10

Ruïnes van DyMar Research Laboratories, Portland, Oregon 

Dinsdag, 16.50 uur

Niet lang voor zonsondergang verscheen een zeldzaam stukje blauwe hemel boven de heuvels van Portland. Mulder keek met half dicht­geknepen ogen op. Hij manoeuvreerde de huurauto over de steile weg naar de ruïnes van Dymar en wilde dat hij zijn zonnebril had meegenomen. Een groot deel van het gebouw was nog intact, hoewel het vuur het hele interieur had weggevreten. De muren waren geblakerd, het houten ge­raamte was tot houtskool verteerd, het kantoormeubilair hing scheef en was misvormd. Sommige plafondbalken waren ingestort, andere hingen wankel op de steunmuren van gewapend beton en de metalen steunbal­ken. Overal tussen de as en kapotte stenen lagen glasscherven. Toen ze de heuveltop en het scheef hangende hek rond het complex be­reikten, bracht Mulder de auto tot stilstand en keek hij door de voorruit. 'Veel grondiger kun je het niet aanpakken,' zei hij. 'Ik moet maar eens met mijn makelaar praten.'

Scully stapte uit de auto en keek hem aan. 'Je bent te laat voor een bod, Mulder. De zaak moet over een paar dagen gesloopt zijn en plaats maken voor een nieuw bedrijvencentrum.' Ze bekeek de dichte bosjes donker­groene dennen en het panoramische uitzicht op Portland, dat zich aan haar voeten uitspreidde met zijn kronkelende rivier en zijn halssnoer van bruggen.

'Ze hebben wel erg veel haast,' zei Mulder. 'We hebben niet eens tijd voor een fatsoenlijk onderzoek.'

Mulder maakte het poortje van het harmonicahek open. Delen van het hek waren ingezakt en lieten grote stukken open. Borden met gevaar en attentie waarschuwden voor de risico's van het half ingestorte gebouw, maar hij wist bijna zeker dat zulke borden alleen de meest bedeesde vandalen tegenhielden.

'De dood van Vernon Ruckman is blijkbaar afschrikwekkender geweest dan alle borden of bewakers,' zei Scully. Ze bleef even bij het hek staan en volgde Mulder toen het verbrande complex in. 'Ik heb contact opge­nomen met de plaatselijke politie om te kijken hoe het onderzoek naar de brandstichting vordert. Maar tot dusver willen ze alleen kwijt dat het onderzoek gaande is en dat er geen vorderingen zijn.' Mulder trok zijn wenkbrauwen op. 'Als het een kleine actiegroep was ge­weest, hadden ze niet zoveel vernielingen kunnen aanrichten. Kunnen ze er geen enkel lid van vinden?'

'Het FBI-laboratorium analyseert het briefje waarin de verantwoordelijk­heid wordt opgeëist. Vanavond laat moeten we weten wie er achter Bevrijding Nu zit. Het briefje schijnt heel klungelig geschreven te zijn. Als er dossiers zijn, krijgen we ook vingerafdrukken of een handschrift­analyse van de afzender.'

Mulder bleef naar de geblakerde muren van DyMar staan kijken. 'Nou, ik heb in de Gouden Gids gekeken, maar Bevrijding Nu kon ik niet vinden.' De twee agenten liepen voorzichtig de uitgebrande resten van het ge­bouw in. De geur van roet, verbrand plastic en andere vluchtige chemi­caliën prikkelde Mulders neus. Scully bedekte haar gezicht en hij zag haar steels wat bloed uit haar neus vegen. Hij moest slikken maar zei niet wat hij gezien had. Hoewel Scully's toestand steeds slechter werd, wilde ze met alle geweld blijven werken, en daar had hij diep respect voor.

Mulder keek vanuit de ruïnes op de heuveltop naar de bossen en de stad beneden en stelde zich voor hoe een troep woedende en uitzinnige actievoerders anderhalve week geleden op een avond over het grindpad was gelopen. Hij haalde diep adem en kreeg veel as naar binnen. 'Het doet je aan boeren met toortsen denken, vind je niet, Scully?' Hij keek naar het gammele plafond, de versplinterde zuilen, de ingestorte muren, en deed een nieuwe voorzichtige stap in wat kennelijk een grote receptiehal was geweest. 'Een menigte woedende mensen die de heuvel bestormt om het duivelse laboratorium plat te branden en de waanzinni­ge geleerde te vernietigen.'

Scully naast hem was duidelijk diep verontrust. 'Maar waar maakten ze zich zo druk om?' vroeg ze. 'Wat wisten ze? Hier werd kankeronderzoek gedaan. Ze kunnen tegen allerlei soorten wetenschap protesteren, maar zelfs de gewelddadigste actievoerders hebben respect voor kankeronder­zoek.'

'Volgens mij was kanker niet het punt waar het om ging,' zei Mulder. 'Wat dan wel?' vroeg Scully met gefronst voorhoofd. 'De dierproeven? Ik weet niet wat voor soort experimenten Kennessy deed, maar ik heb al eerder onderzoek naar actievoerende dierenbeschermers gedaan. Ze bre­ken wel eens in en bevrijden een paar honden en ratten uit hun kooien, maar ik ken geen situatie waarin ooit zoveel geweld is gebruikt.' 'Volgens mij ging het om de nanotechnologie,' zei Mulder zachtjes om zijn partner te kalmeren.

Scully fronste haar wenkbrauwen. 'Mulder, we hebben geen enkel bewijs dat Kennessy op dat terrein bezig was, alleen dat oude memo dat je ge­vonden hebt...'

'Ja, maar denk eens goed na, Scully. Stel je voor dat Kennessy erin ge­slaagd was om oneindig kleine apparaatjes te maken die in een lichaam geïnjecteerd kunnen worden als een soort "biologische politiemannen" submicroscopische robotjes die op celniveau schade opzoeken en her­stellen. Sommige mensen zouden zich door zo'n enorme doorbraak erg bedreigd kunnen voelen.'

Scully gunde hem zoals gewoonlijk een sceptische blik. 'Mulder, ik heb wat speculatieve artikelen in populair-wetenschappelijke tijdschriften gelezen, maar niets wijst erop dat we binnen enkele decennia zo'n door­braak in de nanotechnologie mogen verwachten.' 'Wees daar maar niet zo zeker van, Scully,' zei hij. 'De vooruitgang komt vaak sneller dan je denkt. Vorig jaar won een jochie van de high school een nationale wetenschapsprijs met een apparaat om microcircuits dui­zendmaal compacter op een drager te etsen dan zelfs op een Pentiumchip mogelijk is, en hij maakte het in zijn garage met gereed­schap bij hem thuis. Als een jongen dat kan, dan kan iemand die sterk gemotiveerd is en genoeg geld en middelen heeft, dat zeker ook.' 'Ik weet dat de industrie blijft werken aan steeds verdere microminiaturisatie, Mulder, maar er is een grens aan de omvang van gereedschappen en circuits die we lichamelijk kunnen hanteren.' Een korte windvlaag joeg een fluistering door de dennen op de heuvel­top. Een paar scherven glas vielen rinkelend op het kapotte cement van de vloer. 'Maar zo benader je het probleem maar van één kant, Scully. De laatste tijd zijn nanotechnologen bezig om de zaak van onderaf op te bouwen. Via zelfassemblage, net zoals de natuur doet. Onderzoekers in Harvard bestuderen het gebruik van aminozuren en eiwitten als sjablo­nen voor structuren die nog kleiner zijn dan een cel. Stel je voor: als vooruitgang op dat terrein gecombineerd kan worden met microminiaturisatietechnieken op silicium, dan kan het tot een plotselinge door­braak komen. Volgens Kennessy's samenvatting was hij een gespeciali­seerde biochemicus, maar in zijn jeugd heeft hij in Silicon Valley gewerkt, waar hij met röntgen- en gammalithografie de compactste computerchips van dat moment heeft gemaakt.'

Hij veegde wat roet van de mouw van zijn jas. 'Hoe dan ook, over een paar dagen verwacht ik een pakket materiaal dat het hele potentieel van de nanotechnologie beschrijft. Ik denk dat dat heel verhelderend is.' 'Waar heb je dat vandaan?' vroeg Scully. 'Soms van een van die post­orderbedrijven zonder naam op de envelop?'

Mulder keek haar alleen geheimzinnig glimlachend aan. 'Ik heb mijn bronnen.'

Scully deed er verder het zwijgen toe. Ze liepen rond een geblakerde muur, doken onder een gevallen balk door en kwamen met knerpende stappen steeds dieper in het gebouw terecht. Mulder wist dat ze in dit geval nog moeilijker te overtuigen zou zijn dan anders, want de resul­taten van Kennessy's onderzoek konden directe gevolgen voor haar eigen ziekte hebben.

Wat nog van het laboratoriumgedeelte restte, spreidde zich als een zwart, wankel en gevaarlijk labyrint uit. Een deel van de vloer was inge­stort en in de steriele ruimten, magazijnen en opslagplaatsen van de kelders gevallen. De rest van de vloer kraakte onder hun voeten en was door de brand duidelijk verzwakt.

Mulder raapte een glasscherf op. De felle hitte had de scherpe randen verbogen en afgerond. 'Volgens mij kwam Kennessy heel dicht in de buurt en was hij vanwege de ziekte van zijn zoon bereid de hand te lich­ten met een paar regels. Iemand ontdekte waaraan hij bezig was, en pro­beerde zijn overhaaste optreden de kop in te drukken. Ik vermoed dat deze spontane protestactie van een groep waarvan niemand ooit ge­hoord heeft, een gewelddadige poging was om hem tot zwijgen te bren­gen en zijn vorderingen ongedaan te maken.' .Scully veegde haar roodbruine haren uit haar gezicht, waarbij een veegje met op haar wang achterbleef. Ze klonk heel vermoeid. 'Mulder, jij ziet overal complotten.'

Hij stak zijn hand uit om het roet van haar gezicht te vegen. 'Ja, Scully, maar soms heb ik gelijk. En in dit geval zijn David Kennessy en zijn as- sistent Jeremy Dorman het slachtoffer geworden.'