44

Oud worden is verplicht; volwassen worden is facultatief.

–Chili Davis

Hun zenuwen kalmeerden wat toen ze binnenkwamen en onmiddellijk werden overspoeld door complimenteuze verzamelaars die zwolgen in de nieuwe werken.

      ‘Eden, je bent zo betoverend als altijd,’ zei Rock McGhee. ‘Ik heb net die ene gekocht van jou bij het raam.’

      Tijdens hun gang door de ruimte kwamen steeds meer mensen op Eden af, dus maakte Chase gebruik van het moment om ertussenuit te glippen en de schilderijen aan de muren van de overvolle galerie volledig in zich op te nemen. Hij wilde zich niet aan haar vastklampen. Hoewel ze hem had gevraagd om bij haar in de buurt te blijven, wilde hij haar de ruimte geven en de horde volgelingen hun begroetingsmoment gunnen. Hij kende de gang van zaken door zijn familie, dus mengde hij zich stilletjes in het publiek om de schilderijen te bekijken.

      Elk schilderij was nog spectaculairder dan het andere. Op een ervan droeg Eden een felrode flamencojurk en leunde tegen een vensterbank; op een andere lag ze en profil op de bank van een psychiater alsof ze haar fantasieën besprak. Chase wandelde een kleine alkoof in die afgescheiden was van de grote ruimte en zag daar wat hij meteen het klapstuk van de show vond. Daar lag Eden, naakt op haar buik, haar hoofd dromerig naar de kijker gericht met een glinstering in haar ogen, alsof ze net seks had gehad en op het punt stond in een zalige slaap te vallen zonder zich zorgen te hoeven maken over de wekker de volgende ochtend. Het legde een volmaakt moment vast, tegelijkertijd intiem en levensgroot. Hij verdwaalde in de kreukels van de lakens, haar been dat er nonchalant onder uitstak, haar zachte rug die behoedzaam werd belicht door de lichtstralen van een lamp. Het was het meest magische schilderij dat hij ooit had gezien. Hij keek op het naambordje rechtsonder het werk. De toepasselijke titel luidde: NAAST EDEN. En hij had het nauwelijks gelezen of een in het zwart geklede uitgemergelde galeriemedewerkster in een kokerjurkje kwam aangeschreden op haar Brian Atwoods met naaldhakken.

      ‘Pardon, meneer,’ zei ze verontschuldigend en knipperde verleidelijk met haar ogen terwijl ze bukte bij het kaartje. Toen ze overeind kwam en naar hem glimlachte, bemerkte hij haar flirtende blik en keek daarna op het kaartje. En naast NAAST EDEN had ze een kleine rode stip gezet. Verkocht.

      Ondertussen, aan de andere kant van de grote, volle ruimte, was Otto woest dat hij de controle over de vrouw die hij ‘gemaakt’ had uit zijn handen voelde glippen.

      ‘Hoezo kom je niet naar het diner?’ vroeg Otto ontzet. ‘Lieverd, doe niet zo raar! Natuurlijk kom je wel. Lyle en Kiki geven een geweldig feest voor ons in een privézaal van het Greenwich Hotel. Je moet komen. Neem je vriendje maar mee. Chance, of zoiets.’

      ‘Hij heet Chase,’ corrigeerde ze hem geïrriteerd.

      ‘Chance, Chase.’

      ‘Gaan jullie maar lekker plezier maken. Wij eten een hapje uptown...’

      ‘Alsjeblieft lieve Eden, laten we ons als volwassenen gedragen. Ik ben echt niet jaloers op je toy boy, hoor! Geloof me, ik heb een uitverkochte show. Ik kan het wel hebben.’

      Eden zei ziedend: ‘Hij is geen toy boy. En je weet heus wel dat hij niet Chance heet. Ik weet wat je probeert te doen, Otto, schei er nu maar mee uit.’

      ‘Oké, goed, het spijt me,’ zei hij. ‘Maar jij hoort bij de studio. Je hebt in twintig jaar geen enkel openingsavonddiner gemist. Waarom nu dan wel ineens?’

      ‘Als je belooft dat je aardig zult doen,’ zei ze terwijl ze over Otto’s schouder naar Chase zocht. ‘Dan zal ik erover nadenken.’

      ‘Oké, het spijt me, al goed? Ik bied mijn excuses aan. Ik ben gewoon gespannen op openingsavonden, dat weet je,’ zei hij en hij ging met een hand door zijn grijze manen. ‘Alsjeblieft, Eden? Ga alsjeblieft mee...’

      Ze kon het niet aanzien om hem te zien smeken en had het gevoel dat ze het hem verschuldigd was om tenminste haar gezicht te laten zien.

      ‘Oké,’ zei ze met een zucht. ‘Geweldig.’

      Het decor in de balzaal op de zolderverdieping van het hotel was zo chic als een New Yorks feest maar kon zijn. Lyle Spence toastte op de uitverkochte show, in het bijzijn van beroemdheden, belangrijke mensen en smaakmakers die de werken hadden aangeschaft. Champagne vloeide in een stroom van bruisend genot en glazen klonken, slijmjurken ohden en Eden giechelde toen Chase haar hand vastpakte en kuste.

      ‘Je ziet er zo prachtig uit vanavond,’ zei Chase.

      ‘Dank je. Jij ook.’ Ze boog zich naar hem toe en kuste hem lieflijk. ‘Bedankt dat je met me mee bent gekomen.’

      ‘Maak hem nou! Het genoegen is geheel aan mijn kant. Het is zo’n ander volk dan ik gewend ben. Het lijkt wel een andere wereld. De mensen, de sfeer, de muziek...’

      ‘Hoe voelt het om al die prangende blikken te voelen?’

      ‘Ik merk er helemaal niets van.’ Hij glimlachte en kneep in haar hand. ‘Door jou voel ik me ondoordringbaar.’

      ‘Ik ook. Het Spartaanse leger. We zijn soldaat driehonderdéén en driehonderdtwee!’

      Chase glimlachte weer. ‘Wat ben ik toch een mazzelaar,’ zei hij als verlamd.

      Edens rode lippen nipten aan haar champagne en ze boog zich naar hem toe, haar blote schouders zijdezacht en verleidelijk. ‘Wat dacht je ervan als we zo weggaan, dan zal ik eens een echte mazzelaar van je maken?’

      Aan de andere kant van de drukke salon kon Otto er niets aan doen dat hij Eden tegen Chase zag fluisteren. Normaal gesproken het middelpunt van een wiel waaruit de sociale spaken staken, bevond Eden zich nu aan de zijlijn, waardoor nekken zich verrekten. Toen de beroemde DJ een oud nummer van Michael Jackson mixte met de nieuwste technobeats uit Parijs, bleef geen sterveling zitten behalve Eden en Chase, die koerden alsof ze in een klein café aan een dorpsstraatje zaten.

      Otto danste met de jonge en sexy aanhangers, inclusief een zeer schaars geklede Mary, die haar kont schudde op de dansvloer, hands in the air like you just don’t care. Eden zag haar niet eens, zo werd ze door Chase in beslag genomen. Maar Otto zag het wel. Mary dacht dat ze cool en sexy was met haar Raise Da Roof-onzin, maar in werkelijkheid zette ze zichzelf voor schut. Ineens voelde Otto een scherpe steek vanwege Chase, de indringer met zijn stamboom. Hij liep weg van Mary en onderbrak zijn gevierde handelaar, Lyle, die met zijn vrouw aan het dansen was.

      ‘Spence, vertel eens.’

      ‘Wat wil je weten?’

      ‘Die Chase Lydon. Is hij degene die Naast Eden gekocht heeft?’

      ‘Nee. Een of andere advocaat uit de binnenstad, partner in een groot kantoor.’

      ‘Oké, gelukkig,’ zei Otto opgelucht. ‘Ik was bang dat die trust fund-bal het prachtstuk van de show had bemachtigd.’

      ‘Nou, het zijn fervente verzamelaars. Het kan nooit kwaad om bij de Lydons aan de muur te hangen. Ze hebben er genoeg, zelfs een paar van je vroege werken.’

      ‘Bekakte zak,’ zei Otto. Hij sloeg zijn whisky achterover zonder zijn blik van Eden af te wenden die in een hoekje met Chase zat te praten. ‘Zolang hij die maar niet heeft gekregen. Dat is mijn beste doek.’

      ‘Daar ben ik het mee eens,’ voegde Lyle eraan toe. ‘Je wordt alsmaar beter.’

      Otto negeerde het compliment, zo verkeerde hij in de greep van jaloezie. Zijn woede werd aangespoord door Chase’ liefhebbende blik in de richting van zijn ex. Hij stormde de ruimte door naar de bar, zijn ogen nog altijd strak op Eden en Chase gericht.

      ‘Tjee, volgens mij is er hier iemand een béétje jaloers,’ zei Lyles vrouw Kiki terwijl ze Otto’s niet-subtiele surveillance gadesloeg.

      ‘Nou, ook al zijn ze uit elkaar, ze zal altijd zijn inspiratie blijven,’ zei Lyle schouderophalend. ‘Hij kreeg pas echt succes toen hij begon met haar te schilderen. Ze is zijn muze.’

      ‘Eerder zijn pop,’ antwoordde ze, toekijkend hoe Otto nog een shot achteroversloeg en vervolgens het lege glas met een klap op de bar zette. ‘En hij houdt er duidelijk niet van om zijn speelgoed te delen.’

      Na nog twee glaasjes benaderde een bezopen Otto de tortelduifjes.

      ‘Eden,’ onderbrak hij hen, onvast door een wazig zicht en een alcoholpromillage in zijn bloed waar de zusjes Hilton nog van zouden schrikken, ‘jij verdient veel beter dan deze klerelijer met zijn Zwitserse bankrekening!’ Hij mompelde het, maar het stel sloeg bijna achterover van de whiskydamp.

      ‘Ik weet hoe het is om een tik op die lekkere kont te geven,’ treiterde hij Chase. ‘Pint ze je vast op de grond? En wat fluistert ze dan in je oor?’

      HOU OP, OTTO!’ schreeuwde Eden en met de razernij van een F5-tornado op de schaal van Fujita draaide ze zich om om haar handtas te pakken.

      ‘Wacht... het spijt me,’ zei Otto met dubbele tong. ‘Ik ben dronken...’

      EN IK BEN ER KLAAR MEE!’ viel ze uit. ‘In vino veritas.’

      ‘Nee, Eden wacht,’ bracht hij uit en hij strekte zijn hand naar haar uit.

      Die duwde ze weg.

      ‘Ik heb geprobeerd om het juiste te doen, met je te werken, “vrienden” te blijven. Maar zo gaan vrienden niet met elkaar om. Jij weet verdomme niet eens wat echte vriendschap is. O nee, dat neem ik terug, je hebt twee grote vrienden: je ego en je lul. En ik kan het met geen van beide vinden.’

      Eden stormde naar de uitgang, met Chase in haar kielzog. Haar gezicht was rood van woede en schaamte. Chase keek nog achterom naar Otto en de dronken kunstenaar kreeg genoeg controle over zijn motoriek om kwaadaardig naar hem te lachen, wat werd gedempt door de dreunende bas... en zijn middelvinger op te steken.

 

Zeg Otto, zo ga je niet met een dame om!

 

DING DING DING! Dames en heren van de kunstwereld, het zwaargewichtgevecht van het jaar! Leg de penselen neer en pak de bokshandschoenen op! In de ene hoek: beroemd kunstenaar Otto Clyde. In de andere hoek: zijn ex-geliefde en moeder van zijn kind, Eden Clyde, model, muze en huidige vlam van uptown stuk Chase DuPree Lydon, telg van de beroemde familie van politici. Otto en Eden, die elkaar tot nu toe vriendschappelijk behandelden, gingen volgens een insider uit de kunstwereld bijna met elkaar op de vuist tijdens de afterparty van de uitverkochte opening in de Lyle Spence Gallery. Otto liet zich de drank goed smaken, terwijl Eden en Chase ‘zowat de lambada deden’ op de dansvloer. De klikspaan zegt: ‘Hij plakte aan haar als zand aan een ingesmeerde huid.’ Uit jaloezie viel de aangeschoten Clyde de tortelduifjes verbaal aan, die vervolgens naar groenere weiden vertrokken. Maar eerst kreeg Lydon nog iets anders van de benevelde Picasso: de middelvinger.