ONBESTELBAAR

stond enorm groot, maar dat komt misschien omdat ik toen nog

zo’n klein jongetje was. Als Vader vroeg in de ochtend naar de

markt ging en ik wakker werd, mocht ik bij U in bed liggen.

Rechts in de gang was de wc en een deur waardoor je op de trap

naar de kelder kwam. Liep je rechtuit de gang in, dan kwam je

door een deur in de woonkamer. In de rechtermuur zat een bedstee met twee deuren ervoor. Daar sliep Maup. In de kamer

stond een grote rechthoekige eettafel en ik herinner me ook nog

een grote rood-pluche stoel waar Vader altijd in zat.

Tussen Uw slaapkamer en de woonkamer lag nog een slaapkamer. Die was door grote schuifdeuren afgescheiden van de twee

andere kamers. Er waren geen ramen. Aan de ene kant stond een

éénpersoonsopklapbed, waar Bep sliep tot zij in de zomer van

1940 trouwde. Aan de andere kant stond een opklapbed voor

twee personen waar Levi, Jaap en ik sliepen. Levi trouwde in de

winter van 1939 en daarna hadden Jaap en ik het bed voor ons

tweeën.

Vanuit de woonkamer ging je door een deur naar de keuken. Ik

weet nog precies hoe het balletje deeg smaakte dat ik van U

kreeg als U boterkoek ging bakken en ik hoor nog het pruttelende geluid van de perekoegel die de hele dag op het petroleumstelletje stond. Ik kan de gekookte vis nog ruiken, waar

Vader zoveel van hield en die ik niet lustte (maar wel moest

eten).

Door een tweede deur in de keuken kwam je op de warande en

vandaar liep een trap van een paar treden naar het tuintje achter

het huis. Een piepklein stukje grond met in het midden een vierkant met kiezelsteentjes en aan de randen wat planten, waarvan

14