Mister Mayanja
Daar zitten we nu al drie weken in het hotel Silversprings in Kampala in afwachting van een huis. Ik ben blij aan één kant dat ik uit Mbale weg ben. Het werk beviel me niet en de sfeer in het ziekenhuis was slecht. Dat is in Kampala allemaal veel prettiger en ik ga dan ook elke morgen fluitend, neuriënd en bijkans huppelend naar het ziekenhuis. Er zijn echter ook vele momenten dat ik met droefenis aan Mbale terugdenk. We hadden er enkele goeie vrienden gekregen en begonnen ook net een beetje betere contacten te krijgen met enkele Afrikanen. Ik mis vooral Mayanja, een arts alweer.
Een verhaal ter inleiding. Mayanja had op straat voor zijn huis een horloge gevonden met nogal veel goud eraan. Hij ging ermee naar het politiebureau, legde het op de balie en vertelde de dienstdoende agent dat hij het als Gevonden Voorwerp wilde aangeven.
De agent legde het horloge opzij, plaatste een elleboog op de balie, legde zijn kin in de handpalm en deed lange tijd niets anders dan staren naar de knoop van Mayanja's das. Tenslotte sprak hij:
'U heeft dit horloge op straat gevonden. U bent naar het politiebureau gekomen. U wenst het als Gevonden Voorwerp aan te geven.
' 'Inderdaad,' knikte Mayanja. 'Kunt u ook zeggen waarom?´ vroeg de agent. 'Voornamelijk,' antwoordde Mayanja, 'omdat ik de indruk had dat dit horloge, alhoewel het vlak bij mijn huis lag, niet van mij was. Ik trok daaruit de conclusie dat het best van iemand anders kon zijn, die het daar misschien zolang neergelegd had, terwijl ik de mogelijkheid dat hij het daar per ongeluk verloren is, niet één twee drie kon uitsluiten. Dát, dunkt me, ligt meer op de weg van de politie.'De agent pakte het horloge op en liep er langzaam en peinzend
mee naar achteren. Hiervandaan kwam plotseling een nogal opgewonden superieur op Mayanja af gesneld, die zei: 'Meneer, als dat horloge van u is waarom brengt u het dan hier? En als het van een ander is, waarom houdt u het dan bij u en geeft u het niet gewoon terug? Dit is een politiebureau!' Hierna liep de superieur zonder antwoord af te wachten weer met grote passen naar achteren. De agent maakte een voila-gebaar, bekeek het horloge nog eens goed, vond het geen gek apparaatje, wond het gauw eventjes op, en gaf het Mayanja weer terug. Deze begon zich nu ook enigszins op te winden. Andere agenten kwamen erbij en deze begonnen, een keer uitgelegd waarom het ging, hartelijk te lachen. Het horloge ging van hand tot hand. Sommigen zetten, ten onrechte, hun horloge erop gelijk. Het eindigde tenslotte met de hoogste superieur, die zonder omhaal het betreffende 'Gevonden Voorwerpen'-formulier produceerde, waarop de agent onder luide lachsalvo’s van de aanwezigen noteerde wie waar wat gevonden had.
Er zit natuurlijk een beetje tribalisme bij. Mayanja is een Moeganda, de agenten zijn hier meestal Bagisoe. Haha, die Baganda, ze zijn zo stom als het achtereind van een olifant.
Mayanja is één van degenen die in Engeland gestudeerd hebben. Hij heeft er ook een deel van zijn middelaresschoolopleiding gevolgd. Hij is één van de zeer weinigen, die niet op een beurs gestudeerd hebben. Zijn vader bleek het zelf voor het grootste deel te kunnen betalen, terwijl Mayanja het tekort aanvulde met allerlei baantjes. Beloning voor de zoon: een diploma. Beloning voor de vader: een zoon die met hem het contact totaal verloren heeft. De vader is mohammedaan en als één van de eerste mohammedanen heeft hij, terwijl links en rechts om hem heen in Oeganda de protestantse en katholieke scholen uit de grond schoten, al zeer vroeg ingezien dat ook de mohammedanen hun kinderen een goede opleiding - desnoods een christelijke - moesten geven wilden zij enigszins bijblijven. Hij heeft zich er erg voor ingespannen dat te propageren, maar er was veel verzet tegen. Want, zeiden de mohammedanen, als wij onze kinderen naar Engelse scholen of zelfs naar Engeland sturen dan komen ze zonder Allah of nog erger mét Christus weer thuis. Onzin, zei Mayanja's vader en hij stuurde zijn zoon min of meer als voorbeeld naar een kostschool in Engeland. Gevolg één: Mayanja is één van de weinige uit de mohammedaanse groep met een universitaire graad. Gevolg twee: Mayanja kwam zónder Christus terug maar Allah heeft hem helaas weinig meer te zeggen. Hij doet zijn best deze wrange waarheid voor zijn familie te verbergen, maar dat lukt niet al te best; van het niet-drinken van alcohol bijvoorbeeld heeft hij al openlijk afgezien.
Zijn vader komt hem nog regelmatig opzoeken alhoewel hij steeds minder van zijn zoon begrijpt en het hem waarschijnlijk steeds duidelijker wordt dat zijn komst eerder als een bezoeking dan een bezoek gevoeld wordt.
Doorgaans - vanwege identieke ouderproblemen – identificeer ik me met de zoon, maar bij dit verhaal doemt steeds de vader voor me op. Het onrechtvaardige noodlot! De vader, die het inzicht en de durf had verder te kijken dan zijn neus en de neus van zijn groep lang is, verliest zijn zoon en zal vereenzaamd verder moeten leven. De andere vaders -zónder inzicht, zónder durf stappen rond als pauwen van aartsvaders, omringd en geëerd door hun kroost. Mogelijk zelfs zullen ze zich aanmatigen de vader van de verloren zoon ter verantwoording te roepen.