65

Een van de vele dingen die niemand je vertelt over de middelbare leeftijd is dat het zo’n leuke afwisseling is van het jong-zijn.

–Dorothy Canfield Fisher

Eden haalde diep adem. Ze had dit absoluut niet zien aankomen. Ze dacht na over hoe deze man die voor haar knielde haar liefde, vertrouwen, en bovenal kracht had gegeven om zichzelf weer op te pakken na Otto. Ja, ze was dol op hem, maar haar antwoord... was nee. Hij paste gewoon niet goed bij haar, ondanks al haar liefde voor hem en de leuke tijd die ze samen hadden gehad.

      Zoals Robert Smith van The Cure ooit zong, had Chase nooit haar ziel in vuur en vlam gezet zoals Wes dat had gedaan. Ook al wist ze dat ze Wes, net als haar jeugdigheid, niet kon terugkrijgen, het zien van hem had een zoektocht naar iets in haarzelf ontbrand, een verlangen naar ware liefde dat vervuld moest worden. Ze wees Chase niet af vanwege Wes, maar omdat ze diep vanbinnen wist dat Chase haar gedachten nooit af zou maken, of zou kunnen lezen, helemaal met haar op één lijn zou zitten. Wes had de lat zo hoog gelegd zo lang geleden, dat Eden op dat moment wist dat niemand er ooit overheen zou kunnen komen.

      ‘Het gaat niet,’ zei ze terwijl ze de tranen wegveegde die over haar gezicht stroomden. ‘Je hebt me zoveel gegeven, Chase. Je bent tegen de wil van je familie in gegaan en de verwachtingen die de wereld van je had om mij liefde te geven en daar ben ik je echt ontzettend dankbaar voor. Daar is lef voor nodig, echte moed om bij mij te zijn terwijl je zoveel verdient, wat ik je niet kan geven.’

      ‘Eden, niet huilen,’ zei hij en hij wreef over haar rug. Hij reageerde verrassend kalm en nuchter. Het leek wel alsof hij wist dat ze als een komeet of vallende ster was, die zijn sterrenstelsel maar voor even verlichtte. ‘Ik begrijp het.’

      ‘Echt?’ Ze hield nog meer van hem doordat hij haar toestond hem vrij te laten.

      ‘Ja. Ik wil gewoon dat je gelukkig bent. Dat je alles hebt wat je wilt. Zelfs als ik dat niet ben.’ Hij glimlachte.

      ‘Chase, ik weet niet eens wat ik wil. Ik ben een verwarde puinhoop,’ zei ze en ze glimlachte door haar tranen heen.

      ‘Je bent een prachtige puinhoop,’ zei hij. Hij kuste haar voorhoofd. ‘Ik moet toegeven dat terwijl ik hoopte dat we samen oud zouden worden, ik dit heb zien aankomen. Ik wist dat je weg zou glippen. Maar ik moest het toch proberen.’

      Zijn woorden maakten dat ze nog harder moest huilen, omdat ze ook het einde van hen zag opdoemen. Chase hield haar vast en keek toen naar haar gezicht. Haar kwetsbaarheid maakte haar zelfs nog mooier.

      ‘Ik wil alleen maar dat je gelukkig bent, Eden. Ik zal je nooit vergeten. Je hebt een nieuw mens van me gemaakt, een beter mens, avontuurlijker...’

      ‘Minder neurotisch?’

      ‘Ja, minder neurotisch,’ zei hij met een glimlach. Chase besefte dat dit de laatste keer was dat ze samen zouden zijn en voelde zich plotseling zwaarmoedig. Hij wist diep vanbinnen dat ze elkaar moesten loslaten, maar hij verlangde zo naar haar dat hij het gevoel had dat zelfs zijn bloed pijn deed. Een vloedgolf kolkte binnen in hem, zijn normaal gesproken versterkte dijk stond op doorbreken.

      ‘Ik ga je zo ontzettend missen,’ zei hij en zijn stem begaf het bijna.

      ‘Luister, Chase: ik heb een laatste verzoek.’

      ‘Wat je maar wilt,’ was zijn bedroefde antwoord. Hij was kapot, maar wilde haar nog steeds alles geven.

      ‘Ik wil dat je die reis gaat maken,’ drong ze aan. ‘Het wordt ook tijd dat jij je losmaakt. Ga ervoor. Je hebt meer avontuur nodig in je leven. Je relatie met mij is het wildste wat je ooit hebt gedaan, en zo opwindend is dat nou ook weer niet.’

      ‘Jawel, dat was het wel,’ zei hij nuchter.

      ‘Ik meen het,’ zei Eden, bijna op de moederlijke toon die ze gebruikte als ze Cole iets opdroeg. ‘Ik wil dat je naar India gaat, oké? Beloof je dat?’

      ‘Oké.’

      ‘Eet wat tikka masala voor mij. Beloofd?’

      ‘Ik beloof het.’

      Het onwaarschijnlijke paar omhelsde elkaar, beiden in de emotionele vliegtuigslurf van twee verschillende maar levens veranderende reizen.

      ‘Het is grappig; ik heb jou geholpen om jong te zijn, maar jij hebt mij geholpen eindelijk volwassen te worden,’ zei Eden en ze gaf hem een kus op zijn wang en hield zijn beide handen in de hare. ‘Dankzij jou ben ik nu klaar om mijn toekomst in eigen hand te nemen. Ik weet nu wat ik doen moet.’