Dertig

De waarde van geheimen is immer aan verandering onderhevig. Maar dames die al langer tot de high society behoren, weten dat het bewaren van een geheim soms meer oplevert dan het verklappen ervan.

– MAEVE DE JONG, LIEFDES EN ANDERE DWAASHEDEN
VAN VOORAANSTAANDE FAMILIES VAN HET OUDE NEW YORK

LINA LIEP TUSSEN DE WITTE EN BRUINE PERKEN EN DE bijna kale bomen op Union Square, in een tempo dat niet gehaast was, maar ook niet nonchalant. Ze liep als een meisje dat pronkte met een nieuwe bontjas, wat ook het geval was. De jas was gemaakt van persianer bont met een hoge kraag van chinchilla. Tristan had haar vanmorgen helpen kiezen. Nu probeerde ze te lopen zoals ze Elizabeth Holland altijd had zien doen: alsof ze totaal ongevoelig was voor de kou en voor de passerende, warm aangeklede meisjes die bewonderend staarden naar de rijke vachten die Lina droeg terwijl ze een wandelingetje maakte, op de voet gevolgd door een gehoorzaam dienstmeisje. Het was natuurlijk niet echt haar dienstmeisje. Maar Lina had haar zus vandaag gesommeerd op gepaste afstand achter haar aan te lopen.

‘Want stel dat we mevrouw Carr of een van de anderen tegenkomen,’ had ze uitgelegd, en Claire, die glunderde bij het idee dat haar kleine zusje met zulke voorname mensen omging, had toegestemd.

‘Dat is een hele mooie mof,’ zei Claire nu. Ze had het over de mof van Perzisch lamswol die Lina had gekocht van het geld van Penelope. Dat leek wel een eeuwigheid geleden. Nu had Lina haar handen erin gestoken en werden ze net zo afgeschermd tegen de koude wind als de mooie tere handen van een meisje dat nog nooit had hoeven werken.

‘Vind je?’ antwoordde Lina over haar schouder. Ze vond de mof niet meer zo bijzonder nu ze de mantel had. Ze beeldde zich graag in dat de kraag haar hals langer en adellijker deed lijken, als een hals die paste bij een meisje dat Carolina heette. Op dit soort momenten verdwenen haar gevoelens voor Will een beetje naar de achtergrond en dacht ze dat ze het nog wel wat langer in New York kon uithouden, om haar manieren nog wat meer op te poetsen. Voorbijgangers, die de hoge kwaliteit van de mantel om haar lange lichaam opmerkten, zouden haar sproeten uiteraard zien als iets exotisch en zouden haar ogen eerder saliegroen noemen dan gewoon groengrijzig. Maar het was de mof die Claire was opgevallen. Lina greep de gelegenheid aan om uit te kunnen weiden over al haar geweldige nieuwe vrienden. Dus had ze gelogen en had ze gezegd dat ze de mof van Longhorn had gekregen, net als de mantel.

‘Wees er zuinig op.’

‘O, dat ben ik zeker.’ Deze opmerking deed Lina huiveren, al wist ze niet precies waarom. Het was vast niet Claires bedoeling geweest, maar haar waarschuwing herinnerde Lina eraan hoe wankel haar positie was, zelfs nu ze op Longhorns voorstel was ingegaan. Tristan had haar die ochtend weer gewezen op een tekortkoming waar ze steeds meer waarde aan begon te hechten. Hij had haar eraan herinnerd dat haar carrière binnen de gemeenschap van korte duur zou zijn als ze niet snel bevriend raakte met een andere dame dan mevrouw Carr. ‘Ik weet tenslotte hoe dat moet.’

‘Dat is waar.’ Ze liepen verder over de achthoekige stoeptegels langs de gietijzeren bankjes, en Lina kon de laatste restjes sneeuw onder haar voeten horen kraken. Aangezien het vandaag eigenlijk veel te koud was voor een wandeling waren er maar weinig mensen in het park. ‘Ik vraag me alleen af wat meneer Longhorn van je wil in ruil voor zo’n cadeau.’

‘O, daar hoef je je geen zorgen om te maken. Volgens Tristan …’

‘Wie is Tristan?’

Lina bleef staan en keek omhoog naar de lucht. Het was zowel verwarrend als plezierig om zijn naam te horen. Ze had haar zus niets verteld over Tristan toen hij alleen nog maar een winkelbediende was, en ze had al helemaal geen idee wat ze over hem moest zeggen nu ze wist wat hij echt was. Of, beter gezegd, nu ze wist dat hij niet was wat hij leek te zijn. En al helemaal nu hij haar had gekust. Toen ze probeerde te bedenken hoe ze hierover kon beginnen, vroeg ze zich af of het hele verhaal niet een beetje krankzinnig klonk. Nee, ze kon beter niet beginnen over Tristan. Ze draaide zich om en pakte haar zus bij de arm. Het leek Claire haast te verbazen dat haar nu zo voorname zus haar recht in de ogen keek.

‘Ik heb al zoveel over mezelf gepraat.’

‘O, maar ik vind het juist leuk om te horen over al je nieuwe vrienden.’ Claire glimlachte ondanks het feit dat ze het koud had. Ze droeg een zwarte stoffen jas en een hoed in dezelfde kleur en in dezelfde versleten staat, maar niet in dezelfde stijl. Haar neus was bijna pijnlijk rood geworden. Lina leidde haar naar een van de bankjes en deed haar mof af. De hoge stenen daken van de gebouwen aan de oostkant van het plein staken boven de toppen van de bladerloze bomen uit.

‘Pas hem eens,’ droeg ze haar zus op. Toen Claire tegensputterde, drong ze aan: ‘Ik sta erop.’

Er liepen twee vrouwelijke bedienden in eenvoudige jassen voorbij met etenswaren van de markt. Pas toen ze weg waren, nam Claire het glimmende zwarte ding aan en bekeek het. Het duurde even voor ze hem aandeed, maar toen haar handen er eenmaal in waren verdwenen, verscheen er langzaam een verheugde uitdrukking op haar gezicht.

‘Je mag hem hebben,’ zei Lina spontaan. Zodra ze het had gezegd, had ze alweer spijt. De mof was een van de eerste mooie dingen die ze voor zichzelf had gekocht en leek nu ineens van grote sentimentele waarde.

‘O nee, dat kan ik niet aannemen Lina, hij is van jou. En bovendien, wat zou meneer Longhorn ervan zeggen als hij ziet dat je hem niet draagt?’

Nu ze zo werd herinnerd aan haar leugen, begon Lina het gevoel te krijgen dat ze deze spullen helemaal niet verdiende. ‘Hij zal zich afvragen wat ermee is gebeurd,’ antwoordde ze somber, ‘en dan zal ik hem vertellen dat ik zo dom ben geweest om hem ergens te laten liggen, en dan koopt hij misschien wel een nieuwe voor me. Of misschien ook niet. Dan is het een soort test, om te zien hoeveel hij om me geeft.’

‘O, Lina! Zo moet je je niet gedragen.’ Ondanks haar afkeuring moest Claire glimlachen. ‘Dat zou typisch iets zijn voor Penelope Hayes.’

Het horen van die naam, op dat moment, zorgde er niet bepaald voor dat Lina’s beeld van zichzelf verbeterde. Het riep zelfs een gevoel van schaamte in haar op, vanwege de geheimen die ze aan Penelope had proberen te verkopen. Dus probeerde ze het gesprek een andere kant op te sturen, en ze kon maar één manier bedenken om dat te doen. ‘Hoe gaat het met Diana? Ik liep haar pasgeleden nog letterlijk tegen het lijf bij de opera, wist je dat?’

‘O ja, dat weet ik. Ik kon eerst niet geloven dat jij misschien wel de Carolina Broad was die in de krant stond, tot ze zei dat dat inderdaad zo was.’ Claire keek om zich heen, naar het kleine park in grijstinten en naar de dunne bomen die schaduwen wierpen op de grond, zelfs midden op de dag. Er was niemand in de buurt en de mensen die verderop stonden, hadden sjaals en mutsen over hun oren getrokken om zich te beschermen tegen de kou. Toch begon ze zachter te praten. ‘Maar weet je, ik maak me wel zorgen om haar.’

‘Om Diana?’ zei Lina. ‘Ik kan me niet voorstellen waarom. Zij maakt zich ook nooit zorgen om anderen.’ Haar zus wierp haar een berispende blik toe en met tegenzin voegde ze eraan toe: ‘Ik bedoel alleen dat het vast wel goedkomt met haar, omdat ze altijd zo goed voor zichzelf zorgt.’

‘Misschien nu niet meer…’

‘Hoe bedoel je? ‘

‘Nou, ik wil er verder niet te veel over kwijt, maar ik heb iets gezien. Iets wat misschien nadelig kan zijn voor de Hollands…’ Claire schoof heen en weer op het bankje en boog een beetje voorover alsof ze datgene wat ze wist op de een of andere manier met haar lichaam kon verbergen. ‘Ik heb een van de Hollands gezien met een jongeman. Een jongeman die erg nauw betrokken was bij de familie, zo nauw dat hij al snel door een huwelijk met ze verbonden zou zijn.’

Lina raakte geïrriteerd door de omslachtigheid van haar zus en dit klonk onwillekeurig door in haar stem. ‘Je zag haar met hém?’

‘Ja!’ antwoordde Claire ellendig.

‘Maar wat bedoel je met ‘‘met’’? Lina raakte nu wel enigszins geïnteresseerd, hoewel het toch al te te absurd zou zijn als haar zus echt bedoelde wat ze dacht dat ze bedoelde.

‘Nou, je weet wel… mét.’

Lina’s ogen werden groot. ‘Nee, ik weet het niet. Met elkaar in de salon gistermiddag?’

‘Met elkaar vanmorgen, in elkaars armen, zonder kleren.’ Claire verstopte haar gezicht in de mof en uitte een bezorgde kreet. ‘Wat moet ik tegen haar zeggen? Ik wou dat ik het nooit had gezien. Ik wou dat het nooit was gebeurd.’

Lina kon haar oren haast niet geloven, het was eigenlijk veel te vergezocht. Maar Claire zou zoiets nooit verzinnen, in nog geen duizend jaar, en ze merkte dat het beeld zich onwillekeurig opdrong in haar gedachten, alsof ze plotseling een autobus op zijn kant zag liggen midden op Broadway en ze niet in staat was haar blik af te wenden, hoe afschuwelijk het schouwspel ook was. Het was zo schandelijk, maar tegelijkertijd ook zo romantisch, dat Lina’s hart ineenkromp. Ze tuitte haar lippen en keek naar haar zus, die zich duidelijk nog meer schaamde om wat er was gebeurd dan Diana Holland ooit zou doen.

‘Ik denk niet dat je iets tegen haar hoeft te zeggen,’ begon Lina. Ondanks al haar verwarde gevoelens, al haar fascinatie, afkeer en jaloezie, had ze wel door wat dit stukje informatie voor haar zou kunnen betekenen.

‘Denk je?’ Er lag een gekwelde uitdrukking op Claires gezicht.

‘Nu je haar hebt gezien, zal ze zich vast wel realiseren hoe roekeloos en gevaarlijk ze zich heeft gedragen.’ Lina sprak langzaam en probeerde de blik van haar zus te vangen, wat niet lukte. ‘Ze weet nu hoe makkelijk ze had kunnen worden betrapt, door jou of door haar moeder of tante, dus ze zal in het vervolg vast een stuk voorzichtiger zijn.’

‘Denk je dat echt?’

De lucht werd plotseling vochtig. Lina keek haar zus aan. Ze was zo goed voor de Hollands, zo onzelfzuchtig. Lina had nooit begrepen waarom Claire nog steeds zo trouw was aan hen, alsof het haar eigen familie was, terwijl ze haar altijd behandelden als hun mindere. Daarom waren ze altijd zo open tegen haar. Daarom kon ze in hun slaapkamers kijken vroeg in de ochtend, als ze nog helemaal niet zo netjes en beschaafd waren als ze zich altijd voordeden naar de buitenwereld. Natuurlijk zou Claire dat soort informatie nooit tegen hen gebruiken. Maar nu Lina hier zo zat op een gietijzeren bankje in een bijna verlaten park op een winterse ochtend, wist ze dat zij dat zelf wel kon. En een paar dagen geleden had ze dat ook zeker gedaan.

‘Ik weet zeker dat alles uiteindelijk goed zal komen.’ Lina legde haar hand op Claires schouder ten teken dat ze maar eens moest gaan, en ze stonden allebei op. Het was gaan sneeuwen, en kleine witte vlokken kleefden aan Lina’s mantel. Ze keek naar haar zus en naar de glanzende zwarte mof en zei: ‘Maar je moet dat bontje wel houden. Dat is mijn kerstcadeau voor jou.’

De frons op Claires voorhoofd verdween en glimlachend keek ze naar haar nieuwe aanwinst. Maar Lina’s gedachten werden compleet in beslag genomen door het schandelijke nieuwtje dat ze zojuist had gehoord, en terwijl ze verder liepen – arm in arm dit keer – naar de noordelijke ingang van het park, merkte ze dat ze het helemaal niet meer erg vond dat ze de mof kwijt was. Het verhaal over Diana herinnerde haar eraan dat er veel belangrijkere dingen waren die ze moest zien te bemachtigen.