‘Bij Barcelona lopen er ook een paar die te klein zijn’

Feyenoord heeft voor het eerst sinds tijden weer wat geld te besteden op de transfermarkt en dat is te merken. Als op 31 augustus om 23.59 uur de zomerse transferperiode eindigt, heeft de club zeven nieuwe spelers binnen gehengeld. Ze heten Dirk Kuyt, Marko Vejinović, Jan-Arie van der Heijden, Michiel Kramer, Simon Gustafson, Eljero Elia en Eric Botte­ghin. Het legioen is tevreden met de aanwinsten en begint voorzichtig te dromen van de Coolsingel, maar bij Jan Boskamp overheerst de scepsis.

Over Vejinović: ‘Gaat die ons kampioen maken dan?’

Over Botteghin: ‘De Spido op de Maas draait nog sneller dan hij.’

Over Kuyt: ‘In De Kuip krijgt hij al een staande ovatie als hij een bal in de tweede ring trapt, maar hij is geen Johan Cruijff die de andere spelers beter gaat maken.’

Zijn cynisme is voor een deel te wijten aan de jaren waarin Feyenoord noodgedwongen met een lege portemonnee moest winkelen en de aankopen namen hadden als John Goossens, Wesley Verhoek of Ruud Vormer. Het waren spelers die zorgden dat de ploeg er weliswaar in de breedte wat ervaring bij kreeg, maar die niet bepaald een directe versterking waren voor de basis. Daarmee zaten ze in de ogen van Boskamp de doorstroming vanuit de jeugdopleiding in de weg, terwijl dat de afgelopen jaren nu juist de levensader van Feyenoord was.

Toen Jan Boskamp zelf nog trainer was, had hij als stelregel dat een aankoop een directe versterking moest zijn voor het basisteam. Zo niet, dan haalde hij liever een paar jongens uit de opleiding, desnoods van zestien of zeventien jaar. Tijdens zijn korte periode bij Standard Luik gooide hij op die manier bijvoorbeeld Axel Witsel en Marouane Fellaini voor de leeuwen. De huidige internationals van België moesten ieder nog achttien worden.

Ook tegenwoordig op Varkenoord ziet Jan Boskamp geregeld jongens spelen die wat hem betreft zo de Coen Moulijnweg kunnen oversteken naar De Kuip. Dat is deels te verklaren doordat leeftijd nauwelijks een rol speelt in zijn beoordeling van spelers. Goed genoeg is oud genoeg.

Bovendien bekijkt hij de jongens van Varkenoord met net iets andere ogen dan spelers van buitenaf. Tijdens wedstrijden in De Kuip kun je hem horen foeteren bij een mislukte pass van Lex Immers of een onbenullige loopactie van Colin Kazim-Richards, terwijl hij zwijgt bij foutjes van de zelf opgeleide Sven van Beek, Rick Karsdorp of Tonny Vilhena. Zelfs Graziano Pellè had er vijftig doelpunten in twee seizoenen voor nodig voordat Boskamp voor het eerst voorzichtig wilde toegeven dat de Italiaan het aardig had gedaan.

Dat Jan Boskamp de aankopen van Feyenoord vaak met argusogen bekijkt, heeft er ook mee te maken dat hij tegenwoordig in heel Europa op hoog niveau spelers ziet voetballen die in zijn ogen met een beetje meer doortastendheid nu in De Kuip hadden gespeeld. Zo liet hij op Varkenoord de naam Eden Hazard al vallen voordat die in 2005 vertrok van het nietige AFC Tubize naar Lille, terwijl hij de club ook al vroeg attendeerde op voetballers als Maxime Lestienne (PSV) en keeper Koen Casteels (Werder Bremen).

Van de spelers die volgens Jan Boskamp in retrospectief in het rood-wit hadden kunnen voetballen, is inmiddels een aardig elftal te bouwen. Een van de laatste toevoegingen aan die fictieve ploeg is Charly ‘Junior’ Musonda, een middenvelder die al op vijftienjarige leeftijd de overstap maakte van Anderlecht naar Chelsea en te boek staat als een van de grootste talenten van België. Tot een definitieve doorbraak kwam het alleen niet, wat Boskamp de hoop gaf dat hij wellicht op huurbasis naar De Kuip kon komen. Hij sprak er verschillende keren over met de vader van het talent, die niet geheel toevallig ook Charly Musonda heet en een van de beste voetballers was met wie Boskamp ooit samenwerkte. Het is daarom veelzeggend dat hij de mogelijkheden van diens zoon nog iets hoger inschat. Boskamp noemt Junior ‘een mix van zijn vader en Wim Jansen’, een combinatie die naar zijn maatstaven ongeveer de perfecte voetballer oplevert. Eerder had hij Junior Musonda al eens vergeleken met een kruising tussen Xavi en Iniesta. ‘Mensen die zeggen dat hij te klein is moeten niet zeiken,’ zei Boskamp toen. ‘Bij Barcelona lopen er ook een paar die te klein zijn. Echt, dat ventje zou bij Feyenoord zo in de basis kunnen.’