14. Het kwaad dat mannen aanrichten
Telkens als de deur openging, stokte de adem in onze keel, in
de verwachting dat we met Gordon geconfronteerd zouden worden. Maar
toen Glashalter vertrokken was, kwam als eerste de deputy binnen
die ons van het ziekenhuis hierheen had gebracht, met een zak
burgers en frieten en een paar flesjes frisdrank. De heerlijke
geuren deden mijn maag ronddraaien.
'Ik dacht dat jullie wel honger zouden hebben. Het ziet ernaar
uit dat jullie hier nog wel een tijdje zitten,' zei hij, terwijl
hij de zakken op tafel zette en een stap achteruitdeed. 'Toe dan,
eet terwijl ze nog warm zijn. Aangeboden door de politie,' zei hij
met een brede grijns.
Ik keek naar Crystal. Ze knikte en we deelden de burgers en
frieten. De deputy keek een tijdje naar ons en ik zag de raderen
werken in Ravens hoofd. Ik schoof onrustig heen en weer op mijn
stoel en staarde naar Crystal, die net zo nerveus om zich heen
keek.
'Als je drugs zou vinden in een auto, maar je vertelt het niet
aan de politie, is dat een misdaad?' flapte Raven eruit.
Ik geloof dat de hap van mijn hamburger die ik bezig was door
te slikken in mijn keel in steen veranderde.
'Het is altijd een misdaad om bewijs achter te houden of een
misdaad niet te melden waarvan je op de hoogte bent,' antwoordde
hij. 'Waarom?'
'Ik vroeg het me alleen maar af,' zei ze.
'Zijn er drugs in die stationcar?' ging hij verder. Hij zou
nog stommer zijn dan een steen als hij haar dat niet had gevraagd.
dacht ik.
'Nee,' zei Raven.
'Waren die er?' Hij wachtte, in dat geval zijn er misschien
nog sporen van te vinden.'
'En als die er niet zijn?' vroeg Crystal. 'Dan kun je niet
bewijzen dat er drugs waren, hè?'
'Zonder tastbaar bewijs of ooggetuige, nee,' zei hij.
Crystal keek kwaad naar Raven.
ik heb het over een andere auto,' zei ze. 'Een vriend van me
thuis.'
'O, nou ik zou hem maar heel gauw laten vallen,' adviseerde de
deputy. 'Als hij daarmee wordt aangehouden en jij bent erbij, dan
ziet het er niet goed voor je uit.' Hij keek naar Butterfly, ik
denk dat je vast wel een ijshoorn wilt. Wat is je
lievelingssmaak?'
'Aardbeien,' antwoordde ze.
'Nog iemand? Profiteer van het aanbod,' zei hij.
'Vanille,' zei Raven. Crystal en ik weigerden, en hij ging weg
om het ijs te halen.
'Dat was stom van je, Raven. Kun je je voorstellen wat er zou
gebeuren als hij de auto demonteerde terwijl Gordon stond toe te
kijken, en ze zouden niets vinden?' vroeg Crystal. 'Gordon zou
razend zijn als hij zag dat zijn drugs verdwenen waren. Dan zou hij
beslist een aanklacht tegen ons indienen.
ik vroeg me alleen af of er misschien een andere uitweg was,'
kermde Raven. 'Je weet dat ik nooit iets zou doen dat ons zou
kunnen scheiden.'
'Ik ben bang,'jammerde Butterfly. Haar lippen trilden
gevaarlijk. 'Ik ben nog nooit gearresteerd.'
'Je zult nu ook niet worden gearresteerd,' verzekerde Crystal
haar. Ze keek strak naar Raven. 'Niemand mag nog iets doen of
zeggen.'
Iedereen zweeg even.
'Ik ben ook bang,' bekende Raven. 'Het spijt me, maar het is
zo.'
'Het komt allemaal in orde,' zei ik. 'Maak je niet
ongerust.'
'Goed. Ik zal me niet ongerust maken. Jij belt je supermonteur
en hij komt hierheen gevlogen in zijn, hoe zei je ook weer dat hij
het noemde? Zijn Betty Lou?'
Ik keek haar kwaad aan, tranen van woede prikten in mijn ogen.
Ze sloeg haar ogen neer en vouwde haar armen.
De deputy van de sheriff kwam terug met het ijs en vertelde
ons dat ze net bericht hadden gekregen dat Gordon over een uur
verwacht werd. Toen liet hij ons weer alleen.
'Hoe kan hij hier zo gauw zijn?' vroeg Raven zich af. Ze keek
naar Crystal.
'Hij is van dichterbij hiernaartoe gevlogen,' zei ze, en
voegde eraan toe: 'De creditcard.'
Raven richtte haar blik op mij.
'Ja. Hij heeft ons gevolgd door middel van de
creditcard.'
'In het begin was het een goed idee, Raven,' zei ik verwerend.
'Dat vonden we allemaal. En wat maakt het nu voor verschil of hij
hier over één of over vier uur is? Hij komt. Daar kunnen we niets
aan veranderen.'
'Brooke heeft gelijk, Raven. Laten we alsjeblieft ophouden met
dat gehakketak,' zei Crystal smekend.
'Ik wil niet met hem terug,' zei Butterfly. Ze keek van Raven
naar mij. 'Echt niet, Crystal. Ik wil niet.' Ze begon zo heftig met
haar hoofd te schudden, dat ik bang was dat haar nek zou
knakken.
'O, nee,' zei Raven. 'Als ze nu in een catatonische toestand
raakt...'
'Laten we samenkomen,' zei Crystal snel. Het leek of ze een
emmer water op een smeulend vuur goot.
We stonden op en schaarden ons om Butterfly. Haar ogen
begonnen al weg te rollen. We sloegen onze armen om elkaar heen en
bogen onze hoofden naar het hare.
'We zijn gezusters,' zei Crystal. Alles komt goed. Alles zal
altijd goed komen zolang we samen zijn. We zijn sterk.'
Butterfly pakte onze handen vast en gevieren hielden we ons
aan elkaar vast alsof we bang waren dat de grond onder ons weg zou
zakken.
'Wat doen jullie nu?' vroeg Glashalter. We hadden hem niet
horen binnenkomen. We stopten en gingen uit elkaar. 'Wat is dit,
een soort heksenkring?'
We gingen weer zitten. Butterfly zag er een stuk beter uit. Ze
had weer kleur op haar wangen en ze ademde minder stotend.
'Het is niets,' zei Crystal. 'We troostten elkaar alleen maar.
Dit is de manier waarop we dat doen.'
Hij staarde ons even aan en ging toen tegenover Raven
zitten.
'Oké, ik heb alle details uitgewerkt. De autoriteiten zijn het
ermee eens. Jullie worden overgedragen aan je pleegvader, die
opnieuw de verantwoordelijkheid voor jullie op zich zal nemen. De
kwesties van rijden zonder vergunning, een gestolen auto de staat
binnenbrengen, zullen hier terzijde worden gelegd, maar de details
zullen worden doorgegeven aan New York. Jullie boffen dat jullie er
zo goed af komen,' ging hij verder.
'Ja, ik voel me net of ik de hoofdprijs in de loterij heb
gewonnen,' mompelde Raven, luid genoeg dat iedereen het kon
horen.
ik zou maar eens beginnen de gunsten te waarderen die mensen
je bewijzen, jongedame,' snauwde hij. 'Je krijgt niets in deze
wereld geschonken, alleen omdat je bestaat.' Zijn mond vertrok of
hij van stopverf was gemaakt.
Raven trok haar schouders op en boog zich naar hem toe.
'Raven!' waarschuwde Crystal. Ze kon zien dat Raven op het
punt stond te ontploffen, er. wie weet wat er dan uit haar mond zou
komen. Maar ze keek naar Crystal, leunde weer naar achteren, sloeg
haar armen stevig om haar middel en beet op haar lip.
Glashalter voltooide het rapport dat hij bezig was te
schrijven en ging toen naar buiten om op Gordon te wachten. Even
later kwam luitenant Mathews ons halen.
'Jullie pleegvader is gearriveerd,' verkondigde ze. 'Laten we
gaan, meisjes.'
Crystal pakte snel Butterfly's hand en we stonden op en
volgden luitenant Mathews naar buiten. Gordon leunde met een brede
grijns tegen het bureau van de dienstdoende deputy. Hij droeg een
lichtbruin leren jack en een werkbroek. Zijn haar hing over zijn
voorhoofd en hij zag er moe en ongeschoren uit, en hij had donkere
kringen onder zijn ogen. Ik vermoedde dat hij dag en nacht had
gereden om ons te vinden.
'Daar zijn mijn meisjes,' riep hij uit. 'Louise heeft zich zo
ongerust gemaakt over jullie. Ik zou heel kwaad moeten zijn,
kinderen. Heel kwaad.' Toen draaide hij zich om naar de deputy en
schudde zijn hoofd. 'Dat zou ik moeten zijn, maar dan denk ik weer
aan al het kattekwaad dat ik zelf heb uitgehaald toen ik zo oud
was.'
De deputy lachte met hem mee. Hij keek even naar luitenant
Mathews, die hem achterdochtig en vol afkeer aanstaarde.
'Dat maakt me zo'n goeie pleegvader,' zei hij tegen haar. 'Ik
begrijp de tieners. Ik ben er zelf een geweest.' Hij lachte weer en
draaide zich toen weer om naar de deputy. 'Moet ik verder nog iets
doen?'
'Nee. U hebt alles getekend. Ze zijn van u, meneer
Tooey.'
'Ja,' zei hij met een knikje naar ons, 'ze zijn van mij. Bof
ik even. Kom, kinderen, we hebben een lange rit voor de boeg en een
hoop uit te leggen onderweg.'
Hij kwam naar voren en we liepen naar de deur. Butterfly hield
haar hoofd gebogen en klemde Crystals hand zo stevig vast dat ik
haar knokkels wit zag worden.
Ik keek achterom naar luitenant Mathews. Even dacht ik dat ze
iets zou zeggen en ons zou beletten met Gordon mee te gaan, maar ze
aarzelde en hij kwam tussen ons in staan.
'Vooruit, Brooke,' zei hij, met een koude, harde blik op mij.
'Je weet de weg.'
Ik liep snel naar de anderen, en we verlieten het bureau van
de sheriff. Gordons stationcar stond voor de deur geparkeerd.
'Jullie drie achterin,' zei hij tegen Raven, Crystal en
Butterfly. 'Jij komt voorin zitten naast mij,' beval hij.
We stapten in en Gordon startte de motor en reed weg. Hij zei
niets tot we op de snelweg waren.
'Zo,' zei hij, 'ik neem aan dat jullie een plezierige tijd
hebben gehad, dat jullie genoten hebben.' Hij keek naar mij. 'Ik
weet dat jij moet hebben gereden, hè, Brooke?'
In plaats van te antwoorden draaide ik me om en keek uit het
raam.
'Jullie hadden allemaal in de gevangenis kunnen eindigen, weet
je. Ik heb jullie allemaal een grote gunst bewezen en ik verwacht
een grote gunst ervoor terug,' zei hij. Hij porde tegen mijn
schouder met zijn lange rechterwijsvinger, en ik maakte een
luchtsprong. Hij keek achterom naar de anderen. 'Jullie hebben een
valse route achtergelaten en me op het verkeerde been gezet. Heel
slim, hoor. Ik zie wel dat ik een paar echte genieën bij me
heb.'
Een tijdlang reed hij zwijgend verder. Toen stak hij een
sigaret op en leunde achterover.
'Oké, jongens, we zijn nu ver genoeg bij het bureau van de
sheriff vandaan. Ik moest naar het depot om mijn auto te halen. Ik
tekende en reed weg. Toen stopte ik om iets te zoeken dat ik in de
auto had laten liggen, en raad eens?' Hij keek mij glimlachend aan.
'Toe dan, Brooke, raad eens.'
'Je maakt mij niet bang, Gordon,' zei ik zo uitdagend
mogelijk.
'Ik maak je niet bang? O. Oké,' zei hij, en sloeg hard met
zijn hand op het dashboard, zo hard dat ik dacht dat hij het
kapotsloeg. Daarna hamerde hij met zijn vuist, niet één keer, maar
drie keer snel achter elkaar. De hele auto schokte. In het
handschoenenkastje rammelde iets. Ik verwachtte half en half dat de
ruiten zouden barsten. Het was een indrukwekkend vertoon van fysiek
geweld. Iedereen gilde, ik ook, alleen deed ik het inwendig. Mijn
hart bonsde en mijn keel voelde aan of ik een stuk steenkool had
ingeslikt. Butterfly huilde en Raven, de dappere, uitdagende Raven
zat met gebogen hoofd. Alleen Crystal keek of ze haar
zelfbeheersing terug had zodra Gordon stopte.
Gordon leunde weer kalm achterover. Hij keek zo ontspannen dat
ik het gevoel kreeg dat ik het me maar verbeeld had. Hij was gek,
dacht ik, wat hem nog gevaarlijker maakte.
'Wil je dat ik je bang maak?' vroeg Gordon mij. 'Wil je dat
Brooke?'
'Nee, Gordon,' zei ik.
'Mooi. Want als ik je bang moet maken, word ik nog kwader dan
ik nu al ben en ik weet niet hoe ik nog kwader kan worden zonder
jullie allemaal in stukken te scheuren,' zei hij. Hij hield zich zo
in bedwang, dat zijn tanden op elkaar geklemd waren terwijl hij
sprak.
'Wat wil je van ons?' vroeg Crystal kalm.
'Wat ik wil? Ik wil wat van mij is, Crystal. Ik wil wat je
onder die bank hebt gevonden. Waar is het?' vroeg hij.
'We hebben niets onder de bank gevonden,' riep Raven
uit.
Hij wees naar haar in de achteruitkijkspiegel.
'Behandel me niet als een idioot, Raven, anders begin ik met
jou. Of,' zei hij met een kille glimlach, 'wil je dat ik stop en de
kleine uit de auto haal om het haar te vragen? Ik weet dat zij me
alles zal vertellen, hè, kleine?'
Butterfly kreeg een vuurrode kleur. Crystal sloeg snel haar
arm om haar heen.
'We hebben het bij toeval ontdekt,' verklaarde Crystal. 'We
zochten wat kleingeld, en eerst wisten we niet eens wat het
was.'
'Kleingeld?' Hij lachte en schudde zijn hoofd. 'Oké. Dat zal
ik geloven. En toen?'
'Toen we beseften wat het was werden we bang en we zijn
onderweg gestopt en hebben het begraven,' zei ze.
'Begraven?'
'We wilden niet dat kinderen het zouden vinden en we wilden
niet aangehouden worden terwijl het in ons bezit was,' ging ze
verder.
Hij keek even peinzend voor zich uit. Toen minderde hij vaart
en stopte aan de kant van de weg. Daarna nam hij een trek van zijn
sigaret en draaide zich met een ruk om. 'Waar hebben jullie het
begraven?' vroeg hij. 'Of wil je me soms vertellen dat je dat
vergeten bent?'
'Nee, ik herinner me waar het was,' zei Crystal zelfverzekerd.
Ze knipperde nauwelijks met haar ogen.
Ik keek naar haar en trok mijn wenkbrauwen op. Hoe kon ze
zoiets zeggen? Wat zou er gebeuren als we Gordon naar die plek
brachten en hij zag dat we de zak hadden leeggegoten?
'Oké, oké. Breng me er dan maar naartoe,' zei hij.
'Ik kan het niet vinden in het donker,' zei ze. Het begon nu
snel donker te worden. Het wolkendek belette de maan om de snelweg
te verlichten.
Gordon staarde haar aan, maar Crystal gaf geen krimp. Die
goeie ouwe Crystal, dacht ik. Op het punt van hersenspelletjes trok
Gordon absoluut aan het kortste eind. Hij leunde even achterover en
dacht na.
'Oké,' zei hij. 'Oké, we stoppen bij het eerste het beste
motel. Morgen gaan we op zoek naar wat van mij is, en ik zal je wat
zeggen. Ik zal jullie weer weg laten lopen, alleen zal ik je deze
keer niet bij de politie aangeven. Hoe vind je dat? Raven? Ben je
dan gelukkig?'
'Ja,' zei Raven. Haar ogen glinsterden van woede en verdriet.
'Ja.'
'Mooi. Ik krijg wat ik wil en jullie krijgen wat jullie
willen.'
'En Louise?' vroeg ik. ik dacht dat haar hart gebroken was
omdat we weg waren.'
Hij staarde me kwaad aan.
'Ze komt er wel overheen. Ze komt er altijd overheen,' zei
hij.
Hij schakelde en reed weer weg.
'Ik weet dat jullie niet erg dol op me zijn. Dat geeft niet.
Ik heb er nooit om gevraagd een liefhebbende pleegvader te worden.
Dat was Louises idee. Het was geen gemakkelijk leven toen het huis
nog een pension was. Haar ouders behandelden me als een betaalde
arbeidskracht, nooit als een schoonzoon. Toen ik uit de marine
kwam, was ik handig genoeg. Ik was wel wat waard. Het was niet mijn
schuld dat de boel failliet ging. Er kwamen geen klanten meer en er
was geen geld meer. Toen kwam Louise op het idee van het pleeghuis.
O, ik ben ermee akkoord gegaan, maar ik verzeker je dat het geen
lolletje was om al dat grut voortdurend om me heen te hebben. Ik
verontschuldig me niet dat ik heb geprofiteerd van een kans. Dat is
altijd mijn motto geweest, profiteer van de kansen die zich
voordoen.'
Hij lachte en keek van Raven naar mij.
'Jullie hebben lef. Dat moet ik jullie nageven. Ik denk dat we
elkaar nu wel begrijpen. We zullen het best met elkaar kunnen
vinden. Daar,' zei hij, toen hij de neonverlichting zag van een
motel. 'We rusten wat uit en morgen gaan we als vrienden uiteen.
Oké?'
Geen van ons zei iets. Hij nam de afslag en reed naar het
motel. Ik keek achterom naar Crystal.
Wat nu? had ik willen vragen, maar dat zou nog even moeten
wachten.
Gordon boekte twee kamers voor ons, maar toen we voor de
deuren bleven staan, zei hij: 'Ik weet hoe jullie zijn, dus dit is
de deal: een van jullie slaapt vannacht in mijn kamer.'
'Wat?' vroeg Raven angstig. 'In jouw kamer slapen?'
'Begrijp me niet verkeerd. Ik wil alleen een van jullie in het
oog kunnen houden. Dan weet ik dat de rest niet zal weglopen.
Jullie blijven immers bij elkaar? Oké,' zei hij. Hij keek naar de
drie anderen en toen naar mij. 'Wie zal het zijn?'
Crystal keek doodsbang, nog banger dan Butterfly. Ik was bang
voor ons allemaal, bang voor wat hij ons misschien zou laten
doen.
'Waarschijnlijk moet ik die kleine maar bij me nemen,' zei
hij. Ik kon Butterfly's angstige gil bijna horen.
'Ik slaap wel bij je,' zei ik snel.
Hij lachte.
'Mooi. Laten we zorgen voor een goede nachtrust, hè, meiden?
We hebben morgen veel te doen, heel veel.' Hij stapte uit en we
volgden.
Hij opende de deur van een kamer voor Raven, Crystal en
Butterfly en de andere voor hemzelf en mij.
'Kan ik niet even bij ze blijven?' vroeg ik hem.
'Nee,' zei hij. ik voel er niets voor om me ongerust te moeten
maken. Ga daar naar binnen en ga naar bed. De anderen doen
hetzelfde, en geen geintjes, hè? Schiet op!' beval hij.
Raven pakte mijn hand.
ik wil wel met je van plaats ruilen, Brooke. Ik kan hem beter
aan,' zei ze, met een woedende blik op hem.
'Het is in orde,' zei ik. 'Er gebeurt me niets, Raven.
Bedankt. Zorg goed voor Butterfly,' en toen liep ik de kamer
in.
Gordon haalde iets uit de achterbak van de auto en volgde me
naar binnen.
'Ga jij eerst naar de badkamer,' beval hij.
Ik ging naar de badkamer en toen ik terugkwam had hij de
televisie aangezet en lag op bed. Hij dronk whisky uit een
fles.
'Heb je je nachthemd niet meegenomen?' vroeg hij, toen ik de
deken op mijn bed opensloeg.
ik slaap niet in een nachthemd,' zei ik.
Hij glimlachte en hield zijn blik zo strak op me gericht dat
het me zenuwachtig maakte. Ik probeerde het niet te tonen. Bij
Gordon kon je beter dapper en zelfbewust overkomen. Hij was een man
die op zwakheid afsprong en misbruik maakte van vriendelijkheid en
onschuld.
'Van wie was het idee om weg te lopen, hè?' vroeg hij. 'Heeft
Crystal dat bedacht?'
'Nee,' zei ik. 'Het was mijn idee.'
'Je meent het! Waar wilden jullie eigenlijk naartoe? Wie wacht
jullie met open armen op, hè? Nou, wie?'
Ik draaide me met een ruk naar hem om.
'Niemand wacht op ons, Gordon. We wilden alleen bij jou en
Louise vandaan en die hele toestand daar. Je klaagt dat het geen
pretje voor jou was. Nou, dat was het voor ons ook niet. We weten
dat jij en Louise het voor ons niet gemakkelijk maken om te worden
geadopteerd. Dat maakt het uitzichtloos voor ons, dus besloten we
om weg te gaan.'
'En mijn auto te stelen!' schreeuwde hij. Zijn gezicht vertrok
en werd nog lelijker dan het al was. 'Waarom mijn auto?' Hij bonkte
zo hard op zijn borst, dat ik het gebons kon horen en zelfs meende
te voelen. Hij is een tijdbom, dacht ik. 'Ik heb mensen die
afhankelijk van me zijn, mensen die heel kwaad op me zijn door
jullie schuld. Waarom stapten jullie niet gewoon in een bus? Dan
zou niemand zich er iets van hebben aangetrokken, geloof me.'
Ik ging weer liggen. Een rilling ging door me heen. Als ik
iets verkeerds zei of deed, was het niet te voorzien wat hij zou
doen. Maar hij had gelijk, dacht ik. Het was verkeerd geweest om
zijn auto te nemen. Anders zou hij zich er misschien niets van aan
hebben getrokken. Aan de andere kant zou het veel gemakkelijker
zijn geweest ons in een openbaar vervoermiddel te vinden.
'Crystal zegt dat jullie het hebben begraven. Vertelt ze de
waarheid? Hè?'
'Ja,' zei ik.
'Als ik het morgen niet vind, breekt de hel los, Brooke. Als
jullie tegen me liegen, zullen jullie dat meer betreuren dan je
ooit hebt gedaan toen je nog in Lakewood woonde, en nog meer dan
wanneer je de gevangenis in zou gaan. Reken maar,' dreigde hij.
'Heb je me gehoord? Nou?'
'Ja,' zei ik.
Mijn hart begon weer te bonzen. Ik wou dat ik Crystal kon
vragen of ze een plan had voor morgen. Hoe lang dacht ze dat we hem
aan het lijntje konden houden en wat zou er gebeuren als we
eindelijk stopten?
Ik hoorde dat hij opstond en toen bij mijn bed bleef staan,
dus deed ik mijn ogen open. Hij staarde op een heel vreemde manier
op me neer. Het was of hij tot een besluit probeerde te komen en
hij verschillende kanten op werd getrokken.
'Heb je het wel eens gedaan met een jongen?'
Ik sloot mijn ogen.
ik neem aan dat dat nee is,' zei hij. 'Je bent een maagd. Ik
wed dat je elke avond eraan denkt, hè? Ik wed dat je wakker ligt in
je bed en je afvraagt hoe het zou zijn. Misschien doe je net alsof,
hè? Toch?'
'Laat me met rust, Gordon. We zullen morgen doen wat je wilt,
dus laat me met rust,' smeekte ik. Zijn stem klonk zachter, maar
dieper, en nog angstaanjagender.
'Je wordt net als alle andere meisjes ongesteld, hè? Denk je
wel eens aan kinderen krijgen?'
De tranen prikten onder mijn oogleden. Ik hield ze gesloten en
probeerde niet te snikken.
ik kan je laten voelen hoe het is,' zei hij. 'Beter dan zo'n
tienerknul. In een ommezien.' Hij knipte met zijn vingers. 'Het is
anders met een echte man. Ervaring is belangrijk bij dit soort
dingen.'
Ik verroerde me niet. Ik deed mijn ogen niet open, maar ik
voelde dat hij dichterbij kwam. Ik verstijfde. Ik wilde dat ik me
in een bal kon veranderen en wegrollen. Toen zijn vingers mijn haar
aanraakten, sprong ik op en trok de deken om me heen met mijn
knieën tegen mijn borst.
'Stop!' schreeuwde ik.
Hij bleef staan en staarde me met opengesperde ogen aan.
'Als je me nog eens aanraakt,' zei ik, 'zal ik zo hard gillen
dat de manager of de mensen uit de andere kamers aangehold komen.
Ik zweer het. En dan bellen ze de politie en zullen we je morgen
niets laten zien.'
Hij bleef even aarzelend staan; zijn ogen gingen open en
dicht.
'Hou je kalm,' zei hij. 'Zo wanhopig ben ik niet. Maar je hebt
net het beste afgewezen dat je ooit kan beleven, meissie.'
'Dat is niet waar. Ik heb een vriend en op een dag ga ik met
hem trouwen.'
Hij lachte. Woede verving mijn angst, razernij maakte zich van
me meester en gaf me het gevoel dat ik baadde in bloed. Als hij nog
eens naar me toe kwam, zwoer ik bij mezelf, zou ik zijn ogen
uitkrabben. Hij zag iets in mijn gezicht dat hem nog verder
achteruit deed wijken.
'Aah,' kermde hij. Hij aarzelde, nam nog een slok uit de
whiskyfles en keek naar de badkamer. 'Ik ben direct terug. Waag het
niet ergens naartoe te gaan,' zei hij, en wees met zijn lange
vinger naar me of het een mes was.
De hitte trok weg uit mijn gezicht en ik ontspande me weer. Ik
wist dat ik vannacht niet zou slapen. Ik zou de hele nacht wakker
blijven, uit angst dat hij iets zou proberen. Crystal, Crystal, wat
moeten we doen? We hadden het risico moeten nemen om het aan de
politie te vertellen. Hoe kunnen wij Butterfly beschermen? We
kunnen onszelf niet eens beschermen...
Hij struikelde toen hij uit de badkamer kwam en vloekte. Ik
keek hem niet rechtstreeks aan. Hij liep langs mijn bed en ik bleef
met mijn rug naar hem toe liggen. De televisie stond nog aan en
wierp een flakkerend licht op de muur boven me.
Plotseling voelde ik dat hij mijn rechterarm vastpakte. Ik
begon te gillen, maar hij legde zijn hand op mijn gezicht en bracht
zijn stinkende mond vlak bij me. Mijn maag draaide om en de
hamburger die ik in het bureau van de sheriff had gegeten kwam er
bijna weer uit.
'Ik raak je niet aan,' gromde hij. 'Maar ik neem geen risico.
Ik wil slapen vannacht en ik weet hoe sluw jullie zijn. Gil niet,
Brooke,' waarschuwde hij, 'anders sla ik met mijn vuist dwars door
je gezicht.' Dreigend hief hij zijn hand als een moker boven me.
Hij liet mijn mond los, en ik hield mijn adem in. Ik voelde dat hij
mijn pols ruw beetpakte en zag toen dat hij er een klein touw
omheen bond.
'Je zult er niet stiekem vandoor gaan,' mompelde hij. 'Dit,'
zei hij, terwijl hij het touw vastknoopte, 'is een platte knoop,
die wordt strakker als je eraan trekt.'
Toen hij klaar was, wikkelde hij het touw een paar keer rond
zijn eigen pols en ging terug naar bed. Het touw was net lang
genoeg dat ik me kon omdraaien als ik dat wilde.
'En als ik naar het toilet moet?' vroeg ik hem.
'Je bent net geweest. Je houdt het wel op tot morgen,' zei
hij. ik wil slapen, dus hou je mond.'
Hij dronk weer uit de fles, tot die bijna leeg was, en deed
zijn ogen dicht. Ik staarde naar de knoop. Hij zat zo strak, dat
het nog erger was dan handboeien, dacht ik. Gefrustreerd bleef ik
met open ogen liggen. Hij zette de tv niet af. De programma's
volgden elkaar op, tot een van de late talk shows. Toen ik weer
naar hem keek, had hij zijn ogen stijf dicht, en zijn arm bungelde
over de zijkant van het bed.
Hij kreunde in zijn slaap en draaide en woelde, voor hij begon
te snurken. Ik vroeg me af hoe het met de anderen ging. Zouden
Crystal en Raven weer met Butterfly samen moeten komen in de andere
kamer? Lagen ze allemaal wakker, even bang als ik voor wat er
morgen zou gebeuren? Wat voor plan kon Crystal in vredesnaam hebben
uitgedacht?
Ik keek weer naar Gordon en besloot toen dat ik iets moest
ondernemen. Langzaam, centimeter voor centimeter, liet ik me van
het bed glijden tot ik op handen en voeten op de grond zat. Toen
bewoog ik me zo zachtjes mogelijk naar Gordons bed. Ik bestudeerde
de manier waarop hij het touw om zijn eigen pols had gebonden en
begon de knoop los te maken, zo langzaam, dat het uren leek te
duren voor ik er nog maar een begin mee had gemaakt. Hij bromde
iets en draaide zich op zijn zij. Ik hield mijn adem in en wachtte.
Hij werd niet wakker, maar nu moest ik staan en me over het bed
heen buigen om zijn arm te pakken. Elk moment zou hij zijn ogen
kunnen openen en me iets verschrikkelijks aandoen.
Eindelijk had ik het touw los van zijn pols. Ik raapte het op
en wikkelde het rond mijn middel. Ik had nu geen tijd om te
proberen mijn eigen knoop te ontwarren. Ik liep op mijn tenen door
de kamer naar zijn jack en haalde de sleutels van de stationcar
eruit. Hij draaide zich weer om, mompelde iets en gooide toen zijn
arm over de zijkant van het bed, net zoals eerst. Ik wachtte en
luisterde en hield mijn adem in. Hij snurkte regelmatig en
diep.
Ik sloop naar de deur en draaide langzaam de sleutel om in het
slot tot het opensprong. Ik was bang dat het zachte geluid hem
wakker zou maken, dus keek ik scherp naar zijn ogen. De pupillen
bewogen hevig onder zijn oogleden, maar zijn ogen bleven dicht. Hij
bleef snurken. Ik deed de deur niet verder open dan nodig was om
naar buiten te glippen en deed hem toen zachtjes achter me dicht.
Mijn hart klopte zo snel, dat ik eerst even op adem moest
komen.
Het was heel laat en doodstil. In slechts één andere kamer
brandde licht, en het kantoor was vaag verlicht. Ik liep naar de
deur van de kamer van de meisjes en klopte zachtjes, in de hoop dat
ze me zouden horen. Ik wachtte en klopte toen nog eens.
'Wie is daar?' hoorde ik Raven fluisteren.
'Ik ben het,' zei ik.
Gauw deed ze de deur open en ik glipte naar binnen. Crystal en
Butterfly lagen samen in één bed. Ze hielden de deken tegen zich
aan geklemd en keken me verbaasd aan. Ik beduidde dat ze stil
moesten zijn.
'Hij had me aan hem vastgebonden,' fluisterde ik en liet het
touw zien. 'Maar ik heb het touw van zijn pols kunnen krijgen toen
hij sliep.'
'Aan hem vastgebonden? O, Brooke,' zei Crystal. 'We maakten
ons zo ongerust over je.'
'Hij is gekker dan hij ooit geweest is, Crystal. Ik weet niet
wat hij morgen zal doen. Ik heb de autosleutels,' zei ik, en hield
ze omhoog. 'We kunnen weg.'
'Wil je de auto weer stelen?' vroeg Crystal. 'O, Brooke,
nee!'
'En wat had jij voor morgen gepland, Crystal? Want als je geen
erg goed idee hebt, komen we in de grootste moeilijkheden. Wat is
je plan?'
ik weet het niet,' bekende ze. ik hoopte dat me vannacht iets
te binnen zou schieten.'
'Nou, er schiet je niets te binnen en we hebben niet veel tijd
te verspillen. Dit moeten we doen,' zei ik, en hief de sleutels
omhoog.
'Hij zal de politie achter ons aan sturen,' zei Raven.
ik zal dit touw om mijn pols houden, precies zoals hij het
heeft vastgebonden. Ik zal het ze laten zien en ik zal ze vertellen
wat hij nog meer met me wilde doen.'
'Wat?' vroeg Raven.
'Vraag het maar niet,' zei Crystal met een blik op Butterfly.
Ze dacht even na. 'Oké, we doen het,' zei ze. 'Kom, Butterfly.' Ze
stapten uit bed en trokken hun schoenen aan.
Ik deed de deur open en luisterde. Ze bleven alle drie achter
me staan. De kust leek veilig. Gordon sliep nog, dacht ik. Of
liever gezegd, bad ik. Ik knikte dat het veilig was en we liepen
zachtjes, op onze tenen naar de auto. Ik maakte het portier open en
zorgde ervoor niet te veel lawaai te maken. We stapten in en ik
stak het sleuteltje in het contact. Raven legde haar hand op de
mijne.
'Wacht, Brooke. Hij zal het horen als we de motor starten,'
waarschuwde ze.
'Misschien niet. Hij heeft veel gedronken. Ik denk dat hij
voorlopig uitgeteld is.'
ik moet er niet aan denken hoe woedend hij zal zijn als hij
wakker wordt en ontdekt dat we er weer met zijn auto vandoor zijn,'
zei Crystal.
'Denk je eens in hoe hij zal reageren als hij ontdekt dat zijn
drugs verdwenen zijn,' zei ik. Ik keek naar Raven. Ze haalde diep
adem en knikte. Al onze ogen waren gericht op de deur van Gordons
kamer.
Ik draaide de sleutel om. De motor startte. Gordons deur bleef
dicht. Zonder de lampen aan te doen, reed ik achteruit bij de deur
vandaan, keerde, en reed toen snel over hot parkeerterrein.
Raven
keek gefascineerd naar die angstaanjagende deur.
'Hij heeft ons niet gehoord,' zei ze fluisterend.
Bij de uitgang draaide ik de koplampen aan en schoot naar
buiten, de weg af. Het was een heel donkere secundaire weg zonder
straatverlichting en met heel weinig huizen. Er waren ook geen
verkeersborden. Even was ik elk gevoel voor richting kwijt.
'Mijn hart klopt zo snel, dat ik bang ben dat ik ga
flauwvallen,' zei Raven.
Ik geloof dat we minstens tien minuten lang geen adem durfden
te halen. De duisternis leek ons in te sluiten. Beelden van Gordons
afstotelijke gezicht vlak bij het mijne in die motelkamer, flitsten
voor mijn ogen. Ik trapte op het gaspedaal, reed met piepende
banden bochten om, kwam bijna in de berm terecht en probeerde uit
alle macht de beheersing over het stuur niet te verliezen.
'Wat gaan we doen?' vroeg Raven. 'We hebben geen geld, geen
creditcard, niets.'
'Kan me niet schelen,' zei ik. 'Zolang we maar bij hem vandaan
zijn.'
'Nou, waar gaan we dan naartoe?' hield ze vol. Ze keek
achterom naar het motel alsof ze verwachtte hij achter ons aan zou
rennen. Butterfly klampte zich vast aan Crystal.
'Weg,' zei ik. 'Zo snel we kunnen.'
Het enige waaraan ik kon denken was zoveel mogelijk afstand
scheppen tussen ons en Gordon. Alles wat hierna kwam kon niet
anders dan beter zijn. Ja toch?