30

Je bent van middelbare leeftijd als je leeftijd om je middel zichtbaar wordt.

–Bob Hope

Er verstreken zesenvijftig uur waarin Chase zich ontzettend schuldig voelde. Maagknagend, hoofdpijnveroorzakend, ontroerend schuldig. De koppige, hevig principiële weldoener Chase had nog nooit bij een toets, belastingformulier of vriendinnetje bedrog gepleegd. Zijn zakelijke transacties begaven zich nooit in grijze gebieden en zijn staat van dienst was altijd onberispelijk; op school, op het werk en sociaal. En nu voelde hij zich net schizofreen.

      Hij werd gekweld door die zoen, op twee manieren: hij was gegriefd door de stekelige doorn van zijn zonde, maar ook nog steeds aangetrokken door de betoverende geneugten van de bloem. Het bedroefde hem dat hij achter Liesels rug om voor een impuls was bezweken. En toch bedroefde het hem ook dat het zo snel voorbij was. Hij werd heen en weer geslingerd tussen op het terugspoelknopje willen drukken zodat hij er een kuiser afscheid overheen kon tapen. Maar in zijn gedachten spoelde hij het vervolgens alleen maar terug om het steeds maar weer opnieuw af te spelen. Het was zo’n kortstondig moment van passie geweest waarvan hij niet wist dat hij het kon voelen, zijn vier hartkamers hadden eindelijk versneld gepompt. En hij wist ook dat het het bewijs was dat er meer in het leven was dan de veilige liefde die Liesel hem bood, die zijn moeder zo hoogschatte, de perfecte verbintenis die hun platina petrischaaltje graag in het Huwelijkskatern van The New York Times zag.

      Maar misschien hadden zijn vader en moeder wel een punt. Misschien ging huwelijksgeluk niet over hevige passie. Misschien was hij het Liesel na al die tijd dat ze samen waren geweest verplicht om te doen alsof dat moment met Eden, hoe ongelooflijk het ook was, nooit was gebeurd.

 

Verfrist na een douche waarvan Chase zwoer dat die al zijn gedachten aan Eden voorgoed had weggespoeld, vertrok hij naar Amaranth voor een romantisch etentje bij kaarslicht met Liesel. Ze zat op hem te wachten aan hun gebruikelijke tafel en zag er schitterend uit. Haar haar was perfect gekapt, steil geföhnd met een dunne diadeem erin en ze was het toonbeeld van elegantie en waardigheid. Haar parels zo groot als kauwgomballen glansden in het kaarslicht terwijl ze bij het raam aan een glas rosé nipte.

      ‘Hallo, lieverd,’ zei ze. Ze stond op om hem ter begroeting te kussen en streek haar zwarte jurk onder zich toen ze weer ging zitten terwijl Chase ook wat te drinken bestelde. Nadat ze een voorgerecht hadden besteld en een hele stroom aan medegasten hadden begroet, begon Liesel hem te vertellen over waar ze die dag op de veiling aan had gewerkt.

      ‘Denk je dat je die promotie krijgt?’ vroeg Chase. ‘Je hebt het duidelijk verdiend.’

      ‘Nou, eigenlijk,’ zei ze, ‘wil ik voor een andere baan gaan. Bij Doyle Galleries. Dat zou een ontzettend goeie carrièremove voor me zijn.’

      Chase krabde zich op het hoofd. ‘Ik wist niet eens dat je op zoek was.’

      ‘Klopt, dat was ik ook niet, maar ik hoorde gisteren over deze vacature en heb daar altijd willen werken, dus ik heb volgende week een gesprek.’

      ‘Wat leuk,’ zei Chase, verbaasd maar blij voor haar. Ze zwegen een poosje terwijl hij naar haar fijne, ringloze linkerhand keek. Hij haalde diep adem en voelde zijn hart sneller slaan toen hij aan zijn misstap dacht. Hij wist dat men zegt dat het nooit goed is om ontrouw toe te geven. Terwijl het hem van de last van wroeging zou bevrijden, zou het ook de last van de wetenschap op haar smalle schouders leggen. Maar hij voelde zich er zo verschrikkelijk onder. De daad had hem in een gevangenis van spijt gesmeten waaruit hij bevrijd wilde worden. Het was alsof het constante blikken geluid van Law & Order op repeat in de speakers van zijn hersens klonk. Seconden verstreken en hij kon er niet meer tegen. Hij verzamelde moed en deed zijn mond open om te praten.

      Hij ademde diep en schuldig in om de woorden eruit te laten stromen. Maar juist voordat zijn bekentenis over zijn lippen kon rollen, bemerkte Chase een enorme traan in het oog van zijn vriendin. O nee. Het arme ding. Ze had het gehad. Ze was ten einde raad. Ze was er klaar mee om haar vriendinnen te zien trouwen na slechts een jaar verkering terwijl zij al drie jaar samen met Chase was. Ze had genoeg van de etentjes en reisjes en de sleetse romantiek, met telkens weer de hoop op een ring, tevergeefs. Shit, hij kon het haar nu niet vertellen. In plaats daarvan pakte hij haar hand, die ijskoud aanvoelde.

      ‘Liesel...’

      Ze knipperde met haar ogen en een hete traan liep over haar wang, die ze vluchtig wegveegde terwijl Chase werd doorboord door een speer van schaamte in zijn zij. Hij had haar zo lang laten wachten, om haar vervolgens te bedriegen tijdens een ongeoorloofde zoen met een volslagen vreemde. En nu, altijd gereserveerd en welgemanierd, hield ze haar emotie zo goed als ze kon in, en had ze al haar kracht verzameld om slechts één enkele traan los te laten. De dam van haar zelfbeheersing hield emotionele vloedgolven tegen terwijl hij haar hand in de zijne streelde.

      Nu hij haar zo overstuur zag, wist Chase zeker dat hij het niet kon opbiechten. Ze zou eraan onderdoor gaan. In plaats daarvan tilde hij haar hand op en kuste die.

      ‘Het spijt me zo,’ bracht Liesel uit en meer tranen sijpelden door de emotionele dijk.

      ‘Jou?’ vroeg Chase verward. ‘Wat spijt jou?’

      Liesel sloeg haar ogen neer naar het witte tafellinnen en legde een vork recht.

      ‘Ik ben met Wills naar bed geweest.’

      Haar lange wimpers gingen omhoog en haar ogen ontmoetten zijn stomverbaasde blik.

      Chase’ universum werd meteen gedempt. Als iemand een risottokorrel had laten vallen, had dat als een oorverdovend rotsblok geklonken. De rest van het volle eethuis was ineens één vage vlek terwijl hij daar als door de bliksem getroffen zat.

      ‘Chasie, zeg iets. Het spijt me zo ontzettend!’ zei Liesel en ze depte haar ogen met haar stoffen servet. ‘Ik heb me hier zo afschuwelijk over gevoeld. Echt ziek. Ik voel me zo vreselijk. Het spijt me zo.’

      ‘Wacht... Wills? Mijn beste vriend?’

      ‘We vinden het allebei verschrikkelijk.’ Ze huilde.

      ‘Jij en Wills. Hebben seks gehad?’

      ‘Chase, het spijt me echt. Het schuldgevoel heeft zo ontzettend aan me gevreten.’

      ‘Wanneer is dit gebeurd? Hoe?’ Hij kon ze zich niet samen voorstellen. Het was te onwerkelijk, te bizar; zijn vriendin met wie hij nu drie jaar samen was en de vent die getuige zou zijn bij hun bruiloft.

      ‘Ik kwam hem gisteren tegen toen ik van het werk naar huis wilde gaan en we liepen samen op. We hadden het over dat Shelly zich net had verloofd en ik liet een beetje doorschemeren dat ik hoopte dat ik de volgende zou zijn. Toen zei hij dat hij niet wist waar je op wachtte, dat ik zo’n goeie partij was en ik voelde me denk ik erg gevleid. Ik... wist gewoon niet of jij ooit de stap zou zetten en ik kan niet eeuwig wachten. Het voelde veilig om bij Wills mijn hart uit te storten. Ik heb al een poos het gevoel dat mijn leven in de wacht staat. En voor ik het wist, nodigde hij me uit om bij hem binnen te komen en daar zag ik een collage van ons drieën en realiseerde me dat hij veel om me gaf.’

      Zwijgend staarde Chase naar zijn bord prosciutto.

      ‘En ik ben heel geduldig geweest, Chase, zo geduldig, en op dat moment wist ik dat Wills me nooit drie lange jaren zou hebben laten wachten. Hij heeft meer foto’s van mij in zijn appartement dan jij bezit en ik voel me zo verschrikkelijk omdat ik wilde dat jíj degene was die zo gek op me was, maar ik besefte dat jij dat niet bent.’

      Chase sloeg zijn ogen naar haar op. Haar gezicht, haar bekentenis, zelfs haar plotselinge openheid over wat ze had doorstaan maakten haar een volslagen onbekende voor hem. Terwijl het kaarslicht op haar mooie gezicht flikkerde, vond Chase haar praktisch onherkenbaar.

      ‘Toen hij me zag kijken naar zijn prikbord met al die foto’s, van ons reisje naar Little Compton en Susies bruiloft in Mill Reef, keek Will naar me zoals jij dat nooit hebt gedaan. Hunkerend. En toen kuste hij me. En ik realiseerde me dat ik ook een verleden met hem heb en dat hij me altijd gewild heeft. En ik heb het nodig om me gewild te voelen. Dus zoenden we nog wat meer. En van het een kwam het ander. We vinden het allebei zo afschuwelijk, maar hebben afgesproken dat ík het je zou vertellen. Het spijt me zo, Chase.’

      Liesels ogen glinsterden toen er een stroom tranen over haar roze wang liep. Haar gelakte wijsvinger veegde ze weg terwijl ze naar hem keek, in afwachting van een reactie. Ze straalde een vreemde mengeling van schuldgevoel en kracht uit, een plotseling zelfvertrouwen dat Chase niet herkende, maar dat Wills haar blijkbaar gaf. Ze verontschuldigde zich, maar vroeg niet om vergeving. Ze was daar duidelijk om het op te biechten en daarna terug te gaan naar de man die haar ‘zich gewild liet voelen’. Chase zat daar maar en zweeg. Hij wist niet wat hij moest zeggen. Vooral omdat hij, met alle emoties die door zijn hoofd kolkten, niet echt wist wat hij dacht.

      Liesel zette zich schrap voor een uitbrander. Zou hij tegen haar gaan schreeuwen? Zou hij gaan fluiten als een fluitketel, met de jaloerse stoom uit zijn oren? Zou hij door het lint gaan en met dingen gaan smijten? Wat dan ook, al zou hij porselein stukgooien of met visvorken werpen, het zou beter zijn dan deze gereserveerde stilte. Wat ging er in zijn hoofd om? Hij zat daar maar te zwijgen, met kaken die zich zo nu en dan Tom Cruise-achtig op elkaar klemden.

      In Chase’ hoofd wervelden twee duidelijke kleuren door elkaar. De een was galachtig groen, een ziekelijke tint van gechoqueerde jaloezie en bitter verraad. Hij kon niet geloven dat dit daadwerkelijk gebeurde. Maar toen verscheen er in die vergiftigde zee in de verte een vlek gloeiend, pulserend rood dat langzaam steeds meer de dikke schuimende golven verdrong: een branding van sappige, verrukkelijke rode opluchting.