddend staan, alsof hij de supervisie over het geheel had.

‘Nou, schiet op, dan,’ zei Erika geïrriteerd, en ze hoorde dat Oliver een lach onderdrukte toen ze zich omdraaide om de oude kerstboom op te pakken. Een kerstboom, nota bene. Ze kon zich niet herinneren dat ze ooit een kerstboom hadden gehad, en toch stond hier een oude, gehavende boom met één zielig sliertje goudfolie.

De chauffeur reed met brullende motor weg, en Erika gooide de kerstboom in de container, terwijl Oliver met de ene hand een kapotte pedestal pakte en met de andere een vuilniszak.

Haar moeder kwam triomfantelijk de voordeur uit met een fotootje tussen haar duim en wijsvinger. Een wonder dat ze iets had gevonden.

‘Kijk deze foto eens!’ zei ze tegen Erika. ‘Ik weet zeker dat je erom moet lachen.’

‘Ik weet zeker van niet,’ zei Erika zuur.

Haar moeder boog zich naar haar toe en plukte een flintertje goudfolie van Erika’s shirt. ‘Jawel, hoor. Kijk maar.’

Erika keek naar de foto. Ze barstte in lachen uit. Haar moeder danste vrolijk rond, met haar armen om haar lichaam geslagen. ‘Ik zei het toch, ik zei het toch!’

Het was een grofkorrelige zwart-witfoto van haar, haar moeder en Clementine in een achtbaan. Hij was genomen door zo’n automatische camera die erop ingesteld is om de reactie van passagiers op het meest angstaanjagende moment van de rit in de achtbaan vast te leggen. Ze hadden alle drie hun mond wijd open, voor altijd gevangen in een schreeuw. Erika leunde naar voren, met beide handen strak om de veiligheidsstang, alsof ze ertegen duwde om hem sneller te laten gaan terwijl ze haar hoofd naar achteren wierp. Clementine had haar ogen dichtgeknepen en haar paardenstaart vloog omhoog, recht boven haar hoofd, als het hoofddeksel van de paus. Sylvia had haar ogen wijd opengesperd en haar armen in de lucht geworpen, als een dronken, dansend meisje. Angstige, hilarische vreugde. Dat zag je op die foto. Het deed er niet toe of hij scherp was, je moest gewoon lachen als je ernaar keek. Clementine en zij waren in hun schooluniform.

‘Zie je nou! Ben je niet blij dat ik die heb bewaard?’ zei Sylvia. ‘Laat hem maar aan Clementine zien. En kijk of zij zich die dag herinnert! Ik moet toegeven dat ik me die specifieke dag niet meer herinner, maar je ziet hoe blij we waren! Doe maar niet alsof je een verschrikkelijke jeugd hebt gehad, je had een fantastische jeugd! Al die achtbanen, weet je nog? Hemel, ik was dol op achtbanen. Jij ook.’

Haar oog viel ergens op. ‘Oliver, wat heb je daar? Laat me alleen even kijken!’ Oliver, die met zijn armen om een gescheurde kartonnen doos stond, haastte zich naar de container, met Sylvia achter hem aan, die ‘Oliver! Oliver!’ riep.

Zo was het leven met Sylvia: absurd, belachelijk, om gek van te worden en soms, zo nu en dan, geweldig. Ze hadden die dag eigenlijk naar school gemoeten. Het was eind november, er hing iets van zomer in de lucht. Het was Erika’s twaalfde verjaardag – nee, het was de week erna, Sylvia kon moeilijk data onthouden, maar die keer had ze besloten het goed te maken met een spontaan, gek gebaar. Ze was naar school gegaan en had allebei de meisjes meegenomen voor een uitstapje naar Luna Park, maar zonder toestemming of medeweten van Clementines ouders; dat zou vandaag de dag nooit meer gebeuren, en Erika was namens de school geschokt. Het had vreselijke wettelijke gevolgen kunnen hebben.

Clementine mocht niet in een achtbaan, omdat haar moeder daar fobisch voor was. Ze was sterk beïnvloed door het verhaal over een ongeluk waarbij acht mensen op een kermis waren omgekomen, jaren voordat Clementine en Erika geboren waren. ‘Die apparaten worden niet goed onderhouden,’ zei Pam altijd. ‘Ze zijn levensgevaarlijk. Je kunt erop wachten dat er iets misgaat.’

Maar Erika en Sylvia waren dol op achtbanen, hoe enger hoe beter. Geen beslissingen, geen controle, geen discussie, alleen lucht in je longen en het doordringende geluid van je eigen kreten voordat ze door de wind werden weggevaagd. Het was een van de weinige grillen die ze gemeen hadden: spannende achtbaanritjes. Niet dat ze het vaak deden. Erika kon zich maar een keer of vijf herinneren, en dit was er een van.

Erika wist dat Clementine die dag ook genoten had. Ze had een van haar uitzinnige buien gehad. Het was een dag waarop Erika niet aan hun vriendschap had getwijfeld. Dat soort dagen waren er ook geweest, dagen waarop haar moeder haar moeder was, en haar vriendin haar vriendin.

Ze schoof de foto in de achterzak van haar spijkerbroek en keek naar Sylvia, die zo ver over de rand van de container hing om iets te redden dat ze er bijna in kukelde. Ze kwam weer overeind, trok het sjaaltje om haar hoofd goed en keek met haar handen in haar zij naar Oliver.

‘Oliver! Met die ventilator is niets mis!’ riep ze. ‘Haal hem er weer voor me uit, alsjeblieft!’

‘Dat gaat niet, Sylvia,’ zei Oliver.

Erika draaide zich om om een glimlach te verbergen. Ze keek naar de zon, die op de door regen bespikkelde boom scheen. Hij was eigenlijk heel mooi. Net een kerstboom.

Ze wierp haar hoofd in haar nek om te genieten van de zon op haar gezicht, toen ze de overbuurvrouw zag die van Jezus hield maar beslist niet van Sylvia. Ze stond boven voor het raam, met een hand op het glas alsof ze het aan het zemen was. Het was alsof de vrouw Erika recht aankeek.

En ineens gebeurde het: Erika herinnerde zich alles weer.

Bijna echt gebeurd
cover.xhtml
Section001.xhtml
Section002.xhtml
Section003.xhtml
Section004.xhtml
Section005.xhtml
Section006.xhtml
Section007.xhtml
Section008.xhtml
Section009.xhtml
Section010.xhtml
Section011.xhtml
Section012.xhtml
Section013.xhtml
Section014.xhtml
Section015.xhtml
Section016.xhtml
Section017.xhtml
Section018.xhtml
Section019.xhtml
Section020.xhtml
Section021.xhtml
Section022.xhtml
Section023.xhtml
Section024.xhtml
Section025.xhtml
Section026.xhtml
Section027.xhtml
Section028.xhtml
Section029.xhtml
Section030.xhtml
Section031.xhtml
Section032.xhtml
Section033.xhtml
Section034.xhtml
Section035.xhtml
Section036.xhtml
Section037.xhtml
Section038.xhtml
Section039.xhtml
Section040.xhtml
Section041.xhtml
Section042.xhtml
Section043.xhtml
Section044.xhtml
Section045.xhtml
Section046.xhtml
Section047.xhtml
Section048.xhtml
Section049.xhtml
Section050.xhtml
Section051.xhtml
Section052.xhtml
Section053.xhtml
Section054.xhtml
Section055.xhtml
Section056.xhtml
Section057.xhtml
Section058.xhtml
Section059.xhtml
Section060.xhtml
Section061.xhtml
Section062.xhtml
Section063.xhtml
Section064.xhtml
Section065.xhtml
Section066.xhtml
Section067.xhtml
Section068.xhtml
Section069.xhtml
Section070.xhtml
Section071.xhtml
Section072.xhtml
Section073.xhtml
Section074.xhtml
Section075.xhtml
Section076.xhtml
Section077.xhtml
Section078.xhtml
Section079.xhtml
Section080.xhtml
Section081.xhtml
Section082.xhtml
Section083.xhtml
Section084.xhtml
Section085.xhtml
Section086.xhtml
Section087.xhtml
Section088.xhtml
Section089.xhtml
Section090.xhtml
Section091.xhtml
Section092.xhtml
Section093.xhtml
Section094.xhtml
Section095.xhtml
Section096.xhtml
Section097.xhtml