Brian

Nadat ik de voogdij toegewezen had gekregen, ging ik naar huis. Ik wilde het vieren, en het leek me een prachtig plan om met zijn allen naar de dierentuin te gaan. Maar Betty wilde niet mee en Arthur was verschrikkelijk van streek. De kleintjes hadden het gevoel dat ze boos zouden moeten zijn, maar ze vonden het vooruitzicht van de dierentuin te heerlijk om die boosheid langer dan een paar minuten vol te kunnen houden. Uiteindelijk hadden we een heerlijke middag, en bij thuiskomst deden we ons te goed aan pizza en limonade. Ik voelde me kilo’s lichter, net alsof het gewicht van de wereld van mijn schouders was gegleden.

Het schooljaar ging van start en het leven begon steeds normaler te voelen. Ik voelde me sterker en niet meer zo vreselijk verzwakt door die posttraumatische stressstoornis. Het was niet meer een bijna onoverkomelijke opgave om de kinderen de deur uit te krijgen. Ik was sterker en optimistischer dan ik sinds onze ontsnapping was geweest.

Op een avond kwam Merril op doorreis in Salt Lake City, en hij nam de kinderen mee uit eten. Hij was naar Canada gegaan om met een nieuwe vrouw te trouwen, en ze waren op weg naar huis. Merril was getrouwd met een meisje van zestien, de Canadese Bonnie Blackmore. Hij stelde haar aan de kinderen voor als hun nieuwe moeder. Bonnie was maar net een jaar ouder dan Betty. Het huwelijk was illegaal, maar dat kon Merril niets schelen. Hij had een minderjarige voor seksuele doeleinden over de grens gesmokkeld, en als dat ooit bewezen zou kunnen worden zou hij er lange tijd voor in de gevangenis kunnen komen.

Twee weken daarna trouwde hij met een ander meisje van zestien. Ally Barlow uit Hildale, Utah, was de volgende in zijn reeks nieuwe huwelijken. In nog geen jaar tijd had hij zeven nieuwe vrouwen getrouwd. Hij was achtenzestig jaar oud en had op dat moment dertien vrouwen en ruim honderd kinderen, onder wie ook een groot aantal stiefkinderen. Volgens mij probeerde hij te bewijzen dat hij nog steeds elke vrouw kon krijgen die hij hebben wilde.

Wanneer Merril niet aan het trouwen was, was hij bezig met het verkopen van zijn bedrijven en het bouwen van woningen in Texas, op het bijna tweeduizend hectare tellende terrein van Warren Jeffs in Eldorado. Een paar maanden nadat hij met zijn minderjarige bruiden was getrouwd, bracht hij ze over naar Texas en wiste hij alle sporen uit op grond waarvan ooit bewezen zou kunnen worden dat de meisjes ook maar één voet in Colorado City hadden gezet.

Ik wist dat ik een baan zou moeten vinden om die winter mijn gas- en elektrarekeningen te kunnen betalen. Met Harrison en Bryson zou ik onmogelijk een normale baan van negen tot vijf kunnen nemen. Uiteindelijk vond ik werk bij een klein slotenbedrijf dat het eigendom was van een echtpaar dat ik in de zomer had leren kennen en dat in het verleden lid was geweest van een andere polygame gemeenschap die niets met de FLDS te maken had. Paul en Lodeen hadden veertien kinderen en ze zochten iemand die hen met de boekhouding kon helpen. Paul had er niets op tegen als ik Harrison en Bryson mee wilde nemen naar het werk. Beneden was een kamer waar Harrison zou kunnen slapen en waar Bryson tekenfilms kon kijken.

Ik nam het aanbod met beide handen aan. Ik kan goed met cijfers overweg en ik kreeg de opdracht achterstallige rekeningen te innen. Lodeen gaf me een grote stapel bonnen waarvan sommige al twee jaar oud waren. Via de computer zocht ik de betreffende telefoonnummers op en begon de debiteuren te bellen. Het geld begon binnen te stromen.

Ik verdiende voldoende geld om mijn eigen rekeningen te kunnen betalen. Er bleef niet veel over, maar op dit moment was een hoger inkomen niet haalbaar. Zodra de kinderen naar school waren, ging ik met de jongens naar mijn werk. ’s Middags reed ik de kinderen van de ene afspraak naar de andere.

Op een middag, na een afspraak voor Harrison, deed het contact van mijn auto het opeens niet meer. Het sleuteltje wilde niet draaien en ik kon de motor niet starten. Ik belde Lodeen om te vragen of er iemand in de werkplaats was die me zou kunnen helpen, en even later was Paul er.

Paul en ik konden het goed met elkaar vinden en door onze ervaring met polygame relaties hadden we het nodige met elkaar gemeen. Die middag vertelde hij me dat hij het idee van polygamie eigenlijk nooit helemaal had opgegeven, maar dat hij gewoon nog nooit de juiste vrouw was tegengekomen – totdat hij mij had leren kennen.

Ik was met stomheid geslagen. Hij zei dat de kans nihil was dat ik ooit een man zou vinden die bereid zou zijn een vrouw met acht kinderen te trouwen. Naar zijn idee was polygamie de ideale oplossing voor dit soort problemen. Hij en Lodeen hadden hard gewerkt en waren nu in de positie dat ze mij konden helpen. Waarom zou ik, enkel en alleen omdat ik aan een verkeerde man uitgehuwelijkt was, alleen moeten wonen?

Ik liet Paul weten dat alleen zijn voor mij absoluut geen probleem was en dat ik van mijn leven geen polygame relaties meer wilde. Ik had keihard voor mijn vrijheid geknokt en wist dat ik voor de rest van mijn leven misschien nog wel harder zou moeten knokken, maar teruggaan naar polygamie was uitgesloten. Paul vroeg me om naar de positieve kanten ervan te kijken. Maar wat mij betrof waren er geen positieve kanten aan dat soort relaties.

Hij en Lodeen, zei ik, hadden erg veel voor me gedaan en daar was ik hun dankbaar voor. Maar dat was alles. Ik was niet geïnteresseerd in andere dingen.

Paul was de eerste man die ik kende die zich zonder meer bij een afwijzing van mij neerlegde. Hij zei dat hij mijn hulp binnen het bedrijf nog steeds nodig had, en dat ik, als ik dat wilde, voor hem kon blijven werken. Hoewel ik niet echt behoefte had om te werken voor iemand die met me wilde trouwen, wist ik niet wat ik anders zou moeten doen om aan de kost te komen. Ik verdiende net genoeg om het hoofd boven water te kunnen houden. En dus bleef ik werken, en over trouwen werd nooit meer gesproken.

Ik deed mijn werk zo goed – uiteindelijk wist ik iets van dertigduizend dollar aan achterstallige betalingen voor hen binnen te halen – dat ik begon te beseffen dat alle ellende die ik in het afgelopen jaar had moeten doorstaan en mijn ziekte, mijn vaardigheden op geen enkele wijze hadden aangetast. Maar wat ik echt nodig had, was werk dat ik vanuit huis kon doen. Een lerarensalaris zou veruit onvoldoende zijn om mijn gezin te kunnen onderhouden.

Ik besloot accountant te worden. Dat kon ik thuis doen en ik zou mijn eigen werktijden kunnen bepalen. Ik onderzocht de mogelijke opleidingen aan de Universiteit van Utah, en realiseerde me dat ik eerst een GMAT-test (General Management Admission Council) zou moeten doen om me voor de studie in te kunnen schrijven.

Dus ik begon met een cursus die me klaar moest stomen voor de GMAT, en dat betekende dat ik elke zaterdagochtend naar les moest. Het viel niet mee om de nodige tijd te vinden om te studeren, maar ik genoot van het feit dat ik eindelijk weer eens mijn hersens de kost kon geven, en dat ik nu ook weer eens iets voor mezelf kon doen.

Op een van die zaterdagochtenden waarop ik naar les moest, had ik helemaal geen zin. Het kon me gewoon niet schelen. Toen ik in de spiegel keek, moest ik vaststellen dat ik er verschrikkelijk uitzag. Ik droeg een zwarte spijkerbroek en een veel te grote, dikke trui. Mijn haar kroesde van een nieuwe permanent. Maar wat zou het?

Vrijwel op hetzelfde moment kreeg ik een vreemd gevoel. Het was alsof ik aanvoelde dat ik die dag mijn grote liefde zou ontmoeten. En ik was helemaal niet op zoek naar mijn grote liefde! Juist dat was zo raar. En daarbij, ik kende iedereen al die in mijn klas zat. Maar ik was al aan de late kant, en haastte me die malle gedachten van me af te zetten.

Onze vaste leraar was er niet en we kregen een invaller. Hij stelde zichzelf voor als Brian en zei dat hij een MBA – Master of Business Administration – van Harvard had. Daarmee trok hij mijn aandacht. Ik had nog nooit iemand ontmoet die aan zo’n prestigieuze universiteit had gestudeerd. Hij zag er goed uit en ik kon ook zien dat hij fit was.

Tijdens de les viel me op dat hij me erg veel aandacht schonk. Waarom keek hij toch steeds maar naar me? Of verbeeldde ik me dat alleen maar. Nee, het was geen verbeelding. Hij stelde de klas een vraag en dan keek hij mij aan.

Hij zei dat we op de rij af de vragen in het boek moesten beantwoorden. Ik was als tweede aan de beurt. Ik las de vraag, gaf antwoord en keek op. Brian keek me strak aan, maar hij zei niets. Had ik de verkeerde vraag beantwoord? Ik moet verbaasd hebben gekeken, want hij ontwaakte uit zijn dagdroom, zei dat mijn antwoord goed was geweest en ging verder met de volgende leerling.

Brian bleef me zo veel mogelijk bij de les betrekken. Zijn aandacht bracht me in verwarring, en daarom hield ik mijn mond.

Tijdens de pauze zei Brian tegen een aantal van ons dat hij ons een door hem persoonlijk samengestelde syllabus voor het GMAT-diploma zou sturen als we hem onze e-mailadressen en telefoonnummers gaven. Allemaal zetten we onze gegevens op het lijstje.

Tijdens een volgende onderbreking hoorde ik Brian tegen iemand zeggen dat hij gescheiden was. Na afloop van de les liepen een paar leerlingen naar voren om een praatje met hem te maken. Ik voelde me verlegen maar wilde de kans om met iemand te praten die op Harvard had gezeten niet aan mijn neus voorbij laten gaan. Ik liet me meevoeren met het groepje dat naar voren kwam. Brian zag me naderbij komen.

Op dat moment kwam de decaan van de opleiding binnen en vroeg Brian mee uit lunchen. Ik begreep dat het zinloos was om te blijven wachten voor een praatje, dus ik ging weg en keek niet eens meer achterom.

Achteraf hoorde ik dat Brian tegen iedereen had gezegd dat hij weg moest. Hij verontschuldigde zich bij de decaan en sprong in zijn auto.

Brian zag me verderop over de stoep lopen. Ik was rechtsaf geslagen, maar hij zou, om zijn weg te vervolgen, naar links moeten gaan. Links betekende dat hij me nooit zou leren kennen. Hij had een nieuwe baan aangenomen in San Francisco, en daar werkte hij al. Linksaf slaan was de veilige keuze. Maar hij had zijn hele leven altijd al veilige keuzes gemaakt. Hij sloeg rechtsaf.

Hij kwam naast me rijden en deed zijn raampje open. ‘Carolyn, ik weet dat je me niet kent en dat dit nogal plotseling kan lijken, maar heb je zin om met me te gaan lunchen? Je kunt met mij meerijden, of me in je eigen auto volgen. Wat je het prettigste vindt. Maar ik zou je graag wat beter willen leren kennen.’

Mijn hart stond zo ongeveer stil. Wat een verrassing. Wat een léúke verrassing. Maar wat moest ik doen? Moest ik ja zeggen en met een volslagen onbekende iets gaan eten? Nee zeggen was veilig, maar ik wilde niet veilig. ‘Ik ga graag ergens wat met je eten,’ zei ik, en ik stapte bij hem in de auto.

Wat nu? Ineens zat ik alleen in de auto met een man die ik helemaal niet kende. Wat een uitermate vreemd gevoel. Ik had me van mijn leven nog niet zo verlegen gevoeld. Echt nog nooit. Ik was achtendertig jaar oud en dit was de derde keer dat ik ergens iets ging eten met iemand van het andere geslacht die mijn man niet was. (Die andere twee keer was ik met een jongen gaan eten, maar dat had verder nergens toe geleid.) Dit was de eerste keer dat ik een date had met een man die ik echt aantrekkelijk vond.

Brian zei iets over zijn zoon, en ik keek hem aan en vroeg: ‘O, heb je een zoon?’

‘Ja, ik heb een zoon. Of liever, ik heb er twee. En jij? Heb jij kinderen?’ vroeg hij.

‘Ja, ik heb er acht.’

Brian schoot in de lach. Hij dacht dat ik een grapje maakte.

Ik keek hem aan omdat ik niet snapte wat er zo leuk aan was.

Toen was het zijn beurt om verbaasd te zijn. ‘Heb je echt acht kinderen?’

Ik knikte.

Brian trok een gezicht alsof hij zich ergens heel naar in had verslikt. ‘Nou, je ziet er anders niet naar uit dat je kinderen hebt. Dat meen ik. Ik dacht dat je een grapje maakte. Is een sportbar goed om iets te eten?’

Ik was van mijn leven nog nooit in een sportbar geweest en ik vond het best.

Met het noemen van mijn acht kinderen was het ijs gebroken. Brian kwam uit een gezin van zes. Hij zei dat zijn moeder erg mooi was. ‘Net as jij. Je doet me op een heleboel manieren aan mijn moeder denken,’ zei hij. Nou, daar kon ik niets op tegen hebben.

Brian gaf toe dat hij de uitnodiging van de decaan niet had aangenomen omdat hij wilde proberen me na de les te pakken te krijgen. Als dat niet gelukt was, zei hij, zou hij me hebben opgebeld op het nummer dat ik op het lijstje voor de syllabus had gezet.

‘Heb je die syllabus alleen maar verzonnen om aan mijn nummer te komen?’ vroeg ik onthutst.

‘Nee, dat niet. Ik mail iedereen een syllabus. Maar die telefoonnummers waren nergens voor nodig.’ Hij glimlachte.

Onder het eten vertelde ik Brian hoe ik aan acht kinderen was gekomen, en ik deed verslag van mijn ontsnapping, en het schijnbaar eindeloze gevecht om de voogdij dat ik eindelijk had gewonnen. Met hem praten voelde ineens even gemakkelijk als ademhalen en even natuurlijk als het knipperen met mijn ogen. Niemand had ooit zo aandachtig naar me geluisterd als hij.

Brian had zojuist een scheiding achter de rug, en in de loop van ons gesprek kwamen we erachter dat we alle twee bijna op de dag af zeventien jaar getrouwd waren geweest – hij was drie weken eerder getrouwd dan ik met Merril in het huwelijk was getreden, en hij was twee weken voor mijn ontsnapping gescheiden. We waren alle twee exact achttien maanden gescheiden en geen van beiden hadden we sindsdien een serieuze relatie gehad.

Achteraf zei Brian dat hij zich tijdens de lunch gerealiseerd had dat hij een relatie met me wilde, ook al zou dat zijn leven volkomen op z’n kop zetten. Hij was bang, maar dat weerhield hem er niet van te zeggen: ‘Heb je zin om vanavond mee naar de film te gaan?’

‘O, ja hoor,’ antwoordde ik.

‘Ik werk in San Francisco maar ik kom om de twee weken naar Salt Lake City om mijn jongens te zien.’

Ik glimlachte. ‘Dat klinkt goed.’

Hij bracht me terug naar mijn auto en kuste me ten afscheid. Het was een echte kus.

Uiteindelijk gingen we die avond niet naar de film, want Brian wilde me voorstellen aan zijn vrienden. Allemaal hadden ze aan vooraanstaande universiteiten gestudeerd. Een paar hadden zelfs een doctorstitel. Het was de eerste keer in mijn leven dat ik mij in zulk geleerd gezelschap bevond. Wat een verschil. Het was uiterst stimulerend om zoveel vitaliteit om me heen te voelen. De volgende dag ontmoette ik nog meer vrienden van hem tijdens het ontbijt en tijdens de lunch. Tegen de tijd dat Brian terugging naar San Francisco had ik met bijna al zijn vrienden in Salt Lake City kennisgemaakt en was ik voor de eerste keer van mijn leven verliefd.

Brian begon me elke dag vanuit San Francisco op te bellen. Na twee weken daten in Salt Lake smeekte hij me om met hem mee naar San Francisco te vliegen. Ik besloot het erop te wagen, vond een oppas en ging mee.

Jarenlang was mijn leven een nachtmerrie geweest, en nu leefde ik in een droom. Ik kon gewoon niet geloven dat iemand als Brian echt om me gaf en me aan zijn ouders wilde voorstellen. Zijn vader was beroepsmilitair geweest en Brian had zelf ook in het beroepsleger gezeten. Wat ik zo aantrekkelijk in hem vond, was dat hij keihard had gewerkt voor alles wat hij bereikt had, maar dat hij desondanks heel open en warm, en spontaan was gebleven. Hij gaf me hoop dat er voor mij ook een betere toekomst mogelijk was. Hij was makkelijk gezelschap maar alles leek nog zo onwerkelijk. Wat een genot om met een man te kunnen lachen.

In het verleden was ik met mijn vader een aantal keren in San Francisco geweest. Maar ik had nooit echt gezien hoe mooi de omgeving was. We logeerden bij Brians zus, die in een huis op een rots boven zee woonde.

Ik weet nog hoe ik met Brian op de punt van die rots stond en me nog nooit zo vredig had gevoeld als op dat moment. Ik bedacht dat ik, door te ontsnappen, in het diepe was gesprongen en alles wat me vertrouwd was had achtergelaten.

Van vrijheid had ik me altijd wel een beeld kunnen vormen. Het was het tegenovergestelde van onderdrukking, slavernij en verloedering. Maar liefde?

Ik had geen idee hoe het was als een man mij liefhad – om het soort van liefde te hebben dat zegt: ‘Je bent belangrijk’ en: ‘Ik aanbid je, ik geloof in je en ik wil je naast mij hebben.’

Liefde was gloednieuw. En het mooiste van alles was nog wel dat ik hetzelfde voor Brian voelde als hij voor mij.