2

Pas toen ze er bijna uit moest, kreeg ze een plaats. De hele bus was afgeladen vol met natte mensen die allemaal op bezoek waren geweest in het ziekenhuis. Bij het instappen hadden ze haar haast plat geduwd. Het was iedere avond hetzelfde. Gedempte of half luide gesprekken over ziektes en kwalen. Alleen degenen die alleen waren, hielden hun mond over hun zieke. Zouden de mensen zo graag over akelige dingen praten om het uit hun hoofd te zetten?

De vrouw tegenover haar pakte zelfs uit haar tas vuil nachtgoed om de vrouw naast haar te laten zien dat er bloedvlekken in zaten. Dat die dokters niet merken dat een operatiewond weer opengaat of dat ze er niet op letten.

Gelukkig moest ze eruit. De afstand van de bushalte naar huis liep ze op een holletje, met één hand haar ogen beschermend tegen de regen.

Ze deed de deur open en in het donker haar natte jas uit. In de kamer hoorde ze alleen een remmende auto en schoten op de televisie. Waarom liet de buurvrouw ze nu daarnaar kijken? Maar toen ze binnenkwam, zag ze de twee oudsten slapend op de bank. Maar toen ze de televisie uitdeed, werden ze wakker.

De buurvrouw was in de keuken bezig.

‘Ben je daar buurvrouw? ’ hoorde ze, ‘de kleine heeft overgegeven. Ik ben de boel aan het schoonmaken.’

Ze liep naar de keuken waar Klaartje pips op een stoel zat met enkel haar hemdje aan.

‘Hoe kan dat nou? ’

‘Ach weet je, ze zeurden zo en toen heb ik ze vast een stuk taart gegeven.’

Even werd ze kwaad. Ze had het alleen met de kinderen willen doen, die taart aansnijden. Alsof hun vader erbij was en echt jarig. Maar ze hield zich bijtijds in. Dat mens bedoelde het goed en ze had zelf geen kinderen. Dan snappen ze zoiets ook niet.

‘Laat mij die jurk maar uitspoelen.’

‘Ja, ik heb haar meteen haar jurkje uitgetrokken, want dat braaksel geeft van die gemene vlekken,’ zei de buurvrouw.

Ze knikte.

‘Je bent toch niet kwaad? ’ De buurvrouw kwam achter haar staan, terwijl ze het bakje met de jurk vol water liet lopen.

‘Nou nee,’ zei ze, met moeite een traan inhoudend, ‘laat maar! ’

Dat nieuwe jurkje had ze de kleine aangetrokken vanwege de verjaardag en nou dit. Even werd ze misselijk toen ze de bak leeggooide en harde stukken braaksel van de afvoer moest wegpakken. De jongens hadden de teevee weer aangedaan.

‘Jongens doe die teevee uit en haal even de pyama van Klaartje,’ riep ze naar de kamer.

Het kind zat te bibberen op de koude keukenstoel. Ze zette het jurkje weer te weken in een nieuwe emmer water, waste haar handen en nam het kind in haar armen.

‘Ik heb zo pijn mijn buik mama.’

‘Kom maar mee naar de kamer, dan krijg je je pyama aan en mag je op de bank naast me.’

Het kind hing zwaar tegen haar aan.

‘Hebben jullie de teevee nu nog niet uit en haal haar pyama eens! ’

Ze zette Klaartje op de bank en deed het zelf. De jongens protesteerden toen ze de knop induwde, maar ze was al op de gang.

Toen ze met de pyama van Klaartje terugkwam, stond de buurvrouw in het midden van de kamer te drentelen. Ze wist nooit hoe ze weg moest komen. Op de tafel stonden de bordjes met halve stukken taart.

‘Die taart was niet lekker,’ zei Maarten die haar ernaar zag kijken.

‘Ik heb er een beetje buikpijn van,’ zei Frank.

‘Ik denk dat ik maar eens ga,’ zei de buurvrouw, ‘mens blijf zitten, ik kom er wel uit.’

‘Bedankt voor het oppassen,’ riep ze nog, maar de buurvrouw hoorde haar al niet meer.

Ze deed Klaartje de pyama aan. Het kind was al te moe om rechtop op de bank te blijven zitten tussen de jongens in. Nu zou ze over de verjaardag van hun vader moeten beginnen, maar de sfeer was al bedorven. Op de tafel stond de aangesneden taart. Ze hadden alle sjokolaatjes er al af gegeten.

‘Dat mochten we van de buurvrouw.’

Toen begon Klaartje te huilen omdat de jongens op de bank haar zaten weg te duwen als ze tegen hen aan kwam leunen.

‘Laat dat nu Frank, ze is wat ziek.’

‘Ja maar ze begint altijd meteen te dreinen.’

‘Ze is nog zo klein.’

‘Heb je nog de groeten gedaan aan papa? ’ vroeg Frank ineens. Hij miste zijn vader het meeste.

Even later wilden ze naar bed.

‘We zijn zo moe mam.’

Ze gingen met zijn vieren naar boven. Klaartje sliep voordat ze de deur van haar kamertje achter zich gesloten had. Maarten snapte het een beetje toen ie haar zoende en zachtjes zei:

‘Als papa weer jarig is, is ie wel beter.’

Ze pakte hem stijf beet en liet pas los toen Frank over hen heen kwam vallen. En toen zat ze met de twee jongens dicht tegen zich aan ineens te huilen. Frank vroeg:

‘Heb je pijn mama? ’ en hij gaf haar een zoen: ‘ik heb ook pijn. In mijn buik, maar dat komt van die taart.’

Ze droogde haar wang met een punt van het laken en stond op:

‘Ik zal jullie een pilletje geven voor de buikpijn.’

En toen ze het allebei braaf maar met moeite hadden doorgeslikt, zei Maarten, terwijl ie al ging liggen met zijn hoofd op het kussen, wat leek ie dan op Jaap:

‘Die taart is niet lekker omdat papa er niet eens bij is.

Je moet er maar niks van eten hoor mam.’

Ze stopte hen onder en deed het licht op hun kamer uit. Op de trap hoorde ze dat ze met elkaar begonnen te praten. Rustig als twee echte mannen die iets moesten oplossen.