Hoofdstuk 23

De volgende ochtend was het weer vroeg dag. Het getik op mijn slaapkamerraam fungeerde als wekker en toen ik me op mijn zij draaide, zag ik Dante gehurkt op een boomtak zitten en naar me wenken. Hij stak vijf vingers op om aan te geven dat ik over zoveel minuten buiten moest zijn.

Eigenlijk had ik huisarrest, maar volgens mij zou Dante zich niets aantrekken van dit excuus.

Buiten hing de tintelende frisheid van de herfst in de lucht, en ik wreef mijn handen tegen elkaar om ze warm te krijgen. Aan de donkere hemel was nog een vaag maansikkeltje zichtbaar en in de verte klonk de klagelijke roep van een uil.

‘Vanmorgen reed een ongemarkeerde auto met radaruitrusting langs je huis,’ zei Dante, en hij blies in zijn handen. ‘Ik weet zeker dat het een smeris was. Donker haar en voor zover ik kon zien een paar jaar ouder dan ik. Enig idee wie dat zou kunnen zijn?’

Rechercheur Basso. Wat had ik nu weer gedaan om zijn aandacht te trekken?

‘Ik zou het niet weten,’ antwoordde ik. Dit was niet echt het moment om mijn onverkwikkelijke geschiedenis met de plaatselijke dienaar der wet uit de doeken te doen. ‘Misschien zat zijn dienst er bijna op en was hij op zoek naar iets om de rest van zijn tijd mee te vullen. Maar hier zal hij niet zo gauw een snelheidsmaniak tegenkomen.’

Er verscheen een ironische glimlach rond Dantes lippen. ‘In ieder geval niet in een auto, speedy. Ben je er klaar voor?’

‘Nee, maar maakt dat wat uit?’

Hij bukte zich en knoopte een schoenveter vast die ik blijkbaar vergeten had te strikken. ‘Tijd voor de warming-up. Je weet hoe die gaat.’

Dat wist ik inderdaad. Maar Dante wist niet dat ik tijdens mijn warming-up in mijn fantasie messen, pijltjes en andere projectielen naar zijn rug gooide als ik door het bosachtige terrein achter hem aan rende naar ons afgelegen trainingsgebied. Een mens moet toch iets doen om in de juiste stemming te komen, waar of niet?

Toen ik uiteindelijk drijfnat was van het zweet droeg Dante me op een serie stretchoefeningen te doen om leniger te worden. Ik had Marcie in haar slaapkamer ook een paar van deze stretchoefeningen zien doen. Hoewel ze niet meer bij het cheerleadersteam zat, vond ze het blijkbaar belangrijk om nog steeds een spagaat te kunnen maken.

‘Wat staat er vandaag op het programma?’ vroeg ik terwijl ik op de grond zat en mijn benen in een wijde V spreidde. Ik boog mijn bovenlichaam voorover tot ik met mijn hoofd mijn knie aanraakte en voelde de hamstring in mijn dij rekken.

‘Bezit nemen.’

‘Bezit nemen?’ herhaalde ik verbluft.

‘Als gevallen engelen bezit van ons kunnen nemen, is het niet meer dan billijk dat wij dat ook leren. De beste manier van oorlog voeren is de geest en het lichaam van je vijand leren beheersen,’ ging Dante verder.

‘Ik wist niet eens dat het mogelijk was om bezit te nemen van gevallen engelen.’

‘Vroeger niet, maar nu wel omdat we duivelskunstenarij hebben. Een aantal maanden geleden ben ik in het geheim begonnen met het trainen van een kleine selectie Nephilim, onder wie ikzelf. We hebben geoefend in het bezit nemen van een lichaam, en wanneer we het helemaal onder de knie hebben, zal dat een keerpunt in de oorlog betekenen, Nora. Als het ons lukt, maken we een kans.’

‘Hoe heb je dan getraind?’ Bezit nemen van een lichaam was alleen mogelijk tijdens Cheshvan. Hoe had hij die techniek dan al maandenlang kunnen oefenen?

‘We hebben geoefend op gevallen engelen.’ Er verscheen een boosaardige glinstering in Dantes ogen. ‘Ik heb je toch gezegd dat we sterker zijn dan ooit? Een gevallen engel die in zijn eentje rondloopt kan niet tegen ons op als we met een groepje zijn. We hebben ze ’s nachts van de straat geplukt en ze meegenomen naar het trainingskamp dat Hank voor ons heeft opgezet.’

‘Heeft Hank dit bedacht?’ Het leek of er steeds meer lijken uit de kast kwamen.

‘We hebben ons gericht op eenlingen, introverte types die waarschijnlijk door niemand worden gemist. Vervolgens dienen we ze een speciaal prototype duivelskunstenarij toe waardoor we voor korte tijd bezit van ze kunnen nemen, ook al is het geen Cheshvan. En dan oefenen we op ze.’

‘Waar zijn ze nu?’

‘Opgesloten in het trainingskamp. Wanneer we niet op ze oefenen, krijgen ze een met duivelskunstenarij behekste staaf in hun vleugellittekens en kunnen ze zich niet bewegen. Ze staan als laboratoriumratten tot onze beschikking.’

Ik was ervan overtuigd dat Patch hier niets van afwist, anders had hij er vast wel iets over gezegd. ‘Hoeveel gevallen engelen houden jullie daar gevangen? En waar is dat trainingskamp?’

‘Dat mag ik niet zeggen. Toen we dit kamp opzetten, hebben Hank, Blakely en ik besloten dat het veiliger was om dit geheim te houden. Nu Hank er niet meer is, zijn Blakely en ik de enige Nephilim die weten waar het is. Dat is het verstandigste, want als je de regels laat verslappen krijg je overlopers, types die alles doen om ergens een slaatje uit te slaan en daarvoor zelfs hun eigen ras verraden. Dat is nu eenmaal de aard van de Nephilim, net als die van de mensen. We hebben ervoor gezorgd dat niemand in de verleiding kan komen.’

‘Moet ik mee naar het trainingskamp om te oefenen?’ Ik ging ervan uit dat daar ook wel een of ander protocol voor zou zijn. Ik zou worden geblinddoekt, of anders werd daarna de route ernaartoe wel uit mijn geheugen gewist. Maar misschien kon ik later samen met Patch de weg naar het trainingskamp terug vinden…

‘Dat is niet nodig. Ik heb een van de laboratoriumratten meegenomen.’

Mijn blik schoot naar de bomen. ‘Waar dan?’

‘Maak je geen zorgen. Ze zal meewerken, kwestie van een combinatie van duivelskunstenarij en een staaf in haar vleugellittekens.’ Dante verdween achter een rotsblok en kwam even later terug terwijl hij een vrouwelijke gevallen engel met zich meesleepte. Zo te zien was ze een jaar of dertien, in mensenjaren dan, en de spillebeentjes die onder een witte gymbroek uitstaken, waren niet dikker dan mijn armen.

Dante liet haar slappe lijf als een vuilniszak op de grond vallen. Ik wendde mijn blik af van de staaf die uit haar vleugellittekens stak. Hoewel ik wist dat ze niets kon voelen, gingen mijn nekharen rechtovereind staan door alleen maar naar haar te kijken.

Ik moest mezelf inprenten dat ze de vijand was en dat in deze oorlog mijn toekomst ook op het spel stond. Ik had geweigerd trouw te zweren aan welke gevallen engel dan ook. Ze waren alle maal gevaarlijk en moesten koste wat kost worden tegengehouden.

‘Zodra ik de staaf er uittrek, heb je maar een paar seconden voordat ze zich gaat verzetten. Deze bijzondere duivelskunstenarij heeft een korte werking en zal niet lang in haar lichaam blijven. Met andere woorden: wees op je hoede.’

‘Weet ze dat ik bezit van haar neem?’

‘O, zeker. Ze heeft deze oefening al honderden keren meegemaakt. Ik wil dat je bezit van haar neemt en een paar minuten haar handelingen bepaalt om te wennen aan het manipuleren van haar lichaam. Waarschuw me wanneer je haar weer gaat verlaten. Dan hou ik de staaf klaar.’

‘Hoe kom ik in haar lichaam?’ Ik rilde en kreeg kippenvel op mijn armen, maar dat kwam niet van de kou. Het stond me tegen om bezit te nemen van de gevallen engel, maar aan de andere kant moest ik Patch zoveel mogelijk informatie doorspelen over hoe het proces in zijn werk ging. We konden dit probleem niet oplossen zonder te begrijpen hoe het in elkaar stak.

‘Ze is nog verzwakt door de duivelskunstenarij, en dat is een voordeel. Bovendien is het Cheshvan en dat betekent dat de kanalen om van iemand bezit te nemen wijd openstaan. Je hoeft alleen maar haar gedachten te manipuleren. Laat haar denken dat ze wil dat jij bezit van haar neemt. Zodra ze haar verzet opgeeft, is het een eitje. Je zult vanzelf naar haar toe worden getrokken en zo snel in haar lichaam worden gezogen dat je de overgang nauwelijks zult merken. En dan ben jij de baas.’

‘Ze is nog zo jong…’

‘Vergis je niet. Ze is net zo doortrapt en gevaarlijk als de rest. Ik heb een speciale dosis duivelskunstenarij om je bij je eerste poging te helpen. Hier.’

Ook al tintelden mijn vingers van begeerte, ik wist me te beheersen en pakte het flaconnetje niet meteen aan. Ik had al zoveel duivelskunstenarij ingenomen. Ik had met mezelf afgesproken dat ik zou stoppen en alles aan Patch zou opbiechten. Tot dusver had ik geen van beide gedaan.

Ik keek naar het flaconnetje met de blauwglanzende vloeistof en voelde onmiddellijk een hevig verlangen in me knagen. Ik wilde de duivelskunstenarij niet, maar tegelijkertijd verlangde ik er wanhopig naar. Mijn hoofd tolde en ik werd duizelig, zo graag wilde ik het. Het zou toch niet zoveel kwaad kunnen als ik nog een beetje nam? Voordat ik het wist, pakte ik het flaconnetje aan terwijl het water me al in de mond liep. ‘Moet ik dit helemaal opdrinken?’

‘Ja.’

Ik sloeg het flaconnetje achterover en de duivelskunstenarij brandde als vergif in mijn keel. Ik hoestte en proestte en wilde dat Blakely een manier zou uitvinden om het iets beter te laten smaken. Het zou ook een stuk schelen als hij de bijwerkingen kon verminderen, want zodra ik de dosis binnen had, kreeg ik een barstende koppijn. Uit ervaring wist ik dat die in de loop van de dag alleen maar erger zou worden.

‘Ben je er klaar voor?’ vroeg Dante.

Ik aarzelde even. Zeggen dat ik niet veel zin had om bezit van dit meisje te nemen, was nogal zwak uitgedrukt. Ik was één keer zelf bezeten geweest – door Patch, in een wanhopige poging om te voorkomen dat ik werd vermoord door Chauncey Langeais, die weliswaar familie van me was, maar me niet als zodanig had behandeld. Ook al was ik blij dat Patch me had geprobeerd te beschermen, ik voelde me toen zo overweldigd dat ik het nooit meer wilde meemaken. Of het iemand anders wilde aandoen.

‘Ik ben zover,’ zei ik uiteindelijk.

Dante trok de staaf uit de vleugellittekens van het meisje en vermeed daarbij zorgvuldig de blauwglanzende onderkant aan te raken. ‘Het gaat zo gebeuren,’ mompelde hij waarschuwend. ‘Zet je schrap. Haar gedachten geven magnetische impulsen af en zodra je geestelijke activiteit voelt, ga je haar hoofd binnen. Verspil geen tijd aan haar ervan proberen te overtuigen dat ze wil dat jij bezit van haar neemt.’

Er hing een loodzware stilte in het bos. Ik deed een stap naar het meisje terwijl ik probeerde een mentaal signaal op te pikken. Dante stond met gebogen knieën, alsof hij verwachtte elk moment in actie te moeten komen. Uit de donkere hemel boven me klonk het doordringende gekras van een kraai. Er verscheen een vaag vonkje energie op mijn radar, en dat was de enige waarschuwing voordat het meisje met ontblote tanden en als een wild dier met haar nagels klauwend op me afsprong.

We smakten samen op de grond, maar ik reageerde sneller en liet me boven op haar rollen. Ik greep haar polsen vast om haar handen boven haar hoofd te krijgen, maar met een atletische beweging stootte ze me van haar af. Ik gleed weg en hoorde haar lenig een paar meter verder neerkomen. Toen ik opkeek, zag ik haar nog net in de lucht springen en op me af zweven.

Als een balletje dook ik in elkaar en rolde weg, buiten haar bereik.

‘Nu!’ bulderde Dante. Vanuit mijn ooghoek zag ik dat hij de staaf omhooghield, klaar om het meisje aan te vallen als het me niet lukte.

Ik sloot mijn ogen en richtte me op haar gedachten die ik als een zwerm woedende bijen mijn kant op voelde komen. Ik dook in haar hoofd en verscheurde alles wat ik tegenkwam. Ik verstrikte haar gedachten tot één grote klomp en fluisterde hypnotiserend: Laat me binnen, laat me nu binnen.

Veel eerder dan ik had verwacht gaf het meisje haar verzet op. Precies zoals Dante had voorspeld. Ik gleed naar haar toe alsof mijn ziel door een krachtig veld naar binnen werd gesleurd. Ze bood geen enkele weerstand. Het was net een soort droom: ijl en glibberig en met vage contouren Er was niet echt een duidelijk moment waarop de verandering zich voltrok, binnen een oogwenk zag ik de omgeving vanuit een ander gezichtspunt.

Ik zat in haar lichaam, haar gedachten en haar ziel. Ik had bezit van haar genomen.

‘Nora?’ zei Dante, en hij keek me met tot spleetjes geknepen ogen sceptisch aan.

‘Ik ben binnen.’ Ik schrok van het geluid, ik had gewoon antwoord gegeven, maar wel met haar stem. Die was hoger en liever dan je van een gevallen engel zou verwachten. Maar ze was dan ook nog zo jong…

‘Voel je enige weerstand? Verzet ze zich?’ vroeg Dante.

Ik schudde mijn hoofd, want ik kon het niet verdragen om mezelf nog een keer met haar stem te horen spreken. Dante wilde dat ik oefende in het commanderen van haar lichaam, maar ik wilde niets liever dan eruit.

Haastig werkte ik een lijstje met opdrachten af. Ik droeg de gevallen engel op een eindje te rennen, over een gevallen boomtak te springen en haar schoenveters los en weer vast te maken. Dante had gelijk. Ik had haar helemaal onder controle. En toch wist ik diep vanbinnen dat ik haar dit tegen haar wil liet doen. Als ik haar had opgedragen om haar eigen vleugellittekens te doorsteken, had ze dat ook gedaan omdat ze gedwongen was me te gehoorzamen.

Ik ben klaar, stuurde ik naar Dante door. Ik kom naar buiten.

‘Nog heel even,’ zei hij. ‘Je moet nog iets langer oefenen. Ik wil dat het als een soort tweede natuur voor je wordt. Doe de opdrachten nog een keer.’

Ik negeerde zijn verzoek en droeg haar lichaam op me eruit te gooien, en weer was de overgang makkelijk en abrupt.

Met een vloek ramde Dante de staaf terug in de vleugellittekens van de gevallen engel. Ze zakte in elkaar alsof ze dood was en haar armen en benen lagen in de vreemdste hoeken op de grond. Ik wilde mijn blik afwenden, maar dat lukte me niet. Ik vroeg me af hoe haar verblijf op aarde was geweest. Of ze ooit weer vrij zou zijn. En hoe somber dat vooruitzicht moest zijn.

‘Dat was niet lang genoeg,’ zei Dante duidelijk uit zijn humeur. ‘Hoorde je niet dat ik zei dat je de opdrachten nog een keer moest uitvoeren? Ik weet dat het in het begin een beetje onwennig is…’

‘Hoe gaat het in zijn werk?’ vroeg ik. ‘Twee objecten kunnen niet tegelijkertijd op dezelfde plaats zijn. Hoe werkt inbezitneming?’

‘Het heeft allemaal te maken met kwantummechanica, golffuncties en de dualiteit van golfdeeltjes.’

‘Ik heb nog geen kwantumtheorie gehad,’ zei ik een tikkeltje verongelijkt. ‘Leg het me uit zodat ik het snap.’

‘Voor zover ik weet speelt alles zich af op een subatomair niveau. Het is wel degelijk mogelijk dat twee voorwerpen zich tegelijkertijd op dezelfde plaats bevinden. Geen idee of iemand precies weet hoe het in elkaar steekt, maar het is gewoon zo.’

‘Is dat alles wat je me te bieden hebt?’

‘Heb een beetje vertrouwen, Grey.’

‘Oké dan. Mijn vertrouwen heb je. Maar daar wil ik wel iets voor terug,’ zei ik, en ik keek Dante sluw aan. ‘Je bent toch zo goed in iemands gangen nagaan?’

‘Ik ben daar inderdaad niet slecht in.’

‘Er loopt een aartsengel rond in de stad, hij heet Pepper Friberg. Hij beweert dat hij wordt gechanteerd door een gevallen engel en ik weet bijna zeker wie dat is. Ik wil dat je me het bewijs daarvan toespeelt, zodat ik haar te pakken kan nemen.’

‘Haar?’

‘Vrouwen kunnen ook doortrapt zijn, hoor.’

‘Maar wat heeft dat te maken met het leiden van de Nephilim?’

‘Dit is persoonlijk.’

‘Goed dan,’ zei Dante na een korte stilte. ‘Zeg maar wat ik moet weten.’

‘Patch vertelde me dat ik weet niet hoeveel gevallen engelen Pepper zouden kunnen chanteren; iedereen wil wel iets van hem: pagina’s uit het Boek van Henoch, een kijkje in de toekomst, volledige kwijtschelding van gepleegde misdaden, informatie die zowel geheim als heilig is, of zelfs een bevordering tot beschermengel. Volgens mij is de lijst van dingen waar een aartsengel voor kan zorgen, eindeloos.’

‘Wat heeft Patch nog meer gezegd?’

‘Niet zoveel. Hij wil die afperser ook vinden. Ik weet dat hij over aanwijzingen beschikt en in elk geval één verdachte op het oog heeft. Toch weet ik bijna zeker dat hij op het verkeerde spoor zit. Een paar dagen geleden heb ik zijn ex met Pepper achter The Devil’s Handbag zien praten. Ik kon niet verstaan wat ze zeiden, maar zij zag er nogal zelfverzekerd uit en Pepper was woedend. Ze heet Dabria.’

Tot mijn verbazing zag ik een vlaag van herkenning op Dantes gezicht. Hij sloeg zijn armen over elkaar. ‘Dabria?’

Ik kreunde. ‘Ga me niet vertellen dat jij haar ook al kent. Ik zweer het, ze is echt overal. Al je zegt dat je haar mooi vindt, schop ik je over de rand van het ravijn achter je en keil dat rotsblok achter je aan.’

‘Daar gaat het niet om.’ Dante schudde zijn hoofd en er verscheen iets van medelijden in zijn blik. ‘Ik had je dit liever niet verteld.’

‘Wat wil je niet vertellen?’

‘Ik ken Dabria. Maar niet persoonlijk…’ Het medelijden in zijn blik werd steeds groter. Hij keek me aan of hij me afschuwelijk nieuws moest vertellen.

Ik was op een boomstronk gaan zitten om mijn verhaal te vertellen, maar nu sprong ik overeind. ‘Vertel op, Dante.’

‘Ik heb spionnen voor me werken die invloedrijke gevallen engelen in de gaten houden,’ bekende Dante. Het klonk bijna alsof hij zich schuldig voelde. ‘Het is geen geheim dat Patch zeer gerespecteerd wordt in de kringen van gevallen engelen. Hij is slim, verstandig, vindingrijk en een uitstekend leider. In de jaren dat hij als huurling werkte, heeft hij meer ervaring opgedaan dan vrijwel al mijn mannen bij elkaar…’

‘Je hebt Patch bespioneerd,’ zei ik. ‘Waarom heb je me dat niet gezegd?’

‘Ik vertrouw je heus wel, maar ik moest rekening houden met de mogelijkheid dat hij invloed op je uitoefent.’

‘Invloed? Patch heeft nog nooit iets voor me beslist – dat kan ik heel goed zelf. Ik sta aan het hoofd van deze operatie. Als ik spionnen op pad wilde sturen, had ik dat zelf wel gedaan,’ zei ik terwijl ik mijn ergernis niet onder stoelen of banken stak.

‘Daar heb je een punt.’

Ik liep naar de dichtstbijzijnde spar, uit de buurt van Dante. ‘Ga je me nou nog vertellen waar dit allemaal om draait?’

Hij slaakte een zucht van tegenzin. ‘Terwijl we Patch bespioneerden, kwam Dabria meerdere keren in beeld.’

Ik sloot mijn ogen en wilde dat ik hem de mond kon snoeren. Ik wilde de rest niet horen. Dabria was overal waar Patch ook ging, dat wist ik. Maar aan de toon van Dantes stem te horen had hij nog meer ellendig nieuws behalve dat Patch een stalker had die toevallig ook zijn beeldschone ex bleek te zijn.

‘Een paar nachten geleden waren ze samen. Ik heb daar bewijs van. Een hele serie foto’s.’

Ik klemde mijn kaken op elkaar en draaide me om. ‘Die wil ik zien.’

‘Nora…’

‘Dat kan ik heus wel aan,’ snauwde ik. ‘Ik wil dat zogenaamde bewijs zien dat jouw mannen – mijn mannen – hebben verzameld.’ Patch met Dabria. Ik wreef in mijn ogen terwijl ik mijn best deed erachter te komen welke nacht dat geweest kon zijn. Ik was over mijn toeren, jaloers en onzeker. Patch had dit niet gedaan. Er moest een verklaring voor zijn, ik moest hem het voordeel van de twijfel gunnen. We hadden samen te veel meegemaakt om nu af te gaan op de eerste de beste conclusie die bij me opkwam.

Ik moest rustig blijven. Het zou stom zijn om Patch nu al te veroordelen. Had Dante foto’s? Prima. Die moest ik dan met eigen ogen zien.

Dante kneep zijn lippen op elkaar en knikte. ‘Ik zal ze later op de dag bij je thuis laten bezorgen.’