27 Elba

Bernadette, Emma en de andere leden van True Face waren langzaamaan misselijk geworden van alle bochten op weg naar de boerderij in de bergen waar ze zich verder op de verlengde finale gingen voorbereiden. Elba was veel groter dan ze gedacht hadden en dat er bergen waren hadden ze zich ook niet gerealiseerd.

John, die de arrangementen van de band had gemaakt en de leden van de band muziekles gaf, stuurde het busje met flinke vaart door alle kronkels en haarspeldbochten. Louise zat naast hem en las de kaart. Blijkbaar vertrouwde ze de satellietnavigatie niet helemaal. Achterin zaten Bernadette en Emma op de middelste bank. Ismael zat vlak achter Bernadette op de achterste bank. Zo af en toe draaide hij met zijn wijsvinger krulletjes in haar haren. Dan draaide Bernadette zich om en gaf hem speels een tik op zijn vingers.

Na ongeveer een uur kwamen ze bij een klein dorpje, dat aan de rand van de bergen lag. Het eerste wat opviel was het grote kerkhof met grafstenen die er meer als mini kerkjes uitzagen. Een lange oprijlaan leidde ernaar toe, omzoomd met bomen, aan de rechterkant van de weg. Het dorpje zelf leek wel helemaal uitgestorven, want het was het heetste moment van de dag. De inwoners waren hun siësta aan het houden. In het busje draaide de airconditioning op volle toeren, maar het effect van de brandende zon was toch goed voelbaar.

‘Is dit het dorpje waar we gaan repeteren?’ vroeg Emma aan Louise.

‘Nee,’ antwoordde Louise. ‘Maar we zijn er wel bijna. Nog maar een minuut of tien, tenminste volgens de kaart.’

John drukte op een paar knopjes.

‘Ja, volgens de satelliet ook. Negen minuten, om precies te zijn.’

‘Zijn jullie er dan nog nooit geweest?’ vroeg Bernadette.

Louise schudde haar hoofd.

‘Het is voor ons ook allemaal heel plotseling gegaan. Maar het schijnt een luxe huis te zijn, jullie zullen het er wel naar je zin hebben.’

‘Wat is het adres dan precies?’ vroeg Ismael, die door de verhalen van de rockers van Cold Feet wantrouwig was geworden.

‘Even kijken,’ zei Louise, terwijl ze met haar wijsvingers de weggetjes op de kaart volgde. ‘Het is hier rechts en dan komen we op de Via Monte Perone, en dan moeten we nog een keer rechts.’

John greep naar een tasje met papieren dat hij in de middenconsole had liggen. Hij gaf het tasje aan Louise.

‘Hier zitten de foto's in,’ zei hij. ‘Laat het maar even zien.’

Op de foto's zagen ze een groot huis, met een flinke parkeerplaats. Het was een gezellige boel: er stonden tafels waar mensen zaten te eten, de parkeerplaats stond vol met auto's en er was zelfs een foto van een zwembad naast het huis waar kinderen van de duikplank sprongen. Achter het huis was een hoge rotswand, waar ook een paar wat oudere kinderen met een touw bezig waren, misschien aan het klimmen, of juist aan het afdalen, dat kon je niet goed zien.

‘Dat ziet er leuk uit!’ zei Bernadette. ‘Maar als er zoveel mensen zijn, dan krijgen we toch weer problemen met repeteren?’

‘Die zijn er nu dus ook niet.’ Zei John. ‘Het is helemaal voor jullie alleen. Het is helemaal afgegrendeld voor publiek.’

Louise knikte.

‘Er kan niemand in zonder pasje en identificatie,’ zei ze.

‘Wow,’ zei Emma. ‘Ik zei het toch. We zijn beroemd, nu zie je het.’

Ze sprak haar woorden één voor één langzaam uit, alsof ze elk woord aandachtig proefde en van de smaak van elke lettergreep genoot.

‘Na jaren werken is het eindelijk zover. We kunnen alleen nog maar repeteren als we tegen het publiek beschermd worden. Net als de Beatles, Madonna, echte sterren.’

Bernadette moest weer lachen om de dramatische manier waarop Emma over hun succes sprak.

‘Jaren werken,’ zei ze. ‘Jaren werken. Hoe bedoel je dat precies?’

Ismael boog zich naar voren om het gesprek goed te volgen.

‘Nou,’ zei Emma een beetje dromerig. ‘Eerst zat ik op de muziekschool in Porto en mijn leraar wilde perse dat ik door zou gaan naar het conservatorium in Lissabon. Toen moest ik verhuizen, naar school in die grote stad, ondanks mijn heimwee, en elke dag drie uur repeteren. Toen kwamen de voorrondes voor het European Talent Festival. Het eerste jaar viel ik al in de eerste ronde af omdat ik vreselijk zenuwachtig was. En het tweede jaar lukte het wel. Toen kwam ik in een internationale band met Ismael en het ging wel aardig. Toen kwam jij erbij en ineens is het helemaal raak. Ik zei het al. Nu zijn we beroemd. Ben jij ook op het conservatorium geweest? In Amsterdam of zo?’

‘Nee,’ zei Bernadette peinzend. ‘Bij mij ging het heel anders.’

‘Ik heb een jaar in Istanbul moeten wonen,’ zei Ismael.

‘Ik zat op de muziekschool maar die leraar zei dat hij mij niets meer kon leren omdat ik zo fanatiek was en alles al kon. Istanbul was meer dan 1000 kilometer bij ons vandaan. Het was wel moeilijk maar dat had ik er wel voor over. Hoe is het bij jou dan gegaan?’

‘Mijn oppas van vroeger zei dat ik het eens moest proberen omdat ik goed kon zingen. En een zanglerares heeft me toen voorbereid voor de auditie. Maar die oppas kende mensen van het festival en daarom hoefde ik geen voorrondes te doen.’

‘Wat raar,’ zei Emma.

John en Louise hadden zich stil gehouden en deden alsof ze zich op de weg concentreerden. Ismael zat naar hen te kijken.

‘Zeg,’ zei hij plotseling en tamelijk agressief. ‘Leg dat eens uit. Hoe is Bernadette nou precies bij ons terechtgekomen?’

John en Louise keken elkaar steels aan en er viel een ongemakkelijke stilte net als na het eerste optreden van Bernadette toen John gezegd had dat ze ‘er bijna klaar voor was’. Weer was het Louise die het eerst iets zei.

‘We snappen echt wel dat het sommige anderen jaloers maakt. Maar Bernadette is gewoon heel bijzonder. Dat was van het begin af aan duidelijk. Daarom wilde die franse producer ook met jullie werken. Maar alleen onder voorwaarde dat hij niet gestoord zou worden door fans en toeristen. Dat idee van die boerderij kwam van hem.’

‘Ja,’ zei Emma. ‘Ze is ook wel heel goed. Ik was eerst boos dat ik niet meer mocht zingen. Maar zoals Bernadette, dat kan ik gewoon niet. Dat kan niemand, volgens mij. Het is zo voor iedereen het beste.’

‘We waren blij dat jullie het zo sportief oppakten,’ zei John. ‘En dat jullie zien dat dit inderdaad een unieke kans is.’

Zelfs Ismael had daar niets tegen in te brengen. Hij legde zijn hand op Bernadettes schouder en kneep even. Bernadette draaide haar hoofd naar hem om en gaf hem een knipoog. Even legde ze haar hand op de zijne.

Toen ze bij de boerderij aankwamen heerste er een vredige en ontspannen sfeer in de bus. Tenminste, dat dachten de leden van True Face. John en Louise hadden het gevoel dat ze door het oog van de naald waren gekropen. Wantrouwen bij de leden van de band was wel het laatste wat ze konden gebruiken.