Reanimatie

Omdat Richard en ik inmiddels ‘al’ twaalf jaar samen zijn, werd mij vorige week rond Valentijnsdag gevraagd wat het geheim van een goed huwelijk is. Ik heb werkelijk géén idee. Mijn computer wel. Ik moet het woord ‘huwelijk’ namelijk heel duidelijk uitspreken, anders maakt mijn spraakherkenner er ‘moeilijk’ van. Daar zou het ding wel eens gelijk in kunnen hebben, want als je in je huwelijk niet duidelijk bent, wordt het inderdaad moeilijk. Het voormalige supermodel Iman en David Bowie zijn inmiddels ook alweer veertien jaar bij elkaar. Toen Iman onlangs werd gevraagd naar het geheim van haar succesvolle huwelijk, had zij daar een leuk antwoord op. “Hoe je relatie levensvatbaar blijft?” lachte ze, “mond-op-mondbeademing wil altijd wel helpen!” En dát had Richard goed in zijn oren geknoopt, want wat kreeg ik op 14 februari? Een EHBO-reanimatiecursus! Ik probeerde Richard nog uit te leggen dat ‘hart’ en ‘massage’ inderdaad wezenlijke onderdelen zijn van Valentijnsdag, maar dan niet direct in de combinatie ‘hartmassage’.

De EHBO-regels zijn uitstekend van toepassing op een huwelijk

Het toeval wilde dat ik Richard die dag óók een soort cursus cadeau had gedaan: een uur vliegen in een echte vliegsimulator. Onder begeleiding van een piloot van Transavia mocht hij zelf opstijgen, worstelen met een uitgevallen motor en proberen om het vliegtuig weer aan de grond te zetten. Ik speelde voor copiloot en dat hield in dat ik heel kittig het landingsgestel erin en eruit mocht schuiven. Uiteindelijk heeft Richard drie landingen geprobeerd en hoewel we steeds vervaarlijk zwabberend op de verkeerstoren afgingen, kwamen we iedere keer veilig aan de grond. “Als je het vliegtuig levend kunt verlaten, noemen wij een landing geslaagd”, zei de piloot. “En als je het vliegtuig nogmaals kunt gebruiken, noemen wij een landing héél geslaagd.” Maar in geval van nood hadden we in ieder geval onze nieuwe EHBO-kennis paraat gehad; volop geoefend op een plastic slachtoffer bij ons thuis in de woonkamer. “Hij heet Ken”, had de opgewekte EHBO-instructeur gezegd, “en straks mag jij hem als eerste gaan reanimeren!” Eerlijk is eerlijk: ik heb er heel wat van opgestoken. Wist je bijvoorbeeld dat je slokdarm slechts zo dik is als je pink? Geen wonder dat daar van alles in kan blijven steken.

We leerden de Heimlich-manoeuvre, de stabiele zijligging en het gifprotocol. Zo weet ik nu dat je kinderen die per ongeluk medicijnen hebben opgegeten, wél moet laten braken maar kinderen die bijtende stoffen als Glorix hebben doorgeslikt, juist níét. Deze laatsten mogen echter wel een glas water drinken (omdat het gif dan verdunt), maar kinderen die veel aspirines hebben ingeslikt, juist weer níét (omdat de tabletten dan sneller oplossen). Het geven van hartmassage bleek een zwaar en precies karwei; het duurde dan ook niet lang of de oefenpop gaf aan dat ik één van zijn ribben had gebroken. Bij de mond-op-mondbeademing kreeg ik er ook geen lucht in, tot de instructeur zei dat ik mijn mond verder open moest doen. “Ja Daf”, glunderde Richard, “je mond moet er he-le-maal omheen. Je bent reanimeermeisje of je bent het niet!” En zo werd het toch nog romantisch. Want de EHBO-regels zijn uitstekend van toepassing op een huwelijk: als er gif in de lucht hangt, maak het dan niet erger door nog eens extra te gaan braken.