Hoofdstuk 2

 

Ted zat op zijn hurken. Hij hield zijn hoofd vast en schommelde zachtjes van voor naar achteren, met zijn blik op de strandfoto van Holly die hij een paar centimeter van zijn voeten op de grond had gelegd. Hij moest het begrijpen.

Het is de tumor…

Dokter Carmichael had gezegd dat de hoofdpijn terug kon komen, dat hij bovendien last van duizeligheid of hallucinaties kon krijgen. Of had hij dat soms niet gezegd?

Jazeker, dokter Carmichael had gezegd dat hij last van hallucinaties kon krijgen. Maar één ding was elfjes door de tuin zien rennen, een regenboog in het toilet aantreffen of wat voor psychedelische onzin dan ook, iets heel anders was wat er nu gebeurde.

Hij dwong zichzelf op te staan en intussen herinnerde het gewicht van het hoefijzer hem eraan dat er ten minste één aspect was veranderd. Hij haalde het uit zijn zak en keek er een hele poos naar. De herinnering aan het hoefijzer op het privéweggetje van Wendell was echt; elk detail van het huis aan het meer was echt. Ook het briefje bestond, het was dermate gekreukeld dat het de indruk wekte al een flinke tijd in zijn zak te zitten.

Hij bukte en legde het hoefijzer naast de foto; later zou hij beslissen of hij het daar zou laten liggen of mee zou nemen. Nu wilde hij eerst met Holly praten. Ze hadden afgesproken elkaar pas vrijdag weer te spreken, als ze terugkwam om de scheidingspapieren te ondertekenen. Hoe kon hij dat nou vergeten? Hij had gezegd dat het een paar dagen zou duren voor de advocaat alles zou hebben opgesteld en zij had gezegd dat ze met de meisjes naar haar ouders zou gaan, iets wat Ted had voorzien. Hun vriendelijke laatste gesprek vond plaats in de woonkamer en ze hadden rustig afscheid genomen, alsof heel even de oude Holly en Ted uit de as waren verrezen. Maar dat was een illusie en die duurde niet lang; amper een snelle omhelzing en een flauwe glimlach. De voorvallen van de afgelopen maanden hadden overal korte metten mee gemaakt, er viel niets meer te repareren. Ted nam zijn aandeel in de schuld op zich, bijna alle schuld eigenlijk. Hij had zich te veel op zijn werk gestort, zou hij later tegen Laura Hill zeggen, ongemerkt had hij zich gedistantieerd en was hij weer de Ted uit zijn puberteit geworden, de opstandige, onbegrepen jongen, die hij had bedwongen dankzij de liefde voor zijn gezin. Zijn hoofdpijn begon, zijn constante pesthumeur; zelfs de meisjes waren op hun hoede voor hem. ‘Bang, Laura, er is niets erger dan merken dat je kind bang voor je is. Alsof iemand anders de touwtjes in handen heeft.’ Dat was het moment waarop hij naar Carmichael ging, omdat hij inmiddels niet één keer per dag door hoofdpijn werd gekweld, maar drie of vier keer per dag, waarbij de aanvallen steeds heftiger werden. Ted vreesde het ergste, namelijk een kwaadaardige tumor. Aan één kant was het een opluchting om een handvol dode cellen de schuld te kunnen geven van zijn vervelende gedrag.

In plaats van boos te worden, zag Ted door het nieuws helder wat zijn lotsbestemming was. Laura hielp hem daarbij, dat moest hij toegeven. Ze hielp hem zekerheden die hem al te lang hadden vergezeld, los te laten. De relatie met de meisjes, en ook met Holly, verbeterde. En toen wilde zij scheiden. ‘Ik wilde al een hele tijd op een beschaafde manier met je praten.’ Het was een vriendelijk gesprek. Ze zei dat ze het liever zo wilde, dat ze niet wilde dat hij het van haar advocaat moest horen, dat ze het verdienden om als vrienden uit elkaar te gaan, zoals ze waren begonnen. Daar was Ted het mee eens.

Inmiddels begreep hij de redenen van zijn vrouw veel beter.

‘Hallo, Ted,’ zei Holly’s stem aan de andere kant van de lijn.

‘Hallo…’

Liefste.

Hij voelde een steek in zijn hart. Op de grond lag de foto van Holly, glimlachend op het strand in haar rode bikini. Teds favoriet.

‘Is alles goed met je?’ vroeg ze.

‘Ja. Sorry dat ik je op je mobiel bel.’

‘Geeft niet. Is er iets met de scheidingspapieren?’

‘Nee, de papieren zijn bijna klaar.’

Stilte.

‘Ben je bij je ouders, Holly?’

Of ben je bij je minnaar?

‘Ik hoef jou geen uitleg te geven.’

‘Mijn dochters zijn bij jou, dus ik denk dat ik daar recht op heb.’

Hij had meteen spijt van wat hij had gezegd.

‘Het spijt me.’

‘Wat wil je, Ted? Ik ben bezig.’

Ted voelde zich ontredderd. Als Holly hem inderdaad bedroog, dan was ze misschien echt in gevaar. Wendell kon gevaarlijk zijn.

Jij kent Wendell niet.

‘Pas goed op jezelf, Holly.’

‘Ik pas altijd goed op mezelf. Wat bedoel daarmee? Is er iets wat ik zou moeten weten?’

Ted besefte dat hij iets moest verzinnen om het gesprek te rechtvaardigen.

‘Ik heb thuis een paar vreemde telefoontjes gehad en maak me een beetje zorgen.’

‘Vreemde telefoontjes? Wat voor telefoontjes? Heb je de politie gebeld?’

‘Ik denk niet dat dat nodig is. Jouw naam werd genoemd, daarom maakte ik me zorgen.’

‘Mijn naam?’ Nu klonk Holly wel getroffen.

‘Ik wil niet dat je je zorgen maakt, maar je begrijpt toch dat ik je even moest bellen?’

‘Ja, dat begrijp ik.’

‘Pas gewoon een beetje op.’

‘Dat zal ik doen. Dank je wel.’

Ted moest onwillekeurig glimlachen bij die bescheiden uiting van dank.

‘Dag, Holly.’

‘Tot vrijdag, Ted.’

De laatste uitweg
titlepage.xhtml
jacket.xhtml
Hoofdstuk-01.xhtml
Hoofdstuk-02.xhtml
Hoofdstuk-03.xhtml
Hoofdstuk-04.xhtml
Hoofdstuk-05.xhtml
Hoofdstuk-06.xhtml
Hoofdstuk-07.xhtml
Hoofdstuk-08.xhtml
Hoofdstuk-09.xhtml
Hoofdstuk-10.xhtml
Hoofdstuk-11.xhtml
Hoofdstuk-12.xhtml
Hoofdstuk-13.xhtml
Hoofdstuk-14.xhtml
Hoofdstuk-15.xhtml
Hoofdstuk-16.xhtml
Hoofdstuk-17.xhtml
Hoofdstuk-18.xhtml
Hoofdstuk-19.xhtml
Hoofdstuk-20.xhtml
Hoofdstuk-21.xhtml
Hoofdstuk-22.xhtml
Hoofdstuk-23.xhtml
Hoofdstuk-24.xhtml
Hoofdstuk-25.xhtml
Hoofdstuk-26.xhtml
Hoofdstuk-27.xhtml
Hoofdstuk-28.xhtml
Hoofdstuk-29.xhtml
Hoofdstuk-30.xhtml
Hoofdstuk-31.xhtml
Hoofdstuk-32.xhtml
Hoofdstuk-33.xhtml
Hoofdstuk-34.xhtml
Hoofdstuk-35.xhtml
Hoofdstuk-36.xhtml
Hoofdstuk-37.xhtml
Hoofdstuk-38.xhtml
Hoofdstuk-39.xhtml
Hoofdstuk-40.xhtml
Hoofdstuk-41.xhtml
Hoofdstuk-42.xhtml
Hoofdstuk-43.xhtml
Hoofdstuk-44.xhtml
Hoofdstuk-45.xhtml
Hoofdstuk-46.xhtml
Hoofdstuk-47.xhtml
Hoofdstuk-48.xhtml
Hoofdstuk-49.xhtml
Hoofdstuk-50.xhtml
Hoofdstuk-51.xhtml
Hoofdstuk-52.xhtml
Hoofdstuk-53.xhtml
Hoofdstuk-54.xhtml
Hoofdstuk-55.xhtml
Hoofdstuk-56.xhtml
Hoofdstuk-57.xhtml
Hoofdstuk-58.xhtml
Hoofdstuk-59.xhtml
Hoofdstuk-60.xhtml
Hoofdstuk-61.xhtml
Hoofdstuk-62.xhtml
Hoofdstuk-63.xhtml
Hoofdstuk-64.xhtml
Hoofdstuk-65.xhtml
Hoofdstuk-66.xhtml
Hoofdstuk-67.xhtml
Hoofdstuk-68.xhtml
Hoofdstuk-69.xhtml
Hoofdstuk-70.xhtml
Hoofdstuk-71.xhtml
Hoofdstuk-72.xhtml
Hoofdstuk-73.xhtml
Hoofdstuk-74.xhtml
Hoofdstuk-75.xhtml
Hoofdstuk-76.xhtml
Hoofdstuk-77.xhtml
Hoofdstuk-78.xhtml
Hoofdstuk-79.xhtml
Hoofdstuk-80.xhtml
Hoofdstuk-81.xhtml
Hoofdstuk-82.xhtml
Hoofdstuk-83.xhtml
Hoofdstuk-84.xhtml
Hoofdstuk-85.xhtml
Hoofdstuk-86.xhtml
Hoofdstuk-87.xhtml
Hoofdstuk-88.xhtml
Hoofdstuk-89.xhtml
Hoofdstuk-90.xhtml
Hoofdstuk-91.xhtml
Hoofdstuk-92.xhtml