·30·

Cole en Puller reden in haar politiewagen naar Trents huis.

Ze zei: ‘Ik ga binnendoor. Dat scheelt een halfuur, maar het is een hobbelige weg.’ Ze ging scherp naar rechts en nam een smalle weg vol kuilen.

Die weg kwam Puller bekend voor. Hij keek om zich heen en zag toen hoe dat kwam.

‘Wat is dat voor een ding?’ Hij wees naar de hoge betonnen koepel die door bomen, ranken en struiken was overwoekerd. Die had hij ook al gezien toen hij in die eerste nacht kwam aanrijden en verdwaalde.

‘De mensen hier noemen hem de Bunker.’

‘Oké, maar wat is het?’

‘Vroeger was het een regeringsgebouw. Het is al lang voor mijn geboorte gesloten.’

‘Maar de oudere mensen hier weten vast nog wel wat het was. Sommigen van hen moeten er hebben gewerkt.’

Cole schudde haar hoofd. ‘Nee. Voor zover ik weet, heeft niemand uit Drake daar ooit gewerkt.’

‘Zeg, ik weet dat de overheid een financieel zwart gat is, maar zelfs Washington zou nooit zo’n koepel bouwen om er daarna helemaal niets mee te doen.’

‘O, ze hebben er wel iets mee gedaan.’

Ze ging langzamer rijden en Puller keek naar de rij huizen die hij in die nacht ook had gezien. Overdag zag het er hier niet veel anders uit dan ’s nachts. De huizen waren minstens vijftig jaar oud, misschien veel ouder. De meeste stonden blijkbaar leeg, maar niet allemaal. Ze strekten zich uit over een netwerk van straten, rij na rij, en deden hem denken aan militaire huisvesting. Ze waren allemaal gelijk.

‘Bedoel je dat ze mensen van buiten haalden om ze in de Bunker te laten werken?’

Ze knikte. ‘En ze hebben al die huizen voor hen gebouwd.’

‘Ik zie dat er nog steeds mensen in wonen.’

‘Pas sinds een paar jaar. De economie stortte in; mensen raakten hun baan en hun huis kwijt. Deze huizen zijn oud en verwaarloosd, maar als je op straat komt te staan, kun je niet kieskeurig zijn.’

‘Zijn er problemen? Wanhopige mensen doen vaak wanhopige dingen, vooral wanneer ze dicht op elkaar leven.’

‘We patrouilleren hier regelmatig. Voor zover hier criminaliteit is, stelt het niet veel voor. De mensen leven meestal op zichzelf. Ik denk dat ze blij zijn dat ze een dak boven hun hoofd hebben. De county probeert hen te helpen. Dekens, voedsel, water, batterijen, boeken voor de kinderen, dat soort dingen. We komen hier vaak om tegen ze te zeggen dat ze in de huizen geen petroleumkacheltjes en dat soort dingen moeten gebruiken en geen andere onveilige dingen moeten doen. Er is hier al een gezin bijna aan koolmonoxidevergiftiging gestorven.’

‘En de overheid vindt het zomaar goed dat jullie die huizen gebruiken?’

‘Ik denk dat ze in Washington zijn vergeten dat ze die huizen hebben. Het is zoiets als het eind van die film, Raiders of the Lost Ark. Een van de vele kisten in het magazijn.’

Puller keek weer naar de Bunker. ‘Wanneer is hij gesloten?’

‘Dat weet ik niet precies. Mijn moeder heeft me verteld dat het ergens in de jaren zestig was.’

‘En alle personeelsleden?’

‘Die hebben hun spullen gepakt en zijn weggegaan.’

‘En het beton?’

‘Volgens mijn vader was het heel bijzonder. Die koepel is een meter dik.’

‘Een meter!’

‘Dat zei mijn vader.’

‘En niemand in Drake heeft ooit met die mensen gepraat om uit te zoeken wat ze daar deden?’

‘Het schijnt dat de overheid de personeelsleden bijna alles verstrekte wat ze nodig hadden. En het waren allemaal mannen, volgens mijn ouders in veel gevallen tamelijk jong en vrijgezel. Natuurlijk kwamen er weleens een paar in Drake. Mijn vader zei dat ze niets wilden loslaten over wat ze hier deden.’

‘Als ze toen in de veertig waren, zijn de meesten nu waarschijnlijk dood. Misschien wel allemaal.’

Puller keek naar de Bunker en zag de roestige omheining met prikkeldraad langs de bovenrand. Tussen de koepel en de huizen stonden bomen. Zijn blik viel op een jongen en een meisje die in de voortuin van een van de huizen speelden. De jongen rende in een kringetje rond en het meisje probeerde hem te vangen. Ze vielen beiden in een wirwar van armen en benen op de grond.

‘Heb je kinderen?’

Puller draaide zich om en zag dat ze naar hem keek. Ze was langzaam gaan rijden om ook naar de kinderen te kijken.

‘Nee,’ antwoordde hij. ‘Nooit getrouwd.’

‘Toen ik een klein meisje was, wilde ik alleen maar mama worden.’

‘Wat gebeurde er?’

Ze trapte op het gaspedaal. ‘Het leven. Het leven gebeurde.’

 

De Provocatie
titlepage.xhtml
de_provocatie-ebook_split_000.xhtml
de_provocatie-ebook_split_002.xhtml
de_provocatie-ebook_split_003.xhtml
de_provocatie-ebook_split_004.xhtml
de_provocatie-ebook_split_005.xhtml
de_provocatie-ebook_split_006.xhtml
de_provocatie-ebook_split_007.xhtml
de_provocatie-ebook_split_008.xhtml
de_provocatie-ebook_split_009.xhtml
de_provocatie-ebook_split_010.xhtml
de_provocatie-ebook_split_011.xhtml
de_provocatie-ebook_split_012.xhtml
de_provocatie-ebook_split_013.xhtml
de_provocatie-ebook_split_014.xhtml
de_provocatie-ebook_split_015.xhtml
de_provocatie-ebook_split_016.xhtml
de_provocatie-ebook_split_017.xhtml
de_provocatie-ebook_split_018.xhtml
de_provocatie-ebook_split_019.xhtml
de_provocatie-ebook_split_020.xhtml
de_provocatie-ebook_split_021.xhtml
de_provocatie-ebook_split_022.xhtml
de_provocatie-ebook_split_023.xhtml
de_provocatie-ebook_split_024.xhtml
de_provocatie-ebook_split_025.xhtml
de_provocatie-ebook_split_026.xhtml
de_provocatie-ebook_split_027.xhtml
de_provocatie-ebook_split_028.xhtml
de_provocatie-ebook_split_029.xhtml
de_provocatie-ebook_split_030.xhtml
de_provocatie-ebook_split_031.xhtml
de_provocatie-ebook_split_032.xhtml
de_provocatie-ebook_split_033.xhtml
de_provocatie-ebook_split_034.xhtml
de_provocatie-ebook_split_035.xhtml
de_provocatie-ebook_split_036.xhtml
de_provocatie-ebook_split_037.xhtml
de_provocatie-ebook_split_038.xhtml
de_provocatie-ebook_split_039.xhtml
de_provocatie-ebook_split_040.xhtml
de_provocatie-ebook_split_041.xhtml
de_provocatie-ebook_split_042.xhtml
de_provocatie-ebook_split_043.xhtml
de_provocatie-ebook_split_044.xhtml
de_provocatie-ebook_split_045.xhtml
de_provocatie-ebook_split_046.xhtml
de_provocatie-ebook_split_047.xhtml
de_provocatie-ebook_split_048.xhtml
de_provocatie-ebook_split_049.xhtml
de_provocatie-ebook_split_050.xhtml
de_provocatie-ebook_split_051.xhtml
de_provocatie-ebook_split_052.xhtml
de_provocatie-ebook_split_053.xhtml
de_provocatie-ebook_split_054.xhtml
de_provocatie-ebook_split_055.xhtml
de_provocatie-ebook_split_056.xhtml
de_provocatie-ebook_split_057.xhtml
de_provocatie-ebook_split_058.xhtml
de_provocatie-ebook_split_059.xhtml
de_provocatie-ebook_split_060.xhtml
de_provocatie-ebook_split_061.xhtml
de_provocatie-ebook_split_062.xhtml
de_provocatie-ebook_split_063.xhtml
de_provocatie-ebook_split_064.xhtml
de_provocatie-ebook_split_065.xhtml
de_provocatie-ebook_split_066.xhtml
de_provocatie-ebook_split_067.xhtml
de_provocatie-ebook_split_068.xhtml
de_provocatie-ebook_split_069.xhtml
de_provocatie-ebook_split_070.xhtml
de_provocatie-ebook_split_071.xhtml
de_provocatie-ebook_split_072.xhtml
de_provocatie-ebook_split_073.xhtml
de_provocatie-ebook_split_074.xhtml
de_provocatie-ebook_split_075.xhtml
de_provocatie-ebook_split_076.xhtml
de_provocatie-ebook_split_077.xhtml
de_provocatie-ebook_split_078.xhtml
de_provocatie-ebook_split_079.xhtml
de_provocatie-ebook_split_080.xhtml
de_provocatie-ebook_split_081.xhtml
de_provocatie-ebook_split_082.xhtml
de_provocatie-ebook_split_083.xhtml
de_provocatie-ebook_split_084.xhtml
de_provocatie-ebook_split_085.xhtml
de_provocatie-ebook_split_086.xhtml
de_provocatie-ebook_split_087.xhtml
de_provocatie-ebook_split_088.xhtml
de_provocatie-ebook_split_089.xhtml
de_provocatie-ebook_split_090.xhtml
de_provocatie-ebook_split_091.xhtml
de_provocatie-ebook_split_092.xhtml
de_provocatie-ebook_split_093.xhtml
de_provocatie-ebook_split_094.xhtml
de_provocatie-ebook_split_095.xhtml
de_provocatie-ebook_split_096.xhtml
de_provocatie-ebook_split_097.xhtml
de_provocatie-ebook_split_098.xhtml
de_provocatie-ebook_split_099.xhtml
de_provocatie-ebook_split_100.xhtml
de_provocatie-ebook_split_101.xhtml
de_provocatie-ebook_split_102.xhtml