6

 

 

Er valt over Don Quichot van alles te beweren, behalve dat hij een eenduidig en gemakkelijk te interpreteren personage is. Hij is een idealist, maar als het erop aankomt is hij bezorgder om zijn imago en zijn onsterfelijke roem dan om het lot van rechtelozen en verdrukten. Hij is intelligent, maar uiterst lichtgelovig; edelmoedig, maar ook uiterst ijdel en opvliegend; hij onderneemt de meest dwaze dingen, maar toont zich zeer verstandig en erudiet in gesprekken; hij is onverschrokken in het gevecht, maar neemt de benen wanneer Sancho Panza een aframmeling krijgt. Et cetera.

 

Een vat vol tegenstrijdigheden dus, en toch zit er een logica in al zijn handelen: het is consequent in strijd met het ‘gezonde verstand’. Maar het is dat willens en wetens, want dat vloeit nu eenmaal voort uit de taak van de dolende ridder die hij zelf na het avontuur met de leeuwen als volgt omschrijft: ‘...de dolende ridder moet zwerven tot in ‘s werelds uithoeken, binnendringen in de verwardste doolhoven, ieder ogenblik het onmogelijke ondernemen.’

 

Daar houdt hij zich aan, tot wanhoop van Sancho Panza en tot groot genoegen van de lezer, die hem in al zijn ongeloofwaardigheid gek genoeg steeds geloofwaardiger ziet worden.

 

 

Af en toe legt Cervantes zijn held opmerkingen in de mond die je wel moeten doen twijfelen aan zijn gekte. Zo merkt Don Quichot naar aanleiding van hun in boekvorm verschenen avonturen onder meer op: ‘Geestig zijn en op aangename toon schrijven is slechts voor grote geesten weggelegd; de knapste rol in een toneelstuk is die van de gek, want wie de indruk wil wekken dat hij dom en gek is, mag het zelf allerminst zijn.’

 

Je zou zweren dat hij het over zichzelf heeft. En als dat zo is, moet de lezer toegeven dat Don Quichot zijn rol voortreffelijk speelt. Bijvoorbeeld wanneer hij de poppenkast van meester Pedro aan gruzelementen slaat om te voorkomen dat de moren in de voorstelling de geschaakte jonkvrouw zullen achterhalen. Waar hij bij andere gelegenheden zijn talent heeft getoond om van de werkelijkheid een kostelijk toneelstukje te maken, laat hij hier zien hoe hij een onschuldige poppenkastvoorstelling op slag kan veranderen in een bloedig strijdtoneel - en ook dat maakt deel uit van de voorstelling. Want Don Quichot is geen gewone held: hij acteert een held. Hij is niet alleen een lezer die in een verhaalfiguur verandert, maar bovendien een verhaalfiguur die een heldenrol acteert. En hij gaat zozeer op in die rol, dat noch hijzelf, noch de lezer op den duur waan en werkelijkheid in zijn persoon kan onderscheiden.

 

Dat zijn waan uiterst besmettelijk is, blijkt ook binnen het verhaal: ook Sancho Panza krijgt een klap van de molen - hij groeit zo sterk in zijn rol van schildknaap dat hij ten slotte zijn droom werkelijkheid ziet worden: hij wordt eindelijk ‘gouverneur van een eiland’, en steekt dan op zijn beurt zelfs zijn broodnuchtere vrouw Teresa aan. En voorzover de waanzin van Don Quichot niet besmettelijk is, blijkt ze toch op z’n minst aanstekelijk: alle lezers van zijn geschiedenis die hij in deel II ontmoet, spelen het spel maar al te graag mee. Zodat geleidelijk aan de hele wereld rondom de dolende ridder en zijn schildknaap verandert in een geënsceneerde werkelijkheid: een toneelstuk.

 

Het is dan ook leerzaam, te lezen wat Don Quichot zegt wanneer hij, na de ontmoeting met een toneelgezelschap, zijn licht laat schijnen over het toneel. Hij betoogt dat het toneel het menselijk doen en laten naar het leven weerspiegelt: ieder speelt zijn rol, hetzij keizer, paus, koppelaar of schurk, ‘maar als het stuk uit is en zij hun kledij hebben afgelegd, zijn alle spelers weer gelijk.’ En vervolgens beschrijft hij het werkelijke leven als een toneelstuk. ‘“Welnu dan,” sprak Don Quichot, “hetzelfde geschiedt in het spel en het leven dezer wereld, waar sommigen voor keizer spelen, anderen voor paus, kortom voor al de verschillende personagiën die in een toneelstuk kunnen optreden; maar als het einde komt, dat wil zeggen als het leven eindigt, ontdoet de dood hen allen van de kledij die hen van elkander onderscheidde, en in het graf zijn allen gelijk.”’

 

Het toneel lijkt dus op het leven, zoals het leven lijkt op het toneel - een perfecte cirkel, waaruit je alleen maar kunt afleiden dat leven en toneelspelen, zo niet identiek, dan toch nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn. Dat moet de reden zijn waarom iedere interpretatie van Don Quichot ontoereikend lijkt: er ontsnapt altijd iets. Hij is een onmogelijke held, omdat hij voortdurend opereert op de grens tussen werkelijkheid en illusie - hij is als het ware de blinde vlek van de lezer, in wie de letter geest en het woord vlees wordt, en die dus al lezend op hetzelfde slappe koord danst als de Dolende Ridder.
De Jacht Op Proteus
titlepage.xhtml
proteus(800x600)_split_0.htm
proteus(800x600)_split_1.htm
proteus(800x600)_split_2.htm
proteus(800x600)_split_3.htm
proteus(800x600)_split_4.htm
proteus(800x600)_split_5.htm
proteus(800x600)_split_6.htm
proteus(800x600)_split_7.htm
proteus(800x600)_split_8.htm
proteus(800x600)_split_9.htm
proteus(800x600)_split_10.htm
proteus(800x600)_split_11.htm
proteus(800x600)_split_12.htm
proteus(800x600)_split_13.htm
proteus(800x600)_split_14.htm
proteus(800x600)_split_15.htm
proteus(800x600)_split_16.htm
proteus(800x600)_split_17.htm
proteus(800x600)_split_18.htm
proteus(800x600)_split_19.htm
proteus(800x600)_split_20.htm
proteus(800x600)_split_21.htm
proteus(800x600)_split_22.htm
proteus(800x600)_split_23.htm
proteus(800x600)_split_24.htm
proteus(800x600)_split_25.htm
proteus(800x600)_split_26.htm
proteus(800x600)_split_27.htm
proteus(800x600)_split_28.htm
proteus(800x600)_split_29.htm
proteus(800x600)_split_30.htm
proteus(800x600)_split_31.htm
proteus(800x600)_split_32.htm
proteus(800x600)_split_33.htm
proteus(800x600)_split_34.htm
proteus(800x600)_split_35.htm
proteus(800x600)_split_36.htm
proteus(800x600)_split_37.htm
proteus(800x600)_split_38.htm
proteus(800x600)_split_39.htm
proteus(800x600)_split_40.htm
proteus(800x600)_split_41.htm
proteus(800x600)_split_42.htm
proteus(800x600)_split_43.htm
proteus(800x600)_split_44.htm
proteus(800x600)_split_45.htm
proteus(800x600)_split_46.htm
proteus(800x600)_split_47.htm
proteus(800x600)_split_48.htm
proteus(800x600)_split_49.htm
proteus(800x600)_split_50.htm
proteus(800x600)_split_51.htm
proteus(800x600)_split_52.htm
proteus(800x600)_split_53.htm
proteus(800x600)_split_54.htm
proteus(800x600)_split_55.htm
proteus(800x600)_split_56.htm
proteus(800x600)_split_57.htm
proteus(800x600)_split_58.htm
proteus(800x600)_split_59.htm
proteus(800x600)_split_60.htm
proteus(800x600)_split_61.htm
proteus(800x600)_split_62.htm
proteus(800x600)_split_63.htm