40

Richard passeerde onderweg grote groepen soldaten en toen hij uiteindelijk via de deuren de Tuin des Levens binnenging, met Zedd, Nathan en Cara in zijn kielzog, zag hij dat er al een steigerconstructie was opgebouwd. Een aantal mannen klauterde hoog boven hem over lange planken. Sommigen verwijderden verwrongen metaal, terwijl anderen aan een nieuw metalen geraamte werkten, zodat ze het glas konden vervangen en het dak sluiten.

De zon stond aan de hemel en vulde de ruimte met licht. Soldaten van het Eerste Rot patrouilleerden door de ruimte, keken naar de mannen die boven hen bij de bron van al dat licht aan het werk waren en hielden tegelijkertijd de opening in de duisternis beneden hen in de gaten.

Richard vond het verwarrend om andere mensen in de Tuin des Levens te zien. Hij was het als een soort privéplek gaan beschouwen waar hij zich af en toe kon terugtrekken. Hij veronderstelde dat zijn voorouders er duizenden jaren lang hetzelfde over hadden gedacht. Omdat de tuin een plek was waar nu en dan de gevaarlijkste magie ter wereld werd losgelaten, was het een angstaanjagende plek om te zijn, maar tegelijkertijd was het ook een toevluchtsoord dat rust en stilte en afzondering bood.

Toen Benjamin, die met een officier van de wacht stond te praten, Richard zag aankomen, kwam hij meteen naar hem toe. De arbeiders op de steiger werkten gewoon door, maar konden het niet laten vanuit hun ooghoeken te kijken wat er gebeurde.

‘Heer Rahl, is alles in orde?’ vroeg Benjamin. ‘Ik heb gehoord dat er brand is geweest. De Biechtmoeder is ook erg ongerust.’

‘Met mij is alles best.’ Richard wees met een duim over zijn schouder naar zijn grootvader en de profeet. ‘Gelukkig waren Zedd en Nathan erbij. Zij zijn erin geslaagd het vuur te doven.’

‘Dat is een hele opluchting.’

Richard keek om zich heen. ‘Waar is Kahlan?’

Benjamin wees naar het gapende gat in de vloer. ‘Zij en Nicci zijn beneden, bij de machine.’

Toen Richard naar de ladder liep, voegde Cara zich bij Benjamin. ‘Ik heb Heer Rahl verteld dat je hem wilde spreken.’

Benjamin kwam naast Richard lopen. ‘Ja, dat klopt. Ik heb de informatie waarom je hebt gevraagd, Heer Rahl.’

Richard bleef bij de ladder staan die in het gat stond. ‘Je bedoelt hoe diep de machine in de grond zit?’

Benjamin knikte. ‘Ten eerste klopte het wat je zei. Dat gekke uitsteeksel in de bibliotheek een paar verdiepingen lager zit daar vanwege het ding dat hierbeneden staat. Die vreemde hoek in de muur is nodig om helemaal om de machine heen te kunnen lopen. Ze staat vlak achter de muur.’

Achter de muur waar het boek Regula op een plank had gestaan. Het maakte hem nog nieuwsgieriger naar het antwoord op de vraag waarom andere boeken in de bibliotheken stonden waar ze stonden. Daar had hij nooit iets van begrepen. Maar misschien kwam dat alleen omdat hij veel te weinig van die boeken wist.

Richard hield de ladder vast en liet Zedd en Nathan voorgaan. Daarna ging Richard zelf, gevolgd door Cara en haar echtgenoot. Eenmaal beneden moesten ze over enkele van de grotere brokstukken klauteren om via het looppad de wenteltrap te bereiken. Vervolgens daalden ze een voor een af in de graftombe van de machine.

De doodstille ruimte beneden werd verlicht door het spookachtige schijnsel van de nabijheidsbollen. Toen Kahlan hem zag glimlachte ze, opgelucht dat hij niets mankeerde. Nicci stond met haar armen over elkaar en diep in gedachten verzonken de zwijgende metalen kist te bestuderen en keek slechts heel even op. Richard was blij dat zij er was om een oogje op Kahlan te houden.

‘Zo te zien staat hij stil,’ zei Richard.

‘Doodstil,’ zei Kahlan.

‘Er komt geen enkel geluid uit en we hebben ook dat vreemde licht niet gezien waar jij het over had,’ zei Nicci, uit haar gepeins ontwakend. ‘Waarschijnlijk heeft ze er duizenden jaren zo bij gestaan.’

Zedd liet zijn magere vingers heel licht over de bovenkant van de machine glijden, bijna alsof hij bang was voor meer contact, maar toch de verleiding niet kon weerstaan haar aan te raken. ‘Zo hebben Nathan en ik haar ook aangetroffen. Hij heeft nog geen kik gegeven.’

Eigenlijk speet het Richard niet dit te horen. Hij zou het niet erg vinden als het ding weer een paar duizend jaar ging slapen.

‘Hoe is het met je hand?’ vroeg hij aan Kahlan.

Ze tilde haar hand op en draaide hem om, zodat hij het zelf kon zien. Op de plek waar de wond eerst gezwollen en ontstoken was geweest, was nu nog slechts een vaag rood streepje te zien.

Kahlan glimlachte naar Richards grootvader. ‘Ook al valt het voor hem niet mee zijn gave in het paleis te gebruiken, toch is het Zedd gelukt mijn hand te genezen. Een hele prestatie, zou ik zo zeggen.’

Zedd wuifde het compliment weg. ‘Zo moeilijk is het niet om een schrammetje te genezen. Vraag me alleen niet je hoofd weer op je romp te zetten of iets anders ingewikkelds.’

Richard was blij dat dit probleem uit de weg was. Weer een probleem minder om zich zorgen over te maken. Hij richtte zich weer tot de generaal.

‘Heb je in kaart kunnen brengen hoe ver dit ding in het paleis steekt?’

‘Met mijn hulp,’ zei Cara, terwijl ze in navolging van Zedd een vinger over de bovenkant van de machine liet glijden, alsof ze het slapende gevaarte wilde uitdagen.

‘Hoeveel verdiepingen gaat ze omlaag?’

Generaal Meiffert verplaatste zijn gewicht op zijn andere voet. ‘Ik ben bang dat ik die vraag niet kan beantwoorden, Heer Rahl, want we hebben de bodem nog niet kunnen vinden.’

‘Ik dacht dat jullie het paleis hieronder in kaart hadden gebracht.’

‘Dat hebben we ook. We hebben kunnen vaststellen dat de machine door het hele paleis omlaag gaat.’

Dit verraste Richard in hoge mate. De Tuin des Levens was een van de hoogste plekken in het paleis. Er zaten nog heel veel verdiepingen onder.

‘Helemaal tot beneden? Is ze zo groot?’

‘Dat is nog niet alles, Richard,’ zei Kahlan op bezorgde toon.

‘Ik ben bang dat de Biechtmoeder gelijk heeft. Toen we eenmaal een constructietekening van het paleis hadden uitgewerkt en zagen hoe de machine precies door het midden van het paleis omlaag ging, zijn we een kijkje gaan nemen in de inspectietunnels voor de fundering, onder de onderste verdieping. Toen we een kleine opening in een funderingsmuur maakten, troffen we daarachter massief metaal aan’ – Benjamin tikte met zijn knokkels op de zijkant van de metalen kist – ‘precies zoals de zijkanten van deze machine hier en precies zoals achter die muur in de bibliotheek.’

Richard staarde naar de stille machine, die werd verlicht door het schijnsel van de nabijheidsbollen. Ze leek helemaal niet zo groot. Hoewel hij moest bukken om door het kleine raampje naar binnen te kunnen kijken, had hij wel kunnen zien dat ze veel dieper ging dan je op het eerste gezicht zou zeggen, veel dieper dan de verdieping waar zij nu stonden.

‘Als ze dwars door de paleisfundering het plateau ingaat, dan zullen we nooit weten hoe diep ze gaat.’

Er viel een ongemakkelijke stilte. Richard keek van het ene sombere gezicht naar het andere.

‘Vertel het hem nu maar,’ drong Nicci aan.

‘Nou,’ zei Benjamin, met een onbehaaglijke zucht, ‘we hebben nog dieper wel degelijk meer van de machine aangetroffen.’

‘Nog dieper? Bedoel je in de gangen die omhoogleiden in het plateau?’

‘Niet precies,’ zei Cara, kennelijk niet tevreden met de trage uitleg. ‘Omdat we de tekening hadden van hoe de machine door het paleis loopt en de manier waarop de ruimtes en trappenhuizen eromheen zijn gepositioneerd, bleven we omlaag werken. Nathan en Zedd hebben geholpen bij het uitwerken van het constructiemodel. Het zit zo ingewikkeld in elkaar dat we al die tijd nooit hebben kunnen vermoeden dat er achter de muren van verschillende vertrekken en trappenhuizen zoiets groots verborgen zat.’

‘We hebben altijd geweten dat het paleis is ontworpen in de vorm van een bezweringsformule.’ Nathan wees naar wat zich boven hen bevond. ‘De Tuin des Levens is de centrale nodus van die bezwering en geeft haar kracht als insluitingsveld.’

Richard keek de profeet fronsend aan. ‘Wil je daarmee zeggen dat de machine in de nodus verborgen kon blijven omdat de Tuin des Levens een insluitingsveld is?’

‘In zekere zin, maar niet helemaal,’ zei Nathan. ‘De nodus maakte het moeilijker de machine te ontdekken vanwege de locatie midden in dat centrale gedeelte van de bezweringsformule. De bezweringsformule kan alleen functioneren als de nodus niet vanaf de zijkanten of van onderaf wordt doorbroken. Daarom volgen de trappenhuizen en gangen eronder de vorm van de bezweringsformule. En daarom lopen de vertrekken en gangen om de machine heen. Dat is om de centrale nodus niet te doorbreken, niet om plek te maken voor de machine of die te verbergen.’

Richard dacht na over het ontwerp van de bezweringsformule. Bezweringsformules waren emblematisch. Het waren ontwerpen die hij begreep. Hij begreep ook hoe deze werkte – althans in theorie.

‘Natuurlijk,’ zei hij, hardop denkend. ‘Je mag de spil van de formule niet doorbreken. Een bezweringsweb is niet twee- maar driedimensionaal. Als je er iets onder zou bouwen, zou dat de axiale confluentie doorbreken, zoals het ook het insluitingsveld van de Tuin des Levens zou verstoren als je er een gang doorheen zou laten lopen.’ Hij keek op naar de begaafde mensen die om hem heen stonden. ‘Om de nodus te beschermen wordt het centrale gedeelte van de bezweringsformule ingesloten door de muren van vertrekken en gangen.’

‘Precies,’ zei Nicci. ‘En toevallig bevindt de machine zich achter die muren.’

De onthutsende implicaties begonnen langzaam tot hem door te dringen. ‘Een dergelijk axiaal convergentiepunt in de bezweringsformule wordt van onderaf gevoed.’ Even was hij uit het veld geslagen door dit besef. ‘Dat is de reden waarom de gangen en trappen die omhoogleiden naar het paleis, naar deze centrale nodus, door het plateau hieronder, allemaal een spiraalvorm hebben.’

‘Inderdaad,’ bevestigde Cara. ‘De trappen en corridors lopen in een spiraal omhoog, net als de vertrekken in het paleis onder ons. Dat vergemakkelijkte het in kaart brengen van het plateau. Het mag dan een enorme hoogte hebben, maar het basisprincipe, vertrekken en trappen die in een spiraalvorm omhooglopen, is heel simpel wanneer je eenmaal doorhebt hoe het werkt.’

Richard kon zich geen Mord-Sith voorstellen die magie simpel vond of snapte hoe die werkte. Hij keek van het ene gezicht naar het andere.

‘Bedoel je daarmee dat de machine helemaal de diepte in gaat in het midden van die spiraal die omhoogvoert door het plateau?’

‘Het is nog erger.’ Cara boog zich naar voren. ‘Zodra we alles in kaart hadden gebracht, waarbij Nathan en Zedd ons lieten zien hoe de bezweringsformule in elkaar stak, konden we door het paleis omlaag gaan en de centrale schacht vinden waarin dat nodusgeval zich bevindt. In dat centrale gedeelte bevindt zich de machine. Op die manier konden we haar ook door het plateau omlaag volgen.’

‘Maar jullie hebben geen gaten geboord in de muren onder in het plateau om te zien of de machine daarachter zat? Het is dus niet zeker dat ze zo diep gaat.’

‘Dat was niet nodig,’ zei Benjamin.

Cara sloeg haar armen over elkaar. ‘Ik heb Nyda en een paar andere Mord-Sith opdracht gegeven om, gewapend met de plattegrond die wij hadden gemaakt, met Benjamin mee te gaan, de catacomben in. En toen bleek dat hetzelfde patroon ook in die tunnels is uitgezet. Ze hebben dezelfde beschermde kern als het paleis boven ons.’

Richard knikte. ‘Dat moet ook wel, want zij voeden de spil van de bezweringsformule – het insluitingsveld dat door de Tuin des Levens wordt gevormd. De bezweringsformule moet volledig intact de grond in gaan. Je mag hem van onderaf niet doorbreken, anders zou het hele ding niet werken.’

‘Nou, daar beneden, in het diepste gedeelte van de catacomben, midden in die tunnels, hebben Nyda en ik een kijkgat gegraven.’ Benjamin tikte met een vinger op de zwijgende machine. ‘En daar stuitten we op de metalen wand van dit ding.’

Richards hoofd tolde van de duizelingwekkende implicaties. Deze machine, die door het hele paleis omhoogliep tot vlak onder de Tuin des Levens, kwam dwars door het plateau omhoog vanaf de Vlakte van Azrith.