4

 

 

Don Quichot is een van die zeldzame helden die letterlijk en figuurlijk zover buiten hun boekje gaan dat iedereen ze kent, ook al heeft men geen letter in het boek gelezen. Een van die superhelden die spreekwoordelijk zijn geworden, en ik geloof dat er in de Europese literatuur eigenlijk maar één andere held te vinden is die deze superstatus met hem deelt: Faust.

 

Merkwaardig genoeg zijn ze beiden, als literaire creaties, ook nog ‘tijdgenoten’ te noemen (het volksboek over Faust verscheen in 1587; het eerste deel van Don Quichot in 1605). En beiden zijn ze exponenten van die Europese expansiedrift die zich toen op alle gebieden deed gelden, en die in deze twee figuren de grenzen van het menselijke aftast. Maar wat een verschil tussen die twee! Terwijl Faust, zich pijnlijk bewust van de ontoereikendheid van zijn kennis, willens en wetens samenspant met de machten der Duisternis en zich zo in het verderf stort, trekt Don Quichot, die van de prins geen kwaad weet, de wereld in met een blind vertrouwen in zijn totaal inadequate boekenkennis. Wordt Faust het slachtoffer van zijn ongebreidelde zucht naar kennis, Don Quichot wordt het slachtoffer van zijn ongebreidelde zucht naar heldendaden.

 

Hij blijkt, om te beginnen, het slachtoffer te zijn van dat romantische misverstand dat ‘avontuur’ heet. Ook hij hongert naar avontuur, en niet toevallig is hij dan ook in de eerste plaats een hartstochtelijk lezer. Hij heeft zoveel ridderromans verslonden, zoveel adembenemende avonturen gelezen, dat ook hem het avontuur iets begerenswaardigs lijkt. Maar anders dan voor de moderne consument is het avontuur voor hem nog geen doel op zich. Uit zijn lectuur heeft hij begrepen dat avonturen ergens toe dienen. Zij zijn slechts middel tot een doel: zij bieden gelegenheid tot het verrichten van heldendaden.

 

Don Quichot is, met andere woorden, een lezer die een held wil worden. Daarmee dient zich de onmogelijkheid van zijn ideaal meteen aan, want met het begrip ‘held’ is het al niet anders gesteld dan met het begrip ‘avontuur’: het is uit de literatuur afkomstig, een literaire fictie. Een lezer die een held wil worden - dat is dus eigenlijk een lezer die een verhaalfiguur wil worden.

 

En de grap die Cervantes uithaalt is, dat hij hem in dit onmogelijke voornemen glansrijk laat slagen - eenvoudig door deze lezer als verhaalfiguur te nemen. De fatale grens die Don Quichot overschrijdt is net zoiets als de spiegel waar Alice doorheen stapt, en zo verkeert in het wonderland van Cervantes’ roman iedere Fehlleistung van zijn held in een heldendaad die bijdraagt aan zijn onsterfelijke roem.

 

Aldus treedt de verwoede lezer Don Quichot, vanaf het moment dat hij zijn boeken achter zich laat, de wereld van de lectuur toch weer binnen: onze lectuur. Deze lezer is inderdaad een held geworden. Maar wat voor één: de dubbelzinnigste held uit de Europese literatuur.

 

In het tweede deel, dat pas tien jaar na het eerste verscheen, gaat de schrijver zelfs zover, zijn helden op de hoogte te brengen van het feit dat deel I van hun avonturen in boekvorm is verschenen en gretig gelezen wordt. Tot hun grote tevredenheid uiteraard, al laten ze niet na kritisch commentaar te leveren. Door deze truc krijgen de ridder en zijn schildknaap plotseling iets reëels: ze blijken nu immers buiten het boek te bestaan en doen je bijna vergeten dat je ook dat leest in een boek.

 

‘En belooft de auteur bijgeval een tweede deel?’ informeert Don Quichot (in datzelfde tweede deel) gretig bij de baccalaureus Sansón Carrasco, die hun over het boek heeft verteld.

 

‘“Dat belooft hij,” antwoordde Sansón, “maar hij zegt dat hij het handschrift nog niet heeft ontdekt of vernomen heeft wie het bezit, en zodoende zijn wij nog in twijfel of het al dan niet zal verschijnen.”’

 

Wanneer ze er vervolgens opnieuw op uit trekken, komen de ridder en zijn schildknaap steeds meer figuren tegen die hun geschiedenis hebben gelezen, en die er een groot plezier in scheppen hun ‘avonturen’ in scène te zetten.

 

Zo worden ook de lezers van hun avonturen in het verhaal opgenomen, en treden die op hun beurt op als medescheppers van en deelnemers aan hun avonturen. (Wie zei daar dat de creatieve rol van de lezer een idee was van de twintigste eeuw? Cervantes kent alleen maar creatieve lezers.) Zoals bijvoorbeeld de baccalaureus Sansón Carrasco, die Don Quichot van zijn ridderlijke waan denkt te genezen door zelf, verkleed als ridder, tegen hem in het krijt te treden; of het hertogelijk paar, dat hem juist in die waan wil stijven door de meest onwaarschijnlijke ‘avonturen’ te ensceneren.

 

 

Ook in werkelijkheid kende het boek trouwens creatieve lezers: één van hen ging na lezing van deel I zelfs zover dat hij op eigen houtje een tweede deel schreef. Maar zoveel creativiteit was nu ook weer niet de bedoeling. Cervantes strafte hem af door zijn helden in deel II ook met dit apocriefe geschrift te laten kennismaken en zij steken hun misnoegen daarover niet onder stoelen of banken. Wanneer blijkt dat het voor een deel in Zaragoza speelt, waarheen ze inderdaad op weg zijn, besluit Don Quichot op staande voet zijn reisdoel te wijzigen, om dit valse geschrift te logenstraffen. Want de kampioen van alle creatieve lezers blijft natuurlijk Don Quichot zelf.
De Jacht Op Proteus
titlepage.xhtml
proteus(800x600)_split_0.htm
proteus(800x600)_split_1.htm
proteus(800x600)_split_2.htm
proteus(800x600)_split_3.htm
proteus(800x600)_split_4.htm
proteus(800x600)_split_5.htm
proteus(800x600)_split_6.htm
proteus(800x600)_split_7.htm
proteus(800x600)_split_8.htm
proteus(800x600)_split_9.htm
proteus(800x600)_split_10.htm
proteus(800x600)_split_11.htm
proteus(800x600)_split_12.htm
proteus(800x600)_split_13.htm
proteus(800x600)_split_14.htm
proteus(800x600)_split_15.htm
proteus(800x600)_split_16.htm
proteus(800x600)_split_17.htm
proteus(800x600)_split_18.htm
proteus(800x600)_split_19.htm
proteus(800x600)_split_20.htm
proteus(800x600)_split_21.htm
proteus(800x600)_split_22.htm
proteus(800x600)_split_23.htm
proteus(800x600)_split_24.htm
proteus(800x600)_split_25.htm
proteus(800x600)_split_26.htm
proteus(800x600)_split_27.htm
proteus(800x600)_split_28.htm
proteus(800x600)_split_29.htm
proteus(800x600)_split_30.htm
proteus(800x600)_split_31.htm
proteus(800x600)_split_32.htm
proteus(800x600)_split_33.htm
proteus(800x600)_split_34.htm
proteus(800x600)_split_35.htm
proteus(800x600)_split_36.htm
proteus(800x600)_split_37.htm
proteus(800x600)_split_38.htm
proteus(800x600)_split_39.htm
proteus(800x600)_split_40.htm
proteus(800x600)_split_41.htm
proteus(800x600)_split_42.htm
proteus(800x600)_split_43.htm
proteus(800x600)_split_44.htm
proteus(800x600)_split_45.htm
proteus(800x600)_split_46.htm
proteus(800x600)_split_47.htm
proteus(800x600)_split_48.htm
proteus(800x600)_split_49.htm
proteus(800x600)_split_50.htm
proteus(800x600)_split_51.htm
proteus(800x600)_split_52.htm
proteus(800x600)_split_53.htm
proteus(800x600)_split_54.htm
proteus(800x600)_split_55.htm
proteus(800x600)_split_56.htm
proteus(800x600)_split_57.htm
proteus(800x600)_split_58.htm
proteus(800x600)_split_59.htm
proteus(800x600)_split_60.htm
proteus(800x600)_split_61.htm
proteus(800x600)_split_62.htm
proteus(800x600)_split_63.htm