Ruïnes van Xitaclán
Woensdag, 3.26 uur
Scully legde haar handen op haar oren toen de mortier een nieuwe granaat naar de half vernielde ziggoerat schoot. Ze kromp ineen. De andere soldaten doken weg. Ook zij legden hun handen over hun oren. De granaat ontplofte precies aan de voet van de piramide en joeg stukken steen alle kanten op. Na de klap verschenen scheuren in de steile, ceremoniële trap - een trap die ze nog maar een paar dagen geleden beklommen had om vandaaruit een panoramisch uitzicht over het omringende oerwoud te hebben.
Het gedreun ging nu al bijna een uur door, maar het oude gebouw had de krachtigste salvo's van majoor Jakes weerstaan. Tot dusver.
Scully had herhaaldelijk op Jakes ingepraat. Ze hield vol dat hij en zijn mannen hun vernietiging moesten staken en de archeologische schatkamer met rust moesten laten. Maar vooral was ze doodsbang voor waar Mulder zou kunnen zijn. Ze wist niet waar hij naartoe was gerend - maar hoe dan ook, hij zat ongetwijfeld midden in het gewoel. 'Hoe lang gaat u hier nog mee door?' schreeuwde ze met een stem die door haar tuitende oren gedempt werd. 'Misschien zijn er wel mensen in die piramide!'
'Slachtoffers. Helaas,' antwoordde de majoor.
'Kan het u dan niets schelen?' vroeg ze, terwijl ze als een koppig kind aan zijn mouw trok ... en zich even machteloos voelde. 'Begrijpt u dan niet wat u doet?'
Jakes staarde haar emotieloos aan. Het vreemde licht wierp kleurvlekken over zijn donkere huid. 'Nee, agent Scully, het kan me niet schelen. Het mag me niet kunnen schelen. Dat is te gevaarlijk.' 'Maakt u dat zichzelf wijs om de onberadenheid van uw acties te kunnen negeren? Denkt u dan niet na over de gevolgen?'
Hij bleef onbeweeglijk staan. 'Mijn geest is het werktuig waarmee ik schijnbaar onmogelijke opdrachten tot een goed einde breng, maar alleen omdat ik me nooit toesta om van mijn orders af te wijken. Te veel nadenken schept verwarring, kletspraat, twijfels. Ik ben talloze keren door de hel gegaan, agent Scully. De kaarten noemen het Bosnië of Irak of Syrië - maar het was de hel.' Nu gloeiden kooltjes van emotie in zijn ogen. 'En als ik me ooit door mijn geweten had laten leiden, was ik nu gek of dood geweest.'
Scully slikte. De majoor draaide zich weer om en keek naar de rest van zijn mannen.
De oude piramide had bij herhaling voltreffers van mortiergranaten geïncasseerd en stortte nu bijna in. Zware steenblokken raakten los waar ze eeuwenlang hadden gelegen. Ze tuimelden omlaag en verpletterden verfijnde reliëfs en schrifttekens. De zuilen van de tempel op het bovenste plateau lagen allemaal tegen de grond en van de beelden van gevederde slangen restte alleen gruis. Over de steile trap langs de oostgevel van de ziggoerat ontstond een lawine, die donderend omlaag viel en bijdroeg aan het nachtelijke lawaai.
'We zijn er bijna,' zei majoor Jakes. 'Nog een paar voltreffers, en onze missie zit erop. Dan halen we de slachtoffers bij elkaar en trekken we ons terug.'
'Nee! We kunnen Mulder niet achterlaten!' schreeuwde Scully. 'We moeten hem vinden! Hij is Amerikaans staatsburger, majoor Jakes. Door uw acties is hij midden in een illegale militaire operatie verzeild geraakt - en ik houd u persoonlijk verantwoordelijk voor zijn veiligheid.' Jakes keek haar opnieuw met zijn kalme, donkere ogen aan. 'Agent Scully, ik bèn hier niet eens. Mijn ploeg is hier evenmin. Onze operatie bestaat niet. We zijn niet officieel verantwoordelijk, niet voor u en niet voor iemand anders.'
Toen raakte een kogel hem hoog in zijn linkerschouder. Jakes wentelde om zijn as en viel tegen Scully aan. Samen sloegen ze tegen de grond. Hij kreunde, maar schreeuwde niet van pijn. 'De sluipschutters komen terug!' gilde een van de commando's. De andere soldaten kropen uit de buurt van de mortier toen een nieuw salvo van geweervuur uit het oerwoud daverde. De guerrillastrijders schreeuwden uitdagingen.
De commando's gingen in dekking naast de terreinwagens en de mortier. Ze richtten hun automatische geweren en schoten naar willekeur op de flitsende schoten uit het donker. De oprukkende troepen van de Liberación Quintana Roo vielen vanuit de bomen aan.
Majoor Jakes werkte zich met een nauwelijks bedwongen gesis van pijn van Scully af. Hij stond op en kneep in zijn schouder. In zijn uniform welde bloed op. Hij keek omlaag en zag de bloedvlekken op haar jasje. 'Het spijt me dat ik u met bloed besmeurd heb,' zei hij. Hij bood zijn hand aan om haar overeind te helpen.
De commando die het dichtst bij de mortier stond, viel zonder een schreeuw naar achteren. Zijn hoofd zat plotseling onder de lichtrode spatten.
'Weer een gesneuveld,' zei majoor Jakes. Hij keek naar zijn bloedende schouder. 'Mijn ploeg dunt elk moment verder uit.' 'En we moeten hier vandaan,' zei Scully, die haar tanden hard op elkaar klemde. 'We moeten Mulder vinden en vertrekken.' 'De opdracht is nog niet uitgevoerd,' zei majoor Jakes. De guerrillastrijders werden stoutmoediger en kwamen schietend uit de bomen. De commando's van majoor Jakes schoten terug, maar hun defensie brokkelde af. Een van de soldaten schoot een granaat in een groep vrijheidsstrijders. Het projectiel ontplofte tussen hen in. Kapotte lichamen werden met gebogen armen en benen de bomen in geslingerd, die als gevolg van de explosie vlam vatten.
Onder de venijnigheid van die reactie wankelde de opmars van de guerrillastrijders. Majoor Jakes greep Scully's arm. 'Kom. Ik wil dat u teruggaat naar uw tent. Daar zoekt u dekking, zodat ik mij op onze verdediging kan concentreren.'
'Ik ga niet naar mijn tent,' zei Scully. 'Ik moet hier zijn en uitkijken naar mijn partner.'
'Nee, dat doet u niet,' antwoordde Jakes. 'U volgt mijn bevelen op. Echt waar.'
'Die tent biedt geen enkele bescherming.'
'Bescherming genoeg,' zei Jakes. 'De aanvallers kunnen u niet zien en u wordt geen specifiek doelwit. Meer kan ik niet voor u doen.' 'Ik heb u ook helemaal niet gevraagd om iets te ...' 'Wel waar,' zei majoor Jakes. 'U zei dat ik persoonlijk verantwoordelijk was voor uw veiligheid. Daarom wil ik dat u weggaat en ergens gaat zitten waar ik me geen zorgen over u hoef te maken ... en waar ik niet naar uw voortdurende insubordinaties hoef te luisteren.' Met zijn goede arm werkte hij haar naar de flap van de tent. Ze vocht terug, draaide zich om en riep zo hard als ze kon: 'Mulder!' 'Hij kan u niet helpen, waar hij ook is,' zei majoor Jakes. 'Ik probeer u te beschermen, dame.'
Ze keek hem woedend aan. 'Ik wil dat hij weet waar ik ben.'
'Ga gewoon de tent in, dame.' Ze stoof op. 'En noem me geen dame!' 'Dwing me niet tot harde maatregelen.'
Machteloos en verslagen midden op een slagveld kroop Scully het benauwde duister van haar tent in en maakte zich tussen de dekens klein. Majoor Jakes liet de tentflap weer vallen.
Scully voelde zich als in een graf van textiel. De geluiden van buiten klonken gedempt. Maanlicht, gemengd met korte lichtflitsen van licht- granaten, geweervuur, het afschieten van een nieuwe mortierganaat, ontploffingen in de verte - alles werd door het dikke tentzeil gefilterd. Ze luisterde naar de oorverdovende, chaotische geluiden van het gevecht en knielde op haar deken. Snel tilde ze haar kussen op en keek of zich geen schorpioenen onder het opgerolde textiel hadden genesteld. Opnieuw klonk geweervuur. Scully hoorde majoor Jakes hijgen, en toen klonk een bons. Buiten zag ze beschaduwde silhouetten - maar toen joeg een kogel door de tent op maar een paar centimeter van haar hoofd. Daarna werd opnieuw een rond gaatje in het weefsel geslagen. Het was aan de randen verschroeid.
Ze ging plat op de grond liggen en luisterde naar het gevecht buiten, dat onverminderd doorging.