68

Het was midden in de nacht tegen de tijd dat Richard eindelijk van de wenteltrap afstapte en de kamer met Regula binnenging. Het was een lange tocht geweest van de gastenverblijven naar de Tuin des Levens. Het paleiscomplex was een uitgestrekte stad en soms leek het of hij de helft van zijn tijd bezig was van de ene kant naar de andere te lopen.

Zijn tanden knarsten toen hij de machine zag staan. Hij had het helemaal gehad met de manier waarop de voorspellingen van de machine het middelpunt bleken te zijn van alle recente sterfgevallen. En nu voorspelde de machine dat de honden Kahlan van hem af zouden nemen.

Hij kon het beeld van hoe de honden Catherine van haar echtgenoot hadden afgenomen niet van zich afzetten. Het idee dat Kahlan zoiets zou overkomen bezorgde hem een rood waas voor zijn ogen.

Op de terugweg van de vermoorde koningin Orneta was hij, ondanks Nicci’s verzekering dat Kahlan rustig lag te slapen, zelf ook nog even bij haar gaan kijken. Hij was zachtjes de kamer binnengeslopen en had bij het licht van de brandende lamp op het nachtkastje even naar haar staan kijken. Ze lag kalm te slapen onder de deken waaronder hij haar eerder al had ingestopt. Haar ademhaling was regelmatig en ze lag niet te woelen, dus had Richard het idee dat ze rustig sliep. Hij had zachtjes een kus op haar voorhoofd gedrukt en was weggegaan.

Ook was hij nog even bij Rikka, Berdine en de soldaten langsgegaan om zich ervan te overtuigen dat ze goed hadden begrepen dat alles wat ook maar enigszins niet in de haak leek bloedserieus moest worden genomen. Ze hadden het allemaal begrepen.

De hele tijd bleven de woorden van de machine, De honden zullen haar van je afnemen, door zijn hoofd spoken.

Toen hij Richard zag aankomen, keek Zedd op. ‘Wat is er aan de hand?’

Richard wees naar de machine. ‘Weet je nog, die voorspelling die de machine eerder vanavond heeft gedaan? “De keuze van een koningin zal haar haar leven kosten.”’

‘Wat is daarmee?’ vroeg Zedd. ‘Ben je erachter wat die tekst betekent?’

Richard knikte. ‘Hij blijkt over koningin Orneta te gaan. Zij maakte eerder vandaag de keus om zich aan te sluiten bij Hannis Arc, van het gewest Fajin, omdat hij in het gebruik van profetie gelooft en die met alle plezier aan haar en iedereen die zich erdoor wil laten leiden wil openbaren. Korte tijd later was ze dood.’

‘Dood? Hoe?’

Richard zuchtte. ‘Vermoord door een Mord-Sith. Ik begrijp er niets van. Ik wil niet geloven dat een van hen het heeft gedaan, maar er bestaat gewoon geen enkele twijfel dat de dader een Mord-Sith was.’

‘Juist, ja.’ Met een zorgelijke blik draaide Zedd zich om en begon heen en weer te lopen, terwijl hij overdacht wat dit kon betekenen.

Richard haalde het metalen stripje uit zijn zak en zwaaide ermee. ‘Later kwam de machine met dit omen – waarmee jij Nicci naar mij hebt toegestuurd.’

Zedd keek over zijn schouder. ‘Wat staat erop?’

‘Er staat: “De honden zullen haar van je afnemen.”’

Er sprak vermoeidheid uit Zedds bruine ogen. Hij staarde naar de grond. ‘Lieve geesten,’ fluisterde hij.

Richard wees op de machine. ‘Zedd, ik wil dat dit ding wordt vernietigd.’

‘Vernietigd?’ Zedd wreef met zijn vingers over zijn kin en keek fronsend naar hem op. ‘Ik begrijp hoe je je moet voelen, Richard, maar lijkt dat je nu echt verstandig?’

‘Ken jij ook maar één profetie, ééntje maar, die een vreugdevolle afloop kent? Heb je dat in je hele leven ooit meegemaakt?’

De vraag leek Zedd te verbazen en zijn frons werd dieper. ‘Ja, natuurlijk wel. Ik kan je zo gauw even geen voorbeeld geven, maar ik weet zeker dat ik ze heb meegemaakt en een enkele herinner ik me ook nog wel in grote lijnen. Ze komen niet zo vaak voor als onheilspellende profetieën, maar in boeken over profetie worden regelmatig vreugdevolle gebeurtenissen voorspeld. Nathan krijgt ook wel eens profetieën door over vrolijke gebeurtenissen.’

‘En is er uit deze machine ook maar één enkele voorspelling gekomen die niet over de dood en andere ellende gaat?’

Zedd keek naar de machine die stilletjes in het midden van de schemerige ruimte stond, slechts verlicht door het vreemde schijnsel van de nabijheidsbollen.

‘Eigenlijk niet, nee.’

‘Vind je dat niet een beetje vreemd?’

‘Vreemd? Hoe bedoel je?’

‘Er is geen sprake van balans. Profetie is magie. Magie heeft een zekere balans nodig. Het bestaan van profetie moet in evenwicht worden gehouden door de vrije wil. Maar er is geen evenwicht in de profetieën die dit ding heeft geproduceerd, of wel soms? Het is een en al kommer en kwel.’

‘Misschien die ene waarin ze vertelt dat ze dromen heeft,’ opperde Nicci.

Richard keek haar aan. ‘Maar is dat echt iets vreugdevols? En zelfs als dat zo zou zijn, is het dan een echte profetie? Daar ben ik niet echt van overtuigd.’

‘Wat is het dan wel?’ vroeg ze.

Richard dacht even na. ‘Ik denk niet dat het een profetie is. Ik vind het eerder klinken alsof de machine een vraag stelt over zichzelf. Ik heb dromen gehad... waarom heb ik dromen gehad? Dat is wat ze vroeg.’

Hij wendde zich weer tot Zedd. ‘Maar de voorspellingen over ellende en dood die ze ons heeft gegeven, zijn stuk voor stuk onheilspellende profetieën. Er is geen evenwicht.’

Zedd keek hem verbijsterd aan. ‘Wat wil je daar nu eigenlijk mee zeggen, jongen?’

‘Wat ik daarmee wil zeggen is dat ik betwijfel of dit allemaal echte, authentieke profetieën zijn.’

Nicci keek sceptisch. ‘Wat zouden het anders moeten zijn?’

‘Het lijkt me niet onmogelijk dat iemand deze omina hier met opzet heeft achtergelaten en ze vervolgens ten uitvoer heeft gebracht om de indruk te wekken dat er werkelijk profetieën uitkomen. Het is net zoiets als dat ik tegen jou zeg dat ik vannacht een voorgevoel heb gehad dat ik mijn zwaard zou trekken en jouw schouder ermee zou aanraken, en dat vervolgens ook echt doe om dat voorgevoel te bevestigen. Dan zou het net zijn alsof ik een voorspelling had gedaan die uitkwam, maar het zou geen echte profetie zijn.’

‘Dus jij denkt dat iemand deze profetieën, of verzonnen profetieën, via deze machine naar ons toestuurt?’ Zedd stak een magere vinger in zijn warrige witte haardos en krabde aan zijn hoofd. ‘Richard, ik kan me niet voorstellen hoe iemand zoiets zou moeten doen, laat staan of het zelfs maar mogelijk is.’

Richard zwaaide met zijn arm. ‘Dat kan me niet schelen. Het feit dat ik niet begrijp hoe iemand dit zou kunnen doen, en of het zo is, wil nog niet zeggen dat ik hem zomaar zijn gang moet laten gaan.’

‘Maar om zo’n enorme machine te vernietigen zonder er iets vanaf te weten lijkt me ook niet...’

‘We weten er wel iets vanaf,’ viel Richard hem in de rede. Hij balde zijn handen tot vuisten. ‘Deze machine heeft verschrikkelijke dingen voorspeld en die zijn uitgekomen. Ik wil dat er een einde komt aan deze moorden. Ik wil niet dat Kahlan iets overkomt. Ik wil dit ding het zwijgen opleggen.’

Zedd wierp een machteloze blik op Nicci.

‘Ik ben bang dat ik daar niets tegen in kan brengen,’ zei ze in antwoord op Zedds onuitgesproken vraag. ‘Deze machine heeft iets wat me al vanaf het allereerste moment verontrust. Ze is hier niet voor niets begraven. Misschien heeft Richard wel gelijk. Sinds Richard haar heeft ontdekt, is er nog niets goeds uit voortgekomen.’

Zedd keek van Nicci naar Richard. ‘En hoe zit het dan met de rest van het boek Regula, dat in de Tempel der Winden ligt?’

Richard gebaarde vaag in de verte. ‘Dat ligt, zoals je zelf al zegt, in de Tempel der Winden. Ook al zouden we daar naartoe gaan, dan zal het nog niet meevallen om binnen te komen. En zelfs als we daar wel in slagen wordt het moeilijk, want het is er zo verschrikkelijk groot. Wie weet hoe lang we erover zouden doen om de rest van het boek te vinden, als het er nog ligt en als het niet ergens verstopt is. En dan nog weten we niet of we er iets aan zouden hebben. We hebben een probleem en dat probleem bevindt zich hier, op dit moment, in deze ruimte.’

Zedd slaakte een diepe zucht en nam even de tijd om hierover na te denken.

‘Goed,’ zei hij ten slotte, ‘daar zit iets in. Ik moet eerlijk bekennen dat ik er ook al meteen een onaangenaam gevoel bij had. Ze is hier, zoals Nicci al zei, niet voor niets begraven. Niemand zou zoveel moeite doen om iets te begraven en het bestaan ervan verborgen te houden als het niet iets was wat voor grote problemen zorgde.’

‘Laten we dan verder geen tijd meer verspillen,’ zei Richard. ‘We moeten hier een eind aan maken en wel nu.’

Met een berustende blik gebaarde Zedd dat zij een eindje naar achteren moesten gaan, naar de beschermde overloop van de wenteltrap, waar Cara de wacht hield.

Zonder er verder nog woorden aan vuil te maken, ging Zedd voor de machine staan en ontstak tovenaarsvuur tussen zijn uitgestrekte handen.

Onmiddellijk werd de ruimte verlicht door kronkelende flarden oranje en geel licht die over de stenen muren dansten. Zedds witte haar kleurde oranje in het licht van het dreigende inferno, dat hij om en om draaide tussen zijn handen en tot een dodelijk instrument kneedde. De gloeiende vuurbol werd steeds feller en siste en knetterde onheilspellend.

Toen hij vond dat hij voldoende in vorm was gekneed, wierp Zedd de gloeiende bol van vloeibaar vuur naar de vierkante metalen doos die in het midden van de kamer stond. Het stormachtige inferno wierp een flikkerend schijnsel over de vloer, de muren en het plafond en siste intussen zijn dodelijke dreiging.

Richard voelde de enorme schok in zijn borst toen de bol vloeibaar vuur uiteenspatte tegen de onverzettelijke machine. Het vloeibare tovenaarsvuur, een van de meest gevreesde substanties die er bestonden omdat het zo intens brandde, verzwolg de machine en stroomde er aan alle kanten knetterend en met een wit-hete intensiteit overheen.

In een besloten ruimte ontstoken tovenaarsvuur was buitengewoon krachtig en levensgevaarlijk. Ook al wendden Richard, Nicci en Cara hun gezichten van de vlammenzee af, toch moesten ze hun handen voor hun ogen slaan om zich te beschermen tegen de genadeloze hitte en het licht van de geconcentreerde vuurzee. Het gebrul van de vlammen was oorverdovend.

Het voelde alsof de hele wereld in brand stond.