49
Hoe ouder de vioolspeler, hoe mooier de wijs.
–Engels gezegde
Eden was veel minder op Chase gefixeerd dan hij op haar, maar als ze een avond of twee niet samen waren, miste ze hem. Ze miste zijn gezelschap, zijn passie voor haar en de manier waarop hij haar liefdevol hielp de scherven van haar verbrijzelde ego weer in elkaar te zetten. De waarheid was dat terwijl hij haar meer zelfvertrouwen gaf dan ooit, ze zich tegelijkertijd afvroeg wat hij in godsnaam met haar moest. Als ze elkaar een paar dagen niet zagen, voelde ze zich een oud wijf, en als ze hem weer zag in een volgepakt restaurant, het theater of het park viel het Eden opnieuw op hoe jong zijn huid was, die glimlach, de charme die elke debutante van Fifth Avenue voor zich innam. Hij zorgde ervoor dat ze zich weer jong voelde.
‘Hé, lekker ding,’ zei ze tegen hem onder een flakkerende stormlamp in een knus cafeetje.
‘Sorry dat ik laat ben,’ zei hij terwijl hij haar een zoen op de wang gaf. ‘Ik had zoveel zin om naar je toe te gaan dat ik het kantoor uit ben gerend zonder mijn koffer en ervoor terug moest.’
Ze pakte zijn hand vast en streek er teder met haar vingertoppen overheen.
‘Chase, ik geloof niet dat ik deze hand ooit zonder die bruine koffer heb gezien.’
‘Ik weet het. Het is de laatste tijd een gekkenhuis geweest,’ zei hij terwijl hij op adem kwam en zijn hoofd schudde. ‘Misschien moet ik eens op vakantie. Ik bedoel, ik ga wel weg met mijn familie, maar dat is niet... echt ertussenuit, snap je? Het is zelfs zwaarder dan werken! Ik realiseerde me laatst dat ik in geen eeuwen écht vakantie heb gehad.’
‘En wat is eeuwen?’ vroeg ze.
‘O, eh, ik weet het eigenlijk niet. Een jaar of vier.’
‘Je maakt toch zeker een geintje?’ vroeg Eden verbijsterd.
‘Nee, was het maar waar,’ zei hij schouderophalend. Hij keek verrukt toe hoe Eden zich op haar eten stortte. ‘Veel vrouwen die ik heb ontmoet zijn zich zo van zichzelf bewust dat ze wat salade heen en weer schuiven en de hele avond een cola light vasthouden. Jij valt gewoon aan en dat vind ik geweldig,’ zei Chase, liefdevol toekijkend hoe ze een vol bord gnocchi naar binnen werkte. ‘Aan hoe jij eet kun je gewoon zien hoeveel jij van het leven houdt.’
‘Ja, selderij is meer iets voor de rijken,’ zei ze grijnzend terwijl ze een zacht aardappelballetje aan haar vork prikte. ‘Als je had kunnen zien wat ik at toen ik opgroeide, zou je het wel snappen. Al deze mensen hadden een privékok. Ik at pasta uit blik.’
Chase keek over de door de stormlamp verlichte tafel naar haar. ‘Weet je wat ik zo geweldig aan je vind? Jij waardeert alles,’ observeerde hij. ‘Je bent niet zoals die afgestompte vrouwen die alles al een keer gedaan hebben en alles al eens gezien hebben. Je was dan misschien het leventje met Otto ingezogen, maar je staat nog altijd met twee benen op de grond.’
‘Waarom zou je dit niet op prijs stellen? Kijk nou! Heerlijke wijn, heerlijk voedsel... proef deze gnocchi trouwens eens. Ik zweer je dat ik hem nu nergens anders meer lekker kan vinden. Ze kunnen net zo goed een hoop kiezels met tomatensaus opdienen. Deze zijn zo licht en luchtig!’
Chase glimlachte in zichzelf. Haar enthousiasme was bijna kinderlijk.
Hij staarde verliefd naar haar en hield haar hand vast die op de tafel lag. ‘Eden, ik ben gek op je,’ zei hij langzaam.
Eden ging even verzitten. ‘Ik kan je niet genoeg bedanken dat je me hebt opgevangen toen ik van Otto af ging,’ zei ze in een poging hem af te leiden van de intensheid van zijn blik. ‘Echt. Op een bepaalde manier heb je me gered.’
‘Ik heb me nog nooit zo gevoeld,’ zei hij, waarmee hij het nog een tandje opschroefde.
De waarheid was dat terwijl ze zijn enthousiasme wel wilde beantwoorden op dat romantische moment, ze eigenlijk niet hetzelfde terug kon zeggen. Maar ze wilde de situatie niet compliceren door aan haar verleden of toekomst te denken, dus zette ze simpelweg haar handen op de tafel en drukte zich omhoog om hem te kussen over de fles wijn en een broodmandje heen, terwijl de mensen verrukt en jaloers toekeken. Ze herinnerde zich Allisons instructies: zorg dat je nú gelukkig bent.
Het prachtige duo leefde in een geweldige ménage à trois met New York City: restaurants, opera’s, theatervoorstellingen, filmhuizen, onbekende galeries. Chase liet Eden meer van zíjn New York zien en nam haar mee naar het Botanical Garden Ball en antiekverkopen aan Park Avenue. En zij nam Chase mee naar fotografietentoonstellingen in Brooklyn, kleine theaters met onbekende bevriende toneelschrijvers en etentjes bij acteurs in het centrum die Otto’s werk hadden verzameld en haar al jaren kenden. Rolodexen werden geschud als speelkaarten: Eden ontmoette Philippe de Montebello en Lee Radziwill en Chase ontmoette Liv Tyler en Sarah Jessica Parker. Eden hoorde het filharmonisch orkest voor het eerst en Chase de Scissor Sisters. Zij dineerde bij Le Cirque, hij in een rommelig Japans hibachirestaurant waar je op de grond zat naast studenten van de NYU die sakebommetjes deden (Brooke zou het besterven). Het was een opwindende tijd, voor allebei, maanden vol avontuur, nieuwe ontdekkingen en fotomomenten. Maar Eden probeerde niet aan de toekomst te denken; ze wilde in het moment blijven leven.
Op een avond stond het stel in de vrieskou na het diner te bedenken of ze een taxi zouden aanhouden en naar huis gaan of nog wat zouden gaan drinken. Het was zo’n mooie avond, het leek zonde om hem zo vroeg te laten eindigen.
‘Ik heb een gek idee,’ zei Chase. ‘Zullen we ergens wat koffie of warme chocolademelk halen en over de Brooklyn Bridge wandelen? Dat heb ik niet meer gedaan sinds ik klein was en het ziet er vanavond zo cool uit met de lichten en de maan.’
‘Oké, goed idee!’ antwoordde Eden, blij dat hij zo spontaan was. Ze wist niet dat hij het in zich had. ‘Moet je de maan toch zien. Die is vandaag zo oranje, het lijkt Mars wel.’
‘Ik heb hem nog nooit zo gezien,’ verwonderde Chase zich, als aan de grond genageld. ‘Maar om eerlijk te zijn verbaas ik me nergens meer over als ik bij jou ben.’
Ze liepen onder de mazen van kabels en het dubbel gearceerde stalen web door dat grootser voelde dan ieder ander portaal waar ze ooit onderdoor waren gelopen. In hun buitenste hand hielden ze een bekertje koffie en met de andere liepen ze hand in hand, de vingers in elkaar gestrengeld. Maar terwijl Eden volop genoot van dit moment met Chase, ging ze ineens langzamer lopen. Een vloedstroom van glasheldere herinneringen zette een rem op haar voeten en kwam op haar af als kolkende golven met witte koppen die haar hersens overspoelden. Het was déjà vu maal tien.
Het schilderachtige beeld dat ze voor zich zag voelde zo vlakbij en recent dat ze Wes bijna op diezelfde brug kon zien staan, toen ze de eeuwigheid binnen handbereik had gehad en zo harteloos had verworpen. Een half leven geleden. Er ging een rilling door haar lijf en Chase trok haar tegen zich aan omdat hij het verkeerd interpreteerde als een huivering van de koude avondwind. Maar in werkelijkheid was het de plotselinge overweldigende herinnering dat ze eerder over deze brug had gelopen, ook in de ban van prille liefde, op eenzelfde koude avond, onder dezelfde heldere sterren, op precies hetzelfde voetpad maar in een compleet en radicaal ander leven.