·17·

Een man en een vrouw. Allebei zwaargebouwd en misschien in de veertig. Door de staat waarin ze verkeerden was het moeilijk te zien. De man was bebaard en had tatoeages op zijn beide armen en een grote tatoeage van een adelaar op zijn blote borst. Het haar van de vrouw was geblondeerd en ze droeg een verpleegstersbroek, maar niets daarboven.

Ze zaten op de bank in de huiskamer.

Ze waren duidelijk dood, maar de oorzaak daarvan was niet meteen te zien.

Cole stond naast Puller, die naar de lijken keek.

Puller keek naar de vloer. Geen zichtbare afdruk van een statief, want de vloer was van hardhout en er lag geen kleed op. Toch stuurde zijn intuïtie hem een duidelijke boodschap.

Zij zijn ook ondervraagd.

Ze werden allebei al groen. Reanimatie was niet aan de orde. Een graf wel.

De man had een ring van de Virginia Tech-universiteit aan zijn rechterhand. De vrouw had een armband om haar linkerpols, en ook een Timex-horloge.

Puller zei: ‘Zo te zien zijn ze ongeveer tegelijk met de Reynolds’ gestorven. We moeten een arts laten komen om ze officieel dood te laten verklaren.’

‘Oké, maar hoe zijn ze gestorven?’ vroeg Cole.

Puller keek weer naar de vloer. Geen bloedspatten. Hij haalde een nieuw paar rubberen handschoenen uit een tasje aan zijn riem, trok ze aan en hield het hoofd van de man naar voren. Geen ingangs- of uitgangswond van een kogel. Geen verbrijzeling van de hersenstam. Geen messteken. Geen wurgsporen op de hals. Geen sporen van slagen tegen de buik.

‘Verstikking?’ zei Lou, die verder weg stond en er een beetje misselijk uitzag, vermoedelijk vanwege de stank.

Puller maakte voorzichtig het linkerooglid van de man open. ‘Geen tekenen van petechieën.’ Hij keek naar het bovenlijf van de man en toen naar dat van de vrouw.

‘Wat is er?’ vroeg Cole, die hem onderzoekend had zien kijken.

‘De lichamen zijn verplaatst. En hun shirts zijn uitgetrokken.’

‘Hoe weet je dat?’

Hij wees naar lichte plekken op de armen en om de hals van beide lichamen. ‘Dat zijn vibices. Ze vullen zich niet met bloed doordat strakke kleren druk op de haarvaten uitoefenen. Dat betekent dat ze hun shirts nog een tijdje aanhadden toen ze al dood waren. En na de dood zakt het bloed door de zwaartekracht naar de laagste delen van het lichaam.’

‘Lijkbleekheid,’ zei Cole.

‘Precies,’ zei hij. ‘Zes uur na de dood stolt het bloed in de haarvaten. Dan ontstaan de permanente vlekken.’

‘Waarom zouden de daders hun shirts hebben uitgetrokken nádat ze hen hadden gedood?’

Lou zei: ‘Nou, we weten niet of iemand ze heeft vermoord, hè? Misschien hebben ze zelfmoord gepleegd. Ze kunnen vergif of zoiets hebben ingenomen en hun shirts hebben uitgetrokken voordat ze de pijp uitgingen.’

Puller schudde zijn hoofd. ‘Het toxicologisch onderzoek zal zekerheid geven, maar in de meeste gevallen van vergiftiging vertonen de hypostatische zones duidelijke verkleuringen: kersrood, rood, roodbruin of donkerbruin. Dat zie ik hier niet.’

Cole keek naar elk van hun handen. ‘Geen sporen van verweer. De nagels zien er betrekkelijk schoon uit. We moeten natuurlijk alles onderzoeken. Maar waarom zijn hun shirts uitgetrokken? Vooral zij. Wanneer ik als vrouw zelfmoord zou plegen, zou ik echt niet topless gevonden willen worden.’

Ze nam haar blik weg van de zware, dooraderde borsten van de vrouw, die bijna tot haar navel zakten.

Puller zei: ‘De moordenaars hebben de shirts uitgetrokken omdat het voor ons daardoor een beetje moeilijker is om te ontdekken hoe deze mensen zijn gestorven.’

‘Wat bedoel je?’

‘Ik bedoel dat er bloedvlekken op de shirts hebben gezeten.’

‘Hoe weet je dat?’

Hij wees naar een plek waar de rechterborst van de vrouw begon. ‘Er is bloed door het shirt geweekt, en een deel daarvan is in die holte blijven zitten. De moordenaars moeten het over het hoofd hebben gezien, maar verder hebben ze alles grondig schoongemaakt, want anders zouden er bloed- en weefselspatten zijn geweest.’

‘Oké, maar waar komt dat bloed dan vandaan?’ riep Cole uit.

Puller bukte zich en opende voorzichtig het rechterooglid van de man. ‘Ik zou dit eerder hebben gezien, maar ik maakte het verkeerde open.’

Cole boog zich er dichter naartoe. ‘Verdomme.’

Het oog was weg. In de plaats daarvan was een donker, bladderend gat te zien. ‘Een contactwond,’ zei Puller. ‘We zullen kruit in het wondspoor vinden. Klein kaliber. Kijk bij de vrouw.’

Cole trok rubberen handschoenen aan. Het linkeroog van de vrouw was ook een gat. Er zat grijze hersenmaterie om de opening heen.

‘Dat heb ik maar één keer eerder gezien,’ zei Puller. ‘In Duitsland. Soldaat op soldaat. Special Forces. Ze weten daar heel veel over het doden van mensen.’

Cole richtte zich op en zette haar handen in haar zij. ‘Waarom zo omslachtig? Zelfs wanneer wij het niet hadden gezien, zou het bij de sectie aan het licht zijn gekomen.’

‘Misschíén zou het bij de sectie aan het licht zijn gekomen. Misschien rekenden ze erop dat jullie het snijwerk aan een ambulancebroeder overlieten en dat die het niet zou zien. Of dat er geen röntgenfoto zou worden genomen, zodat de kogel in de hersenen niet te zien zou zijn. Jammer genoeg gebeurt dat aan de lopende band, en waarschijnlijk vonden ze het ’t proberen waard. Er is ook goed nieuws: geen van beide lijken heeft een uitgangswond. Dat betekent dat de kogels er nog in zitten.’ Hij keek Lou aan. ‘Dit is natuurlijk niet de man met wie je gisteren hebt gesproken.’

‘Nee. Die was veel magerder en hij was gladgeschoren,’ gaf Lou schaapachtig toe.

‘Geef ons eens een volledig signalement van hem.’

Dat deed Lou.

Puller zei: ‘We moeten hier naar identiteitspapieren zoeken.’

Cole ging verder: ‘En deze man was natuurlijk al dood toen die kerel jou in de maling nam, Lou. Geef zijn signalement over de radio door en laat een opsporingsverzoek uitgaan. Doe dat nu meteen, al is die kerel waarschijnlijk allang verdwenen.’

Lou ging weg en ze keek Puller aan. ‘Nu zitten we met twee plaatsen delict. Op die manier houd ik geen mensen meer over. Zou het leger nog een paar mensen kunnen missen?’

‘Ik weet het niet,’ zei Puller, en hij dacht: in het begin konden ze alleen mij missen. Verandert dit daar iets aan of niet?

‘Nou, de moorden moeten met elkaar in verband staan. Dat weten we tenminste. Het zou wel heel erg toevallig zijn als twee verschillende stellen moordenaars in dezelfde tijd in dezelfde straat twee moordpartijen hadden aangericht.’

Toen hij zweeg, zei ze opnieuw: ‘Er moet toch een verband zijn?’

‘Niets moet iets zijn. Het moet worden bewezen. Dan geloof ik het.’

‘Maar heb je nu misschien al theorieën over een verband tussen de twee moordpartijen?’

Puller keek naar het raam. ‘Dat kijkt uit op het huis van de Reynolds’.’

Cole ging bij het raam staan en keek naar buiten. ‘Dus je denkt dat deze mensen daar iets hebben gezien en tot zwijgen gebracht moesten worden?’

‘Maar als je het omkeert, kijkt het raam van de Reynolds’ ook uit op dit huis.’

Cole knikte. Ze zag waar hij heen wilde. ‘Het is dus een kwestie van de kip en het ei. Wie zag wat het eerst?’

‘Misschien wel.’

‘Nou, het moet echt het een of het ander zijn.’

‘Nee, dat hoeft niet,’ zei Puller.

 

De Provocatie
titlepage.xhtml
de_provocatie-ebook_split_000.xhtml
de_provocatie-ebook_split_002.xhtml
de_provocatie-ebook_split_003.xhtml
de_provocatie-ebook_split_004.xhtml
de_provocatie-ebook_split_005.xhtml
de_provocatie-ebook_split_006.xhtml
de_provocatie-ebook_split_007.xhtml
de_provocatie-ebook_split_008.xhtml
de_provocatie-ebook_split_009.xhtml
de_provocatie-ebook_split_010.xhtml
de_provocatie-ebook_split_011.xhtml
de_provocatie-ebook_split_012.xhtml
de_provocatie-ebook_split_013.xhtml
de_provocatie-ebook_split_014.xhtml
de_provocatie-ebook_split_015.xhtml
de_provocatie-ebook_split_016.xhtml
de_provocatie-ebook_split_017.xhtml
de_provocatie-ebook_split_018.xhtml
de_provocatie-ebook_split_019.xhtml
de_provocatie-ebook_split_020.xhtml
de_provocatie-ebook_split_021.xhtml
de_provocatie-ebook_split_022.xhtml
de_provocatie-ebook_split_023.xhtml
de_provocatie-ebook_split_024.xhtml
de_provocatie-ebook_split_025.xhtml
de_provocatie-ebook_split_026.xhtml
de_provocatie-ebook_split_027.xhtml
de_provocatie-ebook_split_028.xhtml
de_provocatie-ebook_split_029.xhtml
de_provocatie-ebook_split_030.xhtml
de_provocatie-ebook_split_031.xhtml
de_provocatie-ebook_split_032.xhtml
de_provocatie-ebook_split_033.xhtml
de_provocatie-ebook_split_034.xhtml
de_provocatie-ebook_split_035.xhtml
de_provocatie-ebook_split_036.xhtml
de_provocatie-ebook_split_037.xhtml
de_provocatie-ebook_split_038.xhtml
de_provocatie-ebook_split_039.xhtml
de_provocatie-ebook_split_040.xhtml
de_provocatie-ebook_split_041.xhtml
de_provocatie-ebook_split_042.xhtml
de_provocatie-ebook_split_043.xhtml
de_provocatie-ebook_split_044.xhtml
de_provocatie-ebook_split_045.xhtml
de_provocatie-ebook_split_046.xhtml
de_provocatie-ebook_split_047.xhtml
de_provocatie-ebook_split_048.xhtml
de_provocatie-ebook_split_049.xhtml
de_provocatie-ebook_split_050.xhtml
de_provocatie-ebook_split_051.xhtml
de_provocatie-ebook_split_052.xhtml
de_provocatie-ebook_split_053.xhtml
de_provocatie-ebook_split_054.xhtml
de_provocatie-ebook_split_055.xhtml
de_provocatie-ebook_split_056.xhtml
de_provocatie-ebook_split_057.xhtml
de_provocatie-ebook_split_058.xhtml
de_provocatie-ebook_split_059.xhtml
de_provocatie-ebook_split_060.xhtml
de_provocatie-ebook_split_061.xhtml
de_provocatie-ebook_split_062.xhtml
de_provocatie-ebook_split_063.xhtml
de_provocatie-ebook_split_064.xhtml
de_provocatie-ebook_split_065.xhtml
de_provocatie-ebook_split_066.xhtml
de_provocatie-ebook_split_067.xhtml
de_provocatie-ebook_split_068.xhtml
de_provocatie-ebook_split_069.xhtml
de_provocatie-ebook_split_070.xhtml
de_provocatie-ebook_split_071.xhtml
de_provocatie-ebook_split_072.xhtml
de_provocatie-ebook_split_073.xhtml
de_provocatie-ebook_split_074.xhtml
de_provocatie-ebook_split_075.xhtml
de_provocatie-ebook_split_076.xhtml
de_provocatie-ebook_split_077.xhtml
de_provocatie-ebook_split_078.xhtml
de_provocatie-ebook_split_079.xhtml
de_provocatie-ebook_split_080.xhtml
de_provocatie-ebook_split_081.xhtml
de_provocatie-ebook_split_082.xhtml
de_provocatie-ebook_split_083.xhtml
de_provocatie-ebook_split_084.xhtml
de_provocatie-ebook_split_085.xhtml
de_provocatie-ebook_split_086.xhtml
de_provocatie-ebook_split_087.xhtml
de_provocatie-ebook_split_088.xhtml
de_provocatie-ebook_split_089.xhtml
de_provocatie-ebook_split_090.xhtml
de_provocatie-ebook_split_091.xhtml
de_provocatie-ebook_split_092.xhtml
de_provocatie-ebook_split_093.xhtml
de_provocatie-ebook_split_094.xhtml
de_provocatie-ebook_split_095.xhtml
de_provocatie-ebook_split_096.xhtml
de_provocatie-ebook_split_097.xhtml
de_provocatie-ebook_split_098.xhtml
de_provocatie-ebook_split_099.xhtml
de_provocatie-ebook_split_100.xhtml
de_provocatie-ebook_split_101.xhtml
de_provocatie-ebook_split_102.xhtml