Wat hebben bomen met vrede te maken?

Hier volgt het verhaal van een moeder. Haar naam is Wangari Maathai, en haar verhaal heeft miljoenen over de hele wereld geïnspireerd. We denken misschien wel: Afrika is ver weg en wat heeft het met ons gezin te maken? Maar Wangari laat ons zien dat we één gemeenschap, één aarde zijn en dat het ons alleen goed gaat als we voor elkaar en voor de aarde zorgen.

Dertig jaar geleden was negentig procent van de bossen in Kenia gekapt. Zonder bomen, die de bovenlaag vasthielden, werd het land een woestijn. Wanneer de vrouwen en meisjes hout gingen sprokkelen om op te koken, kostte het uren en nog eens uren om op die paar takjes iets te bereiden.

Een vrouw, Wangari, zag het allemaal gebeuren. Ze bedacht dat er een betere manier moest zijn om met het land om te gaan en voor de vrouwen en meisjes te zorgen. Daarom plantte ze een boom. En toen nog een. Ze wilde duizenden bomen planten, maar besefte dat het een hele tijd zou kosten in haar eentje. Dus leerde ze de vrouwen die op zoek waren naar hout hoe ze bomen moesten planten. Ze kregen een beetje geld voor elk boompje dat ze grootbrachten.

Al snel had ze vrouwen in het hele land gemobiliseerd om bomen te planten en de beweging hield stand. Het werd de Green Belt Movement genoemd en met de jaren werd het land bedekt met meer en meer bomen.

Maar er gebeurde nog iets anders terwijl de vrouwen de bomen plantten. Er wortelde nog iets anders dan die bomen. De vrouwen kregen zelfvertrouwen. Ze begonnen in te zien dat ze een bijdrage konden leveren, dat ze tot veel dingen in staat waren en gelijkwaardig waren aan mannen. Ze begonnen te beseffen dat ze het verdienden om met respect en waardigheid te worden behandeld.

Dergelijke veranderingen zijn voor sommigen bedreigend. De president van het land vond het allemaal maar niks. Daarom stuurde hij politieagenten die Wangari moesten afschrikken door te gaan met het planten van bomen en het planten van ideeën over democratie in de hoofden van de mensen, vooral vrouwen. Ze werd beschuldigd van subversief gedrag en vele keren gearresteerd.

Op een keer toen ze bomen probeerde te planten, huurden landontwikkelaars bewakers in die haar sloegen en moest ze met verwondingen aan haar hoofd naar het ziekenhuis worden gebracht. Maar ze overleefde en raakte er alleen maar meer van overtuigd dat ze op de juiste weg zat.

Bijna dertig jaar lang werd ze fysiek bedreigd en in de pers belachelijk gemaakt. Maar ze gaf geen krimp. Ze hoefde maar in de ogen van haar drie kinderen te kijken en in die van duizenden vrouwen en meisjes die met de bomen opbloeiden, om de kracht te vinden om door te gaan.

En zo is het gekomen dat er dertig miljoen bomen in Afrika zijn geplant, een tegelijk. De landschappen – zowel de buitenkant van het land als de binnenkant van de mensen – zijn getransformeerd.

In 2002 hield het volk van Kenia democratische verkiezingen en werden de president en de heersende partij die zich hadden verzet tegen Wangari en haar Green Belt Movement weggestemd. Wangari werd Kenia’s staatssecretaris van Milieu.

Toen ze in het parlement was geïnstalleerd, zei ze ten overstaan van het Milieuprogramma van de Verenigde Naties:

‘Onze recente ervaringen in Kenia schenken iedereen hoop die strijdt voor een betere toekomst. Het laat zien dat het mogelijk is om positieve verandering door te voeren en dat toch vreedzaam te doen. Er is alleen maar moed en doorzettingsvermogen voor nodig, en het geloof dat positieve verandering mogelijk is. Daarom was de slogan van onze campagne “Yote Yaawezekana!”, oftewel “Het is mogelijk!”’

Wangari is nu bijna zeventig. In 2004 werd ze de eerste Afrikaanse vrouw die de Nobelprijs kreeg. Toen ze het bericht kreeg, hield ze een toespraak met de titel ‘Wat hebben bomen met vrede te maken?’ Ze wees erop dat de meeste oorlogen worden gevoerd om schaarse natuurlijke middelen, zoals olie, land of diamanten. Ze riep om een eind te maken aan het winstbejag van bedrijven en om leiders aan te stellen die aan een rechtvaardiger maatschappij werken. Ze voegde eraan toe:

‘Namens alle Afrikaanse vrouwen wil ik mijn diepe dankbaarheid voor deze eer uitspreken, die alle vrouwen in Kenia, in Afrika en over de hele wereld zal stimuleren om hun stem te verheffen en zich niet te laten afschrikken... we planten bomen, we planten het zaad van vrede en het zaad van hoop. We stellen ook de toekomst van onze kinderen veilig.’

Toen ze de Nobelprijs in Oslo kreeg uitgereikt, nodigde ze ons allemaal uit om mee te doen:

‘We staan vandaag voor een uitdaging die om een andere manier van denken vraagt, zodat de mensheid ophoudt het systeem dat hem in leven houdt te bedreigen... Er wordt van ons gevraagd dat we de Aarde helpen haar wonden te genezen en tegelijk die van onszelf – sterker nog, de hele schepping in al zijn diversiteit, schoonheid en wonderlijkheid te omarmen. Dit gebeurt pas als we inzien hoe noodzakelijk het is om weer te beseffen dat we deel uitmaken van een grotere levensfamilie.’

Nemen we Wangari’s uitnodiging aan? Hoe kunnen we onze eigen ‘boom’ planten?

Bomen planten

In een interview zei Wangari:

‘Ik weet niet echt waarom het me zoveel doet. Iets in mij zegt me gewoon dat er een probleem is en dat ik er iets aan moet doen. Ik denk dat ik dat de God in mij zou kunnen noemen. Het moet wel zijn stem zijn die me zegt iets te doen, en ik weet zeker dat het dezelfde stem is die tot iedereen op deze planeet spreekt.’

Neem even de tijd om te mediteren.

Wat zou die stem kunnen zijn die tegen jou spreekt?

Wat is er in jouw buurt, stad of land nodig als je eens rondkijkt?

Waar lijden vrouwen en kinderen?

Waar voelen mensen zich machteloos?

Waar heeft de aarde jouw hulp nodig?

Wat is voor jou hetzelfde als een boom planten?