Achttien

Iedereen kent wel een meisje dat een goede entree maakte binnen de society, maar vervolgens in opspraak kwam door zich te vaak met mannelijk gezelschap te omringen of wellicht door zich te losbandig te gedragen voor een jong, maagdelijk meisje… Als een meisje langere tijd tot de society wil blijven behoren, kan zij niet voorzichtig genoeg zijn in haar keuze welke straten ze bewandelt en welke families ze bezoekt.

– MEVR. L.A.M. BRECKINRIDGE,
DE WETTEN IN WELOPGEVOEDE KRINGEN, 1894

‘WAAR GA JE NAARTOE?’

Diana draaide zich langzaam om bij de voordeur en tuurde in de schaduwen die de middagzon in de hal achter haar wierp.

Ze voelde een licht schuldgevoel opkomen toen Claire naar voren stapte in haar eenvoudige zwarte jurk. Claire was immers haar vriendin – haar beste vriendin, zou ze soms zelfs kunnen stellen. Nu zag het kamermeisje er vermoeid en enigszins bezorgd uit. Maar hoewel Diana dit uiteraard vreselijk vond, voelde ze zich toch vooral schuldig omdat ze weer tegen haar zou moeten liegen.

‘Naar buiten, een luchtje scheppen.’ Diana had het idee dat ze wel aardig luchtig had geklonken.

‘Maar het vriest buiten en aan de lucht te zien zou het wel eens kunnen gaan hagelen en –’

‘Dan neem ik mijn paraplu mee.’ Diana keek naar Claires ronde witte gezicht, dat werd omlijst door rossig haar, en probeerde over te komen als iemand die niet ondervraagd diende te worden.

‘Maar ik kan geen haardvuur maken als je terugkomt, aangezien we geen brandhout hebben, en als je kouvat…’

Dus haar moeder had Claire geen geld kunnen geven om de kou buiten de deur te houden.

‘Lieve Claire,’ zei Diana en ze liet de koperen deurknop even los en liep naar haar vriendin. Ze pakte Claires handen en gaf haar een kus op beide wangen. ‘Bestel het brandhout maar.’

‘Maar ze zeiden dat ze de betaling niet langer zouden uitstellen en dat –’

‘Zeg maar dat we ze betalen bij aflevering. Als ik terugkom, heb ik geld voor ze…’

Ze glimlachte, kuste het melkwitte voorhoofd van het kamermeisje en haastte zich door de deur naar buiten, de trap af en de straat op.

‘Maar je moet wel een warmere mantel aantrekken!’ hoorde ze Claire roepen terwijl ze zich in oostwaartse richting haastte.

Diana keek niet meer om, hoewel ze wist dat Claire gelijk had wat die laatste waarschuwing betrof. Dreigende grijze wolken pakten zich samen in de lucht en ze had geen paraplu meegenomen, hoewel ze dat had beloofd. Natuurlijk hadden ze nog wel meer mantels in huis. Haar moeder was nog niet zo diep gezonken dat ze hun kleding verkocht. Maar Diana had een specifieke taak te vervullen en daar hoorde een bepaald uiterlijk bij. Ze droeg het nieuwe groene fluwelen jasje dat haar zo perfect paste, en een lange rok van pied-de-poule met zwarte knoopjes die de stof strak rond haar heupen trokken. Ze stapte stevig door in een tempo dat geen van de dames van stand zou hebben goedgekeurd en ondertussen bleef ze in zichzelf herhalen: Davis Barnard, East Sixteenth Street 155, tweede verdieping. De wind was snijdend en ijzig koud, maar ze merkte het amper. Haar rok wapperde achter haar aan terwijl ze verder liep.

Het gebouw was een eenvoudig appartementencomplex van drie verdiepingen met een bruine gevel en twee ramen per verdieping. Er werd niet meteen opengedaan, en nu Diana zo stilstond op de stoep, voelde ze de kou optrekken. Een paar dagen geleden had het adres haar nog niets gezegd, maar terwijl ze stond te wachten, realiseerde ze zich dat anderen het wellicht wel kenden. De dames die voorbijliepen, gekleed in eenvoudige jurken en met warme mutsen op hun hoofd, wisten misschien wel wie er woonde op East Sixteenth Street nummer 155. Dit idee maakte haar ongewoon onzeker, en ze trok de opvallende groene jas strak om zich heen, alsof dit haar op de een of andere manier zou vermommen. Elizabeth zou hier wel aan hebben gedacht. Elizabeth zou eerst uitvoerig hebben bedacht wie er wellicht allemaal zouden toekijken, in plaats van zomaar in een opwelling hiernaartoe te stormen.

‘Hallo daar beneden!’

Diana legde haar hoofd in haar nek om omhoog te kunnen kijken. Ze hield haar breedgerande hoed vast met haar hand en kneep haar ogen samen – zelfs een bewolkte lucht kon nog flink wat licht uitstralen – en zag Davis Barnards hoofd uit een raam op de tweede verdieping steken.

‘Ah, juffrouw Truscott!’ riep hij.

Ze draaide zich om en keek om zich heen, maar er waren geen andere meisjes die omhoogkeken naar het raam.

‘Ik heb het tegen u,’ verklaarde meneer Barnard.

‘O,’ zei Diana en ze keek weer naar de tweede verdieping. ‘Ik wilde even naar boven komen,’ voegde ze eraan toe.

‘Natuurlijk.’

Een paar seconden later kletterde er een grote zilveren ring met daaraan een sleutel op de grond. Diana liet zichzelf binnen en liep de trap op naar het kleine appartement waar de schrijver van de roddelrubriek van de Imperial woonde.

‘Juffrouw Holland,’ zei meneer Barnard terwijl hij haar binnenliet, ‘wat moedig van u.’

‘Als u had gedacht dat ik een bangerik was, had u me vast niet eens benaderd,’ antwoordde Diana terwijl ze haar handen in de zakken van haar rok stopte en om zich heen keek. Ze bekeek de lange, smalle kamer aandachtig en zag dat de schemerblauwe verf een beetje begon te bladderen. De muren hingen vol met ingelijste afbeeldingen en de vloer ging schuil onder vele tapijten. Er stond een punchkom van geslepen glas te pronken op de porseleinkast. De tafel was bedolven onder papieren, notitieblokken en boeken, en de slaapbank leek eveneens als bureau te worden gebruikt, alleen lagen er wat meer kussens op. ‘Dus zo ziet het appartement van een vrijgezel eruit.’

‘O ja, ik ben het nec plus ultra van vrijgezellen.’

Diana bloosde bij het horen van een uitdrukking die ze niet kende. ‘En wat mag dat dan wel betekenen?’

Davis had in lachen kunnen uitbarsten, maar hij glimlachte slechts. ‘Het betekent dat ik het toppunt van een vrijgezel ben.’

‘Is dat zo?’ vroeg Diana luchtigjes. Ze liep naar de tafel en liet haar vingers over de rug van een stapel boeken glijden.

‘Ah, ik zei niet dat ik het nec plus ultra ben van playboys of het nec plus ultra van losbollen. Alleen van vrijgezellen, en dat bewijst mijn kamer maar al te zeer, zoals u kunt zien.’

Diana knikte. Ze begreep wat hij bedoelde, maar wilde niet al te familiair overkomen. Ze liep wat meer richting de open haard, waar een gezellig knappend vuur in brandde. Er hing een paar boxhandschoenen aan de schouw, als een soort kerstsokken.

‘Wilt u koffie?’

‘Alstublieft.’ Diana draaide zich om en keek naar haar gastheer, die er wat verfomfaaider uitzag dan toen ze hem buiten was tegengekomen. Hij droeg een zalmkleurig overhemd met daarover een donkergrijs vest, en de welving eronder suggereerde dat de drager een smulpaap was. Er was duidelijk een buikje zichtbaar; het leek een beetje op een beklede stoel met iets te veel vulling. Zijn donkere haar was zo ultrakort geknipt, dat het drie aparte delen leek te vormen op zijn hoofd, één bovenop en één aan elke zijkant. Onder zijn wel heel aparte wenkbrauwen zag ze diezelfde aandachtige blik in zijn ogen die haar al eens eerder had verleid om op zijn voorstellen in te gaan.

‘Hoe drinkt u uw koffie?’ vroeg hij, terwijl hij de donkere vloeistof inschonk uit een zilveren pot.

Diana beet op haar lip. Ze dronk meestal thee. ‘Zoals u hem ook drinkt.’

‘Prima.’ Davis reikte omhoog naar de plank boven hem, waar een aantal flessen stond uitgestald voor een lange, smalle spiegel. Hij pakte een karaf gevuld met bruine drank en goot een scheutje in hun kopjes. ‘Gaat u alstublieft zitten, juffrouw Diana,’ zei hij, terwijl hij haar een kopje aangaf en op de rand van de slaapbank ging zitten.

Ze nam plaats in de fauteuil en vouwde haar handen rond de warme buitenkant van het witte kopje. De prikkelende geur van whisky mengde zich in haar neus met het aroma van de koffie. Nog nooit was ze zich zo bewust geweest van het feit dat ze de regels overtrad, zelfs niet op die gedenkwaardige avond in Henry’s oranjerie. Moeder zou het besterven als ze wist dat ik hier was! dacht ze. Toen realiseerde ze zich dat die woordkeuze niet zo gelukkig was gezien de recente slechte gezondheid van haar moeder, en de voorzichtige glimlach die op haar gezicht was verschenen, verdween meteen.

Misschien voelde Davis aan dat ze piekerde over de ongepastheid van haar bezoekje, want met dezelfde geslepen uitdrukking op zijn gezicht, zei hij: ‘Ik had nooit gedacht een van de dames Holland hier in mijn kamer te zien zitten.’

Diana haalde ontwijkend haar schouders op en nam een slokje van de sterke koffie. Toen keek ze hem aan en er brak een glimlach door op haar gezicht die alle eerdere emoties verdreef. ‘Dit is de beste koffie die ik ooit heb gehad,’ zei ze opgewekt. ‘Hoe dan ook, ik ben hier niet gekomen om over mij te praten. Ik heb u iets aan te bieden.’

‘O?’ Ze zag nog net hoe Davis zijn donkere wenkbrauwen optrok voor hij zijn koffiekopje aan zijn lippen zette en leegdronk. Hij zette het lege kopje op de overvolle tafel en vouwde zijn handen rond zijn knie. ‘Wat dan?’

‘Wel,’ begon Diana, terwijl ze haar benen over elkaar sloeg en haar warme bruine ogen naar het plafond richtte, ‘als ik een schrijver was, zou ik het zo verwoorden: ‘De nieuwe mevrouw Ralph Darroll heeft een intiem diner gegeven in haar nieuwe huis aan Madison Avenue, een cadeautje van haar oom voor haar huwelijk vorige maand, en er wordt gefluisterd dat ze nu al jurken draagt in empirestijl.’

‘Ik denk dat ik begrijp wat u bedoelt.’ Davis stopte even en vouwde zijn vingers in elkaar zodat hij zijn kin erop kon laten rusten. ‘Maar het is wat subtiel voor de eenvoudige lezer, denkt u niet?’

Diana voelde zich lichtelijk gekwetst, aangezien ze de hele ochtend al had nagedacht over de bewoording, maar liet zich niet van haar stuk brengen. Ze drukte haar handen tegen haar dijen, zuchtte even en probeerde het nog eens. ‘Wat als u dan toevoegt: “Zou ze hier dezelfde reden voor hebben als de goede keizerin Josephine, die deze stijl prefereerde? In dat geval zal er wellicht al binnen een half jaar een Ralph jr. worden geboren”.’

‘Heel goed, juffrouw Di. Ik zie dat u een liefhebber bent van mijn rubriek.’

Diana glimlachte vrolijk bij het horen van dit compliment en negeerde het tweede deel van zijn opmerking. Ze keek naar de oude familiefoto’s op zilverplaat die op de schouw stonden en liet haar blik vervolgens rusten op een in kalfsleer gebonden dichtbundel die op een tafel naast haar lag.

‘Ik zal het deze week plaatsen,’ vertelde Davis haar. Diana’s blik schoot weer naar haar gastheer. Ze wist niet zeker waarom dit nieuws haar zo verheugde, maar ze begon onwillekeurig in haar handen te klappen, als een frivool klein meisje.

‘Je krijgt er hetzelfde bedrag voor,’ ging Davis verder, zijn donkere ogen immer waakzaam. ‘Ik zou het geld echter ook kunnen verdubbelen.’

‘Hoe dan?’ vroeg Diana, terwijl ze haar handen weer omlaag deed en eruit probeerde te zien als iemand die goed kon onderhandelen.

‘De lezers van de rubriek “De Speelse Cavalier” zijn altijd benieuwd naar het leven van de Hollands. Ze zullen maar wat graag willen weten wat juffrouw Diana Holland te zoeken had bij de familie Ralph Darroll, terwijl ze volgens alle sociale maatstaven thuis zou moeten zitten om te rouwen om haar zus, of om voor haar moeder te zorgen, die zich volgens velen niet zo goed voelt…’

Diana moest haar blik afwenden van Davis. Ze was nooit een braaf meisje geweest, maar nu ze hier zo zat in deze kleine, overvolle kamer en geheimen verklapte over haar kennissen terwijl ze koffie met whisky dronk, voelde ze zich toch behoorlijk kwetsbaar. Op de een of andere manier was het echter ook wel spannend. Ze stond op en liep naar het raam met oude kanten gordijnen en verbleekte katoenfluwelen kussens in de vensterbank. Daar bleef ze even staan om het laatste beetje koffie op te drinken, dat brandde in haar keel en haar maag.

‘U bent een heel speciale bron voor mij,’ ging Davis verder op serieuzere toon. ‘Ik zou nooit iets over u schrijven zonder uw toestemming. En ik weet dat uw moeder erg ouderwets is. Maar ik weet ook dat u de afgelopen paar dagen met maar liefst drie mannen uit bent geweest; dus ik denk niet dat haar plannen zullen worden gedwarsboomd als ik uw naam noem…’

Diana keek neer op de groepjes mensen die nu massaal van hun werk kwamen en op weg waren naar huis, gehuld in warme, donkere kleding. Ze vroeg zich totaal niet af wat haar moeder zou denken als ze het stuk zou lezen. Ze stelde zich enkel voor dat Henry zou lezen over haar en zijn vriend. Hopelijk zou hij helemaal groen zien van jaloezie en zou hij Teddy wellicht zelfs uitdagen tot een duel. Natuurlijk wilde ze niet dat er iemand gewond zou raken, maar wat gestoei op zijn tijd was een prima middel om een man zijn ware gevoelens weer te doen inzien. Niet dat ze zeker wist wat Henry voelde, of hij meer om Penelope gaf dan om haar, maar ze wilde wel dat hij het betreurde dat hij haar was kwijtgeraakt. Ze wilde dat hij net zoveel treurde als zij. Of nog meer.

Terwijl ze hier zo stond in de hoek van die kleine kamer, realiseerde ze zich dat ze haar onschuld had verloren nu ze nieuws verkocht dat eigenlijk binnenskamers zou moeten blijven, maar dat door haar toedoen in de krant zou verschijnen. Dit had ze wel vaker gehad: de ene dag voelde ze zich heel volwassen, en wanneer ze de volgende dag wakker werd, realiseerde ze zich hoe naïef ze eigenlijk was geweest. Maar ze wist vrij zeker dat ze nu een grens had overschreden.

‘Ik denk dat het een heel interessant onderwerp zou zijn, meneer Barnard,’ zei ze, terwijl ze wegkeek van het raam en in de vensterbank ging zitten. ‘En als u nog wat van uw magische koffie voor me inschenkt, dan zal ik u vertellen hoe ik het zou opschrijven.’

Davis wierp haar een veelbetekenende glimlach toe en liep terug naar de porseleinkast.

Diana keek de knusse, langwerpige kamer rond – typisch een kamer van een roddeljournalist, vond ze – en zuchtte tevreden. ‘Zo zou ik beginnen: “Volgens zeggen voerde de betoverende juffrouw Diana Holland een intiem gesprek met…”’