39

Woning van Scully, Annapolis, Maryland 

Zondag, 13.07 uur

Scully's kleine hondje lag opgerold op de bank te slapen. Zijzelf zette haar computer aan en ging aan haar bureau zitten. Ze haalde diep adem. Dit was heel anders dan rondzwerven in de kletsnatte en van insecten vergeven oerwouden van Midden-Amerika, dacht ze. En heel wat beter. Ze was weer thuis en moest nu in de juiste stemming zien te raken voor haar officiële rapport over Xitaclán. Ze moest in haar denken net zo lang met alle losse eindjes goochelen totdat ze ze eindelijk aan elkaar geknoopt had. Er lagen andere zaken, andere onderzoeken ... andere x-dossiers te wachten.

Met een paar uur rust en eenzaamheid in haar eigen flat kon ze de achterstand inhalen en het papierwerk doen dat zich tijdens haar Mexicaanse reis had opgehoopt. Het was lekker om weer in de be­schaving te zijn.

Ze kruiste haar benen op haar stoel en legde een gelinieerd blocnote op haar knie om aantekeningen te maken en haar gedachten schetsmatig te noteren voordat ze die op de computer in haar rapport zette. Ze schreef allerlei kopjes op en bracht haar ideeën in ruim gedefinieer­de categorieën onder.

Hun eigenlijke opdracht - het vinden van de vermiste archeologen - was uitgevoerd. Scully was dankbaar dat ze op een officiële zaak gesloten kon zetten. In ieder geval was dat technisch zo. Onderdirecteur Skinner zou daar blij mee zijn.

Op het blocnote zette ze de namen van de vier vermoorde teamleden en voegde details toe over hoe ze hun lijken in de cenote had ontdekt en hoe zij en Mulder hen uit het water hadden gehaald. Ze beschreef de klaarblijkelijke doodsoorzaak: moord door kogelwonden, gebroken wer­vels en/of verdrinking. Ze concludeerde dat Cait Barron, Christopher Porte, Kelly Rowan en John Forbin gedood waren door leden van de guerrillaorganisatie Liberación Quintana Roo.

Ze wist niet wat ze onder het kopje 'Cassandra Rubicon' moest schrij­ven. Ze was levend en ongedeerd aangetroffen, maar Scully begreep niet hoe dat kon. Ze had nog steeds geen bevredigende verklaring voor de verdwijning van de jonge vrouw noch voor de twee verdwenen weken uit haar leven. Had ze door het oerwoud gezworven of had ze zich in de ruïnes van Xitaclán verstopt terwijl haar teamleden dood in de cenote lagen? Scully kon Mulders gepraat over een begraven ruimteschip en stasisnissen natuurlijk niet opschrijven.

Op een apart vel maakte ze een notitie over hoe de Mexicaanse regering in de nasleep van de Xitaclán-ramp en het debacle van de geheime Amerikaanse operatie eindelijk een legermacht stuurde die groot genoeg was om alle guerrilla-activiteiten de kop in te drukken. Soldaten hadden de rest van de illegale wapens in beslag genomen. Alle overlevende revolutionairen, die zich in dorpen in het oerwoud verborgen hadden, werden gearresteerd.

De gewelddadige Liberación Quintana Roo-beweging was vernietigd. Hun officiële leider, de verraderlijke politiecommissaris Carlos Barreio, bleef onvindbaar. Mulder had nog steeds zijn eigen verklaring voor wat er met de man gebeurd was. Ondanks Scully's aanmoediging had haar partner niet genoeg details weten aan te dragen om haar het gevoel te geven dat ze zijn speculaties veilig in haar rapport kon zetten. Ze had­den niet specifiek met de zaak te maken.

Wat het tactische kernwapen betrof waarmee, naar het scheen, Xavier Salida's fort was vernietigd: bij hun onderzoek was geen bewijs gevon­den voor extra wapeninkopen op de zwarte markt of voor ontvreemde kernwapens die in handen van Midden-Amerikaanse criminelen konden zijn geraakt. Voortgezet onderzoek zou echter door andere federale diensten verricht moeten worden, bijvoorbeeld de cia of het ministerie van Defensie.

Onder het kopje 'Vladimir Rubicon' vatte Scully samen hoe de oude man gedood was: hij was door Fernando Victorio op zijn hoofd geslagen omdat de oude archeoloog zijn rapport had willen uitzenden en hulp van de centrale overheid had willen vragen. Dat zou Aguilars diefstal van kunstvoorwerpen gehinderd hebben.

Aarzelend maakte ze notitie van het feit dat hun gids Aguilar in het oerwoud door 'een wild dier' was gedood.

Toen slikte en talmde ze. Ze speelde wat met haar potlood en stond op om in de magnetron water te verhitten en een kop koffie te zetten. Voor Scully waren de gevederde slangen het moeilijkst te verklaren. Hun aanwezigheid gaf de grootst mogelijke problemen in haar rationele

rapport. Ze wist niet hoe ze hun aanwezigheid kon verantwoorden, maar had ze met eigen ogen gezien en kon hun bestaan niet negeren. Mulder had haar al eerder beschreven welke glimpen hij in het maan­licht van deze onaardse slangenbeesten had opgevangen. Toen had ze gedacht dat hij het zich alleen maar verbeeld had. Maar ze had het hoog optorenende, kronkelende dier met zijn lange, iriserende schubben en kromme giftanden zelf gezien.

Eindelijk nam ze haar besluit. Ze ging weer aan haar bureau zitten en pakte haar potlood. Zonder verder nadenken schreef ze haar eigen ver­klaring op, en iets beters kon ze niet bedenken.

De gevederde slangen waren kennelijk exemplaren van een nog niet gecatalogiseerde soort grote reptielen. Ze waren misschien bijna uit­gestorven, maar kennelijk hadden zoveel dieren tot in historische tijden overleefd dat daarmee de talrijke legendarische afbeeldingen op maya­gebouwen en -voorwerpen verklaard konden worden. Achteraf gezien besefte ze dat Mulder gelijk had gehad - in zoveel schrifttekens en op zoveel stéles waren gevederde slangen afgebeeld, dat het waarschijnlijk leek dat de oude maya's een paar van die beesten in levenden lijve ge­zien hadden. Mulder had zelfs geopperd dat de vleesetende gevederde slangen verantwoordelijk konden zijn voor de talrijke meldingen van vermiste personen in het gebied rond Xitaclán.

Ze merkte iets op over de dichte Midden-Amerikaanse regenwouden, waar elk jaar duizenden nieuwe soorten werden ontdekt. Naar ze aan­nam lag het niet geheel buiten het terrein van het mogelijke dat een groot, vleesetend reptiel - vooral een reptiel met zo'n duidelijke intelli­gentie - tot dusver niet ontdekt was door wetenschappelijke expedities en zoölogische studieteams.

Agent Mulder had haar herinnerd aan het grote aantal beelden van verge­lijkbare schepselen in vele mythologieën ter wereld: draken, basilisken, wyverns, Chinese waterdraken ... en hoe meer ze erover nadacht, des te logischer leek het haar dat zulke dieren inderdaad ooit bestaan hadden. Xitaclán was verwoest en er was daar nu veel vulkanische activiteit. Mulder had dan ook geen enkel ondersteunend bewijs kunnen aan­dragen. Zijn buitenaardse voorwerpen bleven onbevestigd, zijn ruimte­wrak was verwoest. Ze wilde zijn ooggetuigenverslag inderdaad op­nemen, maar zonder commentaar harerzijds. Meer kon ze niet doen, vond ze.

Ze nam een slokje van haar bittere koffie, bekeek haar aantekeningen en wendde zich tot haar computer. Ze streepte een paar zinnen op het blocnote door, probeerde haar gedachten op het papier te ordenen en legde haar vingers op het toetsenbord.

In haar eindrapport moest ze alles nog bijschaven, en ze kon alleen maar zeggen dat veel eigenaardige voorvallen in Xitaclán onverklaard bleven.