23

Terwijl Darcey in Dublin uit de lift werd gered, had Nieve een bespreking met de chief financial officer van Ennco. Harley Black had een van de mooiste werkkamers van het hele gebouw, een hoekkamer met heel veel raam, dik blauw tapijt op de grond met in het midden een enorm bureau. Overal stonden planten, en de muren hingen vol moderne kunst. Er waren monitoren, en klokken die aangaven hoe laat het in de verschillende tijdzones was. Er was ook een barretje, maar Harley dronk nooit onder kantoortijd. Nieve deed dat ook nooit, dus dronk ze een espresso. Nieve was voortdurend moe en kon zo’n oppepper goed gebruiken. Ze kreeg er wel trillende handen van, maar ze kon er ook helderder van denken.

‘Het ziet er goed uit,’ zei Harley terwijl hij door de spreadsheets bladerde. ‘Alles ligt op koers, en tenzij jouw traders hebben geknoeid, gaat het uitstekend met Ennco.’

Nieve keek geërgerd. ‘Ik heb alles en iedereen onder controle,’ reageerde ze. ‘Alles klopt aan mijn kant. Jij moet ervoor zorgen dat de leningen dit kwartaal worden terugbetaald, jij moet ervoor zorgen dat alle kleine details zijn geregeld.’

‘Rustig maar,’ zei Harley. ‘Dat is allemaal in orde. De accountants zijn tevreden, ze hebben niets gevonden wat niet in de haak is.’

‘Ik verwachtte ook niet dat er iets zou worden gevonden,’ merkte Nieve op. ‘Er zijn voldoende veiligheidsmaatregelen genomen.’

‘En we hebben genoeg slimme mensen die die kunnen omzeilen,’ zei Harley.

‘Zoiets zouden mijn mensen nooit doen,’ reageerde Nieve kalm.

‘Je stelt te veel vertrouwen in jouw kant van de zaak,’ zei Harley. ‘Maar goed, over de traders hoef je je ook geen zorgen te maken omdat het grote geld in corporate finance zit. Heb je gezien wat die jongens afgelopen jaar hebben binnengehaald?’

‘En de hedgefunds dan?’ zei Nieve.

‘Die hadden een wel heel sneu jaar.’

‘Ja, maar daarvoor waren ze de stuwende kracht achter dit bedrijf, dus doe nou maar niet zo uit de hoogte.’

Ze keken elkaar kwaad aan, en toen lachte Harley. ‘Je springt geweldig in de bres voor je mensen.’

‘Jij ook.’

‘Zou jij ooit vertrekken?’

Waarom vragen ze me dat toch altijd, dacht Nieve. Niemand vroeg dat ooit aan een man, alleen aan een vrouw, ook als die zo toegewijd was als zij. ‘Alleen om zelf iets te beginnen,’ antwoordde ze.

‘Overweeg je dat?’

Nieve haalde haar schouders op. Eigenlijk had ze zelf geen flauw idee. Misschien had Aidan gelijk en werd het tijd het rustiger aan te doen. Maar ze kon zich geen leven voorstellen zonder al deze spanningen.

‘Er gaan geruchten dat een paar lui erover denkt op eigen houtje een fund management op te zetten.’

Weer haalde Nieve haar schouders op. Dat gevaar hoorde erbij wanneer je op de markt opereerde. Vroeg of laat besefte iedereen dat ze meer konden verdienen als ze voor zichzelf werkten. Dus deden ze dat. Ze stapten op bij het bedrijf waar ze naam hadden gemaakt en probeerden hun cliënten mee te nemen. ‘Dat kan nog niet,’ zei ze achteloos. ‘We zitten met gouden handboeien vast aan Ennco.’

‘Jawel, maar je kunt al wel het voorbereidende werk doen,’ zei Harley.

Nieve kneep haar ogen tot spleetjes. ‘Denk jíj er soms over?’

‘Nee,’ antwoordde Harley. ‘Mike en ik zitten er samen in. We vallen elkaar niet af.’

‘Ben je bezig anderen op te sporen?’ vroeg Nieve. ‘Kijken wie er misschien wil deserteren?’

‘Dat moeten we weten,’ zei Harley. ‘Sommigen denken misschien dat het een goed idee is weg te gaan. Maar dat is niet zo.’

‘Ik peins er momenteel niet over,’ zei Nieve. En als ik dat wel deed, zou ik dat jou niet aan de neus hangen, dacht ze erbij.

‘Het is belangrijk voor de koers van het aandeel dat er geen goede mensen opstappen,’ zei Harley. ‘Mike wil dat het team bij elkaar blijft.’

‘In dat geval moet hij ervoor zorgen dat iedereen wil blijven,’ zei Nieve. ‘Kom op, Harley, het is hier prettig werken, dat weten we allemaal.’

‘Het zal anders zijn als we beursgenoteerd staan,’ zei Harley. ‘Dan moeten we op onze tellen passen.’

‘Waar gaat dit over?’ vroeg ze, ineens bang geworden. ‘Is er iets niet in orde?’

‘Welnee,’ zei hij. ‘Ik wil er alleen zeker van zijn dat er niets mis kán gaan.’

‘Als jij jouw werk goed doet en ik het mijne, gaat er niks mis,’ zei ze terwijl ze opstond.

Hij grijnsde breed. ‘Mike is op je gesteld,’ zei hij. ‘Hij vindt je een noeste werker.’

‘Dat ben ik ook.’

‘Hij heeft plannen met jou.’

‘O ja?’

‘Dus blijf bij ons. Dit is nog maar het begin.’

Ze ging terug naar haar eigen werkkamer en maakte een back-up van haar dossiers. Daar was ze net mee klaar toen Paola binnenkwam, met een bezorgde uitdrukking op haar gezicht. Nieve zuchtte eens; ze had haar buik vol van dat nerveuze en onzekere gedoe.

‘Sorry,’ begon Paola.

‘Wat is er nu weer?’ Het klonk gelaten.

‘Niets ergs, hoor, maar mijn afspraak bij de gynaecoloog is verschoven van morgenmiddag naar morgenochtend. Volgens mij komt jou dat nog beter uit ook.’

‘Best.’

‘Nou, tot straks dan,’ zei Paola. ‘Ik ga nu lunchen.’

Nieve keek op haar horloge. ‘Is dat niet wat aan de late kant?’

‘Ik heb doorgewerkt,’ zei Paola. ‘Er moest iets af.’

‘Je moet goed eten,’ merkte Nieve streng op. ‘Je bent zwanger.’

Er verscheen een verbaasde uitdrukking op Paola’s gezicht.

‘Ik wil niet dat je later zegt dat er iets is met het kind omdat je de lunch moest overslaan,’ ging Nieve verder. ‘Je moet het beter regelen.’

‘Het heeft niets met regelen te maken,’ zei Paola. ‘Het hangt af van de traders.’

Schouderophalend zei Nieve: ‘Laat maar. Pas goed op jezelf.’

‘Doe ik.’ Paola vertrok weer.

Zodra de deur achter haar was dichtgevallen, slaakte Nieve een diepe zucht. Het speet haar dat ze niet gezelliger kon zijn tegen zwangere vrouwen, maar zo zat ze nu eenmaal niet in elkaar. Ze moest maar haar best doen een beetje aardig te zijn tegen Paola; als ze dat kon.

Later die avond was ze die hele Paola al vergeten, maar het gesprek met Harley Black bleef maar door haar hoofd spoken. Er was iets merkwaardigs aan geweest, het klopte niet helemaal, maar ze kon niet goed haar vinger leggen op wat er mis was. Het was alsof Harley haar zowel had gevleid als gewaarschuwd. Ze snapte het niet. Zou iedereen van plan zijn bij Ennco weg te gaan zodra ze de aandelen konden verzilveren? Niemand had haar iets aangeboden, ze hadden alleen, net zoals Harley, gevraagd of ze plannen had om voor zichzelf te beginnen. Niemand had gevraagd mee te mogen doen. Maar ze was niet van plan voor zichzelf te beginnen, het zou veel te veel werk zijn om relaties op te bouwen. Goed, ze werkte ook hard voor Ennco, en dat bracht ook spanningen met zich mee, maar ze kende het bedrijf door en door. Ze zou haar werk slaapwandelend nog kunnen doen.

Aidan besefte dat er iets was omdat ze niet kon stilzitten tijdens de film op tv die ze zo graag wilde zien.

‘Misschien moet ik de accounts nog eens doornemen,’ zei ze nadat ze had uitgelegd dat het gesprek met Harley haar maar niet losliet. ‘Misschien is er toch iets niet helemaal in orde.’

‘Harley is toch jullie accountant? Hij zou moeten checken,’ reageerde Aidan.

‘Aan zijn kant zal alles wel in orde zijn,’ zei ze. ‘Maar misschien heeft een van de traders iets gedaan wat ik over het hoofd heb gezien.’

‘Niet erg aannemelijk.’

‘Nee…’

‘Rustig nou maar.’ Hij sloeg zijn arm om haar heen. ‘Denk nou eens even niet aan Ennco, Mike Horgan en Harley Black. Denk liever aan onze grote dag.’

Ze nestelde zich tegen hem aan. ‘Je hebt gelijk, Harley moet alles controleren. Hij is briljant als chief financial officer. Het is zíjn werk om dat te doen.’

‘Precies,’ zei Aidan. ‘Kom, dan zal ik je bewijzen dat er belangrijker dingen zijn in het leven.’ Hij maakte met één hand de haakjes van haar beha los.

Ze giechelde. ‘Op momenten als deze weet ik weer waarom ik er met jou vandoor ben gegaan.’

Maar die nacht, toen ze naast elkaar in het gigantische bed lagen, moest ze toch weer denken aan de toekomst van Ennco. Ik heb eruit gehaald wat ik wilde, dacht ze, en als het bedrijf straks geen miljoenen winst meer maakt, zou me dat niets moeten uitmaken.

Maar het maakte haar wel uit. Ze had al eens gewerkt voor een bedrijf dat failliet ging, en zoiets wilde ze niet nog eens meemaken. Nee, Ennco kon niet failliet gaan, het was een groot bedrijf, het maakte veel winst en daardoor werd zij binnenkort zeer rijk.

Ze klopte het kussen op en kroop tegen Aidan aan, die zijn arm om haar heen sloeg en zei dat ze moest gaan slapen. Nog later echter, toen Aidan heerlijk sliep, stond ze toch op en zette de computer aan. Ze keek naar de traders en naar de winsten, en kon niets ontdekken wat niet klopte. Ze kon natuurlijk elke transactie apart bekijken, maar daar zou ze dagen mee bezig zijn, en diep vanbinnen was ze ervan overtuigd dat er geen problemen waren, want anders zou ze die allang hebben gezien. Toch vond ze het jammer dat ze niet net zo handig met cijfers was als Darcey McGonigle. Als er ook maar iets niet klopte, zou het Darcey zijn opgevallen. Op school had ze vaak het antwoord op een som al geweten voordat ze de berekeningen had gemaakt, en ze had altijd gelijk gehad.

Het speet Nieve dat Darcey en zij geen vriendinnen meer waren, en niet alleen vanwege Ennco. Ze had graag met iemand gepraat over inderdaad Ennco, maar ook over Aidan, over alles. Over de huwelijkse voorwaarden die Leeza Barrett had opgesteld, en die Aidan nog moest tekenen. Over eventuele kinderen. Over het rustig aan doen. Daar was Darcey altijd goed in geweest. Niet dat ze nu iets zou hebben gezegd waar Nieve iets aan had, maar het zou fijn zijn er met iemand over te kunnen praten.

Maar eigenlijk had Nieve toch het liefst de cijfers van Ennco aan Darcey willen voorleggen. Gewoon om er echt honderd procent zeker van te zijn dat alles oké was. Wanneer Darcey ergens een slecht gevoel over had gehad, bleek later altijd dat ze gelijk had. Maar goed, waarschijnlijk was er helemaal niets aan de hand en hoefde Nieve niet in paniek te raken. Niet dat ze dat ooit aan iemand zou laten merken.

Er is niks aan de hand, dacht ze toen ze de computer uitzette. Ik heb geen fout gemaakt, ik heb niets verpest.

Ze trok de bureaula open waar de reacties op de uitnodiging voor de bruiloft lagen en nam ze allemaal door.

Nog een paar weken, dacht ze. Nog een paar weken en dan sta ik tegenover mensen die ik in geen jaren meer heb gesproken. Eerst had haar dat geweldig geleken, maar nu vroeg ze zich af of het wel zo fijn zou zijn. Wanneer ze naar de reacties keek, zag ze de mensen voor zich zoals ze toen waren. Maar mensen veranderden. Zij was ook veranderd.

Die anderen zouden echter niet zo gefortuneerd zijn als zij. Aan die gedachte moest ze zich maar vastklampen. Er bestond niets belangrijkers dan geld. Wat er ook voor flauwekul werd beweerd over liefde, het draaide allemaal om geld.