60

A SHBY WAS ENIGSZINS TOT ZICHZELF GEKOMEN IN EEN VAN DE SUItes van het Four Seasons George V.

‘Laat de Murrays hierheen komen,’ droeg hij Guildhall op. ‘Ik wil dat ze voor het vallen van de avond in Frankrijk zijn.’

Caroline keek hem onderzoekend aan. Zijn gezicht was rood en opgeblazen van de kou en de zenuwen, en zijn stem klonk schor en vermoeid.

‘Wat is er aan de hand, Graham?’ vroeg ze.

Hij zag deze vrouw als een bondgenote, dus besloot hij haar een deel van de waarheid te vertellen. ‘Er is iets misgelopen met een zakelijke transactie. Ik vrees dat mevrouw Larocque nogal boos op me zal worden. Zo boos dat ze me misschien iets wil aandoen.’

Caroline schudde haar hoofd. ‘Wat heb je gedaan?’

Hij glimlachte. ‘Ik heb geprobeerd me te verlossen van de onophoudelijke bemoeizucht van anderen.’

Hij liet zijn blik dwalen over haar welgevormde benen en de rondingen van haar heupen. De aanblik van die volmaakte vormen leidde zijn gedachten even af van het probleem.

‘Dat kun je me moeilijk kwalijk nemen,’ voegde hij eraan toe. ‘Want we zijn te dicht bij ons doel om ons nog te laten dwarsbomen. Ik wilde gewoon afrekenen met Eliza. Ze is knettergek als je het mij vraagt.’

‘Dus daarom hebben we de Murrays nodig? En Guildhall?’

‘Misschien hebben we nog wel meer bewakers nodig. Dat secreet zal pisnijdig worden.’

‘Zullen we eens kijken of we haar nóg een beetje kwader kunnen maken?’

Hij had al gemerkt dat ze popelde hem te vertellen wat ze had ontdekt.

Ze stond op en pakte een leren tas van een stoel. Ze haalde er een vel papier uit met de veertien regels tekst uit het Merovingische boek. De tekst die Napoleon zelf had geschreven.

image

‘Het lijkt op het document dat we op Corsica hebben gevonden,’ zei ze. ‘Die tekst die verwees naar Psalm 31, die ook door Napoleon bleek te zijn geschreven. Toen ik een liniaal onder de regels legde werd het me duidelijk.’

Ze haalde een liniaal tevoorschijn en liet het hem zien. Hij zag onmiddellijk welke letters boven de tekst uit sprongen.

‘Wat staat er dan?’

Ze gaf hem een tweede vel papier waarop ze alle letters had geschreven die hoger waren geplaatst dan de andere.

ADOGOBERTROIETASIONESTCETRESORETILESTLAMORT

‘Het was niet zo moeilijk de oplossing te vinden. Ik hoefde alleen maar een paar spaties aan te brengen.’

Ze haalde een derde vel tevoorschijn.

A DOGOBERT ROI ET A SION EST CE TRESOR ET IL EST LA MORT

Hij vertaalde het Frans. ‘Aan koning Dagobert en aan Zion behoort deze schat en hij ligt daar dood.’ Hij haalde vermoeid zijn schouders op en vroeg: ‘Nou, en wat betekent dat dan?’

Er speelde een ondeugende grijns rond haar uitnodigende lippen.

‘Heel wat.’

Malone liep het gebouw binnen. Met zijn pistool in de aanslag nam hij de trap. Stephanie volgde hem terwijl de Parijse politie buiten postte.

Geen van beiden wist wat hun wachtte en het had geen zin nog meer mensen aan risico bloot te stellen. Het werd steeds moeilijker om tegenover de buitenwacht vol te houden dat er niets aan de hand was, in aanmerking genomen dat er intussen een aanslag was gepleegd op twee nationale monumenten en er een paar vliegtuigen uit de lucht waren geschoten. President Daniels had hun verzekerd dat de Fransen de media in bedwang zouden houden. Zij konden zich beter concentreren op de jacht op Lyon, had hij verordonneerd.

Ze bereikten de vierde verdieping en vonden de deur van het appartement dat de man met de geelbruine ogen had gehuurd. De eigenaar had een reservesleutel ter beschikking gesteld.

Stephanie ging met haar pistool in de aanslag aan de ene kant van de deur staan. Malone drukte aan de andere kant zijn rug tegen de muur en bonsde op de deur. Hij verwachtte niet dat iemand zou opendoen, dus stak hij de sleutel in het slot, draaide de deurknop om en duwde de deur open.

Hij wachtte een paar seconden en tuurde daarna voorzichtig naar binnen.

Het appartement was volkomen leeg, afgezien van één enkel voorwerp.

Op de houten vloer stond een laptop. Het beeldscherm, dat in hun richting wees, vertoonde een teller die terugtikte.

2:00 minuten.

1:59.

1:58.

Thorvaldsen had al zeven keer geprobeerd Malone te bereiken op diens mobiele nummer, maar iedere keer werd hij doorgeschakeld naar de voicemail. En bij iedere keer nam zijn beklemming toe. Hij moest Malone te spreken zien te krijgen.

Wat nog belangrijker was: hij moest Graham Ashby opsporen. Hij had zijn privédetectives niet opgedragen de Brit te achtervolgen toen hij eerder die ochtend uit Engeland was vertrokken. Hij was ervan uitgegaan dat hij Ashby tot het einde van de middag zelf in de gaten kon houden. Tegen die tijd waren zijn mannen in Frankrijk gearriveerd en konden ze aan de slag.

Maar Ashby was iets anders van plan geweest.

Thorvaldsen zat alleen in zijn kamer in de Ritz. Wat moest hij nu? Hij was ten einde raad. Hij had alles grondig gepland en met bijna iedere mogelijkheid rekening gehouden – maar niet met een moordaanslag op de hele Club van Parijs. Een innovatieve aanpak, dat moest hij Ashby nageven. Eliza Larocque zou wel in alle staten zijn. Haar zorgvuldig voorbereide plannen lagen in duigen. In ieder geval zou ze zich nu wel realiseren dat hij de waarheid had gesproken over de Britse lord in wie ze zo veel vertrouwen had gesteld. Nu had Ashby twee vijanden die uit waren op zijn ondergang.

Dat bracht hem met zijn gedachten weer bij Malone, het boek en Murad. Misschien wist de professor iets?

Zijn mobiele telefoon ging.

Op het scherm stond ‘geen nummer’, maar hij besloot toch op te nemen.

‘Henrik,’ zei Sam Collins, ‘ik heb je hulp nodig.’

Hij was benieuw of iedereen in zijn omgeving een leugenaar was. ‘Wat heb jij uitgespookt?’

Het bleef even stil aan de andere kant van de lijn. Ten slotte antwoordde Sam: ‘Ik ben gerekruteerd door het Amerikaanse ministerie van Justitie.’

Hij was blij dat de jongeman hem de waarheid vertelde. Daarom deed hij hetzelfde. ‘Ik heb je in de Eiffeltoren gezien. In die vergaderzaal.’

‘Dat vermoedde ik al.’

‘Wat gebeurt er allemaal, Sam?’

‘Ik hou Ashby in de gaten.’

Dat was uitstekend nieuws. ‘In opdracht van Stephanie Nelle?’

‘Niet echt. Maar ik had geen keus.’

‘Heb je de mogelijkheid contact met haar op te nemen?’

‘Ze heeft me een rechtstreeks nummer gegeven, maar ik wist niet zeker of ik haar wel moest bellen. Ik wilde jou eerst spreken.’

‘Waar ben je op dit moment?’

Malone naderde de laptop terwijl Stephanie de twee andere kamers van het appartement inspecteerde.

‘Leeg,’ riep ze.

Hij knielde. Op het scherm werd nog steeds afgeteld. Er stond nu nog een minuut op de teller. Hij zag dat er een usb-dongel uit de zijkant van de laptop stak; dat was ongetwijfeld de dataverbinding. Rechtsboven op het scherm zag hij dat de batterij nog tachtig procent capaciteit had. Het apparaat stond nog niet zo lang aan.

Eenenveertig seconden.

‘Moeten we hier niet weg?’ vroeg Stephanie.

‘Lyon wist dat we zouden komen. Net zoals hij wist dat we naar Les Invalides zouden komen. Als hij ons had willen doden had hij dat al allang kunnen doen, zonder zo veel ingewikkelde toeren uit te halen.’

Achtentwintig seconden.

‘Je realiseert je toch wel dat Peter Lyon een amorele schoft is?’

Negentien seconden.

‘Henrik heeft al zeven keer gebeld,’ zei hij terwijl ze allebei naar het scherm staarden.

‘We moeten zorgen dat hij geen problemen gaat veroorzaken,’ zei ze.

‘Ik weet het.’

Twaalf seconden.

‘Misschien vergis je je en is hier wel degelijk een bom,’ mompelde ze.

Negen seconden.

‘Het zou niet de eerste keer zijn dat ik me vergis.’

Zes seconden.

‘Op het Court d’Honneur vertelde je me iets anders.’

Er verscheen een 5, gevolgd door een 4, een 3, een 2 en een 1.