Hoofdstuk 15

 

Het was logisch om aan te nemen dat Ted de bijzonderheden over de zaak-Blaine in de krant had gelezen en op de tv had gehoord, net als iedereen. De moord op Amanda Herdman kreeg dagenlang uitgebreid de aandacht in de lokale pers. De zus van het vermoorde meisje, een aanstellerige vrouw die Melissa Hengeller heette, kreeg het voor elkaar dat een journalist van de Boston Star haar verhaal publiceerde, en vervolgens deed het als een lopend vuurtje de ronde. Het had alle ingrediënten om aantrekkelijk te zijn: een lugubere moord – in eerste instantie werd er gezegd dat het moordwapen een hamer was – die een onverwachte afloop bleek te krijgen toen Blaine werd vrijgesproken. Hengeller huurde een expert in om de moord op haar zus te onderzoeken, nieuwe informatie te verzamelen en de bestaande opnieuw te bekijken… En wat hij vond was ijzingwekkend. Niemand kon met zekerheid zeggen of de luchtafvoer van de wasserette onder Amanda’s appartement er daadwerkelijk de oorzaak van was dat de ontbinding van het lijk werd versneld met als gevolg een foutief vastgesteld tijdstip van overlijden, maar het gaf het verhaal wel een verrassende wending. De onthulling zorgde voor een spervuur van argumenten tussen Hengellers expert, de verdediging en de openbare aanklager. De publieke opinie was verdeeld, hoewel de meeste mensen de versie van de vrouw geloofden.

Het huis van Blaine stond nu te koop en Laura had een afspraak geregeld met de makelaar om het te bezichtigen. Ze had die ochtend pas gebeld, haast in een opwelling, en de man had gezegd dat ze geluk had, dat hij juist in de buurt was en met veel plezier het huis die middag zou laten zien. Laura ging erop in, wetend dat het helemaal niet waar was dat de makelaar juist in de buurt was. De waarheid was dat het huis zich moeilijk liet verkopen.

‘Mijn naam is Jonathan Howard,’ stelde de makelaar zich voor met exact dezelfde glimlach als op het bord in de tuin.

Laura gaf hem een hand.

‘Ik ben Laura Hill, en dit is mijn man, Marcus.’ Met een ondeugende glimlach draaide ze zich half om.

‘Perfect!’ zei Howard terwijl ze naar de voordeur liepen. ‘Dit is een geweldig huis, dat zult u wel zien. Hebt u… hebben jullie kinderen?’

‘Ja, een zoon,’ antwoordde Laura onmiddellijk.

‘Mooi. Komen jullie hiervandaan?’

‘Nee,’ zei Marcus in de rol van bad cop, ‘maar we weten van de geschiedenis van dit huis.’

Even betrok het gezicht van Howard, maar het volgende moment was zijn stralende glimlach alweer terug.

‘O, dat. Ja, die kerel moest weg, maar hij heeft hier maar kort gewoond en het huis was niet van hem. Gelukkig begrijpen de mensen dat, want er zijn verscheidene geïnteresseerden. Welbeschouwd heeft de moord niet hier plaatsgevonden.’

Laura spon de situatie nog wat verder uit.

‘Precies, dat is wat ik ook steeds tegen hem zeg.’

In één ding had Howard gelijk: het was een prachtig huis; zelfs nu het leegstond was dat meteen te zien, en het was moeilijk voor te stellen dat een verwerpelijke schoft als Blaine er had gewoond. Even probeerde Laura het huis voor zich te zien met haar eigen meubels erin. Ze maakten een snelle rondgang en zagen dat er inderdaad een logeerkamer op de begane grond was. Was dat een bevestiging dat Ted hier was geweest? Wellicht.

Ze kwamen bij de grootste slaapkamer, op de tweede verdieping, en Laura richtte al haar aandacht op de verkoper, die het vertrek door liep naar een ruime inloopkledingkast en hun vroeg hem te volgen. Hij meende vast dat die kast een belangrijke troef was om Laura voor zich te winnen, want hij deed ontzettend zijn best met grote gebaren, haar aanmoedigend zich voor te stellen dat haar schoenen op de planken stonden, haar kleren in de kasten hingen en haar sieraden op het tafeltje onder de spiegel lagen. Bij elke opmerking raakte ze geïnteresseerder, al was het om heel andere redenen dan de man dacht. Ted had tijdens een sessie gezegd dat hij de logeerkamer op de begane grond had gekozen om zich te verstoppen, omdat er in de grote slaapkamer geen plek was, maar hier was die gigantische inloopkledingkast, ideaal om Blaine op te wachten. Dat bewees wat zij al vermoedde, namelijk dat Ted nooit in deze kamer was geweest.

‘Mag ik een paar foto’s nemen?’ vroeg ze enthousiast terwijl ze haar camera uit haar tas haalde. ‘Ik wil het gezicht van mijn zus zien als ze dit ziet.’

‘Natuurlijk!’ moedigde Howard haar aan.

Marcus, die op dat moment de inloopkledingkast uit kwam, keek nieuwsgierig toe.

Toen ze weer beneden waren, sleepte Laura Marcus mee naar de logeerkamer.

‘Kan ik even een minuutje alleen zijn met mijn man?’

‘Natuurlijk!’

Howard liep weg.

Marcus keek haar aan.

‘Wat moet je met die foto’s, Laura? En waar wil je over praten?’

Ze liep de kamer door, deed de kastdeur open en ging op haar hurken zitten om onder de plank te kijken. Ze was verbijsterd.

‘Wat is er?’ Marcus kwam naar haar toe en knielde naast haar.

Daar was de sticker van Buzz Lightyear, het personage uit Toy Story, door Ted tijdens de sessies beschreven, die in het donker oplichtte.

‘Doe de deur eens dicht,’ zei Laura.

De twee zaten met opgetrokken knieën tegen de achterwand, als twee kinderen die verstoppertje spelen. Marcus had nauwelijks tijd zich af te vragen wat de verkoper zou denken als hij op dat moment de deur opendeed en hen in de kast zou zien zitten.

Toen ze in het volledige duister zaten, lichtte de omtrek van Buzz een beetje op. Laura duwde de kastdeur open.

‘Ik begrijp er niets van,’ zei ze, terwijl ze naar buiten stapte.

Marcus ging ook staan.

‘Wat begrijp je niet?’

‘Die sticker. Ted beschreef hem tot in de kleinste details,’ zei Laura stomverbaasd. ‘Tot nu toe was ik ervan overtuigd dat de episode met Blaine onderdeel van zijn paranoia was, dat hij nooit in dit huis was geweest. Bepaalde details van de slaapkamer boven kloppen niet met zijn verhaal, maar dit… dit bewijst dat hij hier wel is geweest, verstopt in deze kast.’

‘Je zei dat Ted in zijn verhaal Blaine vermoordde. Iets wat duidelijk niet is gebeurd.’

Laura dacht na, liep heen en weer in de lege kamer.

‘In de eerste cyclus vermoordde hij hem, in de tweede niet.’

‘Misschien was hij van plan om hem te vermoorden,’ opperde Marcus.

Laura keek hem met een mengeling van ongeloof en bezorgdheid aan. Na lang nadenken zei ze peinzend en nauwelijks hoorbaar: ‘Dit slaat nergens op. Het feit dat Ted in dit huis is geweest, is een puzzelstukje dat nergens past.’

Een klop op de deur liet hen schrikken.

‘Meneer en mevrouw Hill! Gaat alles goed? Ik weet zeker dat we een mooie korting kunnen regelen als het huis u interesseert. Ik kan contact opnemen met –’

Laura deed de deur open. Met gespeeld ongenoegen keek ze de verkoper aan.

‘Mijn man is niet overtuigd,’ zei ze ernstig, ‘en het lijkt erop dat zijn mening doorslaggevend is.’

Ze liep langs de verkoper naar de voordeur.

Marcus bleef in de gang achter met een sprakeloze Howard. Hij had medelijden met hem; per slot van rekening had Laura hem gewoon gebruikt om een huis te bezichtigen dat ze absoluut niet van plan was te kopen. Hij identificeerde zich onmiddellijk met de man.

‘Het spijt me,’ zei hij. En dat meende hij echt.

‘Als er iets is wat u niet bevalt, kunnen we het opknappen… dat vinden de eigenaars vast goed, dat weet ik zeker.’

Marcus legde een hand op zijn schouder.

‘Het spijt me dat we uw tijd hebben verdaan. Dat meen ik.’

De laatste uitweg
titlepage.xhtml
jacket.xhtml
Hoofdstuk-01.xhtml
Hoofdstuk-02.xhtml
Hoofdstuk-03.xhtml
Hoofdstuk-04.xhtml
Hoofdstuk-05.xhtml
Hoofdstuk-06.xhtml
Hoofdstuk-07.xhtml
Hoofdstuk-08.xhtml
Hoofdstuk-09.xhtml
Hoofdstuk-10.xhtml
Hoofdstuk-11.xhtml
Hoofdstuk-12.xhtml
Hoofdstuk-13.xhtml
Hoofdstuk-14.xhtml
Hoofdstuk-15.xhtml
Hoofdstuk-16.xhtml
Hoofdstuk-17.xhtml
Hoofdstuk-18.xhtml
Hoofdstuk-19.xhtml
Hoofdstuk-20.xhtml
Hoofdstuk-21.xhtml
Hoofdstuk-22.xhtml
Hoofdstuk-23.xhtml
Hoofdstuk-24.xhtml
Hoofdstuk-25.xhtml
Hoofdstuk-26.xhtml
Hoofdstuk-27.xhtml
Hoofdstuk-28.xhtml
Hoofdstuk-29.xhtml
Hoofdstuk-30.xhtml
Hoofdstuk-31.xhtml
Hoofdstuk-32.xhtml
Hoofdstuk-33.xhtml
Hoofdstuk-34.xhtml
Hoofdstuk-35.xhtml
Hoofdstuk-36.xhtml
Hoofdstuk-37.xhtml
Hoofdstuk-38.xhtml
Hoofdstuk-39.xhtml
Hoofdstuk-40.xhtml
Hoofdstuk-41.xhtml
Hoofdstuk-42.xhtml
Hoofdstuk-43.xhtml
Hoofdstuk-44.xhtml
Hoofdstuk-45.xhtml
Hoofdstuk-46.xhtml
Hoofdstuk-47.xhtml
Hoofdstuk-48.xhtml
Hoofdstuk-49.xhtml
Hoofdstuk-50.xhtml
Hoofdstuk-51.xhtml
Hoofdstuk-52.xhtml
Hoofdstuk-53.xhtml
Hoofdstuk-54.xhtml
Hoofdstuk-55.xhtml
Hoofdstuk-56.xhtml
Hoofdstuk-57.xhtml
Hoofdstuk-58.xhtml
Hoofdstuk-59.xhtml
Hoofdstuk-60.xhtml
Hoofdstuk-61.xhtml
Hoofdstuk-62.xhtml
Hoofdstuk-63.xhtml
Hoofdstuk-64.xhtml
Hoofdstuk-65.xhtml
Hoofdstuk-66.xhtml
Hoofdstuk-67.xhtml
Hoofdstuk-68.xhtml
Hoofdstuk-69.xhtml
Hoofdstuk-70.xhtml
Hoofdstuk-71.xhtml
Hoofdstuk-72.xhtml
Hoofdstuk-73.xhtml
Hoofdstuk-74.xhtml
Hoofdstuk-75.xhtml
Hoofdstuk-76.xhtml
Hoofdstuk-77.xhtml
Hoofdstuk-78.xhtml
Hoofdstuk-79.xhtml
Hoofdstuk-80.xhtml
Hoofdstuk-81.xhtml
Hoofdstuk-82.xhtml
Hoofdstuk-83.xhtml
Hoofdstuk-84.xhtml
Hoofdstuk-85.xhtml
Hoofdstuk-86.xhtml
Hoofdstuk-87.xhtml
Hoofdstuk-88.xhtml
Hoofdstuk-89.xhtml
Hoofdstuk-90.xhtml
Hoofdstuk-91.xhtml
Hoofdstuk-92.xhtml