1

Isabel Bouman zat half voorovergebogen aan de lange tafel. Ze las mee met de woorden die haar collega voordroeg. Mr. Albert Janzen was een van de oudere rechters die in dit arrondissement werkzaam waren. Hij stond bekend om zijn uiterst secure aanpak tijdens een proces. Zijn mederechters konden daar in drukke tijden weinig sympathie voor opbrengen. Isabel had geen moeite met zijn werkwijze. Ze werkte pas twee jaar als bevoegd rechter en had respect voor zijn aanpak en kennis.

Zorgvuldig sprak Janzen elke lettergreep uit. Tijdens de voorbereidingen in de raadkamer liet hij regelmatig vallen dat alle aanwezigen bij het proces woordelijk moesten kunnen verstaan wat de rechtbank had besloten. Haar gedachten dwaalden af. Over een paar weken kon ze eindelijk met haar gezin op vakantie. Ze keek ernaar uit en wist dat Koen er net zo hard aan toe was. Volgende week zou hun dochtertje Bibi bij opa en oma gaan logeren omdat hun au pair dan al vertrokken zou zijn. De week daarna konden ze zelf weg. Eindelijk een paar weken genieten van de zon, de rust en hun dochtertje Bibi. Anna was een goede au pair, maar het was goed om zelf weer eens hele dagen met Bibi door te brengen. Het was een zwaar jaar geweest op haar werk. Onder andere door de zaak die nu behandeld werd. En dan was er ook nog dat briefje dat ze net had gekregen…

Toen zij zich daarnet voor het proces bij griffier Edward Groenberg meldde, schonk hij haar een veelzeggende glimlach om vervolgens een papiertje in haar hand te drukken. Zonder een woord te zeggen ging hij verder met het sorteren van de post.

Het briefje was van Herman Hoogland, president van de rechtbank. Of zij zich na het proces op zijn kantoor wilde melden. Een rilling trok over haar ruggengraat. Hoogland stond te boek als een onbetwiste autoriteit die vanuit zijn kantoor de rechtbank met straffe hand leidde. Een man die carrières kon maken en breken en die iemand niet ontbood voor een sociaal praatje.

Wat had ze fout gedaan? Ze moest ergens onderweg een cruciale misser hebben begaan. ‘De rechtbank acht wettig bewezen en zij heeft de overtuiging verkregen dat de verdachte het onder primair 1, 2 en 4 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat…’ Albert Janzen las met zijn monotone stem de bewezenverklaring voor. Na deze paraaf volgden de nadere bewijsoverwegingen en kwalificaties. Toen hij bij de strafbaarheid belandde, keek Isabel op van haar notulen. Terwijl haar houding suggereerde dat het proces haar volle aandacht had, liep ze in gedachten de zaken na waarbij zij als rechter betrokken was geweest. Nadat ze de zoveelste zaak had laten passeren, zag ze in dat het geen zin had. Stoppen. Het is nu genoeg geweest. Eerst deze zaak afhandelen zoals van een rechter wordt verwacht. Ik merk het straks wel.

Zonder dit kenbaar te maken, ging haar speciale aandacht uit naar een vrouw van middelbare leeftijd die op de derde rij zat. Zij was de moeder van Harry de Jong, die door de rechtbank werd aangeduid als ‘slachtoffer’. Harry was zelf niet aanwezig. Hij was dagelijks in het ziekenhuis te vinden voor zijn therapie. Therapie die moest verhinderen dat hij de rest van zijn leven in een rolstoel zou doorbrengen. De officier van justitie had de rechtbank gemeld dat Harry fysiek en geestelijk niet in staat was het proces bij te wonen. Een confrontatie met de verdachte zou een bedreiging zijn voor zijn herstel. De psychiater onderschreef dit.

De mimiek van Harry’s moeder liet niets te raden over. Met woedende ogen keek ze naar de rug van Joost Overwij, de man die haar zoon onder invloed van drank en drugs half invalide had geschopt, had beroofd en voor oud vuil op de stoep had achtergelaten. Het was exact dezelfde pose als twee weken geleden tijdens de tenlastelegging, de eis van de officier van justitie en het pleidooi van Overwijs advocaat. De vrouw kon elk moment haar zelfbeheersing verliezen, dacht Isabel. Overwij daarentegen zat onverschillig op zijn stoel en keek regelmatig om zich heen. Hij verveelde zich duidelijk. Van schaamte of enig schuldgevoel leek hij geen last te hebben.

Janzen was inmiddels bij de strafmotivering beland. ‘De rechtbank veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf van negentien maanden waarvan vijf maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.’

Isabel had haar goed ingeschat, want de moeder van Harry stond bruusk op. Ze kon haar woede niet meer inhouden. Haar gezicht liep rood aan. ‘Zijn jullie soms helemaal gek geworden?!’ Haar schelle stem sneed door de ruimte.

‘Ruim een jaartje zitten voor een poging tot moord met beroving? In wat voor een land leef ik in godsnaam?!’

Haar trillende wijsvinger priemde in de richting van de man die haar zoon had mishandeld. Haar machteloze blik richtte zich op Albert Janzen die strak voor zich uit keek.

‘Durft u dit aan mijn kreupele zoon te vertellen, meneer?’ In het woord ‘meneer’ klonk ontsteltenis en minachting door. ‘Hebt u de moed om hem recht in zijn ogen te kijken en te zeggen dat de junk die zijn leven heeft verwoest maar veertien maanden achter de tralies hoeft door te brengen?’

Ze knikte kort met haar hoofd naar de dader. ‘Zorgt u er soms ook voor dat zijn uitkering door blijft lopen als hij in de bak zit? En na afloop van zijn straf een reisje op kosten van de staat naar de tropen in het kader van een resocialisatieproject?’

Ze balde beide vuisten.

‘Is dit recht?’ vroeg ze zich vertwijfeld en op luide toon af. ‘Nee, dit is onrecht!’

Janzen knikte nauwelijks waarneembaar naar de bewaker die bij de deur stond. De man kwam meteen in actie. Hij liep naar de vrouw die steeds verder over haar toeren raakte en pakte haar stevig bij haar linkerarm.

‘Kalmeert u alstublieft,’ mompelde hij binnensmonds. ‘Komt u maar met mij mee.’ Het was een bevel dat amper als een verzoek werd uitgesproken. De vrouw deed nog een poging tot verzet toen ze naar de uitgang van de rechtszaal werd geëscorteerd. Het was overduidelijk dat ze nog niet klaar was met haar verhaal.

‘Jullie zijn een stelletje incompetente schoften!’ schreeuwde ze bij het verlaten van de ruimte. ‘Ooit komen jullie zelf voor een rechtbank te staan. Reken er maar op dat die uitspraak minder mild is.’ Voordat de bewaker haar definitief afvoerde, draaide ze haar hoofd nog eenmaal om.

‘Tuig zijn jullie. Tuig van de richel.’ Een vuurrood hoofd was het laatste wat de aanwezigen van haar zagen.

Isabel zag vanuit haar ooghoek hoe haar collega’s en de griffier stoïcijns voor zich uit keken. Iemand die nu de zaal binnenkwam kon onmogelijk vermoeden dat er zojuist een incident had plaatsgevonden. In een flits vroeg ze zich af of dit ook voor haar gold. Was ze inmiddels ervaren genoeg om zo’n uitbarsting schijnbaar onberoerd te ondergaan?

Ze had wel de tirades van de vrouw willen onderbreken met een verweer dat er zoveel overwegingen meespeelden die hadden geleid tot de uiteindelijke beslissing. Een uitspraak was een optel- en aftreksom van factoren. Het was maar goed dat ze niet in discussie was gegaan met de moeder van het slachtoffer. Dat zou onprofessioneel geweest zijn. En dat was precies waarom Herman Hoogland haar wilde spreken, wist ze nu bijna zeker. Tijdens een proces had ze ergens een fout gemaakt die ze in haar enthousiasme niet eens had opgemerkt. De voorzitter was het voorval natuurlijk niet ontgaan en hij had dit naar Hoogland doorgespeeld.

Over een halfuur was deze zitting voorbij. Daarna zou ze zich gaan opfrissen en voorbereiden op het gesprek met de president van de rechtbank. Haar maag kwam langzaam in opstand tegen dat vooruitzicht.

Zomertijd / druk 1
titlepage.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_0.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_1.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_2.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_3.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_4.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_5.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_6.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_7.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_8.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_9.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_10.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_11.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_12.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_13.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_14.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_15.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_16.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_17.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_18.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_19.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_20.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_21.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_22.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_23.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_24.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_25.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_26.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_27.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_28.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_29.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_30.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_31.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_32.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_33.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_34.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_35.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_36.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_37.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_38.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_39.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_40.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_41.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_42.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_43.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_44.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_45.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_46.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_47.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_48.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_49.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_50.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_51.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_52.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_53.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_54.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_55.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_56.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_57.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_58.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_59.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_60.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_61.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_62.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_63.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_64.xhtml
awb_-_zomertijd_voordeel_split_65.xhtml