77

Image

STOYA TROK DE CAPUCHON VAN ZIJN DONSJACK OVER ZIJN HOOFD en stapte de stromende regen in. Hoewel de ergernis bij iedere stap toenam, was hij toch blij dat hij even de ellende achter zich kon laten.

‘Wat zoek je hier?’ vroeg hij toen hij bij Zorbach bij het hek was aangekomen. Diens jonge lakei bleef op een paar meter afstand. ‘Verdomme, wat doe je hier?’

Hij stak zijn hand niet naar hem uit en hij ging evenmin door het hek de tuin uit om onder een van de bomen bescherming te zoeken.

‘Ik ben toch niet de eerste?’ vroeg Zorbach, en in elk geval klonk het niet triomfantelijk, eerder verbaasd. Zolang Stoya hem kende, was Alex er nooit op uit geweest zichzelf op de voorgrond te plaatsen. Het ging hem altijd alleen om de waarheid. En anders dan veel van zijn collega’s ondertekende hij zijn goed uitgeplozen verhalen ook nooit met zijn volledige naam, maar met een geanonimiseerde afkorting. Inmiddels wist echter zo’n beetje iedereen wel wie er schuilging achter A.Z.

Stoya stak woedend zijn natte handen in zijn broekzakken.

‘Ja, je bent de eerste en ik vraag me af hoe je dat hebt klaargespeeld.’

Zorbach lachte getergd. Zijn haar was doornat en zijn handen rood aangelopen van de kou, maar dat leek hem niets te kunnen schelen.

‘Ach, kom nou. Hoelang kennen we elkaar nu, Philipp? Je wilt toch niet echt van me horen dat ik hier puur toevallig langsgekomen ben?’

‘Natuurlijk wel. Met operatieschoenen en beschermende kleding.’

Stoya schudde zijn hoofd. Toeval. Dat was de gebruikelijke smoes van de persmuskieten, want natuurlijk was het verboden de interne politieradio af te luisteren.

‘Nee, Alex. Daar trap ik deze keer niet in. Ik wil de waarheid weten. En kom nu niet weer aan met je bescheten intuïtie.’

Zorbach was een fenomeen. Vroeger al, toen ze nog samenwerkten, was hij jaloers geweest op de fijne neus van zijn collega. Hoewel hij zijn psychologiestudie nooit had afgemaakt, was Alex een van de beste onderhandelaars van de politie geweest. Zijn inlevingsvermogen, zijn talent om zelfs de kleinste nuances van het emotionele gedrag van anderen op te merken was legendarisch. Jammer dat het ten slotte op de brug op een fiasco was uitgelopen.

‘Ik begrijp niet wat je bedoelt,’ zei Zorbach en hij veegde een paar druppels uit zijn wenkbrauwen. ‘Je weet dat ik vanaf het begin aan de zaak werk. Ik schrijf niets wat jullie kan schaden. Integendeel, ik probeer je te helpen en ik dacht dat we een afspraak hadden.’

Stoya knikte. Dikke regendruppels maakten zich van de rand van zijn capuchon los. Zorbach was dan wel officieel weg bij de politie, maar toch was er tussen hen sprake van een vruchtbare symbiose. Nog steeds, zeven jaar na het incident, ontmoetten ze elkaar regelmatig. En hoe vaak had hij bij deze officieuze besprekingen de beslissende vraag opgeworpen die bij hun onderzoek tot een doorbraak had geleid? Uit dankbaarheid en oude verbondenheid kreeg Alex een voorkeursbehandeling. Hij kreeg de belangrijke informatie altijd iets eerder dan de andere reporters.

Maar vandaag was zijn voormalige collega een stap te ver gegaan.

‘Laten we geen spelletje spelen, Alex. Vertel me de waarheid. Waarom ben je hier?’

‘Dat weet je toch.’

‘Zeg het me.’

Zorbach zuchtte. ‘Verdomme, ik heb de politieradio afgeluisterd.’

‘Hou me niet voor de gek.’

‘Wat mankeert jou?’

Stoya pakte zijn arm stevig vast. ‘Dat vraag ik jou. Vertel me eindelijk wat hier aan de hand is.’

Alex verbleekte. Zijn mondhoek trok en hij probeerde zich enigszins uit Stoya’s wurggreep los te wurmen.

‘Klets toch niet, man. Jullie hebben een één-nul-zeven gemeld.’

Stoya schudde krachtig zijn hoofd. ‘Ten eerste: die code gebruiken we niet meer. En ten tweede: sinds de laatste vondst is er een interne instructie dat we in het geval van de ogenverzamelaar nog alleen via beveiligde lijnen communiceren. Dankzij jouw berichtgeving worden we in ieder geval al in het openbaar afgemaakt. Denk je echt dat we zulke gevoelige informatie iedere radiohobbyist in de oren tetteren?’

In de verte begon het te donderen en de hemel werd donkerder.

‘Serieus?’ vroeg Zorbach ongelovig en hij streek door zijn natte haar.

‘Nee. Geen politieradio. We hebben niets doorgegeven.’ Stoya keek hem aan, wantrouwig en woedend. ‘Laat die spelletjes, Alex, en zeg me de waarheid: hoe wist jij zo snel dat we het lijk hier hebben gevonden?’

De ogenverzamelaar
cover.xml
halftitle.xhtml
title.xhtml
copyright.xhtml
dedication.xhtml
frontmatter.xhtml
frontmatter01.xhtml
frontmatter02.xhtml
chapter01.xhtml
chapter02.xhtml
chapter03.xhtml
chapter04.xhtml
chapter05.xhtml
chapter06.xhtml
chapter07.xhtml
chapter08.xhtml
chapter09.xhtml
chapter10.xhtml
chapter11.xhtml
chapter12.xhtml
chapter13.xhtml
chapter14.xhtml
chapter15.xhtml
chapter16.xhtml
chapter17.xhtml
chapter18.xhtml
chapter19.xhtml
chapter20.xhtml
chapter21.xhtml
chapter22.xhtml
chapter23.xhtml
chapter24.xhtml
chapter25.xhtml
chapter26.xhtml
chapter27.xhtml
chapter28.xhtml
chapter29.xhtml
chapter30.xhtml
chapter31.xhtml
chapter32.xhtml
chapter33.xhtml
chapter34.xhtml
chapter35.xhtml
chapter36.xhtml
chapter37.xhtml
chapter38.xhtml
chapter39.xhtml
chapter40.xhtml
chapter41.xhtml
part01.xhtml
chapter42.xhtml
chapter43.xhtml
chapter44.xhtml
chapter45.xhtml
chapter46.xhtml
chapter47.xhtml
chapter48.xhtml
chapter49.xhtml
chapter50.xhtml
chapter51.xhtml
chapter52.xhtml
chapter53.xhtml
chapter54.xhtml
chapter55.xhtml
chapter56.xhtml
chapter57.xhtml
chapter58.xhtml
chapter59.xhtml
chapter60.xhtml
chapter61.xhtml
part02.xhtml
chapter62.xhtml
chapter63.xhtml
chapter64.xhtml
chapter65.xhtml
chapter66.xhtml
chapter67.xhtml
chapter68.xhtml
chapter69.xhtml
chapter70.xhtml
chapter71.xhtml
chapter72.xhtml
chapter73.xhtml
chapter74.xhtml
chapter75.xhtml
chapter76.xhtml
chapter77.xhtml
chapter78.xhtml
chapter79.xhtml
chapter80.xhtml
chapter81.xhtml
chapter82.xhtml
chapter83.xhtml
part03.xhtml
backmatter01.xhtml
backmatter02.xhtml
backmatter03.xhtml