Terug in de tijd

Sinds we terug zijn aan de wal hebben we weinig meer te vrezen van het weer.

Toch maken veel wind en dreigende luchten me nog altijd nerveus. Hetzelfde geldt voor Muriël. Ze vraagt zich dan wel eens zenuwachtig af of ons huisje net zo scheef zal gaan als de ‘Mrs. Jones’. Ik heb haar verzekerd van niet, maar sinds er een boom langs ons pad is omgewaaid, heeft ze veel moeite om dat te geloven. Aan boord haalden we bij harde wind de zeilen omlaag. Wat kun je in huis doen?

Muriël is van mening dat je dan vooral de gordijnen open moet houden. Grappig is ook dat ze ons bij weinig wind nog vaker maant om zuinig te zijn met water. Want je weet maar nooit wanneer je weer nieuw badwater kunt halen. Bij bladstil weer duurt ‘de reis’ immers extra lang en het feit dat we nu ‘onbeperkt’ stromend water uit de kraan hebben, kan ze nog steeds niet bevatten.

Maar dat idee is eigenlijk niet veel gekker dan mijn eigen overdreven voldoening over een lege wasmand, schone lakens op de bedden en kasten vol mondvoorraad. Of Eriks neiging om in zijn slaap ‘op de uitkijk’ te gaan staan. Ooit zullen we de vreemde tikken van onze zeilreis wel kwijt raken.

Maar niet van vandaag op morgen. Jerke heeft dit verleden niet met ons gemeen. Hij is aan boord gemaakt en heeft als embryo op zee rondgedobberd. Meer niet. Hij is dol op water en houdt van schommelen en schudden.

Maar dat is natuurlijk heel ‘baby-like’. Ik ben benieuwd hoe onze zeiltocht nog invloed op hem zal hebben. Of hij onze onderweg opgepikte eigenaardigheden zal overnemen. Jaloers zal zijn op Muriëls aparte start in het leven. Op de foto’s en videobeelden van haar bijzondere bestaan. Of hij altijd een buitenbeentje zal blijven in ons gezin. Nu Jerke zo klein is als Muriël toen, denk ik vaak terug aan de tijd dat we met zijn zusje op reis gingen. Het grote avontuur tegemoet. Aan alles waarvan we met haar hebben genoten. Aan alles wat hij moet missen. De dagen tussen de clownvisjes. De blote billen in het witte poedersuikerzand. Westwaarts van eiland naar eiland. Douchen onder watervallen. Kokosnoten met een rietje. Samen in slaap vallen in de schaduw van een palmboom. Kilometers aandacht en alle tijd van de wereld. Jerkes baby-, peuter- en beginnende kleuterjaren zullen heel anders zijn. Minder leuk, lijkt mij.

Maar Erik is het daar niet mee eens. Wandelend door het bos rond ons zevendwergenhuisje, met zijn vrolijk pruttelende zoon in een draagdoek, wijst hij me op een aantal ongekende voordelen. Alsof hij een reclamespot maakt voor Jerkes nabije toekomst. Vol eeuwig optimisme schildert hij me een ventje voor dat bakken vol vriendjes bij de hand zal hebben, een sprookjesachtig woud en duinen om in te dwalen, opa’s en oma’s en een bibliotheek om de hoek, kilo’s speelgoed in bruikleen van de spelotheek, elke dag Sesamstraat, sneeuw, ijs, zeilles, misschien de voorpret van ons volgende vaaravontuur. En last but not least dat hele speciale wat Muriël onderweg ook nooit heeft gehad. Een leuke grote zus met interessante ideeën over wind en water.