29

Met ‘aan de slag’ bedoelde hij dat we de boel moesten opruimen. De lichamen weer begraven, dus. Het enige wat ik daarover wil zeggen, is dat ik blij was dat het zelfs met het deurtje open te donker was om de lijken goed te kunnen zien.

De graven waren ondiep; er lag maar een paar centimeter aarde op de lichamen, waardoor ze zich gemakkelijk een weg naar buiten konden banen wanneer hun geest terug in hun lichaam werd geduwd. Maar daar wilde ik niet bij stilstaan.

Ik kon zien dat de lichamen al een tijdje geleden waren begraven, waarschijnlijk nog voordat Lyle House een opvanghuis werd. En het waren volwassenen. Meer hoefde ik op dat moment niet te weten.

Terwijl we aan het werk waren, vroeg ik aan Derek hoe hij me had gevonden. Hij zei dat hij, toen Tori achterbleef, al snel besefte dat ze kwaad in de zin had en dat hij daarom was gaan kijken hoe het met me ging. Hoe hij me precies had gevonden vertelde hij niet. Hij haalde alleen zijn schouders op en mompelde iets over kijken op ‘de meest voor de hand liggende plaatsen’ toen ik onvindbaar bleek.

Nu was de vraag: wat moesten we met Tori doen?

‘Niets,’ zei ik. Ik veegde mijn bevende handen af, nadat we het tweede graf hadden geëgaliseerd.

‘Hè?’

Leuk om hém dat voor de verandering eens te horen zeggen.

‘Ik ga doen alsof er niets is gebeurd.’

Daar dacht hij even over na, maar toen knikte hij. ‘Ja. Als je haar ter verantwoording roept, wordt het alleen maar erger. Je kunt haar beter negeren en hopen dat ze het opgeeft.’

‘Bidden dat ze het opgeeft,’ mompelde ik terwijl ik naar het deurtje kroop.

‘Liggen er nog schone kleren hier beneden?’ vroeg Derek.

‘Er zit nog een lading was in de droger. Verder niet. Hoezo… O, ja, natuurlijk. We kunnen beter niet onder het zand naar boven lopen.’ Ik klom de ladder af. ‘De meeste kleren in de droger zijn van jou, dus…’

‘Chloe? Derek?’ Mevrouw Talbot stond in de wasruimte. ‘Wat doen jullie hier met z’n tweeën? Derek, je weet best dat je niet…’ Haar blik gleed over mijn smerige kleren. ‘Lieve hemel, wat is er met jou gebeurd?’

==

Het had geen zin te ontkennen dat we in de kruipruimte waren geweest, aangezien ze ons had betrapt toen we de kast uit kwamen en ik bedekt was met een dikke laag vuil. Ik klemde mijn benen tegen elkaar in de hoop zo de natte plek in mijn spijkerbroek te kunnen verbergen. De bult op mijn achterhoofd bonsde en ik probeerde wanhopig te bedenken wat ik moest zeggen, vurig hopend dat Derek me zou bijvallen. Dat deed hij niet. Eén reddingsactie per dag was kennelijk het maximum voor hem.

‘Ik was met de was bezig, en D-Derek kwam beneden, op zoek naar…’

Dokter Gill kwam binnen. Mijn blik vloog naar haar toe.

‘Ga door, Chloe.’

‘H-hij wilde een schoon shirt. I-ik vroeg of er ergens vlekkenmiddel was, want dat kon ik niet vinden, en ik maakte de kast open om te kijken, en Derek zei dat die gewoonlijk op s-slot zat. W-we zagen de ladder en de kruipr-ruimte en we waren nieuwsgierig.’

‘O, dat geloof ik meteen, dat jullie nieuwsgierig waren,’ zei dokter Gill met haar armen over elkaar geslagen. ‘Kinderen van jullie leeftijd zijn erg nieuwsgierig, nietwaar?’

‘J-ja, nou ja. We wilden kijken…’

‘Ja, vast,’ viel dokter Gill me in de rede.

Opeens besefte ik wat zij dacht dat Derek en ik hadden gedaan.

Ik ontkende het meteen, maar besefte tegelijkertijd dat ze ons een perfecte uitvlucht bood. Als ik gewoon schaapachtig naar de grond keek en zei: ‘Ja, oké, betrapt,’ dan hadden ze een verklaring, en geen enkele reden om de kruipruimte binnen te gaan en de haastig herbegraven lijken te ontdekken.

Als het Simon was geweest, zou ik het meteen hebben gedaan. Maar Derek? Zo goed kon ik nu ook weer niet liegen.

Het deed er niet toe. Hoe heviger ik het ontkende, des te meer raakten ze ervan overtuigd dat we hadden liggen zoenen. Dokter Gill had haar oordeel al klaar. Als je een tienerjongen en een tienermeisje samen op een donker, beschut plekje aantrof, leed het immers geen twijfel wat ze aan het uitspoken waren.

Zelfs mevrouw Talbot leek overtuigd. Met een afkeurende trek om haar mond luisterde ze naar mijn gewauwel.

En Derek? Die zei geen woord.

==

Zodra we mochten gaan, rende ik naar boven om een schone broek aan te trekken voordat iemand de urinevlek zou opmerken. Toen ik mijn hoofd betastte, voelde ik twee duiveneieren: een van Tori en een van die klap tegen de pilaar.

Beneden liet ik de kleinste bult aan dokter Gill zien, in de hoop dat die mijn verklaring dat we alleen maar op onderzoek waren uitgegaan aannemelijker zou maken. Kijk, ik had zelfs mijn hoofd gestoten. Ze wierp er een vluchtige blik op, gaf me een aspirientje en zei dat ik maar even in de vrijetijdsruimte moest gaan liggen. Tante Lauren was onderweg.

==

‘Ik weet niet wat ik moet zeggen, Chloe.’

De stem van tante Lauren kwam nauwelijks boven een fluistering uit. Het waren de eerste woorden die ze tegen me had gesproken sinds ze in Lyle House was aangekomen. Eerder had ik haar horen ruziën met dokter Gill en de verpleegkundigen; ze vroeg op hoge toon waarom ze er niet voor hadden gezorgd dat Derek bij me uit de buurt bleef, zoals ze hadden beloofd. Maar nu ze bij mij zat, was die woede als sneeuw voor de zon verdwenen.

We zaten met z’n tweeën in het kantoor van dokter Gill. Net als Tori en haar moeder pasgeleden. Hoewel ik wist dat dit gesprek niet met dreigementen en blauwe plekken zou eindigen, vermoedde ik dat ik me na afloop niet veel beter zou voelen dan Tori.

Tante Lauren zat met kaarsrechte rug en haar handen op haar schoot aan haar smaragden ring te draaien.

‘Ik weet dat je vijftien bent. En al heb je nog nooit echt een vriendje gehad, je bent uiteraard nieuwsgierig. In zo’n opvanghuis, ver weg van je vrienden en familie, te midden van de jongens, wordt de verleiding om een beetje te experimenteren…’

‘Zo zit het niet. Zo zit het helemaal niet.’ Ik draaide me naar haar om. ‘We zagen die kruipruimte en Derek wilde eens kijken en dat leek me wel leuk.’

‘Dus ben je achter hem aan gegaan? Na wat hij je heeft aangedaan?’ Ze was verstijfd en de teleurstelling in haar ogen maakte plaats voor afschuw. ‘O, Chloe, ik kan gewoon niet geloven… Denk je soms dat hij je lastigviel en pijn deed omdat hij je leuk vond?’

‘Hè? Nee, natuurlijk niet. Derek is niet… Hij heeft een fout gemaakt. Hij heeft me niet echt pijn gedaan en het was zijn bedoeling ook niet. Het was een misverstand.’

Ze pakte mijn hand stevig vast. ‘O, Chloe. Liefje, nee. Daar mag je niet in trappen. Je moet geen excuses voor hem verzinnen.’

‘Excuses?’

‘Misschien is hij de eerste jongen die heeft gezegd dat hij je leuk vindt, en ik weet dat dat een fijn gevoel is, maar hij is vast niet de enige die jou leuk vindt, Chloe. Hij is alleen de eerste die het hardop durft te zeggen. Hij is ouder dan jij. Hij heeft misbruik gemaakt van de situatie. Ik denk dat de meisjes op school hem geen tweede blik waardig zouden keuren, maar hier zit hij in één huis met een mooi, jong, beïnvloedbaar meisje, gevangen…’

‘Tante Lauren!’ Ik rukte me los. ‘Jezus, het is helemaal niet…’

‘Je kunt wel iets beters krijgen, Chloe. Iets veel beters.’

Aan de afkeer op haar gezicht kon ik zien dat ze het niet had over de manier waarop Derek me had behandeld. Er welde een merkwaardige golf van verontwaardiging in me op. Oké, ik kon me er niet toe zetten te doen alsof ik met hem had liggen zoenen. En daar schaamde ik me voor.

Derek kon er niets aan doen dat hij er zo uitzag. Hij was zich er duidelijk van bewust – en hij wist hoe anderen erop reageerden – en het was heus niet zo dat hij weerzinwekkend wílde zijn. Een volwassene zou toch beter moeten weten. Tante Lauren zou juist degene moeten zijn die een preek afstak over dat je iemand niet op zijn uiterlijk mocht beoordelen.

Nu had ik al helemaal geen zin meer om haar de waarheid op te biechten. Als ze naar Derek keek, zag ze een engerd die haar nichtje had aangerand. En ik kon haar met geen mogelijkheid op andere gedachten brengen, want hij leek nu eenmaal een engerd. En ik kon haar met geen mogelijkheid ervan overtuigen dat ik echt geesten zag, want ik leek nu eenmaal schizofreen.

‘Zeg eens iets, Chloe.’

‘Waarom zou ik?’ Ik hoorde de kilte in mijn eigen stem. ‘Ik heb geprobeerd het uit te leggen. Maar jij hebt je oordeel al klaar.’

Ze verschoof op haar stoel, dichter naar de rand, en overbrugde de afstand tussen ons. ‘Ik wil graag jouw kant van het verhaal horen.’

‘Dat ik toevallig in dit opvanghuis zit, dat ik toevallig ziek ben, betekent niet dat ik anders ben dan een week geleden. Een week geleden zou je meteen hebben geweten dat er iets niet klopte aan dat verhaal. En zou je me om uitleg hebben gevraagd voordat je me ergens van beschuldigde. Maar nu?’ Ik stond op. ‘Nu ben ik gewoon gek.’

‘Chloe, ik denk helemaal niet…’

‘Ik weet precies wat je denkt,’ zei ik, en ik liep de kamer uit.

==

Tante Lauren kwam me achterna, maar ik weigerde te luisteren. Daar was ik te boos voor. Te gekwetst. Dat ze dacht dat ik in een kruipruimte in de kelder zou gaan liggen zoenen met de eerste de beste jongen die belangstelling voor me toonde? Dat deed erg veel pijn.

Joost mocht weten wat we volgens haar allemaal hadden uitgespookt. Ik was er vrij zeker van dat we in haar fantasie het stadium van de eerste kus allang waren gepasseerd. Dat ze dacht dat ik van ‘nooit een vriendje gehad’ in één keer was doorgestoomd naar ‘in het zand liggen vrijen met een vreemde’. Dat was beledigend. Nee, dat was nog te zwak uitgedrukt. Het maakte me woest.

Wist tante Lauren dan helemaal niets over me? En als zij het al niet wist, wie dan wel?

Toen duidelijk werd dat ik niet wilde ‘kalmeren’ of met mijn tante wilde praten, brak de volgende fase aan. De rechtszaak. Ik werd teruggeroepen naar het kantoor, met Derek als mijn medebeklaagde en dokter Gill en dokter Davidoff als rechter en jury. Het was een besloten zitting. Zelfs tante Lauren mocht er niet bij zijn.

Ik bestreed hun verklaring voor onze aanwezigheid in de kruipruimte niet, want dat leek me zinloos. En niet eens omdat ik dacht: o, mijn god, ik wil niet dat anderen denken dat ik zo’n meisje ben. Dat stadium was ik allang voorbij. Als zij dachten dat Derek en ik in het zand hadden liggen zoenen, dan zouden ze in elk geval de kruipruimte niet binnengaan en de omgewoelde aarde zien… of anders zouden ze denken te weten waar dat door kwam.

Wat tante Lauren ook dacht, ik was ervan overtuigd dat Derek het net zo’n afschuwelijk idee vond als ik. Toen dokter Gill probeerde een bekentenis uit hem los te krijgen, haalde hij zijn schouders op en mompelde: ‘Als u het zegt.’ Hij had zijn armen over elkaar geslagen en zat met zijn grote lijf onderuitgezakt in zijn stoel, zijn kin koppig vooruitgestoken. Net als ik besefte hij dat het geen zin had om tegen hen in te gaan, maar hij was ook niet van plan iets toe te geven.

‘Dit is niet de eerste keer dat jullie… een akkefietje hebben,’ zei dokter Gill uiteindelijk. ‘En ik heb het gevoel dat het ook niet de laatste keer zal zijn. We moeten dit in de kiem smoren, en de enige manier waarop we dat kunnen bewerkstelligen, is met een overplaatsing. Een van jullie zal weg moeten.’

‘Ik ga wel.’ Ik hoorde de woorden, maar het duurde even voor ik besefte dat ze van mij afkomstig waren.

Was ik niet goed wijs? Bood ik nu echt aan me te laten overplaatsen terwijl ik me toch al zorgen maakte over wat dat inhield?

Maar ik nam het niet terug. Als een van ons weg moest, ging ik. Hoe eng ik het ook vond om te worden overgeplaatst, ik wilde Simon en Derek niet van elkaar scheiden.

Toch verwachtte ik dat Derek me zou tegenhouden. Waarom weet ik niet, zeker niet uit ridderlijkheid. Maar het leek me niet meer dan normaal dat je in dergelijke situaties in elk geval even protesteerde. Al was het maar uit beleefdheid… en dat verklaarde waarschijnlijk waarom hij zijn mond stijf dichthield.

‘Er hoeft niemand weg,’ zei dokter Davidoff zachtjes. ‘Voorlopig geef ik jullie allebei alleen een waarschuwing. Maar geef me geen reden om deze discussie weer op te rakelen. Begrepen?’

Begrepen.

==