DEEL III
AURORA
VIII
Verboden Wereld
31
'Heb je er last van, Golan, dat ik meekijk?' vroeg Pelorat.
'Helemaal niet, Janov,' zei Trevize.
'En als ik vragen stel?'
'Ga gerust je gang.'
Pelorat vroeg: 'Waar ben je nu mee bezig?'
Trevize wendde zijn ogen van de monitor af. 'Ik moet de afstand tussen elke ster die dicht bij de Verboden Wereld lijkt te staan op het scherm meten, waarna ik kan bepalen wat de werkelijke afstanden zijn. Ik moet hun zwaartekrachtvelden kennen en daarvoor heb ik massa en afstand nodig. Zonder die voorkennis is het onveilig om een Sprong te maken.'
'Hoe doe je dat?'
'Kijk, van elke ster die ik zie staan de coördinaten in de geheugenbanken van de computer opgeslagen en die kunnen weer op de coördinaten van het Comporelliaanse systeem worden overgezet. Vervolgens moet ik dan een lichte correctie aanbrengen voor de feitelijke positie van de Verre Ster ten opzichte van Comporellens zon en op die manier krijg ik van beide de afstand. Die rode dwergen lijken op het scherm bij de Verboden Wereld allemaal hetzelfde, maar sommige zijn dichtbij en andere veel verder weg. We moeten van hun driedimensionale positie uitgaan, begrijp je.'
Pelorat knikte en zei: 'En je hebt al de coördinaten van de Verboden Wereld ...?'
'Ja, maar dat is niet voldoende. Ik moet ook de afstanden tot de andere sterren weten met een afwijking van hooguit één procent. Hun zwaartekracht is in de buurt van de Verboden Wereld dusdanig gering, dat een kleine fout al een merkbaar verschil kan uitmaken. De zon waar de Verboden Wereld omheen draait - of zou kunnen draaien - levert een enorm intens zwaartekrachtveld op vlak bij de Verboden Wereld en die afstand moet ik ook weten, maar nu wel duizend keer zo accuraat als die van de andere sterren. Met coördinaten alleen kom je er niet.'
'En waar ben je nu mee bezig?'
'Ik meet de schijnbare afscheiding tussen de Verboden Wereld - liever gezegd: diens zon - en de drie dichtstbijzijnde sterren die zo zwak zijn dat ze alleen met de allergrootste vergroting te zien zijn. Die drie zijn waarschijnlijk heel, heel ver weg. Een van die drie zetten we op het midden van het scherm en dan Springen we eentiende van een parsec loodrecht op de lijn van waarneming van de Verboden Wereld. Dat kunnen we veilig doen, daarvoor hoeven we zelfs niet exact de afstanden tot betrekkelijk verre sterren te weten.
De referentie-ster die in het midden staat blijft ook na de Sprong op die positie. Die twee andere zwakke sterren zullen niet merkbaar van plaats verschoven zijn als ze alle drie inderdaad heel ver weg zijn. Maar de Verboden Wereld is dan zo dichtbij dat haar schijnbare positie een paralactische verschuiving heeft ondergaan. En aan de grootte van die verschuiving kunnen wij de afstand bepalen. Als ik dubbele zekerheid wil, kies ik drie andere sterren uit en probeer ik het opnieuw.'
Pelorat vroeg: 'Hoeveel tijd vergt dit?'
'Niet zoveel. De computer doet het zware werk, ik vertel hem alleen maar wat hij moet doen. Maar ik moet wel veel tijd uittrekken om de resultaten te bestuderen. Alles moet kloppen. Ik mag geen enkele fout in mijn instructies maken. Als ik een lefgozer zou zijn met onmetelijk vertrouwen in zichzelf en de computer zou het maar enkele minuten vergen.'
Pelorat zei: 'Verbazingwekkend wat die computer allemaal voor ons doet.'
'Ik vergeet het geen ogenblik.'
'Wat zou je zonder hem kunnen doen?
'Wat zou ik zonder gravitisch schip kunnen doen? Wat zou ik zonder mijn astronautische opleiding kunnen doen? Wat zou ik zonder een hyperspatiale technologie van twintigduizend jaar achter me kunnen doen? Maar het is een feit dat ik nu hier ben. Denk je eens in dat we twintigduizend jaar verder zijn in de toekomst. Voor welke technologische wonderen zouden we dan dankbaar zijn? Of bestaat de mensheid over twintigduizend jaar niet meer?'
'Dat lijkt me vrijwel uitgesloten,' zei Pelorat. 'Dat is zo'n ondenkbaar kleine mogelijkheid. Zelfs al worden we geen deel van Galaxia, dan nog hebben we psychohistorie om ons te leiden.'
Trevize draaide zich in zijn stoel om en liet zijn computer los. 'Wij gaan nu afstanden uitrekenen,' zei hij, 'en die controleert hij een paar keer. Er is geen haast.'
Toen keek hij Pelorat vreemd aan en zei: 'Psychohistorie! Weet je Janov, tweemaal is dat onderwerp op Comporellen ter sprake gekomen en twee keer werd het als bijgeloof afgedaan. Ik heb dat een keer gezegd en Deniador zei het de tweede keer. Want hoe kun je psychohistorie anders definiëren dan als een bijgeloof van de Foundation? Het is toch een geloof zonder bewijzen? Wat vind jij ervan, Janov? Het is meer jouw terrein dan het mijne.'
Pelorat zei: 'Wie zegt dat er geen bewijzen voor bestaan, Golan? Het similacrum van Hari Seldon is talloze malen in de Tijdkluis verschenen en heeft daarbij gebeurtenissen beschreven. Hij had die gebeurtenissen in zijn tijd nooit kunnen bevroeden, had hij ze niet met psychohistorie kunnen voorspellen.'
Trevize knikte. 'Dat klinkt indrukwekkend. Maar hij zat fout bij het Muildier. Desondanks blijft het indrukwekkend. Toch zit er een magisch luchtje aan en dat bevalt me niet. Elke goochelaar kan trucs uithalen.'
'Geen enkele goochelaar kan eeuwen vooruit voorspellen.'
'Geen enkele goochelaar kan echt doen wat hij jou suggereert.'
'Kom nou, Golan. Ik kan me geen truc voorstellen waarbij ik kan voorspellen wat er over vijf eeuwen gebeurt.'
'En evenmin kun jij je een truc indenken waarbij een goochelaar de inhoud van een boodschap kent die verborgen is in een pseudo-kristal op een onbemande satelliet. Maar evenzogoed heb ik het een goochelaar zien doen. Is het ooit bij je opgekomen dat die Tijdcapsule met een similacrum van Hari Seldon en de hele santenkraam een truc van de overheid kan zijn?'
Pelorat keek alsof hij de suggestie afstotelijk vond. 'Zoiets zouden ze nooit doen.'
Trevize maakte een minachtend geluid.
Pelorat zei: 'En ze zouden zeker betrapt worden.'
'Daar ben ik niet zo zeker van. Maar wat ik wil zeggen: wij weten niet hoe psychohistorie werkt.'
'Ik weet ook niet hoe de computer werkt, maar die werkt.'
'Omdat anderen weten hoe hij werkt. Hoe zou het zijn als geen mens begreep hoe hij werkt? En als hij dan om de een of andere reden zou stoppen, konden we daar niets aan doen. En als psychohistorie nu eens niet meer werkte ...'
'De Tweede Foundation weet hoe psychohistorie werkt.'
'Hoe weet jij dat, Janov?'
'Dat wordt gezegd.'
'Ze kunnen van alles zeggen. Aha, daar hebben we de afstand tot de zon van de Verboden Wereld en ik hoop dat hij heel accuraat is. We zullen eens kijken.'
Hij staarde er geruime tijd naar. Zijn lippen gingen af en toe op en neer alsof hij enkele ruwe berekeningen uit het hoofd deed. Zonder op te kijken zei hij na enige tijd, 'Waar is Blits mee bezig?'
'Ze slaapt, ouwe makker,' zei Pelorat. En toen verdedigend: 'Zij heeft veel slaap nodig, Golan. Het kost veel energie om in de hyper-ruimte deel van Gaia te blijven.'
'Dat zal wel,' zei Trevize en hij wendde zich weer tot zijn computer. Hij plaatste zijn handen op de monitor en zei: 'Ik laat hem enkele Sprongen maken en de hele zaak telkens opnieuw controleren.' Toen trok hij zijn handen terug en zei: 'Ik meen het, Janov. Wat weet jij eigenlijk van psychohistorie?'
Pelorat was uit het veld geslagen. 'Niets. Ik ben een historicus en dat is iets totaal anders dan een psychohistoricus. Ik ken natuurlijk de twee fundamentele uitgangspunten van psychohistorie, maar die kent iedereen.'
'Zelfs ik ken ze. Het eerste vereiste is dat het aantal mensen dat ermee te maken heeft voldoende groot moet zijn om de voorspelling statistisch significant te maken. Maar hoe groot is "voldoende groot"?'
Pelorat zei: 'Volgens de laatste schatting bedraagt de bevolking van de Galaxis ruwweg tien quadriljoen, maar vermoedelijk is het meer. Maar dat getal is op zich al groot genoeg.'
'Hoe weet je dat?'
'Omdat psychohistorie inderdaad werkt, Golan. Wat jij er ook tegenin mag brengen, hij werkt.'
'En de tweede voorwaarde,' zei Trevize, 'is dat de mensen zich niet bewust mogen zijn van psychohistorie, want voorkennis kan hun reacties beïnvloeden. Maar ze zijn zich wel degelijk bewust van de aanwezigheid van psychohistorie.'
'Alleen maar vaag, dat er zoiets bestaat en dat telt niet. Het tweede vereiste is dat de mensheid geen kennis van de voorspellingen mag hebben en dat is ook niet zo, behalve dat de Tweede Foundation het wel schijnt te weten, maar dat is een hoofdstuk apart.'
'En op die twee basisstellingen is psychohistorie gegrondvest. Dat kan ik moeilijk geloven.'
'Niet uitsluitend op die twee axioma's,' zei Pelorat. 'Er komt ook geavanceerde wiskunde aan te pas en heel complexe statistische berekeningen. Het verhaal gaat - als je traditie wilt - dat Hari Seldon psychohistorie heeft ontwikkeld naar analogie van de kinetische theorie van gassen. Elk atoom of elke molecule in een gas beweegt zich lukraak en we kunnen dus nooit weten waar die zit. Toch kunnen we met behulp van statistieken regels vaststellen waarmee hun gemiddelde gedrag met nauwkeurigheid is te voorspellen. Seldon heeft het gemiddelde gedrag van de mensheid willen bepalen, hoewel de oplossingen niet op het gedrag van individuen toepasbaar zijn.'
'Kan zijn, maar mensen zijn geen atomen.'
'Klopt,' zei Pelorat. 'Een menselijk wezen heeft een bewustzijn en zijn gedrag is dermate gecompliceerd dat we vermoedelijk van vrije wil kunnen spreken. Hoe Seldon die factor verwerkt heeft, daar heb ik geen notie van en ik weet zeker dat ik het niet zou snappen als iemand die het wel wist het me uit zou leggen ... maar hij heeft het toch maar gedaan.'
Trevize zei: 'En de hele zaak staat of valt met de aanwezigheid van ontelbare, niet-bewuste mensen. Vind jij dat nou geen drijfzand om een enorme mathematische structuur op te bouwen? Als die voorwaarden niet kloppen, dondert het hele zaakje in elkaar.'
'Maar aangezien het Plan niet in elkaar gedonderd is ...'
'Of als de vereisten niet helemaal onjuist zijn of inadequaat maar gewoon minder solide dan ze zouden moeten zijn, dan kan psychohistorie best enkele eeuwen adequaat draaien, maar bij een bepaalde crisis flopt de hele zooi. En dat is tijdelijk gebeurd ten tijde van het Muildier. Wat als er een derde basisvoorwaarde zou zijn?'
'Welke derde voorwaarde?' vroeg Pelorat met gefronst voorhoofd.
'Dat weet ik niet,' zei Trevize. 'Een argument kan heel logisch en elegant schijnen en toch uitgaan van niet-geformuleerde axioma's. Die derde voorwaarde kan zo voor de hand liggen dat niemand hem ooit heeft genoemd.'
'Een axioma met een dergelijke aanhang is meestal valide, anders zou hij niet zo'n grote aanhang hebben.'
Trevize snoof misprijzend. 'Als jij de geschiedenis van de wetenschap even goed kende als die van de traditie, dan zou je weten hoe scheef je zat. Maar ik zie dat we nu in de buurt van de zon van de Verboden Wereld zijn.'
En inderdaad schitterde midden op het scherm een heldere ster, zo helder dat het scherm automatisch het licht filterde tot aan het punt waarop de andere sterren niet meer zichtbaar waren.