6

Corsica

ASHBY KEERDE TERUG NAAR DE ARCHIMEDES EN SPRONG VAN DE sloep op het achterplatform. Hij had de Corsicaan meegenomen, nadat hij zich op de uitkijktoren had verzekerd van diens onverdeelde aandacht. Ze hadden hem de belachelijke soutane uitgetrokken en hij had gedurende de reis geen last veroorzaakt.

‘Breng hem maar naar de grote salon,’ zei Ashby, waarop Guildhall hun gast het platform op hielp. ‘Maak het hem maar gemakkelijk.’

Hij beklom de drie teakhouten treden naar het verlichte zwembad. Het boek dat ze in het huis van de Corsicaan hadden gevonden hield hij nog steeds in zijn hand.

De kapitein van het jacht verscheen.

‘Koers langs de kust naar het noorden, op topsnelheid,’ beval Ashby.

De man knikte en verdween.

De slanke, zwarte romp van de Archimedes had een lengte van zeventig meter. De beide dieselmotoren leverden een topsnelheid van vijfentwintig knopen en het schip kon op open zee een kruissnelheid van maar liefst tweeëntwintig knopen handhaven. De zes dekken omvatten drie suites, een kapiteinssuite, een kantoor, een volledig ingerichte keuken, een sauna en alle andere voorzieningen die je op een luxe jacht kon verwachten.

Beneden kwamen de twee motoren tot leven.

Hij dacht opnieuw terug aan die avond in september 1943.

Volgens alle verslagen was het rustig weer, met een kalme zee en een heldere lucht. De vissersvloot van Bastia lag veilig voor anker in de haven. Slechts een enkele motorsloep doorkliefde het water langs de kust. Sommigen beweerden dat de boot koerste in de richting van Cap Sud en de rivier de Golo ten zuiden van Cap Corse, Corsica’s noordelijkste klip – een bergrug die als een vinger leek te wijzen naar het gebergte in het noorden van Italië. Anderen waren van mening dat het vaartuig langs de noordoostelijke kust had gevaren. Toen twee Amerikaanse P39’s het dek besproeiden met kanonvuur waren er vier Duitse soldaten aan boord. Een afgeworpen bom miste gelukkig doel en de vliegtuigen staakten hun aanval zonder de boot tot zinken te brengen. Uiteindelijk werden zes houten kratten ergens op of in de nabijheid van Corsica verstopt. Een vijfde Duitser, die zich op Corsicaanse bodem bevond, hielp het viertal te ontsnappen.

De Archimedes koerste verder. Over minder dan een halfuur zouden ze op hun bestemming aankomen.

Hij liep naar de grote salon op het volgende dek, met comfortabel meubilair van roestvrij staal en wit leer op een crèmekleurig Berbertapijt. Zijn zestiende-eeuwse Britse landgoed was ingericht met antieke meubelen. Maar hier prefereerde hij een modern interieur.

De Corsicaan zat met een drankje op een van de banken.

‘Is dat rum?’ vroeg Ashby.

De nog zichtbaar aangeslagen oudere man knikte.

‘Een van mijn favoriete dranken. Gemaakt van de eerste persing.’

Het schip leek zijn snelheid op te voeren; de scherpe boeg doorkliefde het water.

Hij gooide het boek over Napoleon op de bank naast zijn gast.

‘Sinds ons vorige gesprek heb ik het een en ander uitgezocht. Ik zal je niet vervelen met de details, maar ik ben erachter gekomen dat vier mannen uit Italië Rommels goud hierheen hebben gebracht. Een vijfde man wachtte hen hier op. Het viertal heeft de schat verstopt. De Gestapo heeft ze gefusilleerd wegens plichtsverzuim, maar ze hebben de locatie niet verraden. Helaas wist de vijfde man niet waar ze de schat hadden verborgen. Sindsdien hebben Corsicanen zoals jij ernaar gezocht en valse informatie verspreid om anderen op een dwaalspoor te brengen. Er doen minstens tien andere versies van de gebeurtenis de ronde die alleen maar in het leven zijn geroepen om verwarring te zaaien. Daarom heb je de vorige keer tegen me gelogen.’ Hij zweeg even. ‘En dat geldt ook voor Gustave.’

Hij schonk voor zichzelf een borrelglaasje rum in en nam plaats op een bank tegenover de Corsicaan. Tussen hen in stond een tafel met een houten frame en een glazen blad. Hij pakte het boek en legde het op de tafel. ‘Wil je nu alsjeblieft het raadsel voor me oplossen?’

‘Als ik dat kon, dan had ik dat al lang geleden gedaan.’

Hij grinnikte. ‘Ik heb onlangs gehoord dat Napoleon, vlak nadat hij keizer was geworden, alle Corsicanen van het bestuur van hun eiland had uitgesloten. Hij vond ze te onbetrouwbaar.’

‘Napoleon was óók een Corsicaan.’

‘Dat kan wel zijn, maar jij bent in ieder geval een leugenaar. Je weet hoe je het raadsel kunt oplossen, dus doe het alsjeblieft.’

De Corsicaan sloeg de rum die nog in zijn glas restte achterover. ‘Ik had me nooit met u moeten inlaten.’

Hij haalde zijn schouders op. ‘Mijn rijkdom trok je aan. Ik had ook geen zaken met je moeten doen.’

‘Daar op die toren hebt u geprobeerd me te vermoorden.’

Hij lachte. ‘Ik wilde je alleen maar iets duidelijk maken.’

De Corsicaan leek niet onder de indruk. ‘U hebt me benaderd omdat u wist dat ik het antwoord had.’

‘En nu is het zo onderhand tijd dat je me dat antwoord geeft.’

Hij had de afgelopen twee jaar besteed aan het onderzoeken van alle mogelijke aanwijzingen. Alle overlevenden die nog iets uit de tweede of derde hand zouden kunnen weten – de naaste betrokkenen waren allang dood – had hij ondervraagd, maar niemand kon zelfs maar bevestigen dat het goud van Rommel inderdaad bestond. De verhalen over de oorsprong van de schat en over het transport van Afrika naar Duitsland liepen uiteen. De meest betrouwbare versie was dat de schat afkomstig was uit Gabès in Tunesië, een plaats op ongeveer honderdzestig kilometer van de grens met Libië. Nadat het Duitse Afrika-korps de stad tot hoofdkwartier had gebombardeerd was de Joodse gemeenschap van 3000 zielen verteld dat hun levens gespaard zouden worden in ruil voor ‘zestig centenaren aan goud’. Ze kregen achtenveertig uur de tijd om het losgeld bijeen te brengen. Het werd verpakt in zes houten kratten, naar de kust getransporteerd en in noordelijke richting verscheept, naar Italië. De Gestapo nam het daar over en gaf uiteindelijk vier soldaten opdracht de kratten per boot naar Corsica te brengen. De inhoud van de kratten bleef onbekend, maar de Joden in Gabès en in de omringende Joodse gemeenschappen waren welgesteld. De plaatselijke synagoge was een beroemd bedevaartsoord, waar in de loop der eeuwen veel kostbaarheden waren achtergelaten.

Maar ging het om goud? Dat was moeilijk te zeggen.

Hoe dan ook: er werd gesproken van ‘het goud van Rommel’ en volgens de overlevering ging het om een van de grootste schatten die gedurende de Tweede Wereldoorlog waren buitgemaakt.

De Corsicaan hield zijn lege glas omhoog en Ashby stond op om het te vullen. Het kon geen kwaad de man voorlopig zijn zin te geven dus kwam hij terug met een voor driekwart gevulde tumbler.

De Corsicaan nam een flinke slok.

‘Ik ben op de hoogte van de code,’ zei Ashby. ‘Erg inventief. Een slimme manier om een boodschap te versleutelen. Ze noemen het geloof ik de Moorse Knoop.’

Pasquale Paoli, een Corsicaanse vrijheidsstrijder uit de achttiende eeuw die nu werd vereerd als een nationale held, had de code zijn naam gegeven. Paoli wilde op een effectieve manier met zijn medestanders kunnen communiceren zonder dat zijn boodschappen in verkeerde handen vielen, dus gebruikte hij een methode die hij had afgekeken van de Moren, die als zeepiraten eeuwenlang de kustwateren onveilig hadden gemaakt.

‘Je neemt twee identieke boeken,’ legde Ashby uit. ‘Je houdt er zelf een en je geeft de tweede aan degene aan wie je geheime boodschappen wilt versturen. In je boek zoek je de juiste woorden voor je boodschap, die je dan overbrengt door de pagina, de regel en de woordvolgorde te noteren als een cijferreeks. Die cijfers zijn natuurlijk zinloos als je het juiste boek niet hebt.’

Hij zette zijn glas rum op tafel, haalde een dubbelgevouwen stuk papier uit zijn zak, sloeg het open en streek het glad op het glazen tafelblad. ‘Deze cijferreeks heb ik je tijdens ons vorige onderhoud laten zien.’

Zijn gevangene bestudeerde het vel papier.

images

‘Dit zegt me niets,’ zei de Corsicaan.

Ashby schudde ongelovig zijn hoofd. ‘Hou er nu eens mee op. Je weet dat dit de locatie is van de schat van Rommel.’

‘Lord Ashby, u hebt me vanavond schandelijk behandeld door me vanaf die toren omlaag te laten bungelen, door me een leugenaar te noemen en door te beweren dat Gustave u heeft voorgelogen. Het is waar dat dit boek in mijn bezit was. Maar deze cijfers hebben er niets mee te maken. En nu varen we ergens naartoe zonder dat u de beleefdheid hebt gehad me op de hoogte te brengen van de bestemming. Uw rum smaakt uitstekend en dit schip is erg mooi, maar ik sta erop dat u zich nader verklaart.’

Ashby had zijn hele volwassen leven al naar schatten gezocht. Hoewel hij telg was van een geslacht van vooraanstaande financiers, gaf hij de voorkeur aan de jacht naar verloren kostbaarheden boven het alledaagse geldverdienen. Soms moest hij hard werken om een stapje verder te komen. Soms maakte hij gebruik van de gelegenheid nuttige informatie te kopen. En soms, zoals in dit geval, diende de oplossing zich gewoon aan.

‘Ik zal het u graag uitleggen.’