***

Stride hoorde Andrea donderdagochtend om zes uur voorzichtig uit bed gaan om naar het werk te gaan. Zonder zich te bewegen deed hij zijn ogen open en zag haar in de schemering van hun slaapkamer. Ze trok haar witte nachtjapon over haar hoofd en haar slipje omlaag. Hoewel haar naakte lichaam in de afgelopen drie jaar zachter en vleziger was geworden, was ze nog steeds aantrekkelijk.

'Hallo,' zei hij zacht.

Andrea keek hem niet aan. 'Ook hallo.'

'Hoe heette je ook al weer?'

Hoofdschuddend zei ze: 'Dat is niet leuk, Jon.'

'Ik weet het. Het spijt me.' Gisteravond hadden hij en Maggie tot één uur een verdachte ondervraagd, die lid van een Aziatische drugsbende was. De laatste maanden was het bijna iedere avond laat geworden.

'Een telefoontje nu en dan was heel erg leuk geweest,' zei Andrea. 'Het is nu drie avonden achtereen dat ik niet wist wanneer je thuis zou komen. Je bent er niet voor mij. Je bent er nooit.'

'Deze zaak...' begon Stride.

'De zaak kan me niets schelen,' zei ze. 'Als het deze zaak niet is, is er wel weer een andere.'

Stride knikte, maar gaf geen antwoord. Ze had gelijk. En het werd steeds erger. Hij realiseerde zich dat hij aan delen van onderzoeken meewerkte, die hij eigenlijk aan zijn ondergeschikten zou moeten overlaten. Zelfs K-2 had het in de gaten en had hem op de man af gevraagd of hij soms naar excuses zocht om niet naar huis te gaan. Hij had nee gezegd, maar diep in zijn hart was hij er niet zo zeker van geweest.

'Hoe gaat het met Denise?' vroeg hij. 'Ik heb het idee dat ik je sinds die tijd niet meer heb gezien.'

'Dat komt omdat dat inderdaad het geval is. Je hebt me er nooit naar gevraagd. Interesseert het je nog wel? Je weet niets meer van me.'

Met haar handen op haar heupen bleef Andrea op antwoord wachten. Toen hij niets meer zei, draaide ze zich om en liep naar de badkamer. De deur werd een beetje boos dichtgetrokken. Even later hoorde hij dat de douche werd aangezet.

De problemen waren een jaar geleden begonnen. Ze hadden twee jaar in relatieve vrede doorgebracht. Ze hadden conflicten vermeden door er niet over te praten, maar onlangs waren de problemen tussen hen naar buiten gekomen. Het begon met het onderwerp kinderen, die Andrea dolgraag wilde hebben, maar Stride niet. Hij was er nu te oud voor. Tegen de tijd dat de kinderen het huis uitgingen, was hij de zestig gepasseerd.

Maar Andrea bleef aandringen. Achttien maanden na hun huwelijk stopte ze, na zijn met tegenzin gegeven instemming, met het slikken van de pil. Ze bedreven op ieder moment van de dag de liefde, totdat er van romantiek geen enkele sprake meer was. Ondanks alle pogingen gebeurde er niets. Hij probeerde teleurgesteld te zijn omdat het niet lukte, maar hij was bang dat de opluchting op zijn gezicht te lezen was. Hij wist wat Andrea geloofde. Als ze een baby van haar eerste echtgenoot had gehad, zou hij haar nooit hebben verlaten en was haar leven nog steeds perfect geweest. En ze was bang dat ze bij een nieuwe mislukte poging Stride ook zou verliezen. Daarom móést ze zwanger worden.

Maar dat gebeurde niet.

Telkens weer zei hij tegen haar dat het wat hem betrof niets uitmaakte, maar langzaam werd het verdriet op haar gezicht steeds duidelijker zichtbaar, om na die tijd nooit meer weg te gaan. Ze waren op weg om totale vreemden voor elkaar te worden.

Hij hoorde dat ze de douche dichtdraaide.

De deur ging open en Andrea stond naakt in de deuropening naar hem te kijken. Hij zag de waterdruppels van haar huid op de vaste vloerbedekking vallen. Ze beet op haar onderlip, maar hij zag in de schaduwen genoeg van haar gezicht om te zien dat ze had gehuild. Lange tijd keken ze elkaar zwijgend aan.

Het was alsof ze zijn gedachten las, en die joegen haar angst aan.

'We moeten praten,' zei ze.

Hij hoorde het in haar stem. Hij wist wat er zou komen. Een scheiding. De vraag was alleen, wie van hen beiden als eerste dat woord zou gebruiken.

'Het spijt me,' zei ze zacht.

'Ik zou degene moeten zijn die het spijt,' zei Stride tegen haar.

Hij maakte een wijd gebaar met zijn armen en ze liep naar hem toe. Hij greep haar natte lichaam stevig beet. Hij zag bezorgdheid in haar bloeddoorlopen, blauwe ogen. Hij nam haar gezicht tussen zijn handen en bedekte haar wangen. Beiden glimlachten flauw in een poging de pijn te verdrijven. Hij werd zich bewust van haar naakte lichaam boven op hem en hij reageerde automatisch. Hij bewoog even om bij haar binnen te gaan, maar ze liet hem los en rolde van hem af. Ze ging op haar rug liggen en trok zachtjes aan zijn schouder. Hij volgde haar en ging boven op haar liggen. Zijn handen gleden om haar nek. Hij wilde haar kussen, maar ze draaide haar hoofd om. Hij voelde dat ze haar benen spreidde en haar knie- en optrok. Ze bewoog zich niet, maar hield hem alleen maar beet toen hij bij haar naar binnen gleed. De seks was vlug en onbevredigend. Ten slotte ontspande hij zich boven op haar en zo bleven ze enige minuten liggen. Toen voelde hij dat ze hem zachtjes wegduwde. Hij wist dat hij van haar af moest gaan. Ze kuste hem licht, waarna ze vlug uit bed stapte zodat hij niet de gelegenheid kreeg haar aan te raken.

Hij hoorde dat ze zich in de badkamer waste en zag even later dat ze zich vlug begon aan te kleden. Nadat ze zich had aangekleed, bleef ze even in de deuropening staan. Ze keek hem met een uitdrukkingloos gezicht aan, draaide zich om en liet hem alleen achter.

Tijdens een serie ongemakkelijke dromen ging de telefoon over, zodat hij met een schok wakker werd. Hij keek op de klok en greep kreunend naar de telefoon. Het was halftien, een uur na zijn gebruikelijke ochtendvergadering.

'Ik ben laat,' gromde hij in de telefoon. 'Geef me maar een boete.'

Stride verwachtte een sarcastische opmerking van Maggie. In plaats daarvan hoorde hij even later iemand zacht en plagerig lachen, een geluid dat hij niet herkende.

'Spreek ik met inspecteur Stride? Volgens mij bent u nu net wakker.'

Hij lag op zijn rug in bed en sloot zijn ogen. 'Ik ben net wakker geworden. En ik geef niet eerder toe dat ik Stride ben, totdat ik een pot koffie heb gezet. Dus zullen we zeggen dat u een verkeerd nummer hebt gedraaid?'

'Dat zou heel erg jammer zijn. Iemand, Maggie genaamd, zei dat u heel erg goed in telefoonseks bent.'

Een beetje verward begon Stride te lachen. Tegelijkertijd was hij heel erg geïntrigeerd.

'Mijn naam is Serena Dial. Ik werk op het bureau van de sheriff van Clark County. En helaas heb ik nieuws over een oude zaak, dat u niet leuk zult vinden, inspecteur.'

'Clark County?' vroeg Stride.

'Dat ligt in Nevada,' verklaarde Serena. 'Las Vegas.'

Las Vegas. Onmiddellijk was Stride klaarwakker. Het maakte niets uit dat er drie jaren waren gepasseerd - hij wist waarom Serena belde. Rachel. Hij hoorde de naam van het meisje in zijn hoofd en zag haar lichaam weer op die verbazingwekkende foto.

Het bleef even stil. Ten slotte zei Stride: 'Volgens mij hebt u haar gearresteerd.'

'Nee. Ze ligt in het mortuarium.'

'Is Rachel dood?'

Hij begreep het niet. In zijn zinloze fantasieën belde iemand hem uit Las Vegas om te vertellen dat Rachel nog in leven was. Soms verbeeldde hij zich dat Rachel zelf zou bellen.

'Dood. Vermoord. In de woestijn gedumpt. Ik weet dat het problemen voor u gaat opleveren.'

Stride vroeg zich af of hij droomde. 'Wanneer?'

'Voorzover wij kunnen zeggen, een paar dagen geleden,' zei Serena tegen hem. .

Dus ze leefde echt nog, dacht Stride. Tot nu toe dan. 'Weet u wat er gebeurd is? Wie heeft haar vermoord?'

'Nog niet,' zei Serena. 'Maar als u mij vanavond van het vliegveld komt halen, kunnen we er samen naar kijken.'

'Komt u hierheen?'

'Daar leidt het spoor heen, inspecteur. Naar Duluth.'