12 december

De vergadering begon om 10 uur, de stemming was katterig. Elly, Ina en Tim hadden zichtbaar de nacht achter zich. Lissy had dienst in huis en bracht ons de koffie. We kwamen langzaam op gang, eerst wat routinekwesties. Is er al een nieuw koffiezetapparaat? Nee, er is nog geen koffiezetapparaat. Kan er geld komen voor een geluidsinstallatie? Niet nodig, Bas weet een firma die hem ons schenken wil. Hoe zit dat eigenlijk met die rommel in huis? De cliënten vertikken het om iets op te ruimen, ze wassen niet af, ze helpen niet mee, hun kleren vervuilen, alles vervuilt, de peuken drukken ze uit op de grond. Wat doen we daaraan? De gemoederen laaiden meteen hoog op. 
'Hard er tegen in, van het begin af aan,' zei Tim, 'want anders wordt het hier een puinhoop.' 
'Ja-ha . . . ja-ha . . .' zei Klaas op zijn langzame, zangerige toon, 'maar hoe doe je dat, hè? Zeg jij maar tegen Jantje die hier zit af te kicken, of tegen Marietje die net door zes jongens verkracht is, dat ze hun peuken niet op de grond moeten uittrappen ... en dat ze de tafel met een doekje moeten afnemen . . . ja-ha . . . ja-ha . . . dan mogen we wel eerst karate leren, hè . ..'
Er werd besloten, dat Ruud en ik de volgende dag in onze avonddienst de rommel in huis ter sprake zouden brengen.
Hoe zit het met de sleutels van de deuren? Kunnen alle deuren op slot en mag dat ook? Als iemand zich opsluit, hoe kom je dan nog binnen? Dubbele sleutels maken, werd er gezegd.
'Ja-ha ...,' zei Klaas, 'en waar hangen we die dubbele sleutels dan? In een sleutelkastje met een sleuteltje er op? Als ze dat in de gaten krijgen, jatten ze als eerste de sleutel van het sleutelkastje . . .'
Wat dan? Een onoplosbaar probleem, we moeten er eerst over denken.
De messen in de keuken moeten weg. Vleesmessen zijn het, je kunt elkaar er mee doodsteken.
'Alles goed en wel,' zei Chiel, 'maar hoe moet ik het vlees dan snijden?'
'Met je tong, die is scherp genoeg . . .'
'Alsjeblieft serieus,' riep Bas. 'Die messen gaan weg, d'r hoeft er maar één op het idee te komen . ..' 
Okee .. . okee ... de messen gaan weg.
'Nou we het toch daarover hebben,' zei Chiel, 'ik heb óók twee dagen vrij, dan moet er dus iemand anders koken.'
'Degene die dan dienst heeft, natuurlijk.'
'Dat verdom ik,' zei Koen, 'ik kook niet, ik kan niet eens koken.'
'Dan haal jij fijn wat bij de Chinees.'
'Of bij Saur,' zei Klaas, 'ja-ha . . . een crabcocktail of een portie artisjokken voor Jantje die zit af te kicken en Marietje die verkracht is.'
Ina kreeg de slappe lach en Bas deed geërgerd. 
'Ik zal een speciaal kookrooster maken,' zei hij, 'voor de vrije dagen van Chiel en wie het daar niet mee eens is, die ruilt maar met een ander. Akkoord?'
'Ja-ha . . .,' zei Klaas. Gegiechel van Ina. Bas hamerde af. De cliënten. Het boek werd er bijgehaald. Gemma . . .
Bas gaf een kort verslag van het gesprek dat hij had met Margriet (de dokter van ons huis). 'Margriet vindt behandeling voor Gemma nodig. Op tweeërlei wijze. Lichamelijk onderzoek, want waarschijnlijk is ze ondervoed en heeft ze bloedarmoede. Op de tweede plaats is ze dringend toe aan groepstherapie. Er zit te veel van vroeger, dat ze niet heeft verwerkt en door al die tehuizen is ze niet in staat tot  het leggen van contacten. Ze doet schreeuwerig en populair, maar snakt er inwendig naar om een band met iemand te hebben. Misschien, dat er na die groepstherapie plaatsing in een gezin kan volgen. Margriet maakt een afspraak met een internist en een van ons moet met haar meegaan. Wie?' We keken elkaar aan. Het moest een vrouw zijn, want Gemma duldt geen man. Ik voelde me zeer bij Gemma betrokken, ik was ook wat ouder dan de rest en dat was van belang. Ik zuchtte en stak mijn vinger op. Bas schreef mijn naam in het boek, achter die van Gemma. 'Dan moet jij haar ook maar motiveren om die groepstherapie te ondergaan,' zei hij. Ik knikte. Dat lag voor de hand.
'Ja-ha . ..,' zei Klaas, 'en God helpe je de brug over ...' 
Bas sloeg een bladzij om. Charrie . . .
Tim had hem de laatste nacht meegemaakt. Angsten, niets dan angsten. In bed plassen. Stotteren. En maar één waanbeeld: zijn echte paardevader .. . Tim had het met de politie op een akkoordje gegooid. Zolang Charrie bij ons was, ging hij van de telex en zouden ze niets ondernemen. We kregen een maand de tijd.
'Die politie doet wél autoritair,' zei Klaas. 'Het wordt geloof ik tijd dat ik es met ze ga praten.'
'Ze houden ons veel te goed in de gaten, er zwerven voortdurend surveillancewagens bij ons rond, gister ook,' zei Elly. 'Als Charrie er eentje ziet, wordt hij helemaal hysterisch.' 
'Dus ga ik met ze praten,' zei Klaas, 'en sterke Chiel gaat mee en Tymen ook, omdat hij zo'n net pak heeft, Ruud niet, vanwege zijn drugverleden, maar wél een dame, Yvonne maar, die kan dan de zaak tegelijk zwart op wit zetten.' 
Bas hamerde af. 'Dat is een andere zaak, daar praten we nog over. Verder met Charrie . ..'
'Ja-ha . . ., maar het gaat juist om Charrie, die krijgt nog een toeval van al die auto's ... en ik ook, als ik dat effe mag zeggen.'
'Verder met Charrie,' zei Bas onverstoord. 'Margriet vindt behandeling voor hem zeer acuut. Op vrijwillige basis natuurlijk, hij mag geen moment dwang bespeuren.' Bas schreef Tims naam achter die van Charrie. 'Klusje voor Tim,' zei Klaas alleen.
Ik kreeg een idee. Zolang Charrie bij ons in huis was, zou hij misschien in een manege kunnen werken. Ik kende daar iemand en als ik dat eens vroeg?
'Maar dan moet hij natuurlijk wel eerst z'n nest uit,' zei Klaas, 'zo tegen zevenen, maar dan gaat hij er meestal net in . . .' Margriet moest eerst worden gepolst, hoe en of we dat ritme konden veranderen.
Klaasje .. . Klaasje-de-shageter, zo heette hij bij ons. Zijn agressiviteit baarde ons de meeste zorgen. Hij had doorlopend ruzie met werkelijk iedereen, behalve met lange Klaas, zijn naamgenoot, die hij vertrouwde en vereerde. De meeste inlichtingen kwamen dan ook van Klaas. 'Als hij maar wat te doen heeft, hè, dan heb je geen kind aan hem ... en es af en toe met hem knuffelen en stoeien, hij moet gewoon weten, dat hij voor iemand belangrijk is . . . die jongen mankeert niks, hij moet alleen een goeie moeder. Die maag, die gaat wel over, als hij maar niet wéér een pakkie vreet . . . Wat zegt Margriet er eigenlijk van?' 
'Hetzelfde als jij .. .'
'Kun je nagaan ... en die verdient nou tien maal zoveel als ik . . . ja-ha . . . gewoon een goeie moeder, zegt Margriet. Heeft ze ook gezegd, waar we die kunnen vinden? Nee? Dan gaat het over, dan ga ik vanmiddag gewoon wat timmeren met die gast...'
Bas schreef Klaas' naam achter die van Klaasje.
'Ja-ha . . .,' werd er meteen geprotesteerd, 'wacht effe . . . maak je niet een kleine vergissing? Ik dacht, dat ik hier was om nieuwe lampies in te draaien. Nietwaar . . .? Of niet . . .?'
Gelukkig niet.
Lenny . ..
Rem stond van tafel op, hij ging eerst maar eens koffie halen. Want Lenny . . . daar zaten we hier voor . . . Na de scène aan tafel was ze een tijdje rustig geweest. Als je maar met haar bezig was, naar haar luisterde, haar handen vasthield of haar haren kamde. Maar zodra ze alleen was, was het weer mis met haar. De afgelopen nacht had Ina weer met haar in bed geslapen.
Bas en Tymen stelden zich zeer scherp op. Lenny moest weg en zo gauw mogelijk. Maar waar kwam ze dan terecht? Weer in een psychiatrische inrichting, en misschien dat zei Ina hadden ze haar daar wel gek gemaakt.
'Wat staat er in het boek?' vroeg ik. 'Ik weet te weinig van haar af.'
Bas las het voor. Hoe is het mogelijk, dat je zoveel ellende in een halve bladzijde kan noteren?
Lenny, 26 jaar, oudste van vijf kinderen. Ziekelijk broertje een jaar jonger dan zij, waardoor moeder geen aandacht aan haar kon besteden. Haar leven lang heeft ze pogingen gedaan om haar moeder voor zich te winnen, maar die werkten volkomen averechts uit. Op 17-jarige leeftijd zocht ze haar heil in een uitgekiende zelfmoordpoging, ook weer om aandacht van moeder te krijgen. Ze werd voor behandeling opgenomen in Rozenburg. Daarna bij een oma terechtgekomen, die erg lief was voor haar, maar die niet werd geaccepteerd. Bij de oma begon Lenny voor het eerst aan de drugs, want in die periode kreeg ze een vriend die haar meenam naar een tent waar gerookt werd. Om deze vriend niet te verliezen, kwam ze van kwaad tot erger, ofwel van hasj tot speed. De oma heeft diverse malen de hulp ingeroepen van de huisarts, maar deze zag geen kans het proces te stoppen en heeft haar ook nooit doorverwezen. Toen de vriend haar in de steek liet, heeft Lenny uit wanhoop te veel speed geslikt. Ze is in het Krisiscentrum opgenomen en na een week kwam ze weer terecht in Rozenburg. Familie (moeder!) kwam haar nooit opzoeken. Tijdens een weekend bij haar oma heeft ze haar polsen doorgesneden. Ziekenhuisopname en daarna een ontwenningskuur in een inrichting. Volgens Lenny heeft ze daar vele straffen moeten ondergaan, als ze opdrachten niet meteen uitvoerde. (Dit moeten we controleren!) Straffen zoals: een hele nacht naast haar bed staan, slapen met het licht aan, een liter water drinken als ze niet wou eten, vele malen de isoleercel en de laatste maal: onderdompelen in een bak koud water, omdat ze weigerde een kerkdienst bij te wonen. Ze had daar geen vrienden, niemand heeft haar daar ooit opgezocht, ook de oma niet. Lenny wist uit de inrichting te ontvluchten en is door het Leger des Heils naar ons verwezen. We keken elkaar zwijgend aan. 
Tymen was de eerste, die wat zeggen kon. 'En nou denkt Ina, door met haar in bed te slapen, dat de boel wel weer in orde komt. . .' 
'We kunnen haar nu niet terugsturen, ze is ontvlucht en daar heeft ze haar redenen voor . . .'
'We kunnen haar hier niet houden,' zei Tymen. 'De gegevens liggen er, ze is zwaar patiënt, ze is drie maal in een psychiatrische inrichting opgenomen, als wij even de aandacht aan een ander geven hier in huis, dan hangt ze zich op aan de eerste de beste boom om die aandacht weer terug te krijgen.' 
'Godverdomme . . .' zei Ina. 
'Ja-ha . . .,' zei Klaas.
'Laten we tenminste eerst controleren wat er waar is van wat  ze allemaal over die inrichting zegt,' zei Koen, 'en laten we met Margriet overleggen, of er een andere behandeling voor haar mogelijk is.'
'Margriet kent haar vrij goed,' zei Bas. 'Ze zegt, dat Lenny met erg veel geduld en begeleid door iemand, die veel van haar houdt, heel goed kan werken bij bejaarden en minder-validen. Dat wil ze namelijk graag, want dan voelt ze zich niet de mindere en kan ze ook iets kwijt van haar eigen liefde.'
'Nou, zie je wel!' riep Ina. 'Margriet is ook tegen een inrichting.'
'Ja-ha, Margriet heeft voor iedereen hetzelfde recept: een goeie moeder.'
'Goed begeleid, zei Margriet.. 
'Ja-ha . . . dat is hetzelfde.'
'Dan stel ik voor,' zei Ina, 'dat Koen controleert wat er waar is van haar verhaal en dat ik dan voorlopig mijn intrek neem hier in huis, dan bemoei ik me alleen maar met Lenny . . . Dat slapen samen, dat draai ik langzaam terug en als ze wat rustiger is, ga ik met haar over dat 'werken' praten. Als het zo is, wat Margriet zegt van die bejaarden en minder-validen, dan vind ik dat zó positief, daar wil ik op doorgaan, ik wil het proberen...'
Ina keek de kring rond en stuk voor stuk peilde ze ons. 
'En als je er niet bent?' vroeg ik. 'Wie houdt zich dan bezig met haar?'
'De komende week ben ik er helemaal en daarna moeten we het verder bekijken . . .'
'Maar hoe is onze houding dan, ik bedoel, gisteren heb ik haar haren gekamd, dus is er een relatie, wat moet ik daar nou verder mee?'
'Niet verder ontwikkelen... ik wil me een week voor haar inzetten, geef me die kans.'
We zwegen lang. Tenslotte zei Koen: 'Als het ook haar kans is, ga ik er mee akkoord.' 
Ik knikte alleen : 'Okee . . .' 
'Tegen,' zei Tymen, 'ik heb nog nooit van zo'n waanzin gehoord, dit wordt privé-geëxperimenteer van een ambitieuze juffrouw.'
'Ook tegen,' zei Bas, 'voor je proefschrift moet je maar iets anders zoeken.'
'Klootzak die je bent,' zei Elly, 'laat Ina het proberen, we hebben geen van allen een alternatief.'
We telden de stemmen, vijf tegen, de meerderheid was voor. Lenny kon blijven, voor één week. Het rooster moest worden omgezet, want Ina werd er uit geschrapt. De voorstemmers boden zich aan om in haar plaats extra diensten te lopen.