Rommel opruimen

Rommel opruimen is niet hetzelfde als dingen loslaten die betekenis voor je hebben. Het gaat om dingen loslaten die niets meer bijdragen aan je leven, zodat je tijd, energie en ruimte krijgt voor dingen die dat wel doen.

– Elaine St. James

Een jaar geleden had ik een enorm schrijversblok. Toen droomde ik op een nacht dat ik niet zou kunnen schrijven voordat ik een bepaalde hoek van de woonkamer had opgeruimd.

Het was het hoekje waar ik naar kijk als ik in mijn gebruikelijke schrijfstoel in die kamer zit. De volgende morgen, toen ik daar weer ging zitten en twintig minuten bezig was een samenhangende gedachte op papier te krijgen, moest ik aan mijn droom denken. De hoek was misschien een beetje rommelig (een kleine stereo, stapels bandjes en cd’s, boeken, kranten en kussens) maar ik kon me niet voorstellen dat daar het geheim van mijn blokkade lag.

Toch besloot ik dat het gemakkelijker was om te gaan opruimen dan daar te zitten en niet schrijven, en daarom begon ik de voorwerpen te ordenen en gooide dingen weg die we niet meer nodig hadden. Uiteindelijk had ik genoeg uit de weg geruimd om onze hardhouten vloer weer te kunnen zien. Toen viel mijn mond open. Daar in de hoek groeide een scheut klimop door een klein gaatje dat ooit geboord was omdat er een kabel doorheen moest. Het was misschien twintig centimeter hoog en had een paar blaadjes. Het was helemaal om ons huis geslingerd, door het gat heen; het zat er duidelijk al een tijdje, maar vanwege de rommel had ik het niet gezien.

Dat bracht me ertoe om eens echt serieus het huis te gaan schoonmaken. Ik riep de hulp in van een vriendin die een echte professionele opruimster is en zij vertelde me over een fantastisch boekje, Weg met de Warboel van Karen Kingston. De auteur stelt voor dat we onszelf drie vragen stellen als we niet weten of we iets moeten weggooien of niet. Als we niet ten minste één vraag met ja beantwoorden, kunnen we het voorwerp maar het beste wegdoen:

1. Ben ik er echt gek op?

2. Krijg ik er energie van wanneer ik eraan denk of ernaar kijk?

3. Is het echt nuttig?

Die vragen creëerden een opvallende duidelijkheid in mijn leven. Ik ging naar de schoorsteenmantel, pakte een vaas op die ik als trouwcadeau had gekregen van tante Mabel en realiseerde me dat die eigenlijk mijn energie had uitgeput, dat ik hem nooit als vaas had gebruikt (of zou doen) en dat ik er diep in mijn hart een hekel aan had.

Terwijl ik verder ging met opruimen, stuitte ik op enig innerlijk verzet: wat als ik hem op een dag nodig heb? Wat als tante Mabel gekwetst is? Wat als ik niet genoeg heb – vazen, geld, liefde? Ik besefte dat veel van die gedachten uit angst voortkomen en dat ik uiteindelijk alleen maar nieuwe rommel zou ‘bijmaken’ als ik mijn manier van denken niet veranderde.

Terwijl ik het huis opruimde, liep ik mijn agenda en takenlijstje door. Ik besloot dezelfde drie vragen te stellen bij alles wat ik voor mezelf en mijn gezin had gepland. Afspraak met de tandarts? Ik ben er niet gek op, maar het is echt nuttig. Dansles voor dochter? Nu ik erover nadacht, had ze er eigenlijk een hekel aan en we werden er allebei gek van om telkens te proberen op tijd te komen. Terwijl ik alle activiteiten doorliep, besefte ik dat sommige dingen tijdrommel waren en dat we meer ruimte in ons leven konden scheppen als we ze wegdeden.

Ik ging ook inzien dat ik een hoop rommel in mijn hoofd meesleep. Ik kan mezelf uitputten met gedachten als: wat als ik niet goed genoeg ben als moeder? Het huis zou schoner moeten zijn. Ik zou productiever moeten zijn. De dingen zouden gemakkelijker moeten gaan. Mensen moeten mij rechtvaardig behandelen. Ik kan hier niet mee omgaan. Al deze overtuigingen dobberen rond in mijn hoofd, putten mijn energie uit en zijn niet nuttig.

Het was dus een droom die ook echt uitkwam. Ik begon weer te schrijven en toen we allerlei soorten rommel hadden opgeruimd, begonnen we allemaal te ontspannen en kregen we een gevoel van ruimte in ons leven.

Oefening in rommel opruimen

Pas de drie vragen van Karen Kingston toe op allerlei terreinen in je leven. Let op of je weerstand voelt tegen lege ruimten, zowel in je huis als in je leven.

Kijk eerst welke spullen je huis rommelig maken. Doe één kamer tegelijk. Vraag jezelf of dingen je energie geven of kosten, of je ervan houdt en/of ze nuttig zijn.

Kijk vervolgens wat je tijd rommelig maakt. Wat heb je vandaag gedaan waar je niet echt plezier aan hebt beleefd? Welke activiteiten of mensen hebben je uitgeput? Waar kon je lege plekken in je agenda en die van de kinderen aanbrengen? Geeft een gevoel van ruimte je energie?

Kijk naar de rommel in je hoofd. Hoeveel tijd besteed je aan gedachten aan het verleden of de toekomst? Oordeel je veel over jezelf of anderen? Ben je wrokkig tegenover iemand? Merk op wat het effect op je is van al die gedachten over dingen die anders ‘zouden moeten’. Geeft of kost het je energie?

Vier het als een overwinning als je dingen loslaat die niets meer bijdragen aan je leven. Je hebt nu meer tijd en ruimte voor dingen waar je wel iets aan hebt!