38

ERFENIS VAN EEN SCHADUWKONING

Vanaf het jaar waarin de koningin-moeder overleed, 2002, had de gedachte aan Charles als ‘schaduwkoning’ de monarchie achtervolgd. Dat hij toen ruimere behuizing op Clarence House betrok, leek erop te wijzen dat hij klaarstond om meer officiële taken van zijn moeder over te nemen en zij zich zoetjesaan meer zou terugtrekken. Om de zoveel tijd voorspelde de pers wel weer het begin van een ‘zorgvuldig georkestreerd stappenplan’ waarbij de koningin ceremoniële functies zou blijven uitoefenen terwijl haar oudste zoon steeds meer haar gouvernementele taken overnam. Desondanks gingen de vorstin en haar erfgenaam allebei door met hun werkzaamheden of er niets aan de hand was. Velen stonden verbaasd over haar onverminderde werkkracht.

Toch kende Elizabeth II wel degelijk haar grenzen en haar afwezigheid bij de conferentie in het verre Sri Lanka werd door leden van het hof op Buckingham Palace gekenschetst als een ‘waterscheiding’. Anders dan Edward VII met zijn zoon, de toekomstige George V, gedaan had, was zij niet van plan om Charles bij haar wekelijkse audiënties met de premier te betrekken, of zijn bureau op Buckingham Palace naast het hare te laten zetten. Maar naarmate haar negentigste verjaardag in 2016 naderbij kwam, begon ze zich merkbaar terug te trekken.

Voor het eerst begon ze met haar meest vertrouwde adviseurs te praten over ‘de olifant in de kamer: de steeds hogere leeftijd van de koningin en hoe iedereen daarmee om zou moeten gaan’, zoals een van hen het uitdrukte. Tot dan toe was het ‘een beetje een verboden onderwerp’ geweest, maar de koningin begreep dat het omwille van de stabiliteit van de monarchie ‘gezond en belangrijk’ was om het in alle openheid te bespreken. Het was essentieel om vertrouwen te wekken door aan te geven dat de vorstin actief betrokken was bij de voorbereiding van haar opvolging.

De architect van het transitieproces was de eerste adviseur van de koningin, sir Christopher Geidt. Hij werkte al sinds 2002 op Buckingham Palace en was in 2007 benoemd als persoonlijk secretaris van de koningin. Hij stond bekend als een bedachtzaam strateeg en hervormer met oog voor de staatsrechtelijke beperkingen waaraan de vorstin onderhevig was. Tijdens het subtiele politieke gemanoeuvreer dat in 2010 zou leiden tot de vorming van de eerste coalitieregering sinds 1945 wist Geidt steeds hoe de hazen liepen en adviseerde hij de koningin over het juiste moment om een eerste minister te benoemen. Hij hielp ook bij de totstandkoming van het historische staatsbezoek van de koningin aan Ierland in 2011.

Zijn communicatieve vaardigheden en zijn gewiekstheid als onderhandelaar kwamen goed van pas toen hij in augustus 2008 tijdens Charles’ jaarlijkse verblijf op het slot Mey in stilte met hem begon samen te werken. Charles raakte gesteld op Geidt, die net als hijzelf een buitenmens was en een schapenboerderij bezat op de Buiten-Hebriden, en ze voerden urenlange gesprekken. Hij speelde een bepalende rol toen de prins het zelfvertrouwen moest ontwikkelen om als onderdeel van het overgangsproces nieuwe en ondersteunende taken op zich te nemen.

Alles wat Geidt deed ging in nauw overleg met de koningin, die heel goed begreep hoe nuttig een tussenpersoon kon zijn. Hij kon direct zijn tegen Charles op een manier die voor haar niet was weggelegd, raad geven en verzoeken doen die uit haar mond op weerstand bij de erfgenaam tot de troon zouden kunnen stuiten. Geidt vergezelde Charles ook bij zijn buitenlandse bezoeken aan Australië en Sri Lanka.

Het enige officiële en openlijke blijk van waardering voor zijn inspanningen achter de schermen kwam in januari 2014 toen Geidt zijn tweede ridderorde ontving. Hij werd geprezen om zijn ‘voorbereidend werk voor de overgang naar een troonswisseling’. Die openlijke erkenning was verrassend, evenals het zinspelen op het mogelijke verscheiden van de koningin. Maar het gebeurde met haar instemming, uit pragmatische overwegingen.

In mei en juni 2015 kwam een verzameling van Charles’ meest recente persoonlijke opvattingen over het milieu en andere stokpaardjes aan het licht toen het Britse hooggerechtshof definitief de openbaarmaking gelastte van vierenveertig brieven die hij in de jaren 2004 en 2005 en van 2007 tot 2009 aan verschillende ministers had gestuurd. Het was de uitkomst van een tien jaar durend juridisch gevecht dat The Guardian gevoerd had op grond van de openbaarheid van bestuur. De krant dacht langs die weg geheime gedachten en lobbypraktijken in achterkamertjes te kunnen ontmaskeren die naar de mening van de redacteuren zijn autoriteit zouden kunnen doen afbrokkelen als hij koning werd.

De correspondentie bleek hoofdzakelijk te getuigen van het doorzettingsvermogen van de prins en van zijn grondige kennis van abstruse kwesties als de benarde positie van de Antarctische diepzeeheek. Sommige van zijn dwingende aanbevelingen waren ronduit politiek van aard en dus in strijd met het staatsrecht. Dat gold bijvoorbeeld voor de druk die hij uitoefende om te komen tot verandering van het beleid inzake alternatieve geneeswijzen. Maar het meeste leek meer op wat een commentator omschreef als ‘satire à la Private Eye’, herinnerend aan de parodieën in dat blad op Charles’ ‘zuchtend weeklagen’.

Te midden van alle ophef was er nauwelijks aandacht voor de verschijning van een verzamelwerk waaruit bleek hoe onwankelbaar het vertrouwen was dat de prins had in zijn eigen standpunten. De twee banden, gevuld met artikelen en toespraken uit de periode 1968 tot 2012, omvatten met 1402 pagina’s nog maar een fractie van de miljoenen woorden die hij geschreven had. Ze waren chic gebonden in donkergroen linnen met goudgestempelde belettering en prinsenpluimen. De boeken kostten 260 pond en waren geïllustreerd met afdrukken van zijn aquarellen. Ongeveer net als vijf jaar eerder in Harmony was de bloemlezing opgezet rond de voornaamste interesses en activiteiten van de prins. Maar er hing ook een zweem van afscheid rond de publicatie, alsof een lang hoofdstuk in Charles’ carrière werd afgesloten.

Na ruim veertig noeste jaren kon de prins van Wales bogen op een omvangrijke nalatenschap. Hij had zich onvermoeibaar ingezet voor de poëzie, voor Shakespeare en voor nieuwe onderwijsvormen gericht op verhoging van het niveau van geletterdheid. Een persoonlijke prestatie waar hij bijzonder mee in zijn nopjes was, was het commerciële succes van zijn kunstwerken – litho’s van zijn aquarellen gingen in gelimiteerde oplagen voor 2500 pond of meer over de toonbank. Op die manier had hij in vijfentwintig jaar ongeveer 6 miljoen pond aan zijn eigen charitatieve instellingen bijgedragen.

Hij had scholen opgericht voor architecten, kunstenaars, leraren en ambachtslieden. Hij had zich in de discussie over architectuur en stedenbouwkunde gemengd, de problemen onder de aandacht gebracht waarmee kleine boeren zich geconfronteerd zagen, de toenadering tussen geloven gestimuleerd, vervallen industriegebieden en historische gebouwen hersteld, aandacht gevraagd voor gezond voedsel en het behoud bepleit van onmisbare bossen. Het pièce de résistance, The Prince’s Trust, zou in 2016 veertig jaar bestaan en had in die tijd meer dan 825.000 jongeren geholpen beroepskwalificaties te verwerven en werk te vinden. Een van hen was Idris Elba, ster van The Wire en Luther, die zijn eerste kans gekregen had door een subsidie van de Trust van vijftienhonderd pond.

Daar stond tegenover dat hij met zijn meest geruchtmakende campagnes weinig succes geboekt had. Zijn lobby voor de homeopathie verzandde in 2015 toen de regering besloot om beoefenaren van alternatieve geneeswijzen, zoals kruidendokters, niet als medici te erkennen. Zijn veroordeling van ‘frankensteinvoedsel’ hield de ontwikkeling van vee dat resistent was tegen bepaalde ziektes en nieuwe gewassen met genetisch ingebouwde afweer tegen onkruid en ongedierte niet tegen, evenmin als de ontwikkeling van ander genvoedsel, bijvoorbeeld genetisch gemodificeerde zalm. Bovendien publiceerden gerenommeerde wetenschappelijke instituten in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten in 2016 gezaghebbende onderzoeken waaruit bleek dat genetisch gemodificeerde gewassen veilig gegeten konden worden en het milieu niet belastten.

Biologische landbouwproducten waren inmiddels algemeen geaccepteerd in kringen die het zich konden veroorloven, maar bleken ongeschikt om de wereld te voeden, waartoe Charles zoveel jaren had opgeroepen. Zelfs Charles’ partner in Duchy Originals, Mark Price, moest toegeven dat men in de Britse wintermaanden ‘rapen zou eten als we ons hielden aan een duurzaam productieschema’. Erger nog, de enorme hoeveelheid landbouwgrond die voor het biologische drieslagstelsel nodig was, bedreigde de bossen die Charles nu juist zo graag wilde behouden.

In Londen greep wat de prins in eigen kring betitelde als ‘ego-tectuur’ als een veenbrand om zich heen en vervormde de ene na de andere glinsterende toren van glas en staal de contouren van de stad. Toch bleef hij ijveren voor zijn ideeën, waarin de voetganger en de menselijke maat centraal stonden. Hij kon zich inmiddels beroemen op een ‘Poundbury-effect’ dat zichtbaar was in een groot aantal nieuwbouwprojecten. In december 2014 nam David Cameron twee architectonische geestverwanten van de prins, sir Terry Farrell en sir Quinlan Terry, op in een adviescommissie die ‘in samenwerking met de regering uitgangspunten moest ontwikkelen voor het ontwerp van huizen in het hele land’.

Poundbury bood onderdak aan 3000 mensen en 185 ondernemingen met 2100 arbeidsplaatsen en profiteerde van welgestelde pensionado’s die bijna de helft van de bevolking uitmaakten. Net als in eeuwenoude marktplaatsen kwamen bewoners en bezoekers bijeen op de pleinen en in de cafés en restaurants van Poundbury. De twee productiebedrijven, Dorset Cereals en Dorchester Chocolates, bloeiden. In 2016 begon de bouw van een basisschool, een bewijs van het groeiende inwonertal van het stadje.

Het meest pretentieuze deel van de stad was Queen Mother’s Square, met colonnades en balkons die aan het Londense Belgravia deden denken. Langs één zijde had je de Duchess of Cornwall Inn, een stijlvol en intiem hotel met een ook al naar Camilla genoemde pub. Midden op het plein stond een drie meter hoog beeld van Charles’ grootmoeder, een replica van haar standbeeld op de Mall in Londen.

Maar zo’n zevenhonderdvijftig kilometer verder naar het noorden kwijnde Knockroon, de niet ver van Dumfries House gelegen Schotse versie van Poundbury, tot ieders grote teleurstelling weg, ten gevolge van de wereldwijde financiële crisis van 2008 en het feit dat het naast een deprimerend dorp lag. Nadat de eerste spade in 2011 de grond in was gegaan, waren er maar eenendertig huizen uit de eerste fase gerealiseerd, terwijl er tweehonderdvijftig gepland waren. Daarvan waren er twee jaar later nog maar een paar verkocht. De oorspronkelijke projectontwikkelaar had er de brui aan gegeven. Naarmate de kansen op het ontstaan van een bloeiende gemeenschap afnamen slonk ook de bijdrage die Knockroon kon leveren aan het afbetalen van de lening van 15 miljoen pond die voor de aankoop van Dumfries House was afgesloten.

Het gat werd gedicht door agressieve fondsenwerving en in februari 2012 werd de lening geheel afgelost. Dankzij nog eens 15 miljoen pond uit de diepe zakken van weldoeners in de Verenigde Staten, Europa, Azië en het Midden-Oosten veranderde het vervallen landgoed Dumfries in het mekka van ondernemerschap, educatie en plaatselijke wederopleving dat Charles voor ogen had gestaan. Er kwamen onder meer nieuwe beroepsopleidingen voor steenhouwers, houtbewerkers, dakdekkers, koks en huishoudelijk personeel.

De prins hield de voortgang nauwlettend in de gaten en becommentarieerde elk weekrapport met zijn gekriebel. Hij koos de vuurrode verf voor buitendetails als staldeuren en regenpijpen en had de leiding bij de inrichting van een chic hotel met zes kamers en twee gastencottages. Vastbesloten om Dumfries House een ‘hartslag’ te geven, liet hij per vrachtwagen vijftig antieke klokken aanrukken en besteedde bijna een volle dag aan het vinden van een plaatsje voor drieëntwintig daarvan.

De kroon op het werk was een bezoek van Charles’ vader en moeder begin juli 2014. De vorstin opende de twee hectare metende Queen Elizabeth Walled Garden, een restauratieproject van 1,5 miljoen pond. Charles en Camilla leidden het koninklijk paar rond en de koningin, die bij dit soort gelegenheden zelden liet blijken wat ze ervan vond, maakte haar ‘officiële gedachten’ bekend: Charles’ hoofd communicatie liet weten dat ze ‘zeer onder de indruk was van alles wat ze gezien had’, en voegde daaraan toe dat ‘het bezoek was uitgelopen, wat wel bewees hoezeer zij en de hertog van Edinburgh hadden genoten’.

Nauwelijks twee maanden daarvoor was Camilla ‘zwaar getroffen’ door het plotseling overlijden in New York van haar tweeënzestigjarige broer Mark Shand. Deze tot de grote Britse bon vivants behorende man had zijn levensdoel gevonden in het redden van de Aziatische olifant. De dag voor zijn overlijden op 23 april 2014 had Shand bij Sotheby’s nog een veiling geleid die 1,7 miljoen dollar opbracht voor de door hemzelf in 2002 opgerichte stichting Elephant Family.

Na zes uur feesten met champagne en whisky in een bar in downtown Manhattan was hij naar buiten gegaan om een sigaret te roken. Daar had hij zijn evenwicht verloren, was gestruikeld en zo hard achterover op het plaveisel gevallen dat zijn schedel brak. De volgende ochtend overleed hij in het ziekenhuis aan bloedingen in de hersenen met nog altijd een alcoholpromillage van twee keer de toegestane limiet in het Britse verkeer. Camilla beleefde juist een idyllische vroege lente op Birkhall toen de telefoon ging met het vreselijke nieuws.

Bij de begrafenis sloegen Camilla en haar zuster Annabel snikkend de armen om elkaar heen toen Yusuf Islam, voorheen bekend als Cat Stevens, ‘Wild World’ zong, zijn grootste hit ooit en tevens het favoriete nummer van Shand. Met betraand gezicht verliet Camilla na afloop de kerk. Charles hield haar linkerhand in de zijne en leidde haar met zachte hand weg van de toeschouwers.

Maar ook voor de koninklijke familie ging het leven door, met reizen naar Canada, Mexico en Colombia. In mei sprak Charles in Canada over de ‘scherpere blik’ op de problemen van de wereld die hij had gekregen nadat hij grootvader was geworden. Hij kwam er vaak op terug, al was het meestal in meer algemene dan persoonlijke zin. Hij zag George maar weinig, in tegenstelling tot Mike en Carole Middleton, die vaak op Kensington Palace langskwamen. Op de dag dat zijn kleinzoon één jaar werd, een feest dat werd bijgewoond door de koningin, de hele familie Middleton en een hele rits peetouders en koninklijke verwanten, liet Charles zich rondleiden door een reservaat voor rode eekhoorns in Schotland.

Op zeker moment belde Tiggy Legge-Bourke Charles op om hem op zijn kennelijke gebrek aan betrokkenheid te wijzen. Ze zei hem zonder omwegen dat hij aan het eind van de dag maar eens tijd moest maken en in plaats van het plegen van zijn gebruikelijke telefoontjes ‘langs moest gaan als George in bad gedaan werd. Anders leer je je eigen kleinkind niet kennen.’

Desondanks hield Charles onwrikbaar vast aan zijn agenda, vastgeroest als hij was in vaste verplichtingen en ingesleten gewoonten. Ook de tweede verjaardag van George miste hij. Maar een week later ging hij wel met Camilla bij ze op bezoek toen ze op Sandringham verbleven. De prins nodigde William, Kate en George ook uit op Highgrove. Charles ging met zijn kleinzoon de tuin in, waar ze bij het planten van een jonge populier gefotografeerd werden. Hij maakte bekend dat hij de boomhut met rieten dak van William en Harry liet opknappen voor de volgende generatie en liet in de weide met wilde bloemen een speelhuis in de vorm van een herdershut plaatsen, evenals een beeld van een jong olifantje – dat was zijn manier om zijn tuin beter geschikt te maken voor kinderen.

Het doen en laten van William en Kate vormde een onuitputtelijke bron van fascinatie voor het publiek en een niet-aflatend bewijs dat hun mediagenieke kwaliteiten die van de erfgenaam van de troon in de schaduw stelden. William gebruikte zijn overgangsjaar om te wennen aan het vaderschap maar ook om geloofwaardigheid op te bouwen als toekomstige prins van Wales en hertog van Cornwall. Vanaf december 2013 begon hij de halfjaarlijkse vergaderingen bij te wonen van de Prince’s Council, het bestuursorgaan van het hertogdom. De wijdverspreide bezittingen van het landgoed waren in waarde toegenomen tot 1 miljard pond en waren goed voor een jaarinkomen van zo’n 30 miljoen pond. Hij werd regelmatig bijgepraat en maakte kennis met veel van de pachtboeren die land van het hertogdom bewerkten.

Het jaar daarop besteedde hij twee weken aan een programma van colleges en seminars over de omgang met landbouwgrond en wat er speelde in de boerenwereld aan het instituut voor duurzaam leiderschap in Cambridge dat Charles twintig jaar eerder had opgericht. Ook liet hij Michael Manning een reeks besloten lunches met experts op uiteenlopende gebieden organiseren.

In augustus 2014 gaf William aan dat hij zich voorlopig nog niet geheel aan het koninklijke leven wilde wijden, maar zijn reddingswerk per helikopter wilde voortzetten door bij de vliegende ambulancedienst van East Anglia te gaan, een civiele betrekking goed voor veertigduizend pond per jaar, die hij aan een goed doel zou doneren. De maand erop begon hij aan de benodigde opleiding van acht maanden, net toen Kate, zwanger van hun tweede kind, ernstig leed onder ochtendziekte.

In december was ze weer geheel de oude en ging ze met haar man mee op een driedaagse reis naar New York, waar ze met Jay-Z en Beyoncé op de eerste rij zaten bij een basketbalwedstrijd van de Brooklyn Nets. Ze zaten aan aan een privédiner dat door de Britse reclamemagnaat sir Martin Sorrell gegeven werd in zijn appartement in Manhattan voor dertig Amerikaanse vrienden en potentiële vrienden van de Royal Foundation. Anders dan bij vergelijkbare evenementen van de Prince of Wales Foundation het geval was, waren er geen societyverslaggevers in de buurt om er artikelen vol vetgedrukte namen over te schrijven. De gasten bleven discreet anoniem. William had veel minder connecties in de Verenigde Staten dan zijn vader, wat hem er niet van weerhield om samen met Harry de dertigjarige Amerikaan Jason Knauf in te huren als perssecretaris.

Twee maanden later reisde William alleen naar China, waar hij in toespraken en bij een persoonlijke ontmoeting met president Xi Jinping vrijmoedig sprak over de noodzaak voor dat land om een eind te maken aan de vraag naar verboden producten van de illegale jacht op olifanten en neushoorns, iets waar de prins zich uit alle macht sterk voor maakte. Nadat president Xi in oktober van dat jaar een geslaagd staatsbezoek aan Groot-Brittannië had afgelegd, stuurde de Chinese regering een delegatie naar Londen voor overleg met een door de hertog van Cambridge opgezette taskforce van natuurbeschermingsorganisaties. Die doorbraak bewees op zijn minst hoe goed de doelgerichte aanpak van de jonge prins werkte als het om kwesties ging die op brede steun konden rekenen.

Op zaterdag 2 mei 2015 kwam de kleine prinses Charlotte Elizabeth Diana de gelederen van het gezin Cambridge versterken – vanaf nu waren ze met z’n vieren. ‘Ik hoopte al op een kleindochter – iemand die voor me kan zorgen als ik heel erg oud ben,’ zei Charles. William en Kate wilden op Anmer in het vlakke land van Norfolk beslist een zo normaal mogelijk leven leiden, hoewel de bladen er als de kippen bij waren om erop te wijzen dat hun vriendenkring zich beperkte tot het plaatselijke blauwe bloed, allemaal even rijk en welvarend. Het paar wandelde met genoegen dagelijks met de kinderen hele einden over het terrein van de besloten Brancaster Golf Club naar de Noordzeekust. Hun kinderjuffrouw ging met de kleine George naar speeltuinen en parken en Carole Middleton speelde met haar kleinzoon op het strand.

William en Kate hadden nu een voltijds adjudant tot hun beschikking en huishoudelijk personeel om hun huizen draaiende te houden, maar ze wilden nog altijd niet aan de bedienden in livrei die Charles vanaf zijn tienerjaren verzorgd hadden. Toch zou William op termijn een huisknecht nodig hebben, niet om hem net als zijn vader aan te kleden, maar wel om voor zijn uniformen te zorgen en zijn kleding klaar te leggen. Om diezelfde praktische redenen zou Kate behoefte hebben aan een kleedster. ‘Ze gaan het anders doen dan zijn vader, maar misschien niet zo informeel als prinses Anne, wier butler in een spijkerbroek rondloopt,’ zei een van Williams verwanten.

Nu zijn dagen als militair in actieve dienst voorbij waren, kreeg Harry in januari 2014 een administratieve post op het ministerie van Defensie. De nadruk kwam meer te liggen op zijn filantropische werk, waarbij het zwaartepunt lag bij veteranen uit het leger. Geïnspireerd door de Warrior Games, een competitie voor invalide geraakte Amerikaanse en Britse soldaten op de Paralympische Spelen waarvan hij bij een bezoek aan Colorado Springs getuige was geweest, bedacht hij een grootschaliger evenement in het Olympisch Park in Londen.

Hij noemde het de Invictus Games, naar het gedicht ‘Invictus’ dat William Ernest Henley in 1875 geschreven had nadat zijn benen geamputeerd waren. ‘Ik ben meester over mijn lot/ Ik ben de kapitein van mijn ziel,’ had Henley geschreven. In september 2014 kwamen teams uit dertien landen in negen takken van sport tegen elkaar uit. Het vier dagen durende evenement werd een triomf. Harry begon direct te ijveren voor een volgende editie van de spelen, die twee jaar later in Orlando in Florida moest plaatsvinden.

Op 15 september 2014 werd Harry dertig en erfde hij zijn 10 miljoen pond bedragende deel van het nagelaten vermogen van zijn moeder. Na tien jaar lang gediend te hebben, zei hij het leger in juni van het volgende jaar vaarwel om zich volledig aan het koninklijke leven te wijden, met een groeiende portefeuille van taken. Hij beloofde zichzelf dat hij zijn leven zou wijden aan de ondersteuning van gewezen militairen, niet alleen die met fysieke beperkingen, maar ook diegenen met ‘onzichtbare (...) verwondingen die het leven veranderen’ en tot psychologische problemen leiden.

William en Kate zetten gezamenlijk met hem een bewustwordingscampagne op over geestelijke gezondheidsproblemen, met als voornemen om de toon waarop daarover gesproken werd te veranderen van ‘één van zwijgen en schaamte in één van optimisme en ondersteuning’, vooral waar het om kwetsbare jongeren ging. Ze mobiliseerden de belangrijkste charitatieve instellingen op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg om het cyberpesten aan te pakken en de negatieve effecten van homofobie. William werd zelfs het eerste lid van de koninklijke familie dat poseerde voor het omslag van een homotijdschrift, Attitude, en in een interview sprak over zijn gevoelens van medeleven met homoseksuelen, lesbiennes, biseksuelen en transgenders die onheus behandeld werden om hun oriëntatie.

Door te pleiten voor dat soort tolerantie dreven William, Kate en Harry eerder mee met de stroom van de publieke opinie dan dat ze zich controversieel opstelden. William en Harry maakten weliswaar af en toe een toespeling op hun eigen ogenblikken van stress en nervositeit, maar gingen niet zover dat ze zeiden dat hun moeder, toen ze gedeprimeerd en zelfdestructief was, baat gehad zou hebben bij een meer verlichte houding van de Britse samenleving. Harry kwam dicht bij een erkenning van de emotionele mallemolen waarin Diana gezeten had toen hij opmerkte dat ‘iedereen problemen met zijn mentale gesteldheid kan krijgen, of je nu een lid van de koninklijke familie bent, of een soldaat’.

Critici verweten William en Kate een saai privéleven, maar in zekere zin ging het daar juist om. Hun onberispelijke gedrag hield de monarchie netjes op koers en ze hadden geleerd om waardigheid met ongedwongenheid te combineren – een lastig evenwicht. Ze hielden ook de ondoorgrondelijkheid in stand die zo goed had gewerkt voor Williams grootmoeder, ze onderkenden de kracht van het mysterie. ‘De koningin ziet dat er met William, Catherine, George en Charlotte continuïteit is,’ zei lady Elizabeth Anson. ‘Dat heeft haar leven veranderd.’

Williams raadslieden voorzagen dat hij op middelbare leeftijd tot de troon geroepen zou worden. ‘We kunnen ons alleen maar richten op de gewenste einduitkomst, dat wil zeggen dat William gerespecteerd, geloofwaardig en goed ingevoerd de troon bestijgt,’ zei Jamie Lowther-Pinkerton. Hij en Kate beschikken als het zover is wel niet meer over die oogverblindende jeugd, maar tegen die tijd ‘is daar gorgeous George’, voegde hun adviseur eraan toe. ‘De mensen zijn veel meer geïnteresseerd in glamoureuze prinsen dan in glamoureuze koningen.’

Prins Charles
cover.xhtml
bee.html
Section0001.html
Section0002.html
Section0003.html
Section0004.html
Section0005.html
Section0006.html
Section0007.html
Section0008.html
Section0009.html
Section0010.html
Section0011.html
Section0012.html
Section0013.html
Section0014.html
Section0015.html
Section0016.html
Section0017.html
Section0018.html
Section0019.html
Section0020.html
Section0021.html
Section0022.html
Section0023.html
Section0024.html
Section0025.html
Section0026.html
Section0027.html
Section0028.html
Section0029.html
Section0030.html
Section0031.html
Section0032.html
Section0033.html
Section0034.html
Section0035.html
Section0036.html
Section0037.html
Section0038.html
Section0039.html
Section0040.html
Section0041.html
Section0042.html
Section0043.html
Section0044.html
Section0045.html
Section0046.html
Section0047.html
Section0048.html
Section0049.html
Section0050.html
Section0051.html
Section0052.html
Section0053.html
Section0054.html
Section0055.html
Section0056.html
Section0057.html
Section0058.html
Section0059.html
Section0060.html
Section0061.html
Section0062.html
Section0063.html
Section0064.html
Section0065.html
Section0066.html
Section0067.html
Section0068.html
Section0069.html
Section0070.html
Section0071.html
Section0072.html
Section0073.html
Section0074.html
Section0075.html
Section0076.html
Section0077.html
Section0078.html
Section0079.html
Section0080.html
Section0081.html
Section0082.html
Section0083.html
Section0084.html
Section0085.html
Section0086.html
Section0087.html
Section0088.html
Section0089.html
Section0090.html
Section0091.html
Section0092.html
Section0093.html
Section0094.html
Section0095.html
Section0096.html
Section0097.html
Section0098.html
Section0099.html
Section0100.html
Section0101.html
Section0102.html
Section0103.html
Section0104.html
Section0105.html
Section0106.html
Section0107.html
Section0108.html
Section0109.html
Section0110.html
Section0111.html
Section0112.html
Section0113.html
Section0114.html
Section0115.html
Section0116.html
Section0117.html
Section0118.html
Section0119.html
Section0120.html
Section0121.html
Section0122.html
Section0123.html
Section0124.html
Section0125.html
Section0126.html
Section0127.html
Section0128.html
Section0129.html
Section0130.html
Section0131.html
Section0132.html
Section0133.html
Section0134.html
Section0135.html
Section0136.html
Section0137.html