EPILOOG

Le Val De avond daarna

DE REGEN VIEL STRIEMEND UIT EEN STERRENLOZE HEMEL TOEN BEN uit de Mini stapte en over het met plassen bezaaide erf naar het huis liep. Het zag er leeg en verlaten uit toen hij de trap naar de voordeur beklom, die opende en naar binnen ging. Vermoeid hing hij zijn jack op en liep door de donkere gang naar de keuken.

Toen hij zijn hand uitstak naar de klink, bleef hij staan en keek omlaag, zag de lichtstreep onder de deur. Hij ging naar binnen.

‘Hallo, Ben,’ zei Brooke. Ze zat te lezen bij het zachte schijnsel van een lamp. Ze legde het boek omgekeerd op tafel en keek hem even aan. ‘Je bent thuis.’

Hij schoof een houten stoel bij en nam met een zucht plaats.

Brooke stond zwijgend op. Haalde een glas uit de kast en schonk het vol wijn. Zonder een woord te zeggen bracht ze het naar hem toe en zette het voor hem neer.

‘Ja,’ zei hij. ‘Ik ben thuis.’