33
Dors had erop aangedrongen dat Seldon wat zou gaan slapen. Ze zouden halverwege lichten-uit en lichten-aan vertrekken, onder de dekmantel van de 'nacht', wanneer de rest van de Universiteit lag te slapen. Ze hield vol dat hij zijn rust nog steeds kon gebruiken.
'En jou weer op de grond laten slapen?' vroeg Seldon.
Ze haalde haar schouders op. 'Het bed is net groot genoeg voor één persoon en als we er beiden in proberen te slapen krijgen we geen van beiden onze rust.'
Hij wierp even een hongerige blik op haar en zei: 'Dan slaap ik deze keer op de grond.'
'Nee, dat doe je niet. Ik ben hier niet degene die bewusteloos in de sneeuw heeft gelegen.'
Maar ze sliepen geen van beiden. Hoewel de lichten uit waren, en het eeuwige gebrom en gegons van Trantor in de relatief rustige omgeving van de Universiteit slechts hoorbaar was als een slaapverwekkend geluid, merkte Seldon dat hij moest praten.
'Ik heb je heel wat moeilijkheden bezorgd, Dors,' zei hij, 'hier aan de Universiteit. Ik heb je zelfs van je werk gehouden. Toch vind ik het jammer dat ik je hier achter moet laten.'
'Je laat me hier niet achter,' zei Dors. 'Ik ga met je mee. Hummin is verlof voor me aan het regelen.'
Seldon was onthutst. 'Dat kan ik niet van je vragen.'
'Dat doe je ook niet. Hummin vraagt het. Ik moet je bewaken. Ik heb gefaald toen je naar de Bovenlaag ging en dat moet ik goedmaken.'
'Daar hebben we het al over gehad. Alsjeblieft, ga je daar nu niet schuldig over zitten voelen. Toch moet ik toegeven dat ik me prettiger zou voelen als je mee zou gaan. Als ik er maar zeker van kon zijn dat ik je niet belemmerde bij van alles...'
'Je belemmert me niet, Hari,' zei Dors zacht. 'Ga nu maar slapen.'
Seldon was even stil, fluisterde toen: 'Weet je zeker dat Hummin echt alles kan regelen, Dors?'
'Hij is een bijzondere man. Overal heeft hij mensen die hij naar zijn hand kan zetten, niet alleen hier aan de Universiteit. Als hij zegt dat hij onbepaald verlof voor me kan regelen, weet ik zeker dat dat zo is. Hij heeft een enorme overredingskracht.'
'Dat weet ik,' zei Seldon. 'Soms vraag ik me af wat hij echt van me wil.'
'Wat hij zegt,' zei Dors. 'Hij heeft zeer sterke en idealistische ideeën en dromen!'
'Je klinkt alsof je hem goed kent, Dors.'
'O ja, ik ken hem goed.'
'Intiem?'
Dors maakte een vreemd geluid. 'Ik weet niet precies wat je weten wilt, Hari, maar als ik de meest onbeschaamde interpretatie hanteer: nee, ik ken hem niet intiem. Wat zou jij daar trouwens mee te maken hebben?'
'Sorry,' zei Seldon. 'Ik wilde alleen niet per ongeluk inbreuk maken...'
'Op iemands eigendom? Dat is zelfs nog onbeschaamder. Ik denk dat je beter kunt gaan slapen.'
'Alweer sorry, Dors, maar ik kan niet slapen. Laat me in ieder geval een ander onderwerp aansnijden. Je hebt me nog niet uitgelegd wat de Mycogen Sector precies is. Waarom is het zo goed voor mij om daarheen te gaan? Hoe is het daar?'
'Het is een kleine sector met een bevolking van slechts twee miljoen mensen... als ik het goed heb. Het punt is dat de Mycogeners zeer streng de hand houden aan verschillende tradities op het gebied van de oude geschiedenis, en waarschijnlijk over zeer oude bronnen beschikken die voor niemand anders toegankelijk zijn. Het is op zich niet onmogelijk dat je aan hen meer hebt bij je pogingen om pre-Imperiale tijden te bestuderen, dan aan orthodoxe historici. Al ons gepraat over oude geschiedenis deed me aan de Sector denken.'
'Heb je hun bronnen ooit bekeken?'
'Nee. En ik ken ook niemand die dat wel heeft.'
'Kun je dan zeker zijn dat die bronnen echt bestaan?'
'Eigenlijk niet. Er wordt door niet-Mycogeners aangenomen dat de Mycogeners knettergek zijn, maar misschien is dat wel helemaal niet eerlijk. Ze zeggen in elk geval dat ze die bronnen hebben, dus misschien is dat wel zo. In elk geval zouden we daar buiten beeld zijn. De Mycogeners zijn heel erg op zichzelf gericht. En nu moet je gaan slapen, echt.'
En op de een of andere manier lukte Seldon dat.