***

Stride stond op het zandpad bij de schuur, buiten het afgezette terrein. Door de gedurende de gehele dag af en aan rijdende politieauto's was de sneeuw een glibberige, grijze massa geworden. Hij trok zijn laarzen aan en zette zijn lichaam schrap tegen de harde wind. De snijdende kou teisterde het gedeelte van zijn gezicht dat niet door een wollen sjaal beschermd werd. Hij had een rode pet diep over zijn voorhoofd getrokken en de kap van zijn parka had hij opgezet en stevig om zijn hals dichtgetrokken. Zijn handen had hij diep in leren handschoenen gestoken. De wind was er de oorzaak van dat het voor zijn gevoel meer dan twintig graden vroor.

De natuur werkte niet mee. En dat gold eveneens voor Strides geluk.

Ze hadden sinds het middaguur gezocht en nu, bijna vijf uur later, was het nagenoeg donker. Tot nu toe hadden ze tijdens het zorgvuldige, zware werk in de bittere kou alleen maar elkaar overlappende bandensporen, glasscherven, gebruikte naalden en een verbazingwekkende hoeveelheid gewone rommel gevonden. Dat werd allemaal in plastic zakken gestopt, zorgvuldig gelabeld om aan te geven op exact welke plek van het terrein ieder voorwerp was gevonden.

Als de tip van Heather Hubble twee dagen eerder was binnengekomen, hadden ze het terrein rond de schuur relatief gemakkelijker kunnen doorzoeken. In plaats daarvan lag het eventuele bewijs onder een zeven centimeter dik sneeuwdek. Voordat zijn mannen ieder vierkant van het schaakbord doorzochten, moesten ze heel voorzichtig de poedersneeuw naar een vierkant vegen dat ze al hadden onderzocht. Maar met elke windvlaag schoof de sneeuw terug. Het was langzaam en koud werk. Maar ze hadden geen enkele keus dan centimeter na centimeter door te gaan, zoekend naar details, zoals een haar die ergens onder de witte deken lag, ergens in de modder en de struiken.

Maar dat was niet Strides grootste zorg. Het ergste stond hem nog te wachten. Morgen werd er meer sneeuw verwacht, een storm die nog eens vijfentwintig centimeter sneeuw in de bossen in het noortien zou brengen. Als dat gebeurde, zouden ze de grond niet eerder dan in april terugzien en dan zouden er geen bewijsstukken meer over zijn om terug te vinden. Ze moesten vlug doorwerken. Hij had draagbare lampen besteld, die nu werden opgesteld, zodat ze eventueel de hele nacht konden doorgaan met zoeken. Maar desondanks was er niet veel tijd om een degelijk onderzoek te verrichten.

En van alle plekken die hij kende, moest het uitgerekend deze schuur zijn.

Op alle andere plekken in de wildernis hadden ze alleen maar berkenhout en dode bladeren gevonden. Maar deze plek had net zo goed de parkeerplaats van de high school kunnen zijn. Hij kon er slechts naar raden hoeveel tienerstelletjes niets ter zake doende bewijzen hadden achtergelaten, die nu op zorgvuldige wijze geanalyseerd, nageplozen en uitgetypt zouden worden, om ten slotte te worden weggelegd. Over de walkietalkie gaf Guppo een hele litanie door van reeds gevonden, bizarre voorwerpen. Ze waren vlak bij het punt begonnen waar het meisje, Lissa, dacht dat ze de armband had gevonden. Vanaf dat punt gingen ze steeds verder zoeken. Tijdens hun speurtocht hadden ze al een broekje gevonden (vier maten te groot voor Rachel), een rekening van een orthodontist, een rode Lifesaver, een schoppenkoning met een naakte, blonde vrouw die een kroon op haar hoofd droeg, en negen condooms.

Hij wist dat de kans heel klein was dat ze iets zouden vinden dat direct in de richting van Rachel wees. Maar toch was Stride opgewonden. De Stoners hadden met stellige zekerheid de armband herkend als die van Rachel. De initialen hadden daarbij de doorslag gegeven: 'Tommy loves Rachel.' De armband was jaren geleden een cadeautje van haar vader geweest.

In zijn oorspronkelijke verklaring had Kevin gezegd dat Rachel die laatste avond in Canal Park een armband om haar pols had. Nu hij hier bij de schuur was gevonden, was dat het eerste bewijs waar Rachel na haar verdwijning was geweest. Maar de grimmige werkelijkheid van de betekenis van die vondst temperde zijn professionele gevoel van tevredenheid.

Emily Stoners gezicht was spierwit geworden toen ze de armband zag. Stride begreep het. Al die tijd had ze nog steeds de hoop gekoesterd dat Rachel uit zichzelf was weggegaan, dat ze was weggelopen, dat het allemaal deel uitmaakte van een wrede grap. Toen Emily die armband in haar handen hield, was die hoop vervlogen.

'Ze zou hem nooit achtergelaten hebben,' zei Emily eenvoudig. 'Nooit. Tommy had hem aan haar gegeven. Ze droeg hem overal. Ze droeg hem zelfs onder de douche. Ze deed hem nooit af.'

Toen stortte ze in en begon te snikken onder de ogen van haar echtgenoot. 'O, mijn god, ze is dood,' mompelde ze. 'Ze is echt dood.'

Stride probeerde op dat moment geen ijdele hoop te bieden. Hij had makkelijk tegen haar kunnen zeggen dat de vondst van de armband op zich niet het einde hoefde te betekenen. Maar voor iedereen was het heel duidelijk. Wekenlang waren ze op zoek geweest naar een levend meisje en hadden ze geprobeerd het raadsel van haar leven op te lossen, waren ze op jacht geweest naar antwoorden op dat raadsel.

Nu waren ze aan een totaal andere speurtocht begonnen. Naar Rachels lichaam.

Stride hoorde het dichtslaan van een portier en het geluid van schuifelende voetstappen in de sneeuw achter hem. Hij keek achterom. Maggie droeg een zwarte, winterpet over een paar wollen oorwarmers. Een rode, wollen jas viel tot op haar enkels. Met leren laarzen op vierkante, vijf centimeter hoge hakken strompelde ze door de sneeuw. Ze droeg geen sjaal, maar haar goudkleurige huid scheen ongevoelig te zijn voor de bittere aanvallen van de wind.

Maggie ging naast Stride staan en keek naar een tiental politieagenten, die gebukt met hun bezems, walkietalkies en plastic zakken voor bewijsmateriaal aan het werk waren.

'Je ballen vriezen er bijna af,' zei Maggie. 'Waarom kom je niet in het busje zitten?'

'Guppo zit het busje, hè? Dan ben ik hier veiliger.'

Maggie trok haar neus op. 'Ik heb me ervan overtuigd dat hij geen rauwe groenten heeft gegeten, bovendien heb ik het raampje een beetje opengedraaid, zodat we frisse lucht hebben als het nodig mocht zijn.' 'Nee, dank je. Ik zal me zo met het mediacircus moeten bezighouden. Het is bijna tijd voor het avondnieuws.'

Stride keek over het zandpad. De politieauto's, die vijftig meter verder stonden opgesteld, blokkeerden alle verkeer. Achter de versperring kon hij de lampen van de media zien, waar ten minste vijfentwintig verslaggevers op hem stonden te wachten en te rillen van de kou. Ze klaagden en probeerden luidkeels de aandacht te trekken. Maar door de harde wind kon hij er niet veel van verstaan.

Hij keek op zijn horloge. Tien minuten voor vijf. Hij had hun een live-interview beloofd om de uitzending mee te beginnen.

'Kwam je hier dikwijls toen je nog jong was?' vroeg Maggie.

'Wat bedoel je?'

Maggie grinnikte. 'Nou, de vrouw die de armband heeft gevonden, zei dat het jarenlang dé plek was waar men het deed.'

Stride haalde zijn schouders op. 'Nee, je wordt bedankt, ik nam mijn meisjes altijd mee naar mooie, veilige zandpaden bij het meer.'

'Wie kwamen hier dan wel?'

'De meisjes die makkelijk te krijgen waren.'

'Is dat een seksistische opmerking waarover ik een klacht zou moeten indienen?' vroeg ze een beetje plagend.

'Als je een meisje kunt overhalen om met jou een romantisch ritje langs het meer te maken, nou, dan had je misschien kans om het tweede honk te bereiken.'

'Vertel me nog eens wat tweede honk betekent,' zei Maggie. Met een speels gebaar ging ze met haar tong langs haar tanden. 'In China spelen we geen honkbal. Betekent dat borsten, tepels, wat precies?'

Stride negeerde haar. 'Maar als je voorstelde om naar de schuur te gaan en dat meisje stemde toe, dan wist je precies wat je te wachten stond. Maar je stelde dat niet voor als je wist met wat voor type meisje je te maken had. Anders kreeg je een klap in je gezicht.'

'En jij?'

'Ik herinner me dat ik ooit Lori Peterson uitnodigde om met me mee naar de schuur te gaan,' zei Stride. 'Ze gooide een glas cola in mijn gezicht.'

'Heel goed,' zei Maggie. 'Betekent dat dat Rachel makkelijk te krijgen was?'

Stride beet op zijn onderlip. 'Dat zegt iedereen tegen ons.' 'Maar we hebben nog geen enkele knul gesproken die heeft toegegeven dat hij met haar naar bed is geweest,' zei Maggie.

'Ja, dat is interessant, vind je ook niet? Hoewel, wie wil er na de verdwijning van dat meisje naar voren komen om zichzelf tot verdachte te laten bombarderen?'

'Dus volgens jou was het een afspraakje?' vroeg Maggie.

'Misschien,' zei Stride. 'Ze is even voor tienen bij Kevin weggegaan, nadat ze tegen hem had gezegd dat ze moe was. Volgens mij is Rachel niet het type meisje dat vrijdagavond al vroeg moe is.'

'Misschien had ze dan met iemand anders een afspraak. Iemand die haar thuis heeft opgehaald.'

Stride knikte. 'Ze gaan voor een vrijpartijtje naar de schuur. Maar dan gaat er iets verkeerd. Iets loopt uit de hand. En opeens heeft haar vriend met een lijk te maken.'

'Nemen we aan dat ze dood is?' zei Maggie.

Stride zuchtte. 'Doen we dat dan niet?'

'Wie is dan die mysterieuze vreemdeling? Een andere jongen van school?'

'Dat is de plek waar we als eerste moeten beginnen, Maggie. Het is tijd dat we iedereen weer gaan verhoren, van wie we vermoeden dat het een vriendje is.'

Maggie kreunde. 'Een hele dag high-schoolleerlingen met hyperactieve hormonen verhoren, die zichzelf als een geschenk van God beschouwen voor iedereen met een poesje. Je hebt ook de leukste baantjes voor me, chef.'

'Trek voor die gelegenheid speciale kleren aan, Mags. Op die manier krijg je meer uit hen.'

'Fantastisch,' mompelde Maggie. 'Maar ik heb niet veel borsten om te laten zien.'

'Je bedenkt vast wel iets.'

Maggie gaf hem een stomp tegen zijn arm, draaide zich om en liep weer terug naar het busje. Stride glimlachte. Hij begon in de richting van de groep verslaggevers te lopen. Intussen bracht hij zijn hand met de walkietalkie omhoog en schoof hem onder de kap.

'Wat heb we tot nu toe, Guppo?'

Guppo's stem klonk luid door de walkietalkie. 'Verdomme, wat is dat eigenlijk, inspecteur?' riep hij. 'Shit, we hebben hier op elke vierkante meter meer rotzooi gevonden dan ik in een hoerenkast in

New York had verwacht te zien. Moest je per se deze plek uitkiezen voor een plaats delict?'

Hij hoorde iets anders, gevolgd door de stem van een klagende Maggie. 'Wat ben je toch een klootzak, Guppo, ik zit pas vijf minuten in het busje en dan flik je me dat?'

Stride grinnikte. 'Zeg dat ze stopt met dat gejank, Guppo. Vraag haar wat ze morgen voor kleren aantrekt.'

Hij hoorde een krakende stem op de achtergrond die zei: 'Je kunt verrekken, Stride.'

Stride zei: 'Luister, Guppo, hebben we iets gevonden dat een link naar Rachel zou kunnen vormen?'

'Het zou van alles kunnen zijn. En het zou niets kunnen zijn. Dat weten we pas als alles grondig is gecheckt. Er is een overvloed aan bewijzen dat hier seks, drugs en rock-'n'-roll heeft plaatsgevonden, maar zonder vingerafdrukken en bloedsporen is het alleen maar speculeren.'

'Maar niets dat op de bekentenis van een moordenaar lijkt, ook niet ergens onder een steen?'

'Nog niet. We blijven zoeken.' Guppo liet een luide boer.

'Oké,' zei Stride. Hij stopte de walkietalkie terug in zijn jaszak. Hij liep naar de politieauto's en sprak heel even met de twee agenten, die met de ondankbare taak waren belast om de media en toeschouwers op afstand te houden. Aan de andere kant van het gele lint stond een groot aantal mensen, precies zoals op de avond van Rachels verdwijning. Stride kneep zijn ogen halfdicht in het licht van een paar schijnwerpers. Het geroezemoes van de stemmen veranderde in een enorme herrie.

Stride wees naar een van de televisieverslaggevers die hij kende. 'Kunnen jullie medewerkers de lichten uitdoen?' Toen de verslaggever knikte, vervolgde Stride: 'Oké, één tv-ploeg doet de lampen aan en de rest van jullie niet meer flitsen. Als ik jullie hoor schreeuwen, ben ik meteen weg. Je steekt je hand op als je een vraag wilt stellen, dan geef ik je een seintje en mag je één vraag stellen.'

'Wanneer ben je tot president gekozen, Stride?' reageerde Bird Finch, die vooraan in de menigte stond.

Stride grinnikte. 'Luister, allemaal. Bird heeft zijn vraag al gesteld. Zet hem maar achteraan.'

De verslaggevers lachten honend. Sommigen probeerden zich voor

Bird te dringen om zijn plaats bij het lint in te nemen. Maar de gespierde ex-basketbalspeler bleef onbeweeglijk staan. Hij keek Stride met een ijskoude glimlach aan.

Stride voelde de hitte van de tv-lampen in zijn gezicht branden. Het was voor het eerst vandaag dat hij geen kou voelde. Slechts zijn vochtige voeten in het donker waren nog steeds ijskoud. 'Zijn jullie klaar?' vroeg hij. 'Ik leg eerst een korte verklaring af, waarna jullie je vragen kunnen stellen.'

Hij zag dat de rode lampjes op een tiental draagbare tv-camera's aanfloepten. Ondanks het verbod werd hij door flitslampjes verblind.

'Ik zal jullie vertellen wat we tot nu toe weten,' zei hij. 'Vanmorgen vroeg kregen we een mededeling binnen op onze hotline, van een vrouw die een armband in haar bezit had en volgens haar misschien iets met de verdwijning van Rachel Deese te maken had. We hebben de armband opgehaald, waarna Rachels moeder hem definitief heeft herkend als de armband van haar dochter. We geloven dat Rachel die armband op de avond van haar verdwijning droeg. Volgens de getuige, die de armband heeft gevonden, lag hij achter de schuur op deze locatie. Op dit moment voeren we een minutieus onderzoek in een gebied van ongeveer honderd vierkante meter rond de plek waar de armband is gevonden. Dat is alles wat we tot nu toe hebben.'

Drie mensen begonnen tegelijkertijd te schreeuwen. Stride keek hen vernietigend aan en maakte geen aanstalten om antwoord te geven. Bird Finch hief met een dramatisch gebaar zijn hand op. Hij was al meer dan een kop groter dan de rest en met zijn opgestoken arm leek hij precies op het Vrijheidsbeeld.

Laten we meteen maar door de zure appel heen bijten, dacht Stride.

'Bird?' vroeg hij.

'Geloof je nu dat Rachel dood is?' Hij legde voldoende nadruk op het woordje nu om te suggereren dat Stride zijn plicht had verzuimd omdat hij wat anderen al lang wisten had genegeerd.

'Daar wil ik geen enkele speculatie over doen,' zei Stride.

Voordat iemand anders de kans kreeg om zijn hand op te steken, doorbrak Bird de stilte met zijn volgende vraag. 'Maar ga je nu naar een lichaam zoeken, of niet?'

'We zijn nu met een minutieus onderzoek bezig, dat een hoge concentratie vereist en daarom de nodige tijd zal kosten. Onze volgende stappen worden bepaald door wat we hier misschien vinden. Maar de volledige analyse zal weken in beslag nemen.'

Er werd een hand opgestoken. Bird had hun de weg gewezen, en de anderen volgden hem. 'U gaat na afronding van dit onderzoek waarschijnlijk ook nog de omgeving doorzoeken, hè? Hoopt u dan een lichaam te vinden?'

'Ik hoop dat we géén lichaam vinden,' zei Stride kortaf. 'Maar we hebben plannen om in de bossen in de directe omgeving naar andere bewijzen te blijven zoeken.'

'Ze verwachten meer sneeuw. Zal het onderzoek daardoor vertraging oplopen?'

'Natuurlijk,' zei Stride. 'Dit is Minnesota. In deze tijd van het jaar wordt ieder onderzoek erdoor bemoeilijkt.'

'Zoekt u nog vrijwilligers om u daarbij te helpen?' vroeg een verslaggever.

'Ik weet zeker dat we extra hulp kunnen gebruiken. We zullen bijzonderheden op onze website plaatsen. Hoe vrijwilligers ons kunnen helpen en waar ze moeten zijn. We willen niet dat mensen op hun eigen houtje in de bossen gaan lopen zoeken. Dat belemmert alleen het onderzoek maar. Als mensen willen helpen, hebben ze bij hun pogingen onze coördinatie nodig.'

Verscheidene handen vlogen omhoog. 'Hebt u verder nog iets gevonden, waaruit blijkt dat Rachel hier is geweest?'

'Nog niet,' zei Stride.

Nog een hand. 'Hebt u al verdachte personen op het oog?'

'Nee,' zei Stride.

Bird wachtte zijn beurt niet af. 'U bent hier nu langer dan drie weken mee bezig en u hebt nog geen enkele verdachte?'

'Tot nu toe heeft het bewijs naar geen enkele verdachte persoon geleid.'

'En personen die zedenmisdrijven op hun geweten hebben?' vroeg een verslaggever uit Minneapolis.

'We hebben iedereen verhoord die ooit in de omgeving bij een zedenmisdrijf betrokken was. Maar ik wil nogmaals duidelijk maken dat we geen enkel bewijs hebben dat een bepaald persoon bij Rachels verdwijning betrokken is.'

Bird opnieuw. 'Denkt u dat er nu wel een relatie met Kerry's verdwijning bestaat? Een misdaad, waarvoor u ook geen enkele verdachte heeft?'

'We hebben geen enkele relatie tussen de beide gebeurtenissen ontdekt. Maar we sluiten het ook niet uit. Maar op dit moment hebben we geen enkele reden om aan te nemen dat er een relatie tussen deze twee gebeurtenissen bestaat.'

'Betekent deze doorbraak in de zaak dat u goede hoop hebt dat u ooit zult weten wat er met Rachel is gebeurd?'

Stride kon de vrouw niet zien die de vraag had gesteld, hij zag alleen maar haar opgestoken hand. Hij aarzelde en probeerde zijn gedachten onder woorden te brengen. 'Ja, daar ik heb goede hoop op. We hebben nu een link en een locatie die ons eindelijk enige antwoorden zullen verschaffen. Tevens doe ik een beroep op iedereen die nu kijkt: als u op de avond van Rachels verdwijning ergens in deze buurt bent geweest en u heeft iets gezien of gehoord, neem dan alstublieft contact op met ons. We weten dat Rachel hier is geweest. We willen weten hoe ze hier is gekomen. We willen weten wat er is gebeurd.'

Hij wees naar de volgende opgestoken hand.

'Hoe lang bent u van plan hier te blijven?' vroeg een verslaggeefster van een krant uit Saint Paul.

'Misschien wel de hele nacht,' zei Stride.

En dat was ook zo.

Nadat de agenten iedere vierkante meter afzonderlijk hadden onderzocht, werden de plasticzakken met bewijsmateriaal naar het busje gebracht, waar Stride en Maggie de inhoud van iedere zak nauwkeurig bekeken, alvorens die in speciale dozen te deponeren. Stride zag niets dat hij met Rachel in verband kon brengen. Hij zou het ook niet herkennen, ook al lag het vlak voor zijn neus. Het lab zou hem later meer kunnen vertellen.

Stride keek op zijn horloge en zag dat het bijna vier uur 's nachts was. Een pizzadoos lag op de vloer van het busje, leeg op twee vierkante, knapperige stukken na die niemand meer wilde. Stride wist niet hoe Guppo ze had kunnen missen. Tegenover Stride zat Maggie met gesloten ogen te knikkebollen. Ze steunde met haar ellebogen op haar knieën en hield haar hoofd tussen haar handen.

Stride, die halfbevroren was en doodmoe, liet zijn gedachten in de richting van Andrea gaan. Toen hij hun afspraakje moest afzeggen, had ze zich begripvol getoond, hoewel hij het ook weer leuk vond dat haar stem teleurgesteld klonk. Hij was ook teleurgesteld geweest. Hij wist niet zeker of het nu de seks was of de kans om weer dicht tegen het lichaam van een vrouw aan te liggen, maar hij verlangde er echt naar om haar te zien. Andrea was echt aantrekkelijk. Het was vanzelfsprekend niet zoals met Cindy. Dat zou nooit kunnen. Andrea was anders, en hij mocht niet van haar verwachten dat ze tegen een geest moest opboksen.

Stride schrok op toen de luidspreker in het busje krakend tot leven kwam. Hij vroeg zich af of hij even in slaap gevallen was. 'Het begint te sneeuwen,' verklaarde een van de agenten buiten.

'Nou, dat is verdomd fantastisch,' zei Stride.

Hij ging met enige moeite in het overvolle busje staan. Hij had spierpijn en voelde een steek in zijn rug. Om zijn rug soepel te houden deed hij elke avond ontspanningsoefeningen, maar verscheidene avonden had hij het al overgeslagen. Ook zijn arm deed zeer, op de plek waar hij een paar jaar terug door een kogel was geraakt. Als het koud was, werd het steeds erger.

Hij keek door de bevroren achterruit van het busje. In het licht van de neergezette lampen zag hij enorme sneeuwvlokken vredig omlaagzweven. Iedere vlok op zich leek klein en ongevaarlijk, maar hij wist dat ze met z'n allen spoedig zijn plaats delict zouden begraven.

'Hoe erg is het?' vroeg Maggie rustig.

'Erg genoeg,' zei Stride.

Stride staarde naar de schaduwen van het bos. Hij probeerde zich nogmaals de scène voor de geest te halen, die zich misschien had afgespeeld. Rachel op de plaats van de passagier. Iemand die een auto achter de schuur parkeert. Het was puur toeval dat er die avond verder niemand aanwezig was. Hoe was die armband buiten beland? Ze zouden toch geen seks in de open lucht hebben gehad, niet als het zo koud was? Misschien waren ze gewoon uitgestapt om naar het bos te kijken, zoals hij ook vaak deed. En toen probeerde de jongen haar weer in de auto te trekken, waarna de armband was gevallen. Ze worstelden samen, en toen - wat?

Of misschien begon de vechtpartij al in de auto, waarna ze probeerde weg te rennen. Hij rende haar achterna. Tijdens de worsteling viel de armband. Hij sloeg haar. Wurgde haar. En wat zou hij vervolgens met het lichaam doen? Het lichaam verder het bos in slepen? Of de auto gebruiken om haar op een andere plek te verbergen? Stride hoorde de luidspreker opnieuw tot leven komen. 'Weet iemand welke kleren Rachel die avond droeg?' vroeg een van de agenten buiten.

Stride en Maggie keken elkaar aan. Maggie zei uit haar hoofd: 'Zwarte spijkerbroek en witte coltrui.' De luidspreker bleef stil.

Toen, na een paar seconden: 'Zei je een witte coltrui?' Stride antwoordde: inderdaad, dat zeiden we.' Nu duurde de pauze iets langer. 'Oké, jongens. Misschien hebben we iets.'

Het driehoekige stukje geschubde stof was klein, het was ongeveer vijftien centimeter lang met gerafelde randen. Ondanks het aangekoekte vuil was duidelijk te zien dat het lapje wit was. Waar de stof van de rest van de trui was gescheurd, zagen ze langs de rand een roodbruine vlek die door het weefsel was opgenomen.